sÖaii Nieuws en Commentaar LEI ziet mogelijkheden voor melkveehouderij in Zeeland Zegge en schrijve ULG aarzelend positief over samenwerking Geen enkel bedrijf gaat failliet door dit plan In nieuwe banen Zeeuwse landbouw in nieuwe banen Juist beeld van de Geldersche Vervolg Streekplan Gedeputeerden: Behalve de glastuinbouw moet ook de melkveehouderij in Zeeland wor den versterkt. De provincie moet voor deze bedrijven gunstige vesti gingsvoorwaarden scheppen. Het grasland, dat toch uit een oogpunt van natuur en landschap behouden moet blijven, krijgt daarmee een nuttige functie. Dit staat in een rapport van het Landbouw-Economisch Instituut onder de titel 'De Zeeuwse land bouw in nieuwe banen'. Het is ge schreven in opdracht van de provincie Zeeland. De provincie zal het rapport gebruiken bij het ont wikkelen van een nieuw landbouw beleid voor Zeeland. Het LEI-rapport gaat in op mogelijkheden van nieu we produkten en sectoren in Zee land, afzet en verwerking van Zeeuwse produkten, milieu- en marktgericht produceren, onderwijs en vakmanschap, verbetering van de produktieomstandigheden en ne- venaktiviteiten ter verbetering van de boereninkomens. Het rapport wijst nieuwe wegen voor de eenzij dig op de akkerbouw gerichte pro- duktie in Zeeland, op relatief kleinschalige bedrijven. De conclu sies van het LEI sluiten wat dit be treft overigens in grote lijnen aan bij wat de ZLM voor ogen staat als toe komstperspectief voor de Zeeuwse landbouw. Voldoende ruimte Nieuwe sectoren, die in Zeeland een kans zouden moeten krijgen, zijn volgens het LEI de glastuinbouw, de bloembollenteelt, de melkveehoude rij en de intensieve veehouderij. Voor deze aktiviteiten is in Zeeland nog voldoende ruimte en ze vergro ten het draagvlak onder de voorzie ningen in de dienstensector. Als het gaat om het aantrekken van nieuwe bedrijven denkt het LEI vooral aan melkveehouders, die hun melkquotum in Zeeland benutten. Ook de komst van varkens- en pluimveehouders kunnen deze thans nog zwakke sectoren in Zee land versterken. Opvallend is dat het rapport voorbij gaat aan het feit dat het aantrekken van nieuwe bedrij ven geen oplossing is voor akker bouwers, die geen of weinig toekomstperspectief hebben. In de ZLM-krant van 31 januari j.l. kon u op pagina 13 ken nismaken met de Geldersche Mij. van Landbouw. Helaas is op deze pagina het vignet van de GMvL niet op de juiste wijze afgedrukt. Om 'verkeerde beeldvorming' te voorkomen hierbij opnieuw het vignet. De filosofie achter het beeld merk is de volgende. De Gel dersche Mij is een molen die altijd in beweging is, waar van alles binnenkomt en ook van alles uitgaat. De as waar alles om draait staat voor de Gelder sche Mij. Daaromheen draaien vier molenwieken, die in lengte en dikte verschillen. Ze zijn net zo verschillend als de zaken en problemen die de Geldersche in haar dagelijks functioneren tegenkomt. Ten aanzien van de uitbreiding van de glastuinbouw zegt het LEI- rapport dat vooral het aantrekken van voldoende vakbekwaam perso neel een knelpunt kan zijn. Zeeland kan overigens vooral aantrekkelijk zijn voor glastuinbouwbedrijven, die uitgangsmateriaal voor andere telers voortbrengen. Stages stimuleren Bij de omschakeling naar nieuwe teelten kunnen ondernemers vol gens het LEI niet volstaan met een cursus, maar zal men vertrouwd moeten raken met het hele produk- tieproces. Daarom wordt gepleit voor het stimuleren van stageverblij- ven, vooral voor jonge onder nemers. Specifiek vakmanschap, scholing en informatievoorziening blijven be langrijke middelen om de verande ringen in de Zeeuwse landbouw met succes te laten verlopen, aldus het rapport. Daarnaast noemt het rapport een verbetering van de marktpositie van Zeeuwse produk ten en een milieuvriendelijke wijze van produceren belangrijke voor waarden voor het duurzaam voort bestaan van de landbouw in Zeeland. Ook moet er onverminderd aandacht worden gegeven aan de uitvoering van ruilverkavelingen, die van groot belang zijn om de bedrijfs kosten te beperken, alsmede aan toevoer van zoetwater en bodem- waaropde zaal antwoordde met een geweldig fluitconcert. Van Erp (PvdA) verklaarde dat er in 75% van de provincie niets verandert voor de boeren, dat er in 15% zelfs meer mogelijkheden komen endat er slechts op 10% beperkingen wor den opgelegd. Vanuit de zaal was de roon richting Statenleden heel wat minder ver zoenend. "Dit plan is de doodsteek voor de boeren. Het is een uitroei ingsplan. U wilt van Brabant een openluchtmuseum maken, maar geen enkele boer zal zo gek zijn om daar in te trappen", zo klonk het dreigend. Aan het einde van de bijeenkomst overhandigde Latijnhouwers mede narrjens ZLM en CBTB een petitie aan de fraktievoorzitter, waarin de eisen van de boeren nog eens kort en krachtig onder woorden ge bracht. Na afloop van de protestbijeen komst in het Autotron wekten de twee verantwoordelijke gedeputeer den niet de indruk hun plannen te willen bijschaven. Mevrouw Jacobs Aarts zei volledig begrip te hebben voor de zorgen die er onder de boe ren leven. "Het is een goede zaak dat hiervoor publiekelijk de aan dacht is gevraagd. Dit optreden ver dient respect". De gedeputeerde bestreed dat het ontwerp-streekplan Brabant geen enkel perspectief aan de boeren zou bieden. "Het plan biedt wel degelijk toekomstmogelijkheden, maar niet voor elk individueel bedrijf in elke sector en op elke vierkante centime ter. Toch zal er geen enkel agrarisch bedrijf failliet gaan door dit plan, ook niet als zo'n bedrijf binnen de ecologische hoofdstructuur ligt. Wel zullen boeren in de EHS moeten ac cepteren dat ze niet ongeremd kun nen ondernemen". Gedeputeerde Welschen zei dat de onrust onder de boeren groter is dan op grond van het ontwerp- streekplan nodig is. Hij weet dit enerzijds aan de noodzakelijk globa le status van het plan, anderzijds aan enige onduidelijkheden, "die wij zo snel mogelijk recht moeten zet ten". Welschen: "de boeren voelen zich te snel afgewezen en hun orga nisaties gaan daarin voor. Een afwe ging van belangen betekent niet per definitie dat de agrarische belangen het onderspit delven. Toch gaan de boeren daar nu te gemakkelijk van uit. Ik begrijp overigens best dat ze bezorgd zijn. Ze zitten vanwege na tionale en internationale landbouw ontwikkelingen in een omschake lingsproces. En daar komt het streek plan nog eens bovenop". verbetering. Het LEI adviseert de provincie tenslotte om mogelijkhe den te scheppen, waardoor be schikbare arbeid kan worden benut op andere bedrijven, in het land schapsbeheer en de recreatie. Voorafgaand aan de protestbijeenkomst in het Autotron gaven de landbouworganisaties een persconferentie. Op de foto v.ln.r. de he ren Van Sprang (CBTB), Latijnhouwers (NCB), Van der Maas (ZLM) en Van Dinther (pr-man NCB). (Foto Olaf Smit). Dat boer en tuinder nu een jaar eerder dan afgesproken moeten gaan betalen voor de DLV bewijst eens te meer dat het met de overheid slecht zaken doen is. In de aanbiedingsbrief bij de tarievenlijst wordt a/s één van de drie redenen genoemd de eenzijdig door de overheid - met goedkeuring door de politiek - doorgevoerde bezuiniging op de DLV. De andere twee redenen zijn: een potje vormen en commerciële ervaring opdoen. Het bedrijfsleven heeft vanuit zijn verantwoordelijkheid de reke ning (node) geaccepteerd - waarmee we a/s ZLM overigens niet ge lukkig zijn. Wat let de overheid nu nog om ook de rest van het traject - afbouw van de overheidsbijdrage in tien jaar tot de helft - ter discus sie te stellen. Het zou mij niet verbazen dat nog voor het jaar 2000 de DLV wat de overheid betreft maar moet zien hoe ze aan hun cen ten komen. Om die discussie - en de daarmee gepaard gaande frustraties - te voorkomen wordt het meer en meer een wenkend perspectief om de DLV volledig onder controle van het bedrijfsleven te brengen en dus afstand te nemen van de huidige geknutselde constructie waarbij de zeggenschap over de DLV op 50/50-basis is verdeeld tussen overheid en bedrijfsleven. Te denken valt aan een constructie zoals we die bij de SEV kennen: de overheid financiert mee, maar de zeggenschap ligt bij de organisaties. Een voordeel daarbij zou zijn dat ook het heikele punt van de taakaf bakening tussen SEV en DLV in eigen huis kan worden geregeld. Bo vendien zou de DLV in de regio winnen aan 'identiteit', waarmee ik overigens niet bedoel dat de DLV dan versnipperd zou moeten wor den over een twintigtal regionale organisaties zoals bij de SEV. Maar ook daar weet ik wel een oplossing voor: namelijk hard doorwerken aan de onderlinge samenwerking tussen de organisaties zodat die ene Nederlandse Landbouw Organisatie er nog sneller komt. Van huis uit Het LEI heeft op verzoek van het provinciaal bestuur van Zeeland een analyse gemaakt van de Zeeuwse land- en tuinbouw: 'De Zeeuwse landbouw in nieuwe banen'. De provincie Zeeland bevestigt daarmee eens te meer er alles aan te willen doen om de Zeeuwse land- en tuinbouw weer perspectief te bieden - en daar mogen we blij mee zijn. Ik zie in het nieuwe LEI-rapport vooral een bevestiging dat we op de goede weg zijn. Een aantal in het rapport genoemde actiepun ten is al in uitvoering en de andere hopen we - o.a. met steun van de provincie - zo snel mogelijk op te pakken. Bij de aanbeveling van het LEI om veehouders - en met name melkveehouders - van elders naar Zeeland te halen zet ik echter grote vraagtekens. Ik zie namelijk niet goed in hoe dit idee kan bijdragen aan de herstructurering van de overwegend plantaardige Zeeuwse land- en tuinbouw. Nog afgezien van de vraag of een van huis-uit plantenteler (melk-) veehouder wil worden, kan het ook niet. Al was het alleen maar bij gebrek aan quotum. Een melkveehouder van elders kan dus alleen in de plaats komen van een akkerbouwer van hier en dat is toch niet wat we met z'n allen bedoelen met de herstructurering van de ak kerbouw. Oggel Na uitvoerige discussie heeft het hoofdbestuur van het Utrechts Landbouw Genootschap afgelopen maandag besloten te blijven mee werken aan het onderzoek naar sa menwerking tussen de Geldersche Mij. van Landbouw, de ZLM en het ULG. Het ULG heeft tevens uit gesproken het wenselijk te vinden dat de Overijsselse Landbouw Maatschappij weer toetreedt tot de stuurgroep, die bezig is de samen werking vorm te geven. Het KNLC zou zich daarvoor moeten inzetten. Uit'het persbericht dat het ULG na afloop van de vergadering heeft uit gegeven, blijkt dat het besluit niet zonder moeite tot stand is geko men. De Utrechtse landbouworga nisatie toont zich gevoelig voor de argumenten die de OLM heeft ge bruikt bij haar besluit om niet verder in zee te gaan met ZLM en Gelder sche. Het werkgebied zou te groot worden om nog te kunnen spreken van meerwaarde. Om die reden is de OLM van mening dat de ZLM zou moeten afvallen. De OLM ziet meer in samenwerking met CBTB en ABTB binnen de eigen provincie grenzen. Ook het ULG zou liever die richting op willen maar stuit op on wil van de kant van de Utrechtse CBTB. Desondanks heeft het ULG gekozen voor voortzetting van het samen- werkingsonderzoek met Geldersche Mij van Landbouw en ZLM, waarbij men hoopt dat de OLM alsnog mee gaat doen. Een definitieve beslissing zal worden genomen als het rapport van de stuurgroep klaar is. Overi gens zullen ook de ZLM en de Gel dersche pas op dat moment een definitieve keuze maken. Themadag Snijmais in onderzoek Op 18 februari 1992 wordt een the madag over snijmaisonderzoek ge organiseerd door het Proefstation Rundveehouderij en ROC Cranen- donck. 's Middags is er gelegenheid tot ver dere diskussie en een bezoek aan ROC Cranendonck. Informatie bij het PR, tel. 03200-93211.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1992 | | pagina 3