Grondprijzen redelijk stabiel
De ZLM in Le Figaro?
L'ACCORD DE COM
MERCE EST DÉFA-
VORABLE POUR
L'AGRICULTURE
ieuws en Commentaar
Natuurbelangen gaan te zwaar
meewegen bij landinrichting
Zegge en schrijve
MAS Goes organiseert
twee open dagen
In nieuwe banen (2)
«fiat
Bedrijfsverplaatsingen nemen toe
Durant la première réunion de la direction
générale de la Zuidelijke Landbouw Maatschappij
- ZLM - (Compagnie Agricole du Sud) au début de
l'année, le président Mr H.C. van der Maas a fait
savoir qu'il espère qu'il n'y aura pas d'accord
hatt Oi,+- A^ration be^i ic^' -
3
De agrarische grondprijzen zijn vorig
jaar gemiddeld stabiel gebleven. Dat
blijkt uit waarnemingen van de sec
tie Agrarisch Onroerend Goed van
de Nederlandse Vereniging van Ma
kelaars (NVM).
Per regio zijn er overigens wel prijs
verschillen. In Brabant ligt de gemid
delde prijs op f (30.000,— per ha, in
Twente op f 55.000,— per ha en in
Midden-Nederland op f 40.000,—
tot f 45.000,— per ha. Uit Zeeland
heeft de NVM te weinig gegevens
om een gemiddelde te kunnen ge
ven voor deze provincie, aldus een
woordvoerder van de NVM.
De makelaarsorganisatie consta
teert verder een toenemende ver
plaatsing van agrarische bedrijven
binnen Nederland. Vooral de mest-
overschotgebieden (Brabant en
Twente) kennen een uittocht rich
ting de noordelijke provincies. Elders
is deze tendens minder sterk.
Het aanbod van melkveebedrijven
bestaat hoofdzakelijk uit kleine, wat
minder rendabele bedrijven. De ko-
In Noord-Brabant ligt de grondprijs gemiddeld öp f 60.000,- per ha.
pers zijn met name grote bedrijven.
De vraag naar melkveebedrijven is
stijgende, aldus de NVM. De oor
zaak hiervan ligt vooral in de be-
drijfsverplaatsing. Veel vraag komt
uit gebieden met stadsuitbreiding
en uit natuur- en relatienotage-
bieden.
Ook de vraag naar fok- en mestvar-
kensbedrijven neemt toe, wat tot
stijgende prijzen aanleiding geeft.
Ook hier bestaat het aanbod voor
namelijk uit kleinere bedrijven.
Prijs melkquotum
De prijs van melkquotum vertoont
een stabiel beeld, namelijk f 1,—
per vet. Dit resulteert in een ge
middelde prijs van f 4,25 per kg
melk. Volgens de NVM is een licht
prijsverschil waarneembaar tussen
melk op pachtbasis en melk op
koopbasis.
Voor 1992 wordt een lichte stijging
verwacht in het aanbod van melk
quotum. Dit wordt veroorzaakt door
een toename van het aantal be
drijfsbeëindigingen en door het feit
dat per 1 april een groot deel van
het SLOM-quotum verhandelbaar
wordt. Een prijsdaling van het melk
quotum noemt de NVM niet on
denkbeeldig, hoewel het effect van
de nieuwe Beschikking Superhef
fing onduidelijk is. Deze beschikking
zal 15 februari van kracht worden.
In Nederland liggen ze er niet
wakker van, dat de ZLM liever
geen GATT-akkoord ziet komen.
Maar in Frankrijk zijn ze blijkbaar
flink geschrokken van de ferme
uitspraken van 'president mr.
H.C. van der Maas'. Heeft de
ZLM de kolommen van Le Figaro
of Le Monde gehaald? Citeert de
Franse pers hier Van der Maas
en het hoofdbestuur van de
ZLM?
Het heeft er alle schijn van, want
letterlijk staat er: 'In de eerste
hoofdbestuursvergadering van
de Zuidelijke Landbouw Maat
schappij - ZLM - in het nieuwe
jaar heeft voorzitter H.C. van der
Maas de hoop uitgesproken dat
er geen GATT-akkoord komt'.
Een citaat uit het persbericht van
de ZLM over de hoofdbestuurs
vergadering van 13 januari j.l.
Toch is er geen reden voor Lub
bers, Bukman of Van Rooy om
zich ongerust te maken over een
al te overvloedige aandacht in de
buitenlandse pers voor de ZLM.
Want dit citaat is niet afkomstig
uit Le Figaro of Le Monde, maar
plukte de redaktie uit het blad
Primeur, een onafhankelijk vak
blad voor de handel in aardappe
len, groenten en fruit. Het blad
wordt uitgegeven door H. Boek
hout in Goes en verschijnt behal
ve in Nederland ook in België en
Noord-Frankrijk. Vandaar dat alle
berichten in Primeur zowel in het
Nederlands als in het Frans wor
den afgedrukt.
Als de landbouwbelangen in een
landinrichtingsproject onderge
schikt zijn aan de natuurbelangen
dan kan de landbouw zich terecht
afvragen of het doorgaan van het
project nog wel zin heeft. Het Na
tuurbeleidsplan kan nooit de belang
rijkste drager zijn van landinrichting.
Dit zei voorzitter Mees Boogerd van
de ZLM-kring Axel afgelopen maan
dag tijdens de vergadering van zijn
kring.
De kringvoorzitter doelde met zijn
waarschuwende woorden op de
twee (administratieve) verkavelin
gen Reuzenhoek en Zaamslag. Zo
als bekend bestaat er een reële kans
dat deze twee projecten alsnog op
het Voorbereidingsschema 1992
worden geplaatst. Bij het aanvragen
van deze verkavelingen door de
landbouworganisaties stond
destijds de landbouw als economi
sche activiteit voorop. Nu zijn er
echter andere (milieu-)belangen die
meegewogen worden,
Boogerd gaf aan dat de landbouw
best wil meewerken datgene wat er
nog is aan kreekresten en andere
natuurwaarden in stand te houden.
Als echter door de invulling van het
Natuurbeleidsplan- Boogerd noem
de begrippen als Ecologische Hoofd
Structuur, bufferzones, verzurings-
zönes, verbindingszónes en stiltege-
bieden - nog nauwelijks landbouw
mogelijk is in de betrokken gebie
den, dat moet de landbouw serieus
overwegen of de verkavelingen nog
wel moeten doorgaan. Bovendien,
zo benadrukte de kringvoorzitter,
zijn het de boeren die de kosten van
de verkaveling voor hun rekening
moeten nemen. Degenen van buiten
de landbouw die meepraten over de
inrichting van het landschap kost
het daarentegen geen cent.
Agrificatie
Onderdeel van de kringvergadering
was ook een inleiding van de heer
W. van Gelder van het ATO te Wa-
geningen. De heer Van Gelder hield
een interessant betoog over de toe
passing van landbouwgrondstoffen
voor nieuwe industriële doeleinden,
als toekomstperspectief voor de ak
kerbouw.
Mijn commentaar vorige week - via de radio en op deze plaats - op
het onderzoeksrapport 'De Zeeuwse landbouw in nieuwe banen' van
het Landbouw-Economisch Instituut (LEI) heeft hier en daar wat
reacties opgeroepen. In dat commentaar zette ik vraagtekens - grote
zelfs - bij de aanbeveling van het LEI om melkveehouders van elders
naar Zeeland te halen. Blijkbaar ben ik wat te kort geweest waardoor
er meer conclusies uit mijn opmerkingen zijn getrokken dan ik heb
bedoeld. Het enige dat ik duidelijk heb willen maken is, dat het aan
trekken van melkveehouderijbedrijven van elders geen oplossing is
voor de akkerbouwproblematiek. Dus een waarschuwing van mijn
kant om de aandacht voor de akkerbouw zeker niet te laten verslap
pen. Hieruit mag dus niet de conclusie worden getrokken dat ik er
tegen zou zijn dat er bedrijven van elders naar Zeeland gehaald zou
den worden. Zeker niet a/s dat stimulerend werkt op het agrarisch be
drijfsleven hier en/of bestaande zwakke sectoren versterkt, zoals
bijvoorbeeld de melkveehouderij. Maar, voeg ik daar dan aan toe, dat
mag niet ten koste gaan van de herstructurering van de akkerbouw.
Ik ben in het dit verband daarom niet mee eens met het gestelde in de L El-
nota dat "ter versterking van de produktiesectoren in de provincie"
het werven van melkveehouders "het meest voor de hand ligt". Ge
zien het karakter en de structuur van agrarisch Zeeland ligt het naar
mijn mening (nog) meer voor de hand om in eerste instantie te den
ken aan plantaardige sectoren a/s vollegrondsgroenteteelt en
glastuinbouw. Echter - om nieuwe misverstanden te voorkomen -
daarmee zeg ik dus niet dat melkveehouders of andere veehouders
niet welkom zouden zijn. Natuurlijk wel - maar dat is de discussie ook
niet.
Ook het LEI heeft trouwens zo zijn eigen redenen, namelijk door het
aantrekken van melkveehouders van elders kan "het grasland, dat
vanwege natuur- en landschapsfuncties behouden dient te blijven
voor begrazing, worden benut", aldus de LEI-nota. Hier is er dus spra
ke van achterliggende (hoofd-?)doelstellingen en ook dat was - en is
-aanleiding tot mijn vraagtekens bij de door mij bekritiseerde aanbe
veling van het LEI.
Betrekkelijk
Overigens moeten we ons ook goed realiseren dat het sturen van
ontwikkelingen een betrekkelijke zaak is. De marges zijn smal en ook
de praktijk zoekt zijn weg. Onder druk van de omstandigheden vin
den bepaalde ontwikkelingen soms vanzelf plaats en wie goed om
zich heen kijkt ziet dat ook gebeuren - in Zeeland maar ook elders.
A/s je na een bepaalde periode terugkijkt op de indertijd geplande
ontwikkelingen en wat daarvan uiteindelijk is terechtgekomen dan zit
daar dikwijls een wereld van verschil tussen. Zo praten wij in Zeeland
nu over g/astuinbouwconcentraties van hooguit honderden hectares,
maar ik denk dat - wil er uiteindelijk van een rendabele centrumfunc
tie sprake zijn - we eerder moeten denken aan duizenden hectares.
De tijd zal echter leren of bijvoorbeeld Zuid-Beveland - in 2050 - de
nieuwe glazen stad van de toekomst zal zijn. Zo zijn er nog wel meer
visionaire uitspraken te doen, onder andere over de toekomst van de
landinrichting. Maar daarover een andere keer.
Oggel
Wie belangstelling heeft voor een
middelbare opleiding in de groene
sector kan vrijdag 21 februari en za
terdag 22 februari a.s. een kijkje
gaan nemen op de Middelbare
Agrarische School aan de Ravelijn
de Groene Jager in Goes. Daar wor
den open dagen gehouden. Op vrij
dag is de school geopend van 13.00
tot 17.00 uur en op zaterdag van
10.00 tot 13.00 uur.
Het agrarisch onderwijs in Zeeland
zal in het najaar zoals bekend een
gloednieuw gebouw in Goes (pal
achter het NS-station) in gebruik
nemen. Tot die tijd blijven de groene
school in Kapelle en de MAS in
Goes in gebruik. Beide scholen val
len onder het Agrarisch Opleidings
Centrum Zeeland (AOC).
Op de MAS kan men tijdens de
open dagen kennis maken met de
opleidingsmogelijkheden en de
grondig vernieuwde leerstof, die vol
ledig op de eisen van de praktijk zijn
afgestemd. Voor elk niveau is een
passende opleiding beschikbaar.
Dat kan een dagopleiding zijn of een
deeltijd vakopleiding aan een van de
leerlingstelsels.
Binnen het dagonderwijs zijn er drie
opleidingsniveaus, te weten: een 2-,
3- en 4- jarige opleiding. De hoofd
richtingen van het AOC Zeeland zijn
plantenteelt (akkerbouw, groente
teelt, fruitteelt) en veehouderij.
Daarbinnen kunnen specialisaties
worden gekozen, zoals de
doorstroomrichting hoger beroeps
onderwijs, handel en logistiek en
milieukunde. De 2-jarige opleiding
kan worden gevolgd zonder voor
opleiding.
Voor leerlingen die een vak in de
praktijk willen leren, biedt het AOC
ondersteuning via het leerlingstel
sel. Zij komen een dag per week
naar school en werken minstens 20
uur per week. De richtingen binnen
het leerlingstelsel zijn: groenvoorzie
ning, akkerbouw en fruitteelt.
Het AOC verzorgt daarnaast een
groot aantal cursussen, die voorzien
in de toenemende vraag naar ge
schoold management in de groene
sector. Op de open dagen op de
MAS in Goes is hierover meer infor
matie te verkrijgen.