Landbouw houdt altijd sleutelpositie
Hoe men het ook wendt of keert, de
landbouw zal altijd een sleutelposi
tie behouden. Niemand kan zonder
voedsel, en de landbouwer heeft de
kennis en vaardigheid in huis om dat
voedsel te verbouwen. Dit optimisti
sche perspectief van de landbouw
schetste mevrouw Ulla Norberg tij
dens de laatstgehouden CEA-
vergadering. Uit wat de Zweedse
ten gehore bracht heeft mevrouw
drs. P.J. de Rooij onderstaande be
schouwing samengesteld.
Veranderde of verbeterde teeltme
thoden zullen worden benut en het
werk van de landbouw verlichten,
maar er moet een opbrengst zijn
voor het inkomen van de teler en
voor het voedselpakket van de con
sument. De landbouw zou moeten
kunnen rekenen op stabiliteit en ra
tionaliteit in het bedrijf. Ook voor de
landbouw moet er een meer aan
vaardbare levensstandaard zijn.
Economische groei moet mogelijk
zijn en gelijkwaardigheid ten opzich
te van andere beroepen.
We staan nog steeds op de drempel
van de Europese landbouwecono
mie. Bepaald geen eenvoudige zaak
om daarin tot een eenheid te komen
omdat de omstandigheden in de
verschillende staten zeer verschil
lend zijn. Ook het patroon van vraag
en aanbod verschilt in de staten bin
nen Europa.
Stille revolutie
De Amerikaanse schrijver Roland
Engelhart schreef ongeveer 15 jaar
geleden een boek met de titel: 'De
stille revolutie'. Hij beschrijft daarin
de normen en waarden in ons deel
van de wereld die volgens hem
slechts een 20 tot 25 jaar stabiel
zijn. Elke generatie groeit op onder
een bepaalde levensvisie en creëert
een eigen cultuur. Er zit een basis
gedachte in waarmee we het eens
kunnen zijn. Elke nieuwe generatie
bepaalt haar eigen normen en waar
den in het leven.
De Zweedse professor Thorleif Pet-
terson stelde al vast dat we op weg
zijn van een autoritair naar een meer
liberaal systeem, van collectivisme
naar individualisme. De vraag staat
dan recht overeind: Hoe is de in
houden, wat is er dan voor rol voor
hen weggelegd? Men begint dan
een zelfstandige werkkring buiten
het bedrijf met een status waaraan
het in de landbouw ontbreekt. Het
is duidelijk niet alleen het eigen in
komen wat vrouwen aantrekt in een
werkkring buiten het bedrijf. Het
huishoudelijk werk is bovendien
minder tijdrovend dan vroeger,
waardoor de boerin meer tijd kan
geven aan het bedrijf of in een baan
buiten het bedrijf.
Status
Vrouwen willen volwaardig partner
in het bedrijf worden. Ze kunnen
daartoe een opleiding volgen. Ook
jongeren, kinderen van agrariërs vol
gen veel meer hoger onderwijs en
vinden hun plaats in het beroep van
hun keuze. Een goede toekomst op
het bedrijf in het verschiet kan veel
jongeren op het platteland doen blij
ven en de economische welvaart
van een land op peil houden. Maar
ook de leefomstandigheden en het
voorzieningenniveau op het platte
land dienen een redelijk niveau te
behouden.
Canadese boerin
Momenteel maken de plattelands
vrouwenorganisaties zich o.m. sterk
voor een leefbaar platteland, van
waar de jeugd niet wegtrekt maar
waar zij een toekomst kan opbou
wen. Ten tijde van het ontstaan van
de eerste plattelandsvrouwengroep,
in 1989, waren er totaal andere be
langen om voor op te komen. De
basis van de ACWW (Associated
Country Women of the World) werd
gelegd door een Canadese boerin
die haar kind had verloren doordat
het bedorven melk had gedronken.
Op een boeren vergadering beklaag
de zij zich vervolgens over het ont
breken van mogelijkheden voor
vrouwen om te leren hoe hun kinde
ren gezond op te kunnen voeden.
Naar aanleiding hiervan zijn de vrou
wen op het platteland zich gaan or
ganiseren.
Ulla Norberg-lvarsson heeft me aan
het denken gezet en misschien U,
lezer, nu ook.
Drs. P.J. de Rooy-Janse
We staan op de drempel van een Europese landbouweconomie, maar het is bepaald niet eenvoudig om
tot een eenheid te komen. Er zijn van land tot land enorme verschillen in agrarische produktie-
omstandigheden, zeker tussen west- en oost-Europa. Deze foto is gemaakt in een voormalig Oostblokland
vloed van deze veranderingen op de
landbouw en de agrariër?
Het gezin en de agrarische wereld
Er is een groot verschil in het leven
van een boeren-familie binnen
West-Europa. Vooral in ons deel is
de ontwikkeling al verder, terwijl in
andere delen men nog slechts aan
het begin staat van een periode met
ingrijpende veranderingen. In som
mige streken is het gezin de basis
terwijl elders de bedrijfsvoering
wordt gezien als apart mana
gement.
Binnen Europa zijn de meeste bedrij
ven klein en worden door de familie
bewerkt. Vooral zij moeten zeer attent
zijn op veranderingen en nieuwe mo
gelijkheden/teelten.
Flexibel moet kunnen worden in
gespeeld op veranderingen en
noodzakelijke reserves moeten er
zijn om tegenslagen te kunnen op
vangen. Velen zochten en vonden
werk/inkomen naast het bedrijf om
staande te blijven.
Keuzes in de praktijk
In de 12 landen van de EG is een on
derzoek gedaan waarbij 6000 boe
rengezinnen werden betrokken. Bij
degenen die willen overleven is gro
te belangstelling voor vergroting van
het bedrijf en voor verhoging van de
produktie. Tot deze groep behoort
een op de drie ondervraagden. De
volgende groep bestaat uit hen die
het bedrijf willen voortzetten en een
inkomen buiten de landbouw ver
werven om te kunnen leven. Dan
komt een groep van vooral ouderen
zonder opvolger. Zij willen het be
drijf wel overdoen aan 'de blijvers'.
In sommige streken bestaat de
groep 'kwetsbaren' uit wel 40 pro
cent van alle bedrijven. Ze zullen de
landbouw het eerst verlaten.
Boerinnen
De rol van de boerin op het bedrijf is
van heel groot belang. De inzet van
de werkkracht in het bedrijf en/of in
zet elders om tot een meer stabiel
inkomen te komen kan niet worden
gemist. Ook hebben zij de drang om
door te dringen in de landbouworga
nisaties en zo hun ondergeschikte
positie te doorbreken. Zolang vrou
wen een eigen inkomen wordt ont
Een indruk van het Exposarium,
de weelderige bloemen- en plan
tentuin in het overdekte deel van
de Floriade. Hier een buitenland
se inzending.
Terwijl pa en ma in de trein naar
de licht- en geluidsshow kijken,
vermaken de kinderen zich bui
ten in de spee/werktuigen.
Deze kas maakt deel uit van het groente- en fruit-
paviljoen van het Centraal Bureau Tuinbouwveilin
gen op de Floriade. Het publiek krijgt hier een
totaal beeld van de voedingstuinbouw in Ne
derland.
Een antieke Haagse tram vervoert de bezoekers
van de ene naar de andere attraktie.
Een bezoek aan de Floriade vraagt sterke benen. Om alles te kunnen zien zou men 35 kilometer te voet
moeten afleggen. Gelukkig kan men zich ook laten rijden op de Floriade