iiitdiJiilitiAbiiiiin m wiiiiiiiBniiiiiiiiii min ■■■niii/iii
Vroeg of laat geeft weinig verschil in opbrengst
Nieuwe teelten nemen
nog bescheiden plaats in
Hoe lang is de landbouw nog kop van jut?
Landbouw en natuur
hebben elkaar nodig!
Toen eind februari begin maart de
eerste zaaimachines in het land
kwamen leek het erop dat we een
vroeg voorjaar zouden krijgen. Op
WEST-ZUID-BEVELAND is toen ook
al het een en ander gebeurd. De zo
mergranen zijn in die tijd gezaaid en
kleuren de akkers reeds groen. Ook
zijn er wat andere gewassen ge
zaaid, o.a. uien, en een enkel per
ceel bieten staat ook reeds boven
de grond.
De laatste dagen zag 's morgens
het gras wat wit, maar het lijkt erop
dat de bietenplantjes die reeds bo
ven staan daar geen schade van
hebben. Nu is het, wanneer ik dit
schrijf op 7 april, al een paar dagen
droog en aarzelend wordt weer een
aanvang gemaakt om de werk
zaamheden op het land voort te
zetten.
Voorzichtigheid is geboden om niet
te vroeg te beginnen en daardoor de
struktuur te verknoeien. Grote ver
anderingen in het bouwplan ten op
zichte van voorgaande jaren zullen
er niet zijn. Er zijn de laatste jaren
wel wat teelten op kleine schaal bij
gekomen, zoals wat grove groenten,
zwarte bessen en dit jaar ook cicho
rei, maar alles bij elkaar betreft het
toch maar een bescheiden opper
vlakte. We hebben ook de indruk
dat er wel wat uitbreiding in de
fruitteelt is gekomen in ons gebied.
Nu hebben we hier van oudsher een
behoorlijk areaal fruit. De afgelopen
twee jaar is hier ten opzichte van
andere streken minder schade van
de nachtvorst opgetreden, waar
door nogal wat fruittelers kunnen
terugzien op een paar oogsten met
goede financiële resultaten.
Momenteel is de aanleg van de
zoetwaterpijp een eind gevorderd. In
de naaste toekomst is het mogelijk
om hierop aan te sluiten. De prijs is
zodanig dat het enkel voor druppel-
bevloeiing of meer intensieve teel
ten rendabel zal zijn om daar
gebruik van te maken, toch verruimt
het de mogelijkheid om te intensive
ren. We vinden dit een goed initia
tief van de Delta Nutsbedrijven.
Misschien dat in de toekomst dit
ook kan bijdragen om glastuinbouw
in ons gebied te krijgen. Voor dat
zover is zal er echter nog wel wat
meer moeten gebeuren.
Als over enkele weken de fruitbo
men in bloei staan kan ik een ieder
aanbevelen om eens een kijkje te
komen nemen en vooral de zak van
Zuid-Beveland is dan zeker een be
zoek waard.
De laatste weken zit er weinig schot
in het voorjaarswerk. Na een aarze
lend begin eind februari begin maart
heeft ook in WALCHEREN de regen
röet in het eten gegooid wat het
zaaien en poten betreft. Intussen
gaat de tijd door en als u dit leest is
het bijna half april. Drogen doet het
momenteel weinig. Het wordt geen
vroeg voorjaar meer, maar dat zegt
op zich weinig over het groei
seizoen.
ledereen kent wel de voorbeelden
waarbij een vroege en een late zaai-
periode in twee verschillende jaren
weinig of geen verschil in opbrengst
gaf. Nog steeds geldt: niet eerder
beginnen dan wanneer de grond
daartoe bekwaam is. Het ene jaar is
dat in maart, dan weer eind april of
nog later.
Wel worden momenteel een aantal
percelen groen van het aanwezige
onkruid. Een bespuiting vooraf
gaand aan een grondbewerking is
dan bijna altijd noodzakelijk. Op
klein onkruid kan dit echter met een
lagere dosering. Mechanische on-
kruidbestrijding bij de zaaiberijding
valt bijna altijd tegen; of men moet
de grond te diep bewerken, of het
onkruid blijft vaststaan wat later
weer extra werk of een extra
bespuiting ten gevolge heeft. Bo
vendien is dit grote en afgeharde
onkruid later moeilijker dood te
krijgen.
Bij sómmige veehouders lopen de
koeien overdag al weer buiten. Gras
is er genoeg. Maar gezien de regen
van de laatste tijd laat de draag
kracht van de zode hier en daar nog
wat te wensen over. Daardoor is de
kans op vertrappen aanwezig. Win
tervoorraad is er nog voldoende zo
dat de noodzaak om (te) vroeg te
weiden niet zo erg groot is. Als het
weer meezit zal er in april zeker nog
gemaaid of gekuild worden. Het
grasland heeft deze winter niet ge
leden. De zode staat vol en dat be
looft een goede opbrengst van de
eerste snede.
De afdelingsvergadering van Campi-
na Melkunie was goed bezocht. De
opbrengstprijs van de melk over
1991 is ongeveer gelijk aan die van
het jaar daarvoor. Gezien de inflatie,
de kostenstijging (denk aan de mi
lieukosten) in wezen een inkomens
achteruitgang, gemiddeld
genomen. Een schrille tegenstelling
met de eisen die worden gesteld
door de vakbonden bij de zuivel
CAO-onderhandelingen. Overigens
heb ik de indruk dat de gewone
melkveehouder het hele Campina
Melkunie-gebeuren, maar nauwe
lijks of helemaal niet meer kan over
zien. Het is meer een kwestie van
geloven en vertrouwen geworden
dan van doorgronden. De presenta
tie van de jaarcijfers had beter ge
kund. Met name de
verstaanbaarheid en de uitleg liet
wat te wensen over.
De bijeenkomst in onze kring over
integratie van vrouwen binnen de
ZLM was goed bezocht. Helaas be
stond maar een kwart van de aan
wezigen uit vrouwen. Na de diverse
inleidingen volgde een levendige en
soms felle discussie waarbij de con
tributie, het gezinslidmaatschap, het
kiezen en gekozen worden van
vrouwen in diverse bestuursorga
nen van de ZLM aan de orde kwa
men. Informatief was het een
geslaagde avond. We zien met be
langstelling tegemoet hoeveel da
mes zich werkelijk als ZLM-lid zullen
aanmelden.
Vorig jaar is het Voorontwerpplan
'landinrichting Walcheren' versche
nen met daarna een inspraakronde
in het gehele ruilverkavelingsgebied.
Als vervolg op de inspraak is nu het
concept-ontwerpplan door de land
inrichtingscommissie afgerond. Dit
ontwerpplan gaat nu naar de CLC
ter goedkeuring waarna het aan Ge
deputeerde Staten wordt aangebo
den. Vervolgens wordt het ter visie
gelegd en kunnen bezwaren tegen
het plan worden ingediend. Wellicht
dat dit plan komende winter weder
om in het gebied kan en zal worden
toegelicht. Toch weer een stapje
vooruit op het lange moeizame land
inrichtingspad.
Nadat het zo'n week of vier te nat is geweest om op het tand wat te kunnen doen is deze week de voor-
jaarsdrukte op de zuidwestelijke akkerbouwbedrijven goed losgebarsten. Volgens enkele praktijkschrijvers
is het nu -begin april- de ideale tijd om gewassen te zaaien en te poten.
We hopen nu toch te kunnen begin
nen met onze voorjaarswerkzaam
heden in de NOORD-WESTHOEK.
We zitten tegen half april aan en el
ke dag dat het later gaat worden
telt voor vele gewassen. Zo rondrij
dend is er wel wat, maar nog niet
echt veel gebeurd. Ook buiten onze
kring is er nog niet veel gebeurd.
Wel overal het vertrouwde beeld
van deze tijd: wagens met zakjes
pootaardappelen en los op de wa
gen. Dat vereist de zaak goed in de
gaten te houden, vooral als het
pootgoed los in afgesloten kippers
ligt kan er bij veel schotvoorziening
broei ontstaan.
De wintertarwepercelen staan er
prima bij evenals de meeste gras
zaadpercelen. Vroeg gezaaide zo-
mertarwe en gerst staan prima
boven ondanks de wat gele kleur
vanwege de kou. Jammer, die plek
ken met water erop. Met de struk
tuur daarvan is het van de zomer
weer gebeurd. De eerste erwten ko
men ook boven en niet te vergeten
de eerst gezaaide bieten. Ze zullen
dadelijk wel voorliggen op de op de
klei nog te zaaien bieten.
Als het blad aan de bomen komt en
de temperatuur is goed, dan ga je er
weer echt zin in krijgen. Geen tijd
meer voor het alledaagse geleuter
en de poppenkast van het wereld
gebeuren. Bent u ook als supporter
mee naar Straatsburg geweest van
wege de oproep van het COPA? El
ke keer weer proberen iets te
bereiken vraagt veel inzet en denken
in positieve zin. Jammer dat toch de
match verloren wordt. Het is anders
dan bij de vakbonden. We weten al
lemaal hoe die te werk gaan en met
positief resultaat.
Hoelang worden we nog als de kop
van jut gebruikt? leder slaat en
beukt in onze richting en nog steeds
worden hamers en mokers aange
dragen om ons als bedrijfstak te tref
fen. Maatregelen te over.
Verordeningen en niet te vergeten
de heffingen waarvan de ene na de
andere opgelegd zal worden. Dat
wordt ons in het vooruitzicht
gesteld, zelfs van binnen de be
drijfstakken. Hoe lang is dit nog te
tolereren en wie durft echt te zeg
gen: tot hier toe en niet verder? 't
Wordt hoog tijd dat in deze orde op
zaken wordt gesteld. En niet de rich
ting uit die we echt geen van allen
willen. Onze leden gaan zich grim
mig opstellen, ook in de andere
lidstaten. Met name onze oosterbu
ren, want die zitten toch al moeilijk
i.v.m. de hereniging met de voorma
lige DDR.
Velen denken in het ongerede te ra
ken met het omschakelen van het
ene naar het andere produkt, zoals
bijv. de akkerbouwmatige tuinbouw.
Nu heeft men het weer over kuiken-
mesten en andere takken in de bio-
industrie. Alternatief boeren, dat
zou het moeten worden. Gelooft u
echt in extra prijsvorming? De
meeste handel wil winst, ongeacht
wat er in het zakje zit (de goede niet
te na gesproken).
Het van de hak op de tak springen
kost de meeste tijd en geld. Hopen
de op een goed bouwplan met niet
te veel vraagtekens vanwege rende
ment en opbrengst wens ik u toe
dat voor de Pasen alle voorjaars
werkzaamheden weer achter ons
liggen. En verder een goed groeisei
zoen, dat nu eens niet vanuit Brus
sel is te regelen.
Voor de akkerbouw en de gespe
cialiseerde veehouderij is veel
grond nodig. In verband met de
mestproblematiek (milieumaatre
gelen) wordt de grondbehoefte
voor de intensieve veehouderij
en de melkveehouderij groter.
Glastuinbouw en vollegronds-
groenteteelt vragen relatief wei
nig grond. De vraag naar grond
zal blijven. En a/s het Natuurbe
leidsplan wordt uitgevoerd
wordt, afhankelijk van het be
schikbaar stellen van financiën
door de overheid, die vraag zelfs
groter.
De landbouw is de donor voor
deze schaarse grond. De span
ning op de grondmarkt zal door
het Natuurbeleidsplan steeds
groter worden wat een stijging
van de grondprijs tot gevolg zal
hebben. Aan de andere kant zal
door het niet aanwezig zijn van
opvolgers op verschillende be
drijven of om milieutechnische
dan wel ekonomische redenen
het aanbod van grond eerder
toenemen dan verminderen.
Wellicht is het goed voor 'de
landbouw' en 'de natuur', vraag
en aanbod van grond op elkaar
af te stemmen, opdat door uit
voering van het Natuurbe
leidsplan de bedrijven niet
worden versnipperd.
Buitenstaander gelooft niet dat
een Natuurbeleidsplan uitge
voerd kan worden middels ont
eigening zoals wordt voorgesteld
in de te wijzigen Landinrichtings
wet, en ook buiten verkavelingen
om. Zo'n voorstel zal de positieve
houding van de boeren noch
voor herinrichting noch voor ruil
verkaveling noch voor het Na
tuurbeleidsplan bevorderen.
Onteigening maakt een zeer om
slachtige procedure noodzakelijk
en de kosten vallen aanzienlijk
hoger uit.
Naar mijn overtuiging biedt de
ruilverkaveling goede mogelijk
heden om een Natuurbeleidsplan
te realiseren op vrijwillige basis.
De landbouw zal er geen be
zwaar tegen hebben dat gronden
die minder geschikt zijn voor de
landbouw aan de agrarische be
stemming worden onttrokken,
mits de beëindigers het geld krij
gen waar ze recht op hebben en
de blijvers er andere goed verkavel
de percelen voor terug krijgen. Een
boerderijverplaatsingsregeling is
hierbij broodnodig. Dit kan gereali
seerd worden door vergroting van
de aankoopmogelijkheden voor
Bureau Beheer Landbouwgronden.
Wellicht is een provinciale of lan
delijke grondbank gewenst. De
landmeter kan, indien er vol
doende 'extra' grond beschik
baar is, de toedeling soepel laten
verlopen en er voor zorgen dat
de landbouwbedrijven een goe
de verkaveling verkrijgen of be
houden waardoor de kosten
verlaagd kunnen worden. Tevens
kunnen de natuur- en land
schapswaarden worden verbe
terd zonder dat dit schade
oplevert voor de landbouw.
Landinrichting maakt het moge
lijk om grond te verwerven en op
de juiste plaatsen toe te delen.
Het is vanzelfsprekend dat de
natuur- en landschapswaarden
in overleg met 'de landbouw'
moeten worden bepaald, en niet
zoals nu vaak gebeurt, worden
bepaald zonder overleg. Bestuur
ders moeten begrijpen dat er dan
geen draagvlak is bij de platte
landsbevolking. Er wordt prak
tisch inzicht gevraagd, er wordt
begrip gevraagd van de natuur
voor de landbouw en van de
landbouw voor de natuur. Er
wordt gevraagd niet te dwingen
maar te overleggen. Er moet be
sef zijn dat harde randvoorwaar
den voor boeren moeilijk te
verteren zijn.
Landbouw en natuur kunnen ge
zamenlijk veel bereiken. Om bei
de belangen tot hun recht te
laten komen is landinrichting een
instrumentarium. Dit instrument
verwerpen zou dom zijn, van
landbouw èn natuur. Indien het
rijk de landinrichtingsrente af
schaft en over wil gaan tot ont
eigening t.b.v. de natuur is dit
buitengewoon dom. Men is dan
bezig behalve de landbouw ook
de ruilverkaveling te verwaarlo
zen. Een beetje meer redeneren
vanuit het platteland zou niet
misstaan, noch voor de bestuur
ders, noch voor de landbouw,
noch voor de natuur.
Buitenstaander