Gegevens landbouwtelling '92
gaan meteen de computer in
MENSELIJKE TREKJES?
Landbouwuniversiteit trekt
eigen type studenten aan
Uitvoering regelingen vergaand geautomatiseerd
imago-onderzoek maakt duidelijk:
Hoofd Uitvoering Regelingen in Zeeland ing. A. Loos (foto: Anton Dingemanse).
De jaarlijkse landbouwtelling staat
weer voor de deur. Alle boeren wor
den geacht op de aangekondigde
zitdagen te verschijnen en de beno
digde bedrijfsgegevens te verstrek
ken. Dit jaar zal de werkwijze op de
zitdag wat anders zijn dan men ge
wend is. Ook bij de landbouwtelling
gaan pen en papier plaats maken
voor de computer.
De gegevens die voorheen door het
CBS in de computer moesten wor
den gestopt en vervolgens door de
DBH's werden gecontroleerd, wor
den dit jaar voor het eerst op de zit
dag al meteen ingevoerd in de
computer. De boer kan zelf op het
beeldscherm meelezen welke gege
vens in het bestand worden opge
nomen. Eventuele opvallende
afwijkingen ten opzichte van vorig
jaar kunnen ter plekke worden toe
gelicht dan wel gecorrigeerd. Ver
volgens worden de gegevens
uitgeprint en kan de boer zijn hand
tekening er onder zetten. Hij krijgt
meteen een afdruk mee naar huis.
De automatisering van de land
bouwtelling is onderdeel van een to
taal automatiseringsprogramma bij
de afdelingen Uitvoering Regelingen
van het ministerie van Landbouw,
Natuurbeheer en Visserij. Een pro
gramma, dat geruime tijd geleden al
in gang is gezet en nu voor het
grootste deel operationeel is. Doel is
een efficiënte uitvoering van regelin
gen met waarborgen voor betrouw
baarheid, rechtmatigheid,
rechtszekerheid en rechtsgelijkheid.
Met andere woorden: de regelingen
moeten snel, efficiënt en rechtvaar
dig worden toegepast.
Cijfers
Dat automatisering geen overbodi
ge luxe is bij Uitvoering Regelingen
mag blijken uit een paar cijfers. In de
provincie Zeeland zitten 8.430 rela
ties in het bestand en werden vorig
jaar 7.000 aanvragen behandeld,
die betrekking hebben op inmiddels
zo'n 120 regelingen. En dat alles
moet door 11 mensen worden uit
gevoerd, verdeeld over de kantoren
Goes en IJzendijke. Om welke rege
lingen gaat het hier? Een paar voor
beelden: de complementaire
regelingen investeringssteun (vorig
jaar in Zeeland 220 aanvragen), de
premieregeling zoogkoeien (300
aanvragen), de stierenregeling (900
aanvragen), de ooipremie (750 aan
vragen), de steunverlening kleine
graanproducenten oftewel terugbe
taling medeverantwoordelijkheids-
heffing (1900 aanvragen), de
stimuleringsregeling bedrijfsbeëindi
ging (5 aanvragen), de vlassubsidie
regeling (700 aanvragen), de
bijdrageregeling bos- en land
schapsbouw (120 aanvragen), het
verlenen van afschotvergunningen
(700 aanvragen), secretariaat wild-
schadecommissie (514 verzoeken).
Pas geleden zijn er nog 25 regelin
gen voor de visserij bij gekomen.
Om de zowel in aantal als in com
plexiteit toenemende regelgeving
vanuit Den Haag en Brussel in goe
de banen te leiden, is een sterk ge
reglementeerde werkwijze
onvermijdelijk. De computer is daar
bij een nuttig en onmisbaar hulp
middel.
Zakelijke aanpak
De boeren en andere belanghebben
den en ook de medewerkers van
Uitvoering Regelingen zelf zullen
moeten wennen aan de nieuwe,
meer zakelijke aanpak. Ing. A. Loos,
hoofd Uitvoering Regelingen in Zee
land: 'tot voor kort mocht de boer
ervan uitgaan dat de DBH nogal
eens de helpende hand toesprak bij
het invullen van formulieren. Dat
kan helaas niet meer. We gaan nu
uit van gescheiden verantwoorde
lijkheden. De boer wordt geacht zijn
aanvragen volledig in te dienen,
waarbij wij natuurlijk altijd duidelijke
informatie moeten geven. Is een
aanvraag niet volledig, dan pikt de
computer dit op en stuurt de DBH
een brief de deur uit waarin men
wordt verzocht alsnog de aanvullen
de gegevens binnen de gestelde ter
mijn te leveren. Wij passen dus vrij
consequent de geldende spelregels
toa Tijd om zelf achter ontbrekende
gegevens aan te gaan, is er niet
meer. Aan de andere kant weet de
aanvrager duidelijk wat er van hem
verwacht wordt'.
Het lijkt er op dat deze efficiëncy-
operatie alleen maar bedoeld is om
het ministerie werk uit handen te
nemen. Wat staat daar voor de boer
tegenover? Ing. Loos: 'de boer mag
er van onze kant op rekenen dat zijn
aanvraag - mits volledig en tijdig in
gediend - snel wordt afgehandeld.
Vroeger kon een aanvraag nog wel
eens lang blijven liggen, omdat de
gegevens onvolledig waren. We gin
gen dan zelf op onderzoek uit. Dat
gebeurt nu niet meer. Dat betekent
dat de boeren die hun aanvragen op
de juiste wijze indienen hun geld
snel in huis hebben en niet meer de
dupe worden van collega's die dat
niet doen. Die garantie durf ik wel te
geven, zij het met de aantekening
dat ook de techniek van de compu
ter ons wel eens in de steek kan
laten'.
Duidelijke voorlichting
Ing. Loos wijst er op dat de regelge
ving steeds ingewikkelder wordt.
Men streeft weliswaar naar vereen
voudiging, maar op uitvoeringsni
veau komt er van die
vereenvoudiging nu nog niet veel te
recht. Nu de boeren bij het indienen
van aanvragen steeds meer op zich
zelf zijn aangewezen, is duidelijke en
overzichtelijke voorlichting noodza
kelijk. Daar wordt door het ministe
rie veel aandacht aan besteed. Ook
formulieren worden zo duidelijk en
compact mogelijk ingericht met
daarbij een goed leesbare toelich
ting. Toch is de ervaring dat de men
sen slecht lezen, boeren niet
uitgezonderd. Het bestuderen van
een brochure of het invullen van een
formulier is nu eenmaal geen werk,
dat een doorsnee boer graag doet.
Toch valt er zo nu en dan niet aan te
ontkomen en men kan er zelfs geld
mee verdienen!
Over de landbouwtelling, die op het
punt staat te beginnen, wil ing. Loos
nog één ding kwijt: bescherming
van de gegevens is volledig gewaar
borgd. Het ministerie geeft de gege
vens niet uit handen. Als
instellingen met een algemeen land
bouwbelang om adressen vragen,
wordt overigens een enkele keer wel
medewerking verleend. Dat is bij
voorbeeld het geval als het AOC
haar cursusprogramma wil versprei
den. Maar ook in dat geval gebeurt
de verzending vanuit het Land
bouwcentrum. De adressen komen
dus niet in handen van derden.
Volgens aardappelkweker JJ. Lamse uit Colijnsplaat is het niet zo'n wonder dat het de firma Mogen te
Leiden gelukt is een menselijk eiwit uit een aardappel te maken. Hij heeft zelf namelijk een nieuw aardap
pel ras gekweekt waarvan de knollen trekjes van een menselijk gelaat vertonen, zelfs de oogwimpers zijn
niet vergeten. 'Sommige geleerden beweren dat de mens is ontstaan uit een in zee levend wezen, maar
het kan ook uit een aardappel zijn', aldus de heer Lamse. Hij verzekert dat er met deze knollen niet is
gemanipuleerd.
De Landbouwuniversiteit Wagenin-
gen trekt een type studenten aan
dat speciaal bij haar past. Meer dan
bij andere universiteiten het geval is
komen studenten naar Wageningen
omdat de inhoud van de studie hen
boeit. Daar moet de Landbouwuni
versiteit bij de werving van nieuwe
studenten vanuit blijven gaan. Dit
blijkt uit een onlangs gepubliceerd
onderzoek naar het imago van de
Landbouwuniversiteit Wageningen.
Bijna alle studenten van de Land
bouwuniversiteit blijken voor Wage
ningen te kiezen omdat zij interesse
hebben in de inhoud van de studie:
natuur, milieu, landbouw. De plaats
Wageningen, de reputatie van de
universiteit, zelfs de (nogal eens on
duidelijk genoemde) be
roepsperspectieven spelen bijna
geen rol in de argumentatie om voor
Wageningen te kiezen. Dat klopt
niet met onderzoeken die voor an
dere universiteiten zijn gedaan. Een
mogelijke verklaring hiervoor is het
unieke taakveld van de Wageningse
universiteit. Wie daarvoor een in
houdelijke keuze maakt laat zich
vervolgens minder leiden door
'rand-argumenten'.
Het onderzoek was gericht op eind
examenkandidaten van het VWO,
hun ouders en leraren. Hieruit ont
stond het volgende beeld van de
Landbouwuniversiteit Wageningen:
een sterk gespecialiseerde (land
bouw en milieu), met goede oplei
dingen, vooral van
natuurwetenschappelijke en tech
nologische aard. Men is in Wagenin
gen wel gericht op vernieuwing,
houdt daarbij de praktijk duidelijk in
de gaten. Er heerst een mentaliteit
die meer uit is op samenwerking en
idealisme dan op rivaliteit en zake
lijkheid'.
Het type jongere dat bij dit beeld
van Wageningen past komt tamelijk
welomschreven uit het onderzoek
tevoorschijn. Zowel de v.wxx-
leerlingen als hun ouders en leraren
komen steeds weer uit bij omschrij
vingen als 'heeft interesse in land
bouw', 'interesse in
milieuvraagstukken', 'is een sociaal
type', 'idealistische student', 'is
goed in exacte vakken', 'een be
wuste student'.