Zes boeren in beroep tegen ontheffing voor VanderHave Problemen vragen om kwaliteitsantwoord Niet in één keer alles overhoop gooien Nieuws Nieuwe KNLC-delegatie in bestuur Landbouwschap Vrouw plaats geven waar ze recht op heeft Ontheffing verordening vergelingsziekte Integratie in landbouworganisatie Voorlichting over veldproeven Meijer Ondernemersprijs voor weerman Akkerbouwer Van de Zande: Afdelingsvoorzitter H.D. van Riemsdijk: ia» 13 Zes boeren uit Rilland zijn in beroep gegaan tegen de ontheffing, die de Gewestelijke Raad voor Zeeland van het Landbouwschap heeft verleend aan kweekbedrijf VanderHave inge volge de Verordening Bestrijding Vergelingsziekte bij bieten. Volgens deze landbouwers zijn de bieten- proeven niet luisvrij, waardoor hun percelen gevaar lopen besmet te ra ken door de vergelingsziekte. De zes boeren hebben onder aan voering van M. Boonman het Colle ge van Beroep voor het Bedrijfsleven in Den Haag gevraagd de ontheffing voor 1992 te vernieti gen of op te schorten totdat duide lijk is dat de omgeving geen schade meer zal ondervinden van het kweekbedrijf. In het beroepschrift verwijzen de Rillandse boeren naar hun in 1988 ingediende bezwaren tegen de ont heffing, toen nog namens 18 be- drijfsgenoten. Dit heeft er toe geleid dat de vertegenwoordiger van Van derHave uit de kontrolekommissie is verdwenen. Volgens de briefschrij vers heeft men zich echter niet nog maals over de schade gebogen - "zoals uw college had bevolen". In juni 1991 heeft Boonman in een aantal proefkasjes van VanderHave opnieuw luizen waargenomen, waaronder de perzikgroene bladluis, die met name drager is van de ge vreesde vergelingsziekte. Deze waarnemingen zijn gemeld aan de kontrolekommissie en aan de Ge westelijke Raad, echter zonder re sultaat, aldus Boonman c.s. Luisvrij Volgens de briefschrijvers stelt de regeling dat de bietenproeven luis- Het bestuur van het KNLC heeft in de vergadering van 24 februari 1992 de nieuwe vertegenwoordi ging in het bestuur van het Land bouwschap samengesteld: de delegatie zal bestaan uit KNLC- voorzitter M.J. Varekamp, KNLC- vice-voorzitter H. Slijkhuis, de heren H. Scheffers, J. Panman en J. de Groot; als plaatsvervangers worden voorgedragen de algemeen secretaris van het KNLC en de he ren J. van Leeuwen, K. van der Woude, H. van der Maas, A. Lan- ting. Het KNLC draagt als advise rend lid mevr. A. Geluk-Geluk voor, met als plaatsvervanger mevr. J. Temeer-Van Valburg. Verder heeft het KNLC-bestuur S. Reitsma uit Leens en W. van Veld huizen uit Aarle-Rixtel benoemd in de afdeling Melkveehouderij van het Landbouwschap, met H. Tinge uit Zeijen en P. Kremer uit Oldenhove als plaatsvervangers. T. Hamoen uit De Meern en S. Reitsma worden voorgedragen als leden van de commissie Praktijkon derzoek veehouderij (de afdeling melkveehouderij van het Land bouwschap benoemt op voordracht van onder andere het KNLC). Het KNLC-bestuur draagt T. Hamoen uit De Meern voor als lid van de boter- commissie van het Produktschap voor Zuivel (3 CLO-benoeming). J.P Lindenbergh uit Wehe-Den Hoorn is benoemd tot lid van de Hoofdafdeling Akkerbouw van het Landbouwschap. Voordrachten in de sfeer van Grond gebruik: C.K. Franzen uit Barsinger- horn wordt benoemd in de commissie Grondgebruik van het Landbouwschap; W. Koops uit Den Haag wordt voorgedragen als plv. lid van de Centrale Landinrichtings commissie; J. Brinkman wordt be noemd in de CLC-subcommissie 'Doorlichting voorbereidingsschema (A. Barlagen is voorzitter van deze commissie); J. Kingma en W. Koops worden benoemd in de commissie Planologie van het Landbouwschap; W. Koops wordt benoemd in de Landbouwschaps Commissie Mi lieuvraagstukken. Wat de integratie betreft, begint bij het Landbouwschap de victorie. De eerste vrouw zit in het bestuur van het Schap. Nog twee zullen er spoe dig volgen. Ook de KNBTB en het KNLC hebben beide namelijk een vrouw afgevaardigd. De opzet om meer vrouwen in het bestuur van onze organisatie te plaatsen krijgt op deze manier steeds meer gestalte. Ook bij de ZLM bespreken we deze zaken. De integratiekommissie van onze organisatie zoekt ook naar we gen die t.z.t. verder ingevuld kunnen worden. De Geldersche mij. van Landbouw is ook druk doende met deze materie. Boerenorganisaties zijn echt nog een mannenwereld. Een wereld waarin je echt je mannetje wel moest staan om tot leidinggeven geroepen te worden. Plattelanders hadden blijkbaar toch meer tijd no dig om de emancipatie van de grond te krijgen dan de stad. We willen die achterstand goed en duidelijk inlo pen. Niet omdat het van bovenaf opgelegd wordt of omdat het zo "in" is. Nee, we aanvaarden het omdat het noodzaak is en vooral ook omdat deze zaak een duidelijke aanpak vergt om achterstanden bij te sturen. In de landbouworganisaties zit er heel wat beweging. Juist nu is de kans schoon om tijdens deze pro cessen ook de vrouw binnen onze organisatie die plaats te geven waar ze recht op heeft. De kringen zullen op de eerstko mende vergadering de integratie op nieuw aan de orde stellen. Eigenlijk zou het een vast punt op de agenda moeten zijn. Er valt voor deze zaak best nog meer te doen. Het KNLC gaat ook op dit pad verder. Als ZLM zullen we onze aanpak zoals we die tot heden hadden blijven voortzet ten. Dat betekent: voor alles zakelijk deze materie behandelen. Dat bete kent: we gaan niet zeuren of mede lijden opwekken. Nee, door echtheid is deze zaak zo sterk te maken dat we geen emotionele wapens behoe ven te gebruiken. A.H. Munters, voorzitter integratie kommissie ZLM vrij moeten zijn en dat, als er zieke planten gevonden worden, deze ver nietigd moeten worden. Zij vinden dat de kontrole te wensen overlaat en dat de tolerantie naar VanderHa ve te groot is. De eerdere uitspraak van het College van Beroep wordt volgens Boonman c.s. niet nage leefd. Ze spreken er hun ongenoe gen over uit dat de schade nog steeds niet geregeld is. De zes bezwaarmakende boeren zijn dezelfde als degenen die niet ak koord zijn gegaan met de schade vergoeding die VanderHave beschikbaar stelde naar aanleiding van het verspreiden van vergelings ziekte vanuit het kweekbedrijf in 1987. Ruim 50 endere boeren in de omgeving gingen wel akkoord met de schadevergoeding. Bietenquotum Intussen heeft minister Bukman op schriftelijke vragen van het Tweede- Kamerlid Ter Veer (D'66) laten we ten dat er geen aanleiding is de gang van zaken rond de toekenning van bietenquotum aan de zes land bouwers in Rilland te herzien. Ook op dat punt menen Boonman c.s. namelijk schade te lijden van de af faire met de vergelingsziekte in 1987. De minister zegt dat de land bouwers tot nu toe geweigerd heb ben aan te geven wat de omvang van de eventuele schade is. Het bie tenquotum is overigens ten gunste van de gedupeerde boeren aange past, aldus de minister. Ook met be trekking tot de arbitragekommissie, die werd ingeschakeld, is geheel volgens de geldende regels ge handeld. Het aardappelbedrijf C. Meijer BV te Kruiningen heeft het voornemen om in het teeltjaar 1993 veldproeven te gaan doen met genetisch gemodifi ceerde aardappelen op het kweek bedrijf "Oosthof" te Rilland. Als voorbereiding daarop is inmiddels de betreffende vergunning aange vraagd en worden in 1992 de eer ste genetisch gemodificeerde aardappelen opgekweekt in de kas sen bij voornoemd bedrijf. Ingevolge afspraken die door C. Meijer BV en de Gewestelijke Raad voor Zeeland zijn gemaakt over we derzijds overleg en voorlichting naar de grondgebruikers in de direkte omgeving van dit kweekbedrijf, is C. Meijer BV voornemens om op woensdag 25 maart a.s. de ontwik kelingen binnen dit bedrijf met be trekking tot het werken met genetisch gemodificeerde orga nismen aan te geven en toe te lichten. Deze bijeenkomst zal worden ge houden in de kantine van kweekbe drijf "Oosthof", Bathseweg 45 te Rilland en zal aanvangen om 19.30 uur. Direkteur Harry Otten van Meteo Consult heeft de ondernemersprijs 1992 van de stichting Wageningen- fonds toegekend gekregen. De prijs bestaat uit een geldbedrag van f 3.500,-. In 1986 werd Meteo Consult het eerste partikuliere weerbureau van het Europese vasteland. Het bedrijf werkt zeer nauw samen met de vakgroep meteorologie van de Land bouwuniversiteit en heeft inmiddels 24 medewerkers. Js 'De landbouworganisaties zullen in de toekomst meer kwaliteit moeten bieden om een ant woord te kunnen geven op de toenemende problemen, die op boeren en tuinders afkomen. Daarom is het een goede zaak dat de ZLM de krachten bundelt met andere organisaties'. Aldus akkerbouwer H.B. van de Zande, voorzitter van de ZLM-afdeling Oosterland/Bruinisse op Schouwen-Duiveland. Van de Zande (51), die een be drijf van 60 ha heeft, vindt dat er in Nederland maar één land bouworganisatie zou moeten zijn. Zolang dat niet mogelijk is, ziet hij in de combinatie ZLM- Geldersche-ULG een 'redelijk al ternatief'. Hij is overigens best tevreden over de ZLM. Maar het aantal leden en daarmee het (fi nanciële) draagvlak zal in de ko mende jaren minder worden. Daarom vindt hij het verstandig de koppen nu al bij elkaar te steken. De binding met de leden kan vol gens de Duivelandse akkerbou wer in de nieuwe, grote organisatie enigszins in het ge drang komen. 'Ik hoop dat de af delingen goed blijven functioneren zodat de sociale contacten blijven bestaan. Die mogen niet verloren gaan'. Het grootste winstpunt van de beoogde samenvoeging van ZLM, Geldersche en ULG is, dat de landbouw sterker komt te staan ten opzichte van de regio nale en provinciale overheden. De belangenbehartiging zal dus aan kracht winnen, terwijl naar de mening van Van de Zande de dienstverlening minstens op peil moet kunnen blijven. H.B. van de Zande 'Als afdelingsbestuur hebben wij uitvoerig gesproken over de sa menwerkingsplannen en wij staan er bijzonder positief tegen over', aldus luidt de reactie van H.D. van Riemsdijk, voorzitter van afdeling Ochten-Eldrik van de Geldersche Mij. Ochten-Eldrik ligt in het Gelders Rivierengebied, dicht bij de grens met Utrecht en ook niet zo ver verwijderd van het werkgebied van de ZLM. Van verschillen in bijvoorbeeld mentaliteit is vol gens Van Riemsdijk niet echt sprake. 'Mentaliteitsverschillen zullen er best zijn. Maar als de drie landbouworganisaties zich van hun taak bewust zijn, zullen ze zich best kunnen schikken in de verschillen'. Van Riemsdijk vindt het initiatief om te komen tot één landbouw organisatie een goede zaak, mits de fusiepartners uiteindelijk sa men sterk voor de dag komen. Dat deze fusie niet de laatste zal zijn binnen georganiseerd agra risch Nederland, staat voor hem vast. 'We zullen als land- en tuin bouw uiteindelijk één sterk front moeten gaan vormen, anders kunnen wij het niet redden tegen de politiek'. Van Riemsdijk stelt dat ook bin nen de algemene organisaties de leden hechten aah een eigen identiteit. Als voorbeeld noemt de afdelingsvoorzitter de Alge mene Vergadering van de GMvL: 'Dat is onze toogdag, een dag dat je als GMvL-leden allemaal één bent. Zo'n dag is toch heel belangrijk'. Van Riemsdijk roept de fusiepartners dan ook op om rekening te houden met de tradi ties en gewoontes binnen de drie organisaties. 'We moeten niet in één keer alles overhoop gooien'. ut H.D. van Riemsdijk

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1992 | | pagina 13