Daling graanprijs is geen
oplossing voor overproduktie
Schap wil bindende afspraken met
overheid over gewasbescherming
Nieuws
Louwespenning voor "reizend
ambassadeur" Chris Floris
Landbouwschap op voorwaarden
bereid tot milieuheffingen
Bestuur KNLC
Landbouwschap:
Suikersysteem in
1993 gecontinueerd
Excursie
winterbloemkool
Glastuinbouw
Zuid-Beveland
als één
complex
presenteren
De prijsvoorstellen die de Europese
Commissie vorige week heeft ge
presenteerd betekenen wel een sta
bilisatie van beleid, maar absoluut
geen stabilisatie van de prijzen. Het
totale pakket betekent een verla
ging van het inkomen voor de boe
ren en tuinders. De graanprijs daalt
daarbij het meest; het Europese
budget knelt hiervoor ook het
meest.
In een gesprek met het dagelijks
bestuur van het Landbouwschap
heeft minister Bukman gezegd dat
dit prijsjaar als een overgangsjaar
gezien moet worden. Er is binnen
het kabinet nog geen definitief
standpunt over de prijsvoorstellen.
Tijdens het gesprek met het Land
bouwschap liet Bukman doorsche
meren dat hij verwachtte dat er pas
in de tweede helft van dit jaar ver
der gesproken zou worden over de
hervormingen van het EG-
landbouwbeleid. De besprekingen
daarover zijn afgelopen week echter
al weer gestart.
Het KNLC-bestuur kon zich niet ver
enigen met de gepresenteerde prijs
voorstellen. Ze houden ten eerste
geen rekening met de inflatie, waar
door ze een prijsdaling inhouden.
Daarbij is er weer geen aandacht
voor flankerend beleid, zoals agrifi
catie. Ook merkte het bestuur ook
dat er in 1990 teveel medeverant
woordelijkheidsheffing voor de gra
nen is geheven. Dit is niet
meegenomen in de prijsvoorstellen.
Wat betreft de zuivel moet de reali
teit onder ogen worden gezien dat
het quotumsysteem blijft bestaan.
Aanpassingen in het beleid zullen al
tijd een mengelmoes inhouden van
veranderingen in de prijs en in de
hoeveelheid. Het systeem van su
perheffing is met een jaar verlengd.
Daarbij houdt de Europese commis
sie zich het recht voor in de loop
van het jaar te beslissen over een
quotumkorting van 1%. Onduidelijk
is of de mogelijke quotumkorting
van 1% met terugwerkende kracht
wordt ingevoerd.
Inkomstentoeslag
Het KNLC is nog steeds van mening
de redelijk efficiënte bedrijven hun
inkomen uit de produktie moeten
kunnen halen. Het landbouwbeleid
moet er op gericht zijn om het
Het Landbouwschap vindt het ac
ceptabel om voor de uitvoering van
milieubeleid heffingen in te stellen.
Maar ze moeten dan wel aan een
aantal strikte voorwaarden voldoen,
zo bleek woensdag in de bestuurs
vergadering.
De in het Landbouwschap samen
werkende organisaties gingen ak
koord met een kadernotitie met
uitgangspunten, toetsingscriteria en
eisen die aan milieuheffingen moe
ten worden gesteld. Een van de be
langrijkste voorwaarden is dat de
heffingsgelden rechtstreeks ten
goede moeten komen aan de be
scherming van het milieu.
Het bestuur is van mening dat mi-
Het Landbouwschap is met CSM en
Suikerunie overeengekomen het
Suikersysteem van 1992 het ko
mende jaar op hoofdlijnen te conti
nueren. Het mengprijsquotum
wordt derhalve gehandhaafd op
915.000 ton en de suikerreferentie
blijft grondgebonden, waardoor bij
overdracht van quotum de grond
mee overgaat. Artikel 28 van het
Suikersysteem stelt wel als voor
waarde dat de quotumoverdracht
wordt uitgevoerd naar redelijkheid
en billijkheid.
Het Suikersysteem 1993 kent enke
le wijzigingen. Doordat de voorlopi
ge, indicatieve en herziene
toewijzing vervalt, zal het quotum
nog slechts eens per jaar worden
toegewezen. Deze eenmalige, voor
lopige toewijzing vormt een belang
rijke kostenbesparing.
De vergrotingsregel bij nieuwe cul
tuurgrond, sanering en landinrich
ting bedraagt thans 25 procent.
Vanaf 30 april a.s. zal bij de taakstel
lende bedrijfsvergroting van akker
bouwbedrijven 23,5 procent van
het districtsgemiddelde worden ver
strekt.
Overigens wijst het schap erop dat
het suikersysteem vooralsnog kan
worden gecontinueerd op voor
waarde dat de nationale en Europe
se regelgeving dat mogelijk maken.
lieuheffingen pas zin hebben wan
neer ze voor boeren en tuinders een
stimulans vormen. Heffingen mo
gen nimmer de financiële draag
kracht van een onderneming te
boven gaan en moeten besteed
worden in dezelfde sector als waar
in ze worden geheven. Bovendien
moet een heffing eindig zijn en het
effect van de heffing moet contro
leerbaar zijn. Wanneer de milieu
doelstellingen zijn bereikt, houdt het
bestaansrecht van de heffing op.
Naar de mening van het bestuur
moeten milieuheffingen een initia
tief van het landbouwbedrijfsleven
zijn. De opbrengsten moeten louter
aan de landbouw ten goede komen
en dus niet tot nut van het alge
meen. Met deze voorwaarde wil het
schap voorkomen dat parallellen
worden getrokken tussen deze mi
lieuheffingen en de geplande
bestemmingsheffingen van de over
heid. Daarmee stemt het schap na
drukkelijk niet in.
De plannen van de ministers Kok
(Financiën) en Alders (Milieubeheer)
om belastingen in te voeren op het
gebruik van grondwater, kunstmest,
veevoer en afval betekenen een
lastenverhoging voor de vee- en
vleessector van ca. 60 miljoen gul
den per jaar. Hierdoor komt de con
tinuïteit van een aantal bedrijven in
gevaar. Dit schrijven de Produkt-
schappen voor Pluimvee en Eieren
(PPE) en Vee en Vlees (PVV) in een
brief aan beide bewindslieden.
De produktschappen noemen de
voorgestelde maatregelen 'on
gewenst'.
Veiling CHZ organiseert vrijdagmid
dag 3 april een inpakdemonstratie
winterbloemkool, gekoppeld aan
een excursie. De bijeenkomst vindt
plaats op het bedrijf van de heer L.
Joziasse, Oostkapelseweg 87 te Se-
rooskerke (w), aanvang 14.00 uur.
Onder meer wordt aandacht gege
ven aan het veilingklaar maken. Een
veilingmedewerker geeft hierop een
toelichting en gaat in op andere ac
tualiteiten.
marktevenwicht in stand te houden.
De door de Europese Commissie
voorgestane daling van de graan
prijs lost de overproduktie niet op.
En die is de oorzaak van alle proble
men. Agrificatie en een betere
marktverhouding tussen graan en
graanvervangers kunnen deze pro
blemen oplossen. Daarnaast
bestaat bij een stringente graan
prijsverlaging het gevaar van het
verdringingseffect, waardoor ook de
prijzen van de vrije produkten, zoals
aardappelen zullen gaan dalen.
Het huidige beleid is echter niet ge
richt op het in stand houden van het
marktevenwicht en voorziet in een
snelle prijsdaling. Bedrijven zijn
daardoor niet in staat zich aan te
passen aan de veranderende om
standigheden.
Daarom vraagt het bestuur van het
NLC zich af of inkomstencompensa
tie geen oplossing zou bieden. Hier
bij denkt het bestuur aan een
compensatie voor alle bedrijven en
gebaseerd op prijsondersteuning
van produkten. Wanneer er nu niet
voor inkomstencompensatie gepleit
zou worden, bestaat er zeer grote
kans dat straks de prijzen met zo'n
30% gedaald zijn, zonder dat de
boeren daar een cent compensatie
voor hebben gekregen.
Vanuit het bestuur kwam nogmaals
een zeer sterke roep om agrificatie
te bevorderen. Waarom kan er bij
voorbeeld geen accijnsverlaging ko
men voor biobrandstof. Het KNLC
zal zich hier hard voor maken.
Ingeborg Schuitemaker
Het Landbouwschap heeft de heer
C. Floris (59) uit Rotterdam
woensdag bij zijn afscheid als se
cretaris Buitenland onderscheiden
met de H.D. Louwespenning. Floris
ontving de penning uit handen van
voorzitter drs. J. Mares aan het slot
van de openbare bestuursverga
dering.
De Louwespenning, genoemd naar
de eerste voorzitter van het Land
bouwschap Herman Derk Louwes,
wordt toegekend aan personen die
zich in het kader van het Landbouw
schap buitengewoon verdienstelijk
hebben gemaakt voor de agrarische
sector in Nederland. Mares schetste
Floris als "de reizend ambassadeur
van de georganiseerde land- en tuin
bouw". Over de grens opereerde hij
bijna dertig jaar als het "buiten
been" van de land- en tuinbouwor
ganisaties, soms ook als adviseur
van de Nederlandse regering in ver
schillende organisaties.
Floris kwam begin 1962 bij het
Landbouwschap in dienst als mede
werkers van de toenmalige commis
sie Gezondheidszorg Dieren.
Vanwege zijn fenomenale talenken
nis - hij spreekt tien talen - verhuis
de hij al snel naar het secretariaat
voor buitenlandse aangelegenhe
den. Op 1 januari 1969 werd Floris
benoemd tot adjunct-secretaris van
de commissie Buitenland van het
Landbouwschap en op 1 oktober
,1979 tot secretaris. Hij wordt bij het
landbouwschap opgevolgd door
drs. H. Letschert uit Gouda.
De gaande en komende man: Chris Floris (links) met zijn opvolger,
drs. Henk Letschert (foto Thuring).
De Tweede Kamer moet een besluit
over de in Het Meerjarenplan Ge
wasbescherming voorgestelde sa
nering van bestrijdingsmiddelen
uitstellen totdat er meer duidelijk
heid is. Dat zei het bestuur van het
Landbouwschap woensdag tijdens
de behandeling van een bestuurs-
afspraak die het schap over het ge-
wasbeschermingsgebied met de
overheid wil maken.
Het Landbouwschap is bereid met
de overheid op korte termijn binden
de afspraken te maken over het ver
minderen van het gebruik,
verminderen van de afhankelijkheid
en verminderen van de uitstoot van
gewasbeschermingsmiddelen. Om
die doelstellingen te bereiken heeft
het Landbouwschap een eigen plan
gemaakt. Basis van het plan is een
halvering van het middelengebruik
in het jaar 2000 en een beperking
van de uitstoot van stoffen met 80
tot 90 procent, zoals ook in het
meerjarenplan staat. Voor het plan
van het Landbouwschap bestaat in
de land- een tuinbouw een breed
draagvlak.
Een akkoord tussen het landbouw
bedrijfsleven en de overheid over
deze doelstellingen houdt wel in dat
het besemmingsheffing op bestrij
dingsmiddelen achterwege blijft en
dat de sanering van de zogenoemde
stoffenlijst aan strikte voorwaarden
wordt onderworpen. De doelstellin
gen uit het meerjarenplan zijn met
de aanpak van het Landbouwschap
ook haalbaar zonder bestemmings
heffing.
Maatregelen
Het plan van het Landbouwschap
omvat onder meer richtlijnen voor
geïntegreerde en milieubewuste
teeltmethoden, verplichte periodie
ke keuring van landbouwspuiten,
het invoeren van een verplichte
spuitlicentie voor degene die met
bestrijdingsmiddelen omgaat en de
introductie van een bestrijdingsmid
delenboekhouding. Verder zal het
aantal voorbeeldbedrijven waar
nieuwe ontwikkelingen op milieuge
bied worden toegepast, worden uit
gebreid. In het praktijkonderzoek wil
het Landbouwschap de nadruk leg
gen op het ontwikkelen van geïnte
greerde en gesloten teelt- en
landbouwtermen.
Overheid
De overheid zal zich van zijn kant
moeten vastleggen om het toela
tingsbeleid binnen een jaar goed te
doen functioneren. Tevens moet zij
een deugdelijk risicobeoordelings
systeem ontwikkelen zodat een hel-
dere afweging mogelijk wordt. Vopr
middelen met bijzondere milieurisi
co's moet er een kanalisatiesysteem
komen met strikte voorwaarden
voor levering en gebruik.
Kosten
Het landbouwbedrijfsleven zal zelf
de financiering van de activiteiten
uit het plan opbrengen. Zo wil de
land- en tuinbouw jaarlijks een be
drag van ruim 1 miljoen gulden ste
ken in de bekostiging van diverse
concrete maatregelen. Verder wor
den de kosten voor voorlichting en
onderzoek geraamd op 3 tot 5 mil
joen gulden. Voor overige activitei
ten zal zoveel mogelijk het
profijtbeginsel worden toegepast.
Sancties
Als het tot een bestuursafspraak
komt moet de verantwoordelijkheid
voor een halvering van het gebruik
van bestrijdingsmiddelen in 2000 bij
het landbouwbedrijfsleven komen te
liggen. Mocht in 1985 blijken dat de
gewenste daling van het middelen
gebruik onvoldoende in gang is ge
zet, dan accepteert het
Landbouwschap sancties. Via deze
sancties kunnen de doelstellingen
alsnog worden gehaald. Het Land
bouwschap denkt daarbij onder an
dere aan het opleggen van
verplichtingen ten aanzien van de
bedrijfsvoering en het invoeren van
financiële drempels voor het gebruik
van die bestrijdingsmiddelen waar
van reductiedoelstellingen niet zijn
gehaald.
VERVOLG VAN VOORPAGINA
De Bathpolders te Utrecht, die de
gronden in eigendom heeft. Voor de
Reigersbergsche Polder is niet be
kend wie als risicodrager gaat op
treden. De gemeente Borsele heeft
Inogam BV te De Bilt in samenwer
king met de Rabobank bereid ge
vonden als projectontwikkeling op
te treden. De gronden moeten nog
verworven worden. Borsele meldt
bovendien dat de raffinaderij Total in
het nabijgelegen Sloegebied CO2 als
restprodukt kan leveren voor goed
kope verwarming van de kassen. De
besparing wordt geraamd op 30%
van de energiekosten.
De stuurgroep, waarin ook de ZLM
vertegenwoordigd is, had het liefste
gezien dat er al risicodragende
marktpartijen zouden zijn, waardoor
er garanties bestaan dat plannen
ook daadwerkelijk uitgevoerd kun
nen worden. Nu dat niet het geval is
adviseert zij de provincie de regio
Zuid-Beveland als één complex te
presenteren als meest gunstige lo-
katie voor glastuinbouwvestiging en
tot actieve steun aan een project
over te gaan als er een kant-en-klare
overeenkomst op tafel ligt.