Nieuws en Commentaar Nederlandse hulp voor aardappelteelt Roemenië KNLC kommentaar Supperheffing Kinderen maken kennis met 'ons reewild' Vanaf 1996 licenties nodig voor gebruik spuitmiddelen Op de valreep Kwekers gaan op de veiling hun eigen produkten keuren Nederland gaat de wederopbouw van de aardappelmarkt in Roemenië actief ondersteunen. De Roemeen se onderminister van Landbouw Na- tea en directeur Coumou van het NIVAA hebben in Den Haag het offi ciële samenwikkelingscontract voor deze vorm van ontwikkelingshulp ondertekend. De Roemeense aardappelmarkt is de afgelopen twee jaar nagenoeg ingestort als gevolg van de politieke omwenteling en het wegvallen van de Russische export. Met dat uit gangspunt gaan Nederlandse ex perts binnenkort naar Roemenië om moderne teelttechnieken en aange paste methoden van gewasbe scherming te introduceren en om de opslag van aardappelen te moderni seren. Bovendien wordt ook de mar keting van de Roemeense aardappel intensief begeleid. Het gaat om een demonstratie-project, dat de basis moet vormen voor een marktgerich te Roemeense aardappelproduktie. Het Nederlandse ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij heeft een Roemeens verzoek om De heren Coumou (links) van het NIVAA en Natea, onderminister van landbouw in Roemenië, ondertekenen het contract economische samenwerking op het gebied van landbouw gehonoreerd. In het kader van het Programma voor Samenwerking met Oost- Europa is subsidie voor het Roe meense project beschikbaar gesteld. Het NIVAA, het Nederlands Aardappelbureau, is verzocht de coördinatie van het project op zich te nemen. Na vele jaren gaat het Zeeuws Biologisch Museum weer van start met de organisatie van woensdagmiddagaktiviteiten on der de naam: Beestenboel middag. Op 26 februari a.s. kunnen kin deren tussen 7 en 12 jaar van al les te weten komen over reeën. Er vindt een rondleiding door het gebied Westhove plaats door de boswachter. Hij vertelt over de reeën, die hier ook voorkomen, en er wordt een video gedraaid. Tevens wordt de tentoonstelling "Ons Reewild", die vrijdag 28 februari geopend wordt, beke ken. Tussendoor krijgen de kin deren een konsumptie. De aktiviteit vindt plaats tussen 14.00 en 16.00 uur. De kosten bedragen f 2,50 (inklusief en tree museum) per deelnemer. Maximaal 30 kinderen kunnen meedoen. Opgave voor deelname dient te gebeuren vóór dinsdag 25 fe bruari. Dit kan telefonisch: 01188-2620 of aan de balie van het museum: Duinvlietweg 6, Oostkapelle. Met ingang van 1 januari 1996 zijn voor het kopen, verkopen en toe passen van gewasbescher mingsmiddelen licenties nodig. Deze licenties kunt u halen door het volgen van cursussen. Het MAS- diploma of een getuigschrift van de bekende spuitcursus geeft onthef fing voor de licenties die nodig zijn voor het kopen en toepassen van gewasbeschermingsmiddelen. Er zijn drie licenties. Licentie I is bestemd voor iedereen die bestrij dingsmiddelen aankoopt, verkoopt en in de praktijk toepast. Hiervoor moet u de cursus uitvoeren gewas bescherming volgen (spuitbewijs). Licentie II is bestemd voor toepas sers bij derden, dat wil zeggen uit voerenden van loonbedrijven, en bovendien op termijn (datum nu nog niet bekend) voor aankopers die zelf of wiens werknemers bestrij dingsmiddelen op het eigen bedrijf toepassen. Op termijn is de licentie ook bestemd voor verkopers, advi seurs en aanprijzers. Voor licentie II dient u twee cursussen te volgen, de cursus inzetten gewasbescher ming (spuittechniek) en de cursus bedrijfsvoeren gewasbescherming. Licentie III is bestemd voor beheer ders van verkoop en opslag, en de pothouders. Hiervoor moet u de cursus distribueren bestrijdingsmid delen volgen. De certificaten kun nen alleen in de volgorde I, II en III gehaald worden. Ontheffingen Het diploma MAS land- of tuinbouw (of hoger) en ook de cursus spuiten in de landbouw/tuinbouw/openbaar groen geven ontheffing voor de li centies I en II. De bekende spuitcur- sussen worden nog tot 1996 gegeven, maar de ontheffingen die eruit voortvloeien blijven ook na die tijd geldig. Als u dus in 1996 of daarna spuitwerk moet verrichten is het verstandig te zorgen over een MAS-diploma of een getuigschrift spuitcursus te beschikken. Anders moet u drie cursussen volgen, nodig voor de licenties I en II. Deze drie cursussen zijn inhoudelijk ongeveer gelijk aan de tegenwoordige spuit cursus, maar ze kosten wel veel meer tijd, geld en moeite. Voor meer inlichtingen over ge noemde cursussen kunt u contact opnemen met AOC Zeeland en om streken, de heer J. de Baar, tel: 01100 - 16668 of de heer Vervaet, tel: 01158 - 2315. Vervolg van voorpagina de Grondkamer of voor 22 januari 1992 is vastgelegd bij de notaris. Voor bedrijfsverplaatsing komt een aparte regeling. Overgangsmaatregelen Voor alle overeenkomsten tot en met 21 januari 1992 geldt de oude regeling. In deze overeenkomsten mogen ontbindende of opschorten de voorwaarden zijn opgenomen. Voor overeenkomsten die op basis een evenredigheid zijn gesloten tus sen 6 december 1991 en 18 februari 1992, geldt de afgesproken evenre dige verdeling tussen quotum en grond. In beide situaties geldt dat de overeekomst vóór 29 maart 1992 moet worden aangemeld bij de DBH. Voor contracten vanaf 18 februari 1992 geldt de nieuwe re geling. Overigens zal de SEV in het ZLM- blad van volgende week nader op de nieuwe regels voor quotumover dracht ingaan. "In culturen waar aardappeiprodukten nauwelijks van de partij waren, kun nen ze nu een belangrijk onderdeel van het menu worden. Onze produkten zijn kosmopolitisch van aard. Er vertoont zich nu een wereldburger in spij kerbroek die Cola drinkt en friet eet. Aardappeiprodukten behoren tot de wereldcultuur". J. Zikken, directeur Aviko (NRC Handelsblad, 14 februari 1992). "Het is vrijwel uitgesloten dat in Zeeland een substantiële glastuinbouwsec tor van de grond komt, als je hier en daar wat plukjes hebt zitten. De tuin ders in het West/and zijn alleen in Zeeland geïnteresseerd indien we hen een centrale lokatie kunnen bieden, die op den duur kan uitgroeien tot een gla zen stad -inclusief veiling- van drieduizend tot vijfduizend hectare". J. Oggel, algemeen secretaris van de ZLM (PZC, 13 februari 1992). "Die lage tarieven zijn heilig voor ons. Als een boer er echt aan wil verdie nen, moet hij zich niet bij ons aansluiten. Een boer moet zijn koeien melken, en niet zijn gasten, is ons devies". Wim van den Berg, voorzitter van de Stichting Vrije Recreatie (De Volkskrant, 15 februari 1992). "Hoeveel PR je ook bedrijft, mest blijft stinken. En mensen ruiken dat. WH je werkelijk wat doen aan het beeld dat boeren vervuilers zijn, dan moet je dat probleem oplossen. Je kunt het niet wegpoetsen met PR". Prof. Anne van der Meiden, hoogleraar public relations aan de Rijksuniversiteit te Utrecht (Agrarisch Dagblad, 7 februari 1992). Op het laatste moment is het toch nog gelukt: de drie centrale Landbouworganisaties gaan inni ger samenwerken en verhuizen naar één kantoor. Velen vragen zich af: waarom kan nu ineens wel, wat een half jaar terug niet kon? Hierop is geen eensluidend antwoord te geven. De geesten waren er rijp voor, de wil tot sa menwerken is blijven sluimeren en dan is een duwtje soms ge noeg om de juiste richting te kiezen. Een half jaar geleden haakte het kNLC af, omdat de voorstellen toen onvoldoende zicht gaven op het na te streven doel. Het eindstation was niet in beeld. Dat geeft niet, a/s er maar bewe ging in de trein zit. Dit was toen echter ook niet het geval, althans in onze ogen. De trein stond stil op een tussenstation en het was niet helder wanneer hij weer ging vertrekken. In tegenstelling tot een half jaar terug zit er nu veel meer voort gang in de zaak. De organisaties zijn in beweging, op weg naar een eindstation, alleen het tijdstip van aankomst is onzeker. Dit moet ook niet. Het is dwaas te denken dat de nieuwe CLO- organisatie ooit een keer een eindstation zal bereiken en stil zal blijven staan. Organisaties ontwikkelen zich in de tijd. Ze zijn in beweging en behoren niet stil te staan. Ook hier is stilstand achteruitgang. Stromend water Het begeleiden van dit samen werkingsproces kan worden ver geleken met het kanaliseren van een rivier. Water stroomt langs een natuurlijke bedding. Kanali seren van dit stromend water vraagt veel tijd, aandacht en in zicht. Je kunt niet zomaar een bocht in de river afsnijden. Het water zou daardoor weieens zo veel sneller kunnen gaan stro men, waardoor er onderweg dingen worden verwoest. Dit geldt ook voor de CLO- samenwerking. Bestuurlijke fusie is een brug te ver. Het proces moet rustiger kunnen beginnen. De verande ring moet kans krijgen wortels te vormen. Teveel blad met weinig wortels levert uiteindelijk geen vruchten op. De organisaties moeten natuurlijk wel in bewe ging blijven en beseffen dat het water door moet blijven stromen. De voorwaarden hiervoor zijn ze ker aanwezig. Afdeling en com missies van de 3 CLO's kunnen vaker samen gaan vergaderen. Hoe vaker dit kan en hoe inten siever dit gebeurt, des te meer mogelijkheden er komen om ge zamenlijke secretarissen aan te stellen. Dit proces kan per sector ver schillend verlopen. Dat is nu al zo: in de tuinbouw vergaderen er al enkele commissies samen. El ders begint men voor het eerst en moet men nog wat aan elkaar wennen. Het is een groeiproces. Het groeit bij de basis. Dit kan niet worden afgedwongen met een zeer fraaie organisatiestruc tuur. Niet de structuur bepaalt, maar de mensen die erin wer ken: bestuurders en secreta rissen. Landbouwschap Sommigen verwijten mij de uit spraak: "Het Landbouwschap mag niet parasiteren op de CLO's". Ik begrijp dit verwijt, maar ik heb er grote moeite mee a/s men niet verder leest. Tussen "niet parasiteren" en "leven in symbiose" zit namelijk niet veel licht. Te vaak wordt er in mijn ogen een tegenstelling tussen Landbouwschap en de 3 CLO's gecreëerd, die er niet is. Er is geen sprake van twee concurre rende partijen. Integendeel, de één kan niet zonder de ander. Aan de ene kant zijn er de CLO's, die het Landbouwschap benut ten als samenwerkingsorgaan en die de verordende bevoegdhe den van het PBO-Hchaam hard nodig hebben. Aan de andere kant is er het Landbouwschap, dat wordt gevormd uit de 3 CLO's en de Bonden. Het is geen op zichzelf staande organisatie. De 3 CLO's vormen een vitaal onderdeel, het hart. Zonder de CLO's is het Land bouwschap exit. Vandaar de ver wijzing naar een symbiotische relatie, waarvan het negatieve spiegelbeeld parasitisme vormt. De kern van mijn boodschap is deze: het Landbouwschap heeft baat bij sterke CLO's, en heeft baat bij een hoge organisatie graad. Het heeft geen zin om el kaar vliegen af te vangen. Ook niet in de regio. Secretarissen van gewestelijke raden van het Landbouwschap kunnen ook uit stralen dat ze werken voor de sa menwerkende organisaties. Juist op regionaal niveau is dit belang rijk: boeren en tuinders moeten inzien waarom het nuttig is lid te zijn van een Landbouworganisa tie. Ook als het Landbouwschap zich opwerpt als belangen behartiger. Jan Brinkman algemeen secretaris KNLC Bloemenveiling Holland is op 18 fe bruari begonnen met een zelfkeur project. Dit project heet 'Plantenkweker Als Keurmeester'. Het doel hiervan is, het dagelijks keuren van de produkten door de kwaliteitsdienst, te vervangen door een steekproef. Dit project begint bij de kwaliteitsgroep A1 van de ka merplanten. Het zelfkeurproject geldt voor beide veilcentra van Bloe menveiling Holland. Alleen aanvoerders die hebben laten blijken hun produkten altijd volgens de aanvoervoorschriften te classifi ceren, mogen hun produkten aan voeren in dit zelfkeurproject. Tien aanvoerders hebben in de zomer van 1991 proefgedraaid met het zelf keuren van hun produkten. De resul taten van deze proefperiode zijn zeer positief. Het herkeurpercentage was slechts eenvijfde van het ge middelde herkeurpercentage bij de kamerplanten. Het kwaliteitsbeleid planten van Bloemenveiling Holland is gericht op het verbeteren van de produktkwali- teit en op het vergroten van de kwa liteitsverantwoordelijkheid van de aanvoerder. De aanvoeders die aan het zelfkeurproject meedoen, wor den geselecteerd op hun vermogen hun produkten op de juiste wijze te classificeren. De kwaliteit van de produkten die in het project worden aangevoerd, wordt via steekproeven nauwlettend gevolgd.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1992 | | pagina 5