Heroverweging duur
landinrichtingsprojecten
Ruilverkaveling Baarle-Nassau aangenomen
Ecologische Hoofdstruktuur maakt het
landbouw bij natuurgebieden moeilijk
Landinrichting
Beperkingen in bufferzones
11
PROVINCIE ZEELAND
LANDINRICHTINGSPROJECTEN juli 1991
LANDINRICHTING TOT STAND GEKOMEN sinds 1980
B® LANDINRICHTING IN UITVOERING
LANDINRICHTING IN VOORBEREIDING
LANDINRICHTING AANGEVRAAGD
Een kaartje van de landinrichtingsprojecten in Zeeland.
Ir. H.A. Okma.
De regering heeft op 29 november
1991 een standpunt ingenomen be
treffende 'Heroverweging
voorbereidings- en uitvoeringsduur
van landinrichtingsprojecten'. In de
media en in verschillende overlegfo
ra is dit onderwerp in eerste aanzet
besproken. In het onderstaande
wordt op de inhoud van dit herover
wegingsonderzoek ingegaan en het
standpunt dat de regering in deze
inneemt. Verder wordt een doorkijk
gegeven van de consequenties voor
Zeeland.
Aanleiding
Vanwege de regering is eind 1990
een werkgroep in het leven geroe
pen met de opdracht een verzoek te
verrichten naar de mogelijkheid de
duur van landinrichtingsprojecten te
bekorten. De duur is thans opgelo
pen tot gemiddeld 10 jaar voorberei
ding en 18 jaar uitvoering. Dit is
onder meer veroorzaakt door het
langdurig niet toekennen van loon-
en prijsstijgingen. In samenhang
met dit onderzoek is tevens aan
dacht besteed aan het vraagstuk
van de onvoldoende begro
tingstechnische buigzaamheid en
slagvaardigheid en aan het verrui
men van de mogelijkheden nieuw
beleid te realiseren door middel van
landinrichting. Hierbij zij opgemerkt
dat de problematiek sterk is verwe
ven en derhalve in onderlinge sa
menhang dient te worden
beschouwd en opgelost. Bij haar
onderzoek is de werkgroep uitge
gaan van een op langere termijn ge
lijkblijvend budget voor
landinrichting.
Inhoud heroverweging
De Centrale Landinrichtingscom
missie en Stichting Natuur en Mi
lieu/Vereniging tot behoud van
Natuurmonumenten hebben hun
standpunt over het concept
heroverwegingsrapport kenbaar ge
maakt aan de regering. Desge
vraagd heeft de voorzitter van het
Interprovinciaal Overleg (I.P.O.) mee
gedeeld geen behoefte te hebben
aan commentaar.
De belangrijkste punten van het rap
port betreffen:
- Verlaging verplichtingenstand.
De regering wenst de verplich
tingenstand inzake landinrichting
te verlagen door gedurende 10
jaar jaarlijks f 50 miljoen min
der verplichtingen aan te gaan.
De totale verplichtingenstand
daalt hierdoor van f 1,8 miljard
naar f 1,3 miljard.
- Verkorting duur.
Gestreefd wordt naar een ge
middelde uitvoeringsduur van 15
jaar. De voorbereidingsduur
wordt in 10 jaar naar 8 jaar te
ruggebracht.
- Voorbereidingsprogramma.
In 1992 worden, mede omdat de
nota Landinrichting in de jaren
90 en het Structuurschema
Landbouw, Natuur en Openlucht
recreatie in de loop van 1992
zal verschijnen, geen nieuwe
projecten in voorbereiding geno
men. Tot 2002 is er ruimte voor
180.000 ha.
Uitvoeringsprogramma.
De oppervlakte omgerekend
naar ha's van gemiddelde inves
tering in uitvoering te nemen land-
inrichtingsprojecten, wordt
bepaald op 30.000 ha in 1992.
In 1993 eveneens 30.000 ha. En
in de periode 1994 tot 2002 op
20.000 ha/jaar.
Inrichtingsniveau.
Nagegaan zal worden of het in
richtingsniveau kan worden ver
laagd door de intensiteit van de
werken terug te dringen. Na cir
ca 5 jaar zal worden bezien in
hoeverre het effect van het ver
lagen van het inrichtingsniveau
kan worden vertaald in een ver
hoging van het voorbereidings-
en uitvoeringsprogramma.
- Landinrichtingsrente.
De landinrichtingsrente zal wor
den afgeschaft. Daartoe zal op
korte termijn een wetswijziging
in procedure worden gebracht.
- Evaluatie Landinrichtingswet.
De voorstellen voor wijziging van
procedures van de Landinrich
tingswet die in 1992 zijn voor
zien in het kader van de evaluatie
van deze wet, zullen tevens in
het licht van de nieuwe ontwik
kelingen worden bekeken.
Effectuering regeringsbeslissing
Gesteld moet worden dat de mate
rie erg complex is. Daarom zal de
nadere realisering zich in eerste in
stantie richten op een aantal hoofd
punten, te weten:
- voortgang landinrichtingsprojec
ten uitgaande van de gestelde
opties;
- kritisch doorlichten c.q. toetsen
aan nieuwste ontwikkelingen
De ruilverkaveling Baarle-Nassau
(9.184 ha en 2.562 stemgerechtig
den) is bij de stemming op 12 de
cember j.l. in Baarle-Nassau
aangenomen met 55.7% van de
uitgebrachte stemmen en 68.2%
van de gestemde oppervlakte. In to
taal 1.214 stemgerechtigden met
een oppervlakte van 7.637 ha
brachten een stem uit.
De ruilverkaveling Baarle-Nassau ligt
ten zuidoosten van Breda, tegen de
grens met België. In het ruilverkave
lingsplan zijn voorzieningen opgeno
men voor de landbouw en voor
natuur, landschap en openluchtre
creatie. De kosten van het project
worden geraamd op 36.4 miljoen
gulden.
De ruilverkaveling Baarle-Nassau
Binnen een tijdsbestek van 20 jaar
moet in Nederland 200.000 ha
landbouwgrond plaatsmaken voor
natuur. Noord-Brabant zal voor reali
sering van de Ecologische Hoofd-
struktuur 60.000 ha moeten
leveren. Voor 30.000 ha zijn er fi
nanciële middelen voorhanden.
De kwaliteit van natuurgebieden in
Nederland loopt terug. Veel van de
ze gebieden zijn in de twintigste
eeuw op zichzelf komen te staan.
Door biologische processen als in
teelt is de konditie slecht. De over
heid tracht dit op te lossen door het
aanleggen van natuurkern- en na
tuurontwikkelingsgebieden. Stroken
die bestaande natuurgebieden met
elkaar gaan verbinden. Veelal oude
stroomgebieden en beekdalen zul
len in hun oorspronkelijke staat te
rug moeten. Voor land- en tuinbouw
zal er in zulke gebieden weinig
van lopende projecten met name
in de voorbereidingsfase tot het
ontwerp-landinrichtingsplan;
- mogelijkheden onderzoeken voor
verlaging investeringsniveau.
Naar verwachting zal de Centrale
Cultuurtechnische Commissie door
de regering op korte termijn advies
in deze worden gevraagd.
Zeeuwse situatie
In het algemeen wijkt de landinrich
tingssituatie in Zeeland nogal af van
het landelijk beeld. Van de 18 land
inrichtingsprojecten (ruim 60.000
ha) zijn 13 ruilverkavelingen met ad
ministratief karakter (r.a.k.'s). Zo be
draagt de investering per ha van
deze laatste categorie projecten on
geveer 20% van het gemiddelde
landelijk investeringsniveau. Ruilver
kavelingen met administratief karak
ter, die overigens steeds
multifunctioneler worden, tellen dan
ook voor 1/5 van de oppervlakte
mee in het uitvoeringsprogramma.
Verder is de duur van de voorberei
ding zo'n 5 jaar. Deze termijn geldt
ook voor de uitvoering. Er zijn dus
argumenten aan te voeren dat de
ruilverkavelingen met administratief
karakter niet te zwaar door de her
overweging zouden moeten worden
getroffen.
Overigens zijn en worden de laatst
afgesloten ruilverkavelingen - niet
zijnde r.a.k.'s - in Zeeland binnen de
oorspronkelijke begroting en ruim
binnen de gemiddelde landelijke uit
voeringsduur gerealiseerd. In be
langrijke mate is dit tot stand
gekomen door de constructieve wij
ze van samenwerking tussen de
meest betrokken organisaties en
beslaat met name de agrarisch in
gebruik zijnde gebieden van de ge
meenten Baarle-Nassau en Chaam.
Het is een dekzandlandschap met
daarin beekdalen van onder meer de
Chaamse beken, de Strijbeekse
beek, de Bremer en het Merske. Be
halve aanpassingen in de waterbe
heersing en reconstructie van
wegen, zal met name de verkaveling
verbeterd worden.
Ten behoeve van de ontsluiting
voorziet het plan in aanleg en verbe
tering van circa 23 km plattelands
wegen. In het kader van het plan
van toedeling zullen nog verdich
tingswegen worden aangelegd,
waarvan 8 km verharde en 4 km on
verharde wegen. Een aantal hoofd
watergangen zal worden verbeterd,
plaats meer zijn. Om de ontwikke
lingsgebieden te beschermen ko
men er bufferzones. Hier zal
uitoefening van landbouw afhanke
lijk zijn van grondsoort en water
kwaliteit. Mest mag er niet
uitspoelen.
Beperkingen
Het zijn juist deze zones die voor be
staande bedrijven beperkingen gaan
opleggen. Een veebedrijf nabij een
toekomstig natuurgebied komt zo
plotseling in een verzuringsgevoelig
gebied te liggen. De maximale am-
moniakverzuring, uitgedrukt in mol
per ha, is dan snel bereikt.
Uitbreidings- en toekomstmogelijk
heden voor de opvolger zijn uit
gesloten.
Streven van de provincie is om de
grenzen van de buffers binnen vier
jaar te realiseren. Voor 30.000 ha
ontwikkelingsgebied is er geld. Met
personen. Ook in de toekomst lijkt
het mogelijk hiervan gepast gebruik
te blijven maken bij alle lopende land
inrichtingsprojecten in voorberei
ding en in uitvoering.
Nu de komende tijd veel functies in
het landelijk gebied in Zeeland direct
of indirect sterk in beweging zijn en
met name in het gebied van het wa
terschap De Bovemark. Voorts be
vat het plan de aanleg van
onderhoudsvoorzieningen en wijzi
gingen aan het hoofdwaterstelsel in
verband met een betere kavelin
deling.
Op het gebied van de kavelinrichting
worden de noodzakelijke aanpas-
singswerken uitgevoerd. Deze
bestaan ondermeer uit het graven
en dempen van sloten, het maken
van toegangsdammen, perceels
aansluitingen en egalisaties. Het
plan houdt rekening met 5 boerderij
verplaatsingen en 8 boerderijop
schuivingen.
Voor natuur en landschap zijn de
volgende voorzieningen opgeno
men: 34 km hoge wegbeplantingen
de overheid is overeengekomen dat
deze gronden aangekocht zullen
worden voor de vrije waarde van
gelijksoortige grond. Daarbovenop
komt een toeslag van 8-10% voor
vermogensverlies, overdrachts
kosten en notariskosten. Bij eventu
ele verplaatsing gelden dezelfde
financiële verplichtingen als nu in
ruilverkavelingsverband. Voor de an
dere 30.000 ha, nodig voor de pla
nologische bescherming, zijn nog
geen waarborgen. De georganiseer
de landbouw vreest dat door de
aanleg van ontwikkelingsgebieden
de ekonomische waarde van omlig
gende grond sterk daalt. Men stelt
zich op het standpunt dat de provin
cie niet stukje voor stukje, maar
deelgebieden moet aanpakken.
Bestemmingsplannen
Het streekplan zal naar wordt ver
wacht half 1992 worden vast-
blijven (o.a. N.B.P. en S.N.L.), blijft
het zaak hierop in te kunnen spelen
met passende landinrichtingsactivi
teiten, zij het tijdelijk misschien in
een wat lager tempo.
Ir. H.A. Okma,
Inspecteur Landinrichting
Zeeland
(bomen), 22 km lage wegbeplantin
gen (struiken), 2 km beplanting
langs waterlopen, circa 92 ha bqs-
jes en singels, 380 erf- en kavel-
grensbeplantingen, de aanleg van
landschapselementen en behoud
van cultuurhistorische elementen.
In het gebied van de ruilverkaveling
is in het kader van de relatienota
558 ha reservaatsgebied en 202 ha
beheersgebied aangewezen. Het
landinrichtingsplan voorziet in de
uitruil van circa 132 ha hiervan, ter
wijl circa 94 ha via de procedure
van de toewijzing wordt gereali
seerd. In de reservaatsgebieden zul
len werken worden uitgevoerd, die
de doelstellingen hiervan bevorde
ren, zoals aanleg van greppels, poe
len voor amfibieën, beplantingen etc.
gesteld. Een nadelig punt waar de
landbouw nu mee te maken krijgt,
is de aanpassing van de bestem
mingsplannen door gemeenten. En
kele gemeenten gaan verder dan het
streekplan. Officieel is dit niet toe
gestaan maar een bestemmingsplan
dat ten gunste van natuur afwijkt
vindt weinig kritiek van de provincie.
Van de 60.000 ha kultuurgrond
wordt 45.000 ha aangemerkt als
natuurkerngebied, voor 25.000 ha
zal de relatienota worden ingezet.
Voor natuurontwikkelingsgebied is
15.000 ha nodig, voor 5.000 ha zal
aankoop kunnen plaatsvinden. Een
werkgroep van ambtenaren van Rijk
en Provincie is bezig met de begren
zing van de Ecologische Hoofd-
struktuur. Ter advisering krijgt het
landbouwbedrijfsleven, vertegen
woordigd in de WUR (werkgroep
uitwerking relatienotagebieden) ge
legenheid om bij te sturen.