Geen volgend jubileum voor
Utrechts Landbouw Genootschap
Portret van ULG-voorzitter
■HHHHHHHJlliaÉttÉÉii
Naslagwerk regelingen in
Gelderland via computer
ULG opgericht
om boerenstand
te verheffen
\r
ZLM-contributie
snel betaald
tel. 03^
13
In september 1991 werd In Utrecht
het 150-jarig bestaan gevierd van
het Utrechts Landbouw Genoot
schap, de op één na oudste land
bouworganisatie in Nederland.
Tijdens deze hoogtijdag riep voorzit
ter jhr. J.W. Steengracht van Oost-
Capelle echter niet op om naar een
volgend jubileum op te gaan. 'Be
wust laat ik dat achterwege. Het
zou uitermate ongezond zijn als dat
zo was', lichtte hij toe.
'Al constateer ik met dankbaarheid
een goede samenwerking met de
zusterorganisaties in Utrecht, we
zullen ons toch moeten bezinnen op
samenwerking over de provincie
grenzen heen. Niet dat het ULG het
nu niet goed doet, maar het kan ef
ficiënter en nog beter'.
Agrarische cultuurgrond
Ongeveer de helft van de totale op
pervlakte van de provincie Utrecht
is in gebruik als agrarische cultuur
grond, namelijk 71.306 ha. Volgens
de Provinciale Landbouw Ontwikke-
lings Nota van oktober 1991 was
deze oppervlakte als volgt verdeeld:
64.000 ha grasland, 3517 ha snij-
mais, 2592 ha tuinbouw, boomteelt
en fruitteelt, 217 ha glastuinbouw,
771 ha akkerbouw, 209 ha overig.
In totaal waren er volgens de nota
4867 bedrijven met landbouw.
Specifieke problemen
Het ULG telt 1270 leden, te zamen
goed voor 16.800 ha. In het ledental
zit weinig verloop, terwijl het aantal
hectares nog groeit. De land- en
tuinbouw in de provincie Utrecht
onderscheidt zich in twee gebieden:
het westen en het oosten van de
provincie. De werkgebieden van bei
de SEV-ers van het ULG zijn hieraan
aangepast.
De leden in het westen hebben
voornamelijk goed ontwikkelde
rundveehouderijbedrijven. Specifie
ke problemen zijn hier de ontwate
ring van het veenweidegebied. Op
de veengronden is het tevens moei
lijk werken met een mestinjecteur.
Problemen met de hinderwet zijn er
in Benschop, een uitgestrekt dorp
met lintbebouwing.
Het oosten van de provincie ken
merkt zich vooral door gemengde
bedrijven op zandgrond. Naast de
melkveehouderij heeft men vaak
veredeling en/of pluimvee als twee
de tak. De mestwetgeving en de
ecologische richtlijn geven bij veel
intensieve veehouderijbedrijven pro
blemen. De strakke regelgeving
houdt hier de bedrijfsontwikkeling
tegen. Tuinbouwbedrijven zijn er in
Maarssen en in Vleuten-De Meern,
waar de glastuinbouw dreigt te ver
dwijnen ten behoeve van woning
bouw voor de stad Utrecht.
Het ULG heeft weinig fruittelers en
akkerbouwers onder haar leden. De
ze bedrijfstakken vind je vooral in
het Kromme-Rijngebied.
Organisatiestructuur
Het ULG telt 24 afdelingen, ver
spreid over de gehele provincie, met
uitzondering van het noord-oosten.
Eén van de afdelingen is een speci
fieke tuinbouw-afdeling. Voor deze
sector heeft het ULG een commissie
Tuinbouw, die de tuinbouwzaken
behandelt en zonodig aan het dage
lijks bestuur voorlegt.
Elke afdeling is met één afgevaar
digde vertegenwoordigd in het
hoofdbestuur, dat ongeveer zesmaal
per jaar bijeenkomt. Verder worden
de hoofdbestuursvergaderingen bij
gewoond door een aantal adviseurs,
waaronder vertegenwoordigers van
de agrarische jongeren en de agrari
sche vrouwen. Een ring van agrari
sche contactvrouwen bevordert de
integratie van vrouwen binnen het
ULG.
Jaarlijks houdt het ULG de Algeme
ne Vergadering voor alle leden. Ver
der zijn er de kringvergaderingen,
waarbij het dagelijks bestuur recht
streeks in contact treedt met de le
den. Het dagelijks bestuur,
bestaande uit zeven personen waar
onder een vrouw, vergadert elke
veertien dagen. Elk dagelijks
bestuurslid heeft zijn eigen speciali
satie en de daarbij behorende verte
genwoordiging (en).
Secretaris is de heer A.F. van Rozen,
die evenals de voorzitter en de
dagelijks bestuursleden het ULG
binnen en buiten de landbouw ver
tegenwoordigt.
In de provincie Utrecht wordt veel
samengewerkt met de zusterorgani
saties ABTB en CBTB. Helaas
mocht dit niet leiden tot een geza
menlijke huisvesting. Via de Ge
westelijke Raad van het
Landbouwschap en de Provinciale
Raad voor de Bedrijfsontwikkeling
worden de krachten gebundeld om
de belangen van de leden goed te
kunnen behartigen.
Onderwijs
Het ULG is mede oprichter van het
Agrarisch Opleidings Centrum
Midden-Nederland. De ULG-
voorzitter is tevens voorzitter van dit
AOC. De tweede onderwijssector
waar het ULG bemoeienis mee
heeft, is het huishoudonderwijs.
Door fusie is het ULG betrokken bij
de Christelijke Scholengemeen
schap Rhenen en de Scholenge
meenschap voor Beroepsonderwijs
te Maarsbergen. Verder participeert
het ULG in het Provinciaal Overleg
Orgaan voor het Cursusonderwijs.
ULG-huis
Na diverse verhuizingen heeft het
ULG in 1985 in De Bilt een geza
menlijk pand betrokken met het
accountants- en belastingadviesbu
reau van het ULG. Voor aanstaande
bezoekers: het gebouw is gelegen
tegenover het KNMI, dat als zodanig
al van ver herkenbaar is. Een riant
herenhuis van waaruit de medewer
kers van het secretariaat, de afdelin
gen verzekeringen en SEV en de
medewerker grond- en pachtzaken
hun werk doen.
De afdeling verzekeringen bemiddelt
als assurantie-tussenpersoon bij het
tot stand komen van verzekerings
overeenkomsten. Naast de agrari
sche sector maken ook het midden-
en kleinbedrijf en de particuliere
markt steeds vaker gebruik van de
diensten.
Sinds vorig jaar is de dienstverle
ning van het ULG uitgebreid. Naast
de twee SEV-ers is een medewerker
grond- en pachtzaken aangesteld
die de leden van advies kan dienen
bij diverse grond- en pachtzaken.
Het ULG is verder aangesloten bij de
Stichting Agrarische Rechtshulp,
een samenwerkingsverband van
OLM, LM IJ, CBTB Flevoland en
ULG.
Dilia van Dijk
^OBOUIVq
Jhr. J.W. Steengracht van Oostcapelle, voorzitter van het ULG
Anderhalve eeuw lang is het ULG
onlosmakelijk verbonden geweest
met plattelandsnotabelen. Dat blijkt
uit de titels die de ULG-voorzitters
droegen. Had in de beginjaren een
professor de leiding, na hem kwa
men meesters in de rechten, baron
nen, een graaf en jonkheren.
Sinds 1970 hanteert jhr. J.W. Steen
gracht van Oostcapelle de voorzit
tershamer van het ULG. De wortels
van zijn voorgeslacht liggen in Zee
land. De naam Steengracht is af
komstig van de gemetselde
Stenengracht bij de bierbrouwerij
van de familie in Zierikzee. Toen (in
het midden van de 15e eeuw) was
er al een zoetwaterprobleem. Later
is de familie naar Walcheren getrok
ken; als kooplieden en leden van de
admiraliteit.
Na de middelbare school en de
dienstperiode als officier bij de ca
valerie, werd de heer Steengracht
metaalwarenfabrikant. Dit beroep
zei hij later weer vaarwel om een ei
gen landbouwbedrijf van 50 ha te
gaan exploiteren. In deze periode
werd hij benoemd als voorzitter van
het ULG. Diverse andere benoemin
gen volgen snel. Van de huidige
functies noemen we onder andere:
Provinciale Statenlid voor de VVD,
voorzitter Agrarisch Opleidings Cen
trum Midden Nederland, vice-
voorzitter waterschap Kromme-Rijn,
hoofdbestuurslid KNLC, namens het
KNLC algemeen bestuurslid Land
bouwschap, lid van de Jachtraad en
lid van de Natuurbeschermingsraad.
Naast al zijn functies beheert de
ULG-voorzitter ook nog het eigen
landgoed met landerijen. Dit alles
vanuit de strategisch gelegen oran
jerie van het kasteel Sterkenburg
nabij Driebergen-Rijsenburg.
Het ULG-gebouw te De Bilt
De eigenlijke boeren stonden er
voorlopig nog buiten toen in 1841
het Genootschap voor Landbouw
en Kruidkunde te Utrecht werd op
gericht. De agrariërs van anderhalve
eeuw geleden hadden in het alge
meen nog weinig belangstelling
voor organisatie óf voor bevordering
van de landbouwbelangen. Anderen
hadden die belangstelling wel en
dat waren voornamelijk de meer
ontwikkelde agrariërs, grootgrond
bezitters, hereboeren en platte
landsnotabelen.
Zo werd onder leiding van professor
C.J. Bergstra op 17 september 1841
het Genootschap opgericht. Voor
deze oprichting was de toestem
ming van de regering nodig, want
het was nog zeven jaar vóór het
tijdstip dat de grondwet van 1848
aan iedere Nederlander het 'recht
van vereniging en vergadering'
toekende.
Een van de belangrijkste redenen
voor de oprichting was de 'verhef
fing' van de boerenstand. De
oprichters zagen de landbouw ach
terblijven bij de industrie, die zich
aan het ontwikkelen was.
Wedstrijden, keuringen, tentoonstel
lingen en demonstraties, daar hield
het ULG zich in de beginjaren vooral
mee bezig. Activiteiten die hetzelfde
tot doel hadden als de vergaderin
gen en voorlichtingsbijeenkomsten
van nu: de bevordering van de land
en tuinbouw in Utrecht.
Na 1900 kwamen er andere activi
teiten bij. Mede door inspanningen
van het ULG ontstonden de Rijks
Middelbare Landbouw School en di
verse agrarische scholen en huis
houdscholen. Ook werd gewerkt
aan coöperaties voor aan- en ver
koop van zaad- en pootgoed en ma
chines. In de loop der jaren werd het
ULG steeds meer een boerenorga-
nisatie.
De Geldersche Mij. van Landbouw
stelt als eerste landbouworganisatie
in Nederland een compleet naslag
werk voor regelingen via de compu
ter beschikbaar aan agrariërs. De
databank bestaat uit meer dan
1.000 pagina's over allerlei regelin
gen, subsidies en belastingen op
agrarisch gebied.
De SEV van de Geldersche heeft de
basis gelegd voor het naslagwerk,
dat via AgriNet in de huiskamer kan
worden geraadpleegd. De databank
is namelijk opgezet aan de hand van
het regelgevingsboek 'Oh, zit dat
zo', dat de SEV elk jaar samenstelt.
Ook worden er cursussen over dit
thema verzorgd. 'De Geldersche
Mij. is de enige organisatie die de re
gelgeving voor de land- en tuin
bouw in een boekwerk op een rij
heeft gezet', aldus G. Brummelman
van de SEV.
De Geldersche Mij werkt al geruime
tijd samen met Canon, Veenet en
Vitak als informatieleveranciers. Via
deze informatiesystemen konden
agrariërs in Gelderland al beschik
ken over aktuele informatie. Nu is
ook het regelgevingsboek in het
netwerk van AgriNet opgenomen.
Door de informatie via een databank
beschikbaar te stellen kunnen wijzi
gingen snel verwerkt worden. De
databank is dus voortdurend ak-
tueel. Dit in tegenstelling tot het
boek, dat eenmaal per jaar wordt
uitgegeven. De databank bevat in
formatie over onder meer de volgen
de onderwerpen: ruimtelijke
ordening en landinrichting, milieu
wetgeving, superheffing, pacht, on
roerend goed, regelingen van het
ministerie van landbouw, subsidies,
sociale verzekeringen en be
lastingen.
Het is de bedoeling dat de leden van
de Geldersche Mij efficiënt en goed
koop gebruik kunnen maken van de
databank. De Geldersche Mij. ziet in
de computer, die op steeds meer
bedrijven zijn intrede doet, mogelijk
heden om beter met de leden te
communiceren. De databank is
daarbij een belangrijke stap vooruit.
Sinds het versturen van de no
ta's enkele dagen voor Kerst
was per 1 februari bij de ZLM
al 80 procent van de contribu
tie binnengekomen. Het is heel
wat jaren geleden dat in een
dergelijk kort tijdbestek al zo'n
groot deel van de contributie
was betaald. De administratie
is bijzonder blij met dit resul
taat en hoopt dat de resteren
de 20 procent nu ook snel
binnenkomt.
Als geheugensteuntje vermel
den we dat de eerste herinne
ringsnota f 3,50 extra kost,
de tweede f 13,50 en de der
de f 38,50. De ZLM hoopt
dat degenen die hun contribu
tie nog niet hebben betaald, dit
nu zo snel mogelijk zullen
doen. Dit bespaart veel kosten
en tijd, welke besparing uitein
delijk weer aan de leden ten
goede komt.