'We moeten af van humeurigheid politieke neuzen' Minicampings Westenschouwen willen gelijke behandeling Europese Denkgroep maakt zich sterk voor bio-energie Voorzitter Piet Lampert van landelijke federatie kampeerboeren: Illlllfp Wm j| 12 De kampeerboeren hebben hun krachten gebundeld in de landelijke federatie Vekabo (Vereniging van kampeerboeren). Voorzitter is ak kerbouwer Piet Lampert (60) uit Biggekeker. 'Het kamperen bij de boer is in de zeventiger jaren op gang gekomen. Wij hadden zélf in 1972 vrijstelling voor drie eenhe den', zegt Lampert. 'Eind zeventiger jaren werd Zeeland ontdekt door de toerist. De campings raakten vol. Men ging wild kamperen. En dat laatste is een slechte zaak'. Boeren zagen in het bieden van kampeermogelijkheden een tweede bron van inkomsten. Ook Lampert. Achteraf gezien heeft hij daar geen spijt van: 'We hebben, nu in maat schap met mijn zoon Piet, een ak kerbouwbedrijf van 55 hectaren. Goeie grond, de verkaveling zou wat beter kunnen. Ons teeltplan is vrij traditioneel: tarwe, aardappelen, bieten, uien en graszaad. Andere teelten zoals vlas, erwten en veld- bonen brachten geen zoden aan de dijk. Overschakelen op tuinbouw is niet in beeld, omdat onze mini- camping, met andere recreatieve activiteiten, een goede tweede tak is gebleken'. Inkomen Voor hoeveel procent kan een mini- camping gemiddeld bijdragen in het boereninkomen? Lampert wijdt uit: 'Bij dertien hectaren aardappelen, vijf hectaren uien en een bietenprijs van twee jaar geleden, dus bij een goed jaar is dat percentage lager dan bij een slecht jaar 'Een boer die een mini-camping wil beginnen, zal voor zo'n vijftig tot vij fenzeventigduizend gulden moeten investeren aan beplanting, drainage, sanitaire voorzieningen en riolering. Die investering kun je in vijftien tot twintig jaar afschrijven'. En de inkomstenkant? Lampert kan zich uiteindelijk vinden in de indica tie, dat kampeerders de boer een neveninkomen kunnen opleveren dat ligt tussen een minimumuitke ring en een modaal inkomen. Afhan kelijk van omstandigheden en in ventiviteit zijn uitschieters mogelijk. Uitgaande van een kleine tweedui zend kampeerboeren in Nederland gaan thans jaarlijks tientallen miljoe nen guldens om in deze neventak. Verenigen In het verleden liepen de boeren die op de kampeertoer gingen, al gauw op tegen een muur van regelgeving, welke per gemeente (en soms per ambtenaar) verschilde. Wat doe je dan? Je verenigt je. Op, Walcheren ontstond in 1980 de eerste Vekabo. Schouwen en Zeeuws-Vlaanderen volgden. En ook in Limburg, Brabant en Noord-Oost Nederland werd de belangenbehartiging van de kam peerboeren in de afgelopen jaren gebundeld, hier met hulp van de standsorganisaties. Na een gesprek met de Centrale Landbouworgani saties (CLO's) hebben de geweste lijke verenigingen zeer recent hun krachten gebundeld in een landelijke federatie. 'Dat is hard nodig', zegt federatie voorzitter Lampert, 'want er moet politiek nog heel wat gebeuren om orde in de chaos van het kleinscha lig kamperen te krijgen. De doel groep die kiest voor kamperen bij de boer, groeit. De vrije tijd neemt toe. Mensen willen doe-vakanties, willen proeven van het platteland. Steeds meer bed rijf sgenoten willen proeven van het platteland. Steeds meer be- drijfsgenoten willen daarop inspe len, omdat een andere tweede tak, bijvoorbeeld witlof of gladiolen, te riskant is. Een mini-camping geeft een stuk zekerheid voor het inko men. Maar onder het regiem van de huidige Kampeerwet is niet meer te leven. En wat staatssecretaris Ga- bor voor ogen staat met kleinschalig kamperen is onduidelijk. Er ligt dus volop werk voor de federatie'. Piet Lampert: belangenbehartiging bundelen, bijvoorbeeld in CLO- verband (foto Oscar van Beest) Waar denkt hij dan aan? Lampert: 'Het kamperen bij de boer is ook een landelijk probleem. Er is geen uniformiteit in beleid en regelgeving. Dat moet veranderen. Daarbij willen we duidelijk maken dat het hier gaat om een economische noodzaak voor betrokken boeren. Daar willen we meer begrip voor kweken'. Onduidelijk Met de huidige Kampeerwet is, naar zijn zeggen, niet meer te werken in de praktijk. Lampert somt wetsarti kelen op, welke aangeven wanneer een boer vijf kampeereenfyaden mag laten bezetten en wanneer tien plaatsen. 'Dit werkt niet meer als je professioneel wilt inspelen op de behoefte van de moderne kampeer der', zegt hij. 'Daar komt bij dat me neer Gabor onduidelijk blijft over het indienen van een eventuele Wet Openluchtrecreatie. Dat betreuren wij, omdat daardoor de kampeer boeren afhankelijk blijven van de hu meurigheid van gemeentelijke politieke neuzen. Daar moeten we vanaf'. Samenwerking Vanuit de federatie is intussen de lobby naar de Haagse politiek op gang gekomen. Ook de samenwer king met de CLO's ziet Lampert als een waardevolle mogelijkheid om de belangen van de kampeerboeren voor het publieke en politieke voet licht te krijgen. Hij wijst op het voornemen van het Landbouwschap om bij staatssecre taris Gabor ervoor te gaan pleiten dat kampeerboeren voortaan vijftien plaatsen voor tenten of caravans mogen hebben. Het schap verbindt hieraan nadrukkelijk de voorwaarde dat het verhogen van het aantal staanplaatsen van de huidige tien naar vijftien niet mag leiden tot strengere toepassing van de Hinder wet of tot aanpassing van agrari sche bestemmingen. Lampert onderkent de gevoeligheid die aan deze voorwaarden ten grondslag ligt. Hij zegt: 'Laat ik één ding duidelijk voorop stellen: wij wil len als kampeerboeren géén hinder paal zijn voor collega-bedrijfsgenoten die uitslui tend agrarisch blijven. Op geen en kele wijze mogen zij enige schade of hinder ondervinden van kleinschalig kamperen op het platteland. Aan de andere kant vinden ook nu nog sommige boerenvoormannen, dat kamperen bij de boer, een burger op den hof, maar niks is. Die zijn daar terughoudend in; maar ook zij zullen moeten beseffen, dat het verhuren van kampeerplaatsen vaak een kwestie van overleven is voor de be trokken boer'. Aanvankelijk stonden de stands organisaties sceptisch tegenover het fenomeen kampeerboer. De af gelopen jaren is in die houding een kentering gekomen. In een gesprek, eind vorig jaar, tussen CLO's en Ve kabo is vastgesteld dat het groeiend 'agro-toerisme' een neventak is die 'positief gewaardeerd' wordt. Al heeft men zorg over de mogelijke ef fecten van dit toerisme in het ruim telijke ordeningsbeleid en de hinderwet. 'Nogmaals', zegt Lam pert, 'wij zullen boeren die anders willen, geen strobreed in de weg leggen'. De CLO's en Vekabo zijn het overi gens niet met elkaar eens, wat er dient te gebeuren met de mini- camping in het geval dat gestopt wordt met het boerenbedrijf. De landbouworganisaties houden vast aan de koppeling van recreatie aan het agrarisch bedrijf. 'Wij pleiten er voor', zegt Lampert, 'dat de mini- camping wordt gehandhaafd bij be drijfsbeëindiging. Die kampeeractivi- teit is een spaarpot voor de ouder wordende boer. Maar het is nog on duidelijk of voortzetting van de camping in zo'n geval wordt toege staan. Wij denken, dat mini- campings heel goed passen in het landschap, en mede bijdragen in het voorkómen van verpaupering van het platteland'. Versterken Het federatiebestuur van Vekabo zoekt naar wegen om de belangen behartiging van de kampeerboeren te versterken. 'We hebben', aldus Lampert, 'goede contacten met de De minicampinghouders in Westen- schouwen vinden het een groot on recht dat de grote campings hun beschikbare ruimte gedurende het hele seizoen voor de volle 100 pro cent mogen benutten, terwijl de mi nicampings maar de helft van de plaatsen mogen benutten. 'Wij gun nen de grote campings hun eivolle bezetting van harte', aldus secreta ris B.B.C. Landegent in een geschre ven toelichting op het agrarisch recreëren in de Westhoek van Schouwen. 'Maar wij verwachten van hun kant meer sympathie en minder tegenwerking in onze strijd voor het voortbestaan van de boe renbedrijven'. Landegent heeft een berekening ge maakt van de dalende rentabiliteit op de boerenbedrijven. In 1983 was de tarweprijs 53,5 cent en de brouwgerstprijs 60,5 cent. In 1991 zijn deze prijzen gezakt tot resp. 37,7 cent en 44,5 cent. Voor een boer met een zaaiplan van 10 ha tar we en 6 ha brouwgerst betekent dit een inkomensverlies van niet minder dan f 18.400,— sinds 1983. In de ze periode zijn bovendien de be drijfskosten aanmerkelijk gestegen. Broodnodig Volgens de agrarische minicamping houders op Westenschouwen tonen deze cijfers duidelijk aan dat aanvul lende inkomsten voor de boeren broodnodig zijn. Op Westenschou wen mag slechts op 46 dagen de 'Proeven' van het platteland is voor steeds meer kampeerders een 'delicatesse' minicamping bezet zijn met 10 kam- peereenheden. De grote campings hebben daarentegen op 225 dagen een volle bezetting. Landegent deelt mee dat de gemeente Westen schouwen in de afgelopen zomer plotseling zeer streng optrad tegen overschrijding van de wettelijke re gels. Soms werd er vier keer per week gecontroleerd. De agrarische minicampinghouders op Westenschouwen willen toe stemming om vanaf 15 maart tot en met 31 oktober minimaal 15 kam- peereenheden continu bezet te hou den met een uitloopmogelijkheid rond Pasen, Pinksteren en in het hoogseizoen van nog eens 5 tot 10 eenheden. Daarmee kan de grote toeristenstroom beter over de cam pings worden verdeeld, wat ook voor het milieu een goede zaak zou zijn. Het verkeer wordt immers meer gespreid en op de landelijke wegen pakt men eerder de fiets dan de auto. Bovendien worden de boerde rij en de erven beter verzorgd als er toeristen verblijven. ANWB. Die geeft ook een brochure uit, waarin alle aangesloten boeren- campings staan vermeld. Voor vijf entachtig gulden sta je - na keuring van je camping door de ANWB - twee jaar vermeld in die brochure. Dat is een goede zaak die we warm aanbevelen bij onze leden. Daar naast hebben we contact met de Recron, de organisatie van recreatie-ondernemers. Die zien ons een beetje als oneigenlijke concur renten. We blijven wel met elkaar praten'. Ook richting het landbouwbe drijfsleven zoekt de Vekabo- federatie intensiever contact. Lam pert: 'Kampeerboeren zouden als sector onder het Landbouwschap kunnen vallen, compleet met af dracht aan het schap. Of we zouden als belangenbehartigende federatie onder de vlag van de CLO's kunnen gaan varen, waarbij je zou kunnen denken aan het instellen van een CLO-kampeerbureau. Dat zijn alle maal mogelijkheden, waar we in het federatiebestuur over filosoferen. Maar één ding is duidelijk. Wij zullen als kampeerboeren ook in federatief verband nadrukkelijk voor onze be langen opkomen. Daarvoor is het de hoogste tijd, want we worden onge duldig door alle politieke onduidelijk heid. Wij leven nu in het luchtledige. De zaken moeten nu in stroomversnelling worden gebracht'. Hans van Leusden In het Europese landbouwbeleid moet veel meer ruimte worden ge maakt voor de ontwikkeling en het gebruik van bio-energie. Dat is kort gezegd het standpunt van de Denk groep Europese Land- en Tuinbouw, die op 7 april j.l. haar eerste studie dag hield in het Europees Parlement te Brussel. De vergadering vond plaats op initiatief van het Europar lementslid Jaak Vandemeulebrouc- ke, voorzitter van de Regenboogfraktie in het Europese Parlement. In de Denkgroep zitten vertegen woordigers van diverse boerenorga- nisaties uit Vlaanderen, Wallonië, Engeland, Frankrijk en Nederland. Vanuit Nederland is de groep- Emmeloord vertegenwoordigd. Volgens de groep krijgt het produce ren voor energiedoeleinden in de hervormingsvoorstellen van de EG te weinig aandacht. Bio-energie maakt het mogelijk de landbouw een gezond bestaan te bieden, de toevloed van overheidsgeld naar de landbouw op termijn te laten dalen, in de GATT-onderhandelingen met Amerika en de andere partners een aanvaardbaar compromis te sluiten en een positieve bijdrage te leveren aan het milieu. Dit laatste omdat het om recycelbare brandstof gaat en de uitstoot van C02 verminderd wordt. De deelnemers aan de studiedag in Brussel roepen de overheid op de noodzakelijke voorwaarden te scheppen om dit beleid mogelijk te maken. Dit kan onder meer door bi obrandstoffen vanuit fiscaal oog punt gunstiger te behandelen. De Denkgroep Europese Land- en Tuinbouw komt voortaan viermaan delijks bijeen in het Europees Parle ment te Brussel. De groep vraagt steun van 'alle syndicale en politieke groeperingen die een bijdrage willen leveren ten gunste van een Euro pees sociaal, economisch en ecolo gisch verantwoorde land- en tuinbouw'.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1992 | | pagina 12