Deskundigen buigen zich over
distelschade Markiezaat
Nieuws en Commentaar
Zegge en schrijve
Wettelijke maatregelen tegen varkenspest verscherpt
Dijkgraaf Snoek 25 jaar
in bestuur waterschap
Boek over boterbereiding
honderd jaar geleden
"Melkprijs daalt
mogelijk met 10
komende jaren
tot 15 cent"
Niets is zeker en zelfs dat niet
Belanghebbenden gehoord
De kommissie van deskundigen, die
de rechtbank van Den Bosch moet
adviseren over schade op land-
bouwpercelen door distels in het
Markiezaatsmeer, is onlangs met
haar werkzaamheden begonnen.
Op 15 december zijn om te begin
nen vertegenwoordigers van de
ZLM en NCB gehoord, gevolgd door
belanghebbenden uit het gebied.
De kommissie van deskundigen
bestaat uit prof. dr. ir. P. Struik,
hoogleraar vakgroep Plantenteelt te
Wageningen, de heer H. Heemsber-
gen, botanisch medewerker van de
Adviesgroep Vegetatiebeheer van
het Ministerie van Landbouw, Na
tuurbeheer en Visserij, en de heer
A.J.W. Rotteveel, medewerker van
de Planteziektekundige Dienst te
Wageningen. De kommissie wordt
geacht binnen vier maanden na uit
spraak van het vonnis te rapporte
ren. Dat betekent dat het advies
uiterlijk 11 februari a.s. klaar moet
zijn.
De deskundigen hebben van de
rechtbank een aantal vragen voor
gelegd gekregen met betrekking tot
verspreiding van distels vanuit het
Markiezaatsmeer. Zij moeten na
gaan of deze verspreiding mogelijk
is, in welke omvang en op welke
manier. Ook moeten de deskundi
gen aangeven of de hinder en over
last in relatie tot de normale
distelpopulatie zodanig groot is, dat
deze niet onder het normale be-
drijfsrisiko valt. De rechtbank wil
ook weten hoe de deskundigen
denken over de afstand, waarover
De melkprijs zal in het jaar 2000
wellicht 10 tot 15 cent lager zijn
dan nu. Deze voorspelling deed
voorzitter Harm Schelhaas van het
Produktschap voor Zuivel tijdens
zijn traditionele nieuwjaarsrede.
De heer Schelhaas sprak in zijn
nieuwjaarsrede over de zuivel op de
weg naar het jaar 2000, en de
moeilijkheden maar ook kansen en
mogelijkheden die zich onderweg
voordoen. Hij zei te verwachten dat
de kaasproduktie in het magische
jaar groter zou kunnen zijn dan
700.000 ton, nadat het afgelopen
jaar al een toename met bijna drie
procent tot 600.000 ton had laten
zien. Het aantal melkveebedrijven
dat in 1991 nog rond 45.000 be
droeg zal naar verwachting teruglo
pen tot 33.000 in het jaar 2000,
mogelijk is zelfs een daling tot
29.000, afhankelijk van de uit
komsten van de diskussies in het
kader van de GATT. Schelhaas ver
wacht een stijging van de produktie
per koe tot boven de 8.000 kg. De
tendens die zich omstreeks 1990
reeds inzette zal zich versterkt voort
zetten, zodat het aantal bedrijven
met 70 en meer koeien snel groter
zal worden.
De bescherming zal aanmerkelijk
geringer zijn. Meer dan in 1991 zal
de Nederlandse zuivel zich moeten
richten op afzet naar Midden en
Oost Europa, vooral met het pro-
dukt kaas, waarvoor zich ook grote
re mogelijkheden zouden kunnen
openen voor de afzet naar de USA
en Canada. De Nederlandse bedrij
ven zullen meer produktiebedrijven
in het buitenland hebben.
Schelhaas verwacht een daling van
het aantal ondernemingen tot 15 en
van het aantal fabrieken tot 50 a
60, terwijl het aantal kleinschalige
fabrieken zal toenemen tot 40. In de
EG zullen de 10 grootste inmiddels
internationaler geworden zuivelon
dernemingen meer dan de helft -
mogelijk zelfs 70% - van de melk-
verwerking voor hun rekening ne
men. De milieuproblematiek zal
zeker zijn opgelost in het jaar 2000,
aldus Schelhaas.
distelzaad zich door de wind laat
verplaatsen en de ter plaatse over
heersende windrichtingen. Daarover
wordt door de partijen verschillend
gedacht.
Brabants Landschap
De instelling van de kommissie van
deskundigen is een gevolg van het
proces dat de ZLM, NCB, CBTB en
21 schadelijdende boeren hadden
aangespannen tegen de Stichting
Het Noord-Brabantse Landschap,
welke stichting verantwoordelijk is
voor de bestrijding van de akker
distels conform de akkerdistelveror-
dening.
De rechtbank deed op 17 mei 1991
mondeling uitspraak en stelde vast
dat de distels inderdaad onvoldoen
de bestreden worden, maar dat dat
feit op zichzelf nog geen onrecht
matige daad oplevert. Het Brabants
Landschap is pas verplicht de scha
de te vergoeden als blijkt, dat door
het overwaaien van distelzaad van
uit het Markiezaatsmeer verontreini
ging van en schade aan de gronden
van de betrokken boeren is toege
bracht. De rechtbank wilde hierover
eerst advies van een kommissie van
deskundigen. Deze kommissie is nu
aan de slag gegaan.
Vorig jaar zorgde het vervoersverbod vooral in Zeeuws-Vlaanderen
voor problemen.
Ook in 1992 zullen de processen van verandering en aanpassing on
verminderd doorgaan. We leven nu eenmaal in een maatschappij die
voortdurend in beweging is en als individuele ondernemer moet je
dan - graag of niet - wel mee als je tenminste de aansluiting niet wilt
missen. De enige troost is dat de land- en tuinbouw daarbij geen uit
zondering is: overal in het bedrijfsleven moeten de bakens voortdu
rend verzet worden. Voor zelfgenoegzaamheid is al helemaal geen
plaats - kijk maar eens naar Philips. Voor een ondernemer anno 1992
zijn begrippen als 'rust' en 'zekerheid' niet meer weggelegd. Maar
was dat vroeger eigenlijk niet anders en dénken we alleen dat het
vroeger anders - en beter - was?
Tegen deze achtergrond is het ook a/s boer en tuinder noodzaak om
voortdurend in te spelen op de maatschappelijke omstandigheden.
Het valt te verwachten dat er in dit jaar besluiten zullen worden geno
men over de plannen van Europees landbouwcommissaris MacShar-
ry. Of dat ook voor de wereldhandelsovereenkomst (GATT) het geval
zal zijn is nu nog onzeker. Nationaal zullen de milieumaatregelen ze
ker niet minder worden. Dat zij de 'zekerheden' van 1992 voor de
land- en tuinbouw. Als boer en tuinder moet je daarop zo goed en
zo kwaad mogelijk je beslissingen baseren. Je moet 'wat' doen.
Hoofdzaken
Daarbij is het belangrijk om de hoofdzaken van de bijzaken te onder
scheiden. Hoofdzaak is een gezonde land- en tuinbouw met perspec
tief voor de toekomst. Dat stelt zeer hoge eisen aan het
ondernemersschap van boeren en tuinders plus de voortdurende be
reidheid om in te spelen op de gewijzigde omstandigheden en des
noods de moed op te kunnen brengen om opnieuw te beginnen.
Daarbij telt alleen de realiteit. Dat is de ene kant. Aan de andere kant
zal de politiek - van hoog tot laag - de land- en tuinbouw de nodige
ruimte moeten laten om zich aan te kunnen passen en zich te kunnen
ontwikkelen. Daar ligt een belangrijke opdracht voor de landbouwor
ganisaties - dus voor de ZLM. Dat wil zeggen: in zijn algemeenheid
voor boeren en tuinders voorwaarden bepleiten om met succes de in
dividuele bedrijfsvoering aan te kunnen passen. Maar ook: middels
voorlichting en dienstverlening op bedrijfsniveau aan de leden maat
werk bieden om aan de eisen van de tijd te kunnen voldoen.
Deze taakstelling stelt ook haar eisen aan de landbouworganisatie
zelf. Ook de landbouworganisatie moet zich daarom voortdurend
aanpassen, net a/s boer en tuinder. Als ZLM zijn we daar met het oog
op de toekomst mee bezig via integratie met de Ge/dersche Maat
schappij van Landbouw die - a/s alles goed gaat - dit jaar zijn beslag
moet krijgen. Ook voor de ZLM is 1992 een nieuw begin. We zitten
dus in het zelfde schuitje a/s onze leden boeren en tuinders. Zo hoort
het ook.
Oggel
Op 1 januari 1992 treedt de wijzi
ging van de Veewet in werking. De
ze wet biedt de basis voor een
pakket van maatregelen voor een
effectievere bescherming tegen var
kenspest. Het gaat om de volgende
preventieve maatregelen:
- een sluitende identificatie- en re
gistratieregeling van varkens;
- een beperking van de ver
voersstromen van varkens en
het beperken van de bestaande
varkensmarkten;
- een regeling omtrent het toevoe
gen aan en de aanwezigheid van
De heer L.A. Snoek, dijkgraaf van
het Hoogheemraadschap Alm en
Biesbosch, is op 18 december jl. ge
huldigd, vanwege zijn 25-jarig jubi
leum als waterschapsbestuurder.
De heer Snoek is tevens voorzitter
van de afdeling Almkerk/Woudri-
chem van de ZLM.
Uit handen van de voorzitter van de
Unie van Waterschappen, de heer
Collot d'Escury, mocht hij de ere
penning in ontvangst nemen. Ook
werd de heer Snoek toegesproken
door de heer JP. van Hoven, waar
nemend dijkgraaf. Deze gaf een
overzicht van de bestuurlijke loop
baan van de heer Snoek en prees de
vasthoudende en voortvarende wij
ze waarop deze leiding geeft aan
het Hoogheemraadschap. De jubila
ris werd op 1 december 1965 be
noemd tot Hoofdingeland van het
waterschap De Alm. In juni 1976
werd hij benoemd tot voorzitter van
dit waterschap en tot dijkgraaf van
het Hoogheemraadschap voor het
Land van Heusden en Altena. Een
half jaar later volgde de oprichting
van het Hoogheemraadschap Alm
en Biesbosch.
varkens op bedrijven;
- een stringente regeling omtrent
de reiniging en ontsmetting van
vervoermiddelen waarmee var
kens zijn vervoerd;
- de veterinaire begeleiding van
bedrijven;
- een beperking van de schade
loosstelling voor in verband met
varkenspest afgemaakte varkens
en vernietigde andere besmette
voorwerpen.
Het merendeel van voornoemde
maatregelen moet nog worden uit
gewerkt in nadere uitvoeringsbepa
lingen. Wel zal met ingang van 1
januari a.s. de in de wet zelf neerge
legde regeling omtrent beperking
van de schadeloosstelling gelden.
Op grond van artikel 39 van de Vee
wet wordt een schadeloosstelling
uitgekeerd voor vee, dat in verband
met een besmettelijke veeziekte, zo
als varkenspest, is afgemaakt. Ook
bestaat er een schadeloosstelling
voor andere besmette voorwerpen
die vernietigd moeten worden. Met
ingang van 1 januari 1992 wordt
deze schadeloosstelling beperkt in
dien zich op een bedrijf omstandig
heden voordoen die het risico in
zich kunnen dragen dat varkenspest
uitbreekt of zich verspreidt. Een der
gelijke omstandigheid doet zich bij
voorbeeld voor wanneer een
veehouder varkens van veel ver
schillende bedrijven betrekt.
Met ingang van 1 januari a.s. geldt
een korting van 35% op de schade
loosstelling als bij uitbraak van var
kenspest wordt vastgesteld dat de
op een bedrijf aanwezige varkens
afkomstig zijn van meer dan drie be
drijven. Met ingang van 1 januari
1994 geldt hiervoor een maximum
van twee bedrijven.
De veehouder is verplicht om op
eerste vordering van de controle
rend ambtenaar zelf aan te tonen
van welke bedrijven de op zijn be
drijf aanwezige varkens afkomstig
zijn. Indien hij hieraan niet kan vol
doen bedraagt de korting op de
schadeloosstelling 100%.
Verder geldt een korting van 35%
indien niet alle varkens op het be
drijf geregistreerd en - voor zover de
verplichting daartoe bestaat - ge
ïdentificeerd zijn. Voorts is bepaald
dat, wanneer de varkenshouder niet
kan aantonen dat hij deelneemt aan
de varkensgezondheidsprogram
ma's van de Stichting Gezondheids
zorg voor Dieren, een korting op de
schadeloosstelling wordt toegepast
van 35%. Tenslotte wordt een kor
ting van 100% toegepast indien de
ondernemer in strijd handelt met
een aantal voorschriften van de
Veewet, onder meer betreffende de
verplichte melding van verdachte
dieren en reinigings- en ontsmet
tingsvoorschriften.
In de laatste 25 jaar van de vorige
eeuw voltrokken zich fundamentele
veranderingen in de Nederlandse
zuivelbereiding. Het beeld van de
boerin met een karnton begon
plaats te maken voor die van boter
als industrieel massaprodukt. Deze
ontwikkeling in de Nederlandse
landbouw wordt beschreven in de
onlangs bij de Walburg Pers ver
schenen uitgave: Boterbereiding in
de late negentiende eeuw door
Martijn Bakker.
De buitenlandse veranderingen
zorgden aanvankelijk bij de Neder
landse boeren voor twijfel aan het
nut ervan maar werden gevolgd
door een enthousiaste kennisma
king met nieuwe werk-,.en organisa
tievormen. Koöperaties en
kursussen beloofden een nieuwe
toekomst voor het botermaken,
voor de veeteelt, voor de hele be
drijfsvoering. Voor de vrouwen op
de boerderij betekenden de zuivelfa
brieken een welkome verandering in
hun dagelijks werk.
De uitgave is voor f 24,— verkrijg
baar in de boekhandel.