Is de spuitmachine in orde? Akkerbouw Ontheffing preventieve grondontsmetting slaat aan Veel nieuwe maisrassen Vander Have Na opkomst onkruid bestrijden in aardappelen niet volmaakt Teeltboekjes Barenbrug over korrelmais en CCM Areaal pootgoed 13 In het afgelopen teeltseizoen (1991) is op grote schaal gebruik gemaakt van de ontheffingsmogelijkheid "preventieve grondontsmetting". Via deze mogelijkheid kan men ont heffing krijgen van de preventieve grondontsmetting, die verplicht is bij de 1 op 2 teelt (1x per twee teelten) en de 1 op 3 teelt van aard appelen met vatbare rassen (met uitzondering van het noordoostelijk zand- en dalgrondengebied). Voor teeltseizoen 1991 is in het totaal voor 1811 hektare ontheffing ver leend. Voor seizoen 1992 is inmid dels al voor ruim 2400 hektare ontheffing verleend. In toenemende mate maakt de praktijk dus gebruik van de mogelijkheid van grond ontsmetting uit te sparen. Aanvragen voor ontheffing kunnen nog worden ingediend (vóór het po ten) bij de Plantenziektenkundige Dienst (PD). Men komt in aanmer king voor een ontheffing als men een verklaring van een erkende in stantie kan overleggen, waaruit blijkt dat het perceel via de intensie ve opsporingsmethode vrij is bevon den van een levende besmetting met aardappelmoeheid (AM). Vrijgave besmetverklaringen via in tensief AM-onderzoek De Plantenziektenkundige Dienst (PD) heeft besloten besmetverklaar- de percelen vrij te geven als deze met het intensieve AM-onderzoek vrij zijn bevonden. De telers dienen daartoe evenals bij de eerder ge noemde ontheffing van de preven tieve grondontsmetting een uitslag van een erkende onderzoekinstantie te overleggen. Voorwaarde hierbij is, dat de totale oppervlakte van de besmetverklaring vrij moet zijn. Ook kan men ten behoeve van de teelt van voortkwekingsmateriaal een AM-vrij-verklaring verkrijgen als bij het intensief AM opsporingson derzoek geen besmetting is ge vonden. Melden teelt AM-resistente rassen verplicht In het kader van de regels voor de aardappelteelt moet de teelt van rassen die resistent zijn tegen aard appelmoeheid (AM) gemeld wor den aan de Plantenziektenkundige Dienst (PD). Het niet melden bete kent, dat wordt aangenomen dat geen AM-resistent ras is geteeld. De aangifte van de pootgoedpercelen bij de NAK staat overigens geheel los van deze meldplicht. Het melden dient binnen twee weken na het po Aantal hektare preventieve grondontsmetting per gebied in 1991 (ge heel zwart) en 1992 (gearceerd). Het totaal in 1991 bedroeg 1811 ha, het totaal in 1992 (per 18/3 jl.) 2336 ha. Kweekbed rijf Vander Have mag zich dit jaar verheugen in een recordaan tal nieuwe maisrassen op de ras- senlijsten in West-Europa. Het vroege ras Allegro kwam op de Nederlandse lijst voor de bestem mingen Corn Cob Mix en maiskol- venschroot, terwijl het al als snijmaisras was toegelaten. Volgens Vanderhave heeft Allegro een hoge VEM-opbrengst, die zelfs vergelijk baar is met die van latere afrijpendé rassen. De rassen Melody en M 7369 maken volgens het bedrijf een goede kans om aan het eind van dit jaar toegelaten te worden. Het zijn twee rassen uit de zeer vroege groep met een bovengemiddelde opbrengstpotentie. Melody is dit jaar al toegelaten tot de Belgische rassenlijst. In dat land werden ook Agio en Pallas opgeno men. VanderHave verwacht dat vol gend jaar de in beproeving zijnde rassen VDH 7339 en VDH 8037 ook toegelaten zullen worden op de Belgische rassenlijst. Ook in Frankrijk en Duitsland zijn nieuwe rassen op de rassenlijst op genomen of staan hiervoor op de nominatie. In deze landen treedt VanderHave tevens als verkoper van haar rassen op. Barenbrug heeft twee teelthandlei dingen samengesteld over korrel mais en Corn Cob Mix (CCM). In het boekje over korrelmais wordt onder meer ingegaan op het saldo van dit gewas vergeleken met het saldo van wintertarwe en zomer- gerst, in het boekje over CCM op de methode van inkuilen en de voeder- waarde. Voor korrelmais en CCM bestaat een toenemende belangstelling. De reden hiervoor is dat het saldo van korrelmais goed kan konkurreren met wintertarwe, en dat het goed in een bouwplan met veel hakvruch- ten past. Ook varkenshouders zijn geïnteresseerd in korrelmais, in de meeste gevallen als CCM geoogst. CCM is een smakelijk voer, gezond voor de darmen en met een hoge energiewaarde (EW). De CCM-mais wordt niet geteeld voor de droge korrel maar nat vermalen en vervol gens ingekuild. ten plaats te vinden (tot uiterlijk 1 juni) aan de distriktskantoren van de PD. De melding dient te gebeuren op de daarvoor bestemde formulie ren vergezeld van een schets van het perceel op een kopie van een kaart. Voor de grondontsmetting geldt in het kader van de teeltregels ook een meldplicht. Deze dient bin nen twee weken na de uitvoering aan de PD te worden gemeld. Voor het noordoostelijk zand- en dalgron dengebied gelden beide hier ge noemde meldplichten niet. Nadere informatie en formulieren zijn te verkrijgen bij de distriktskan toren van de PD. Het spuitbeeld eerst zelf controleren en dan testen is noodza kelijk De machine die het meest wordt gebruikt in de akkerbouw is de spuitmachine. Tevens is het de ma chine die het meest secuur moet werken. Het onderhoud en de con trole op de werking van de machine is daarom van het grootste belang. Bij de keuringen door de SKL (Stich ting Keuring Landbouwspuiten) blijkt iedere keer weer dat de helft van de aangeboden machines niet aan de gestelde eisen voldoet. Een regelmatig goed onderhoud door de akkerbouwer zelf, met daarnaast een twee-jaarlijkse spuittest, is noodzakelijk voor een lange levens duur en een optimale werking van de machine. Voorjaarscontrole Als de machine uit de winterberging wordt gehaald, zal vaak de gehele machine doorgespoeld moeten wor den. Meestal moet dit met water gebeuren met hierin een was- of rei nigingsmiddel om eventuele aanwe zige dieselolieresten, antjvriesmengsel of een ander con serveringsmiddel te verwijderen. Controleer echter vooraf of alle kra nen nog goed werken en in de juiste stand staan. Vaak zijn in het najaar een aantal slangen en/of leidingen losgekoppeld alsook de doppen ge demonteerd. Monteer deze opnieuw op de juiste plaats en vergeet niet om meestal nieuwe anti- drupmembranen aan te brengen. Dit is eveneens een goede controle of alle onderdelen nog goed werken en of er ergens lekkages optreden. Als deze eerste controle achter de rug is, kan worden overgegaan tot een algemene inspectie. Algemene inspectie Hierbij kunnen een aantal onderde len worden gecontroleerd die bij het spuiten van direct belang zijn. Heeft de trekker het juiste toe rental aan de aftakas? Het toe rental van de aftakas is bepalend voor de opbrengst van de pomp. Een te laag toerental geeft een te lage opbrengst van de pomp, waardoor de roering in de tank te weinig kan zijn. Controleer de afleesbaarheid van de inhoud van de tank (o.a. de peilslang met gekleurd balletje of de vulcomputer). Is de fustreiniger in orde met spanframe om de zakken te kun nen reinigen. Werkt de hydraulische apparatuur voor o.a. het inklappen van de bomen en de hoogte-instelling naar behoren. Kijk de electrische kranen en af sluiters na. Als de machine een tijdje heeft stilgestaan dan wil hier nog wel eens een storing optreden. Zorg dat de balancering zeer nauwkeurig werkt. Deze moet voor 100% in orde zijn. Dit geldt ook voor de onderdelen die het zwiepen moeten tegengaan, zo als schoorstangen, rubber blok ken in het frame e.a. Uiteraard moeten de spuitbomen recht zijn. Met name de uitein den hebben het vaak zwaar te verduren. Stel de aansluitingen van trekstangen of kabels bij. Controleer of alle slangen dicht zijn en niet in het spuitbeeld van de doppen hangen. De spuitdoppen Bij de controle van de spuitdoppen kan voor de afgifte gebruik worden gemaakt van een maatbeker. Hier mee kan worden bekeken of de hoe- veelheidafgifte tussen de doppen gelijk is. Dit zegt echter nog niets over de verdeling van de doppen. Zelfs al zie je op het oog geen afwij kingen aan het spuitbeeld dan nog kunnen er afwijkingen voorkomen. Worden bij de eigen metingen reeds afwijkingen geconstateerd dan moeten de doppen vervangen wor den. Worden geen afwijkingen ge vonden dan nog is het goed om de machine regelmatig te laten testen bij een SKL-station. Bij de keuze van de doppen is een spleetdop met een tophoek van 110 graden van keramisch materiaal meestal de beste keuze ondanks dat keramiek doppen vaak wat duurder zijn. Het met name onregelmatig slijten van doppen wordt hiermee praktisch voorkomen. Tot slot Bij de start van een nieuw spuitsei- zoen kun je niets aan het toeval overlaten. De spuitmachine moet prima in orde zijn. Steeds meer mid delen hebben een dusdanige kleine hoeveelheid actieve stof dat een af wijkend spuitbeeld reeds tot schade of tot een onvoldoende bestrijding leidt. Als je de kosten wilt besparen door minder middel te gebruiken, kan dat alleen als de machine tip top in orde is. Laat is niet verrassen door slecht op je spuitmachine te passen. A.F. Peeters, Gespecialiseerde Bedrijfsdeskundi- ge Techniek. De bestrijding van onkruid na op komst van de aardappelen ligt veel moeilijker dan in veel andere gewas sen zoals bijvoorbeeld bieten. Vaak is een na-opkomst bestrijding nodig als een voorgaande behandeling is mislukt of onvoldoende heeft ge werkt als gevolg van de omstandig heden (b.v. droogte of wind bij spuiten). Afgelopen jaar was dit dui delijk het geval. Door de droge om standigheden tijdens en na de toepassing van een bodemherbicide werkte deze onvoldoende. Met als gevolg: onkruid. In veel gevallen stond dit onkruid er al voordat de aardappelen boven stonden. Als deze situatie zich zo voordoet kunt u dit onkruid beter op dat moment bestrijden. Het voor deel van een voor opkomstbestrij- Het definitief goedgekeurde areaal pootaardappelen over 1991 be draagt 37.165 ha. Er werden 1.334 ha afgekeurd. In 1990 werd defini tief 34.018 ha pootgoed goedge keurd, zo deelt de NAK mee. ding is dat u een volvelds bespuiting kunt toepassen, waardoor ook het onkruid boven op de rug wordt ge raakt. Tevens worden de ruggen minder beschadigd in vergelijking met een kappenspuit. Waarschijnlijk is deze methode voor uw bedrijf ook goedkoper. Al met al reden ge noeg om de situatie voor opkomst te kontroleren. Tot drie dagen voor opkomst kan gespoten worden met 4-5 Itr. Actor, 3 Itr. Finale of 4-6 Itr. Herbogil. Ook kunt u met een glyfosaat bevattend middel (b.v. Roundup) spuiten. Met deze middelen mag u de bovenko mende aardappelen absoluut niet raken. De grond mag dus niet teveel gescheurd zijn. De situatie kan ook anders liggen. Het onkruid komt pas nadat de aardappelen boven staan. In ver band met de veiligheid voor het ge was moeten de toegelaten middelen met een kappenspuit worden toege past. Bij het gebruik van 0,25 kg Sencor WG kan er tegen de sten gels van de planten worden gespo ten. Hierdoor wordt tevens het onkruid op de rug geraakt. Bij deze toepassing mag het onkruid niet te groot zijn. Met Herbogil (met olie). Actor of Finale mag het gewas niet worden geraakt en kan dus alleen tussen de rijen worden gespoten. Bij voldoende dosering worden ook grotere onkruiden gedood. Mechanisch Naast chemische onkruidbestrijding kan ook aan een mechanische on kruidbestrijding worden gedacht. Met eggen, aanaarders of een hoek- schoffel kan na opkomst onkruid worden bestreden. Deze methoden worden o.a. op de regionale proef- boerderij Rusthoeve vergeleken. De ervaring in 1991 was wat betreft de onkruidbestrijding en effekt op de opbrengst goed. Echter de hoeveel heid groene en misvormde knollen nam door mechanische onkruid bestrijding toe. Mechanische onkruidbestrijding na opkomst in aardappelen zal verder moeten worden onderzocht, voor dat dit grootschalig in de praktijk kan worden toegepast, ing. B. van der Spek, bedrijfsdeskundige team Akkerbouw Westmaas

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1992 | | pagina 13