Landinrichting verliest draagvlak onder boeren
Landbouw moet blijven meesturen
1'
Ruilverkaveling staat op de tocht
Voorzitter landinrichtingscommissie Tholen:
«Q— I
r
I.
Ld! !LI
III li lui
l i Cl IÉU
i
De landbouw raakt mogelijk haar zo
vertrouwde en effectieve instru
ment ruilverkaveling kwijt. In de
Concept Beleidsnota Landinrichting
waarin het ministerie van Land
bouw, Natuur en Openluchtrecrea
tie haar voorlopige visie op de
inrichting van het landelijke gebied
ontvouwt, komt dit instrument niet
meer voor. Bezuinigingen en politie
ke druk uit met name de hoek van
natuur en landschap hebben geleid
tot deze beleidswijziging. De na
tuurbescherming hoopt dat de land
bouw nu niet landinrichting de rug
toekeert.
Als de regering de voorgestelde
weg inslaat blijven voor de gebieden
met hoofdfunctie landbouw in de
toekomst als specifieke instrumen
ten alleen de Ruilverkaveling met
een Administratief Karakter (RAK)
en hopelijk de Vrijwillige Kavelruil
(VK) over. De financiële ondersteu
ning van de overheid bij deze instru
menten is veel geringer dan bij de
vertrouwde ruilverkaveling. Het toe
komstig beleid is vooral gericht op
het instrument Herinrichting, waarin
landbouw slechts één van de com
ponenten is en waarop andere be
langen als natuur en landschap veel
duidelijker hun stempel zullen
drukken.
Minder invloed
De beleidswijziging is voor de agra
rische sector dus zeer ingrijpend:
minder mogelijkheden voor een
structurele verbetering van de pro-
duktieomstandigheden, minder in
vloed bij de planvorming en het
afkappen van de mogelijkheid om
als agrarische sector over een ver
kaveling te kunnen stemmen. De
provincie krijgt de grootste vinger in
de pap. Via de Centrale Landinrich
tings Commissie (CLC) kunnen de
standsorganisaties hun invloed nog
aanwenden.
De Rijksoverheid gaat de komende
tien jaar bovendien nog eens circa
35% korten op het in uitvoering ne
men van landinrichtingsprojecten.
Daarnaast wordt over diezelfde pe
riode 50% minder oppervlakte op
het voorbereidingsschema ge
plaatst. Een maatregel die ingege
ven is door het uit de pas lopen van
het beschikbare budget en de finan
ciële verplichtingen die de overheid
is aangegaan voor in uitvoering ge
nomen landinrichtingsprojecten als
gevolg van reeds toegepaste bezui
nigingen. Mede daardoor duren de
werken te lang, wordt het beleid
soms achterhaald en verliezen be
trokkenen hun vertrouwen in de
plannen.
Projecten die nog niet in uitvoering
zijn genomen worden nog eens tegen
het licht gehouden om te bezien of
ze voldoende stroken met de
doelstellingen van het Natuur Be-
leids Plan (NBP). Eventueel vindt
bijstelling ten behoeve van natuur
en landschap plaats. Verder wordt
de landinrichtingsrente afgeschaft.
Deze werd tot nu toe na gereedko
men uitgesmeerd over 26 jaar. Na
gereedkomen van de inrichtingspro
jecten dient in de toekomst direct te
worden betaald.
Het kabinet heeft daarmee indirect
een flinke domper op de aantrekke
lijkheid van het instrument gezet.
Het Landbouwschap heeft inmid
dels van zijn gram en verontwaardi
ging blijk gegeven. Met dit nieuw
beleid wordt het paard achter de
wagen gespannen. Nog niet bekend
is wanneer de beleidswijzigingen
geëffectueerd worden.
Hartgrondig oneens
De voorzitter van de commissie
grondgebruik van het KNLC en te
vens plaatsvervangend voorzitter
van de Centrale Landinrichtings
Commissie, Albert Barlagen, zegt
het hartgrondig eens te zijn met het
feit dat de Ruilverkaveling met het
nieuwe Structuurschema Land
bouw, Natuur en Openluchtrecrea
tie verdwijnt en dat de
landinrichtingsrente wordt afge
schaft. Hij is bang dat landinrichting
aan draagvlak gaat verliezen. 'Het
gaat bij al deze plannen in wezen
om de grond, vooral bij de aanspra
ken vanuit het Natuur Beleids Plan
(NBP). Dat is natuurlijk een zeer in
grijpend iets en we moeten oppas
sen dat de waan van de dag ten
aanzien van natuur en milieu hier
niet ernstige schade aanricht in eco
nomisch en sociaal opzicht'.
Het CLC-lid wijst op een ander
aspect van het nieuwe beleid name
lijk het feit dat boeren in de toe
komst niet meer over een
inrichtingsplan van het landelijk ge
bied mogen stemmen maar dat al
leen bij het provinciaal bestuur de
besluitvorming ligt. Overigens is dat
deels nu ook al het geval.
Het is duidelijk dat de invloed van
de landbouw in de plannen dus nog
aanzienlijk af zal nemen. Want het
maakt ten aanzien van het draag
vlak natuurlijk veel verschil of er
door boeren wordt gestemd of niet.
Een andere wijziging waarover Bar
lagen evenmin te spreken is betreft
de verhoging van de korting bij her
inrichting van 3 naar 5%. Dit terwijl
de mogelijkheid van onteigening wel
blijft bestaan. Hij vindt dat niet fair:
óf 3% en kunnen onteigenen óf 5%
en niet kunnen onteigenen.
Tenslotte signaleert hij nog een ad
der onder het gras: men wil projec
ten Pro Memorie op het
Voorbereidingsschema kunnen
plaatsen. Dan kan men alvast grond
kopen terwijl men later met een
soort aanpassingsinrichting zou
kunnen volstaan. Maar die werkwij
ze gaat wel ten koste van het land
bouwbelang is Barlagen's
overtuiging.
Opgeschort
Inmiddels heeft Staatssecretaris
J.D. Gabor vooruitlopend op de ka
binetsplannen de provincies een
brief geschreven en hen verzocht
het komend jaar geen plannen voor
te dragen voor opname op het Voor
Albert Barlagen: 'Het blijven toch een beetje actievoerders die steeds
weer buiten de orde om proberen extra te scoren' (foto: Richard Ho-
geveenl
bereidingsschema. Hoewel dit niet
geheel onverwacht kwam, zijn de
niet-ambtelijke (agrarische) leden
van de Centrale Landinrichtings
Commissie (CLC) toch wel ge
schrokken van de brief.
'Dit betekent in feite', zegt Barlagen,
'dat er voor het eerst in januari 1994
weer projecten mogen worden op
gevoerd en dat er dus 1,5 jaar niets
gebeurt'. Op zich is het opschor-
tingsbesluit wel begrijpelijk meent
hij, gezien het feit dat het beschik
bare budget steeds meer achterblijft
bij de financiële verplichtingen die
de overheid op zich neemt om wer
ken uit te voeren. 'Maar dan hoef je
de zaak nog niet meteen volledig op
slot te gooien'. Hij pleit er dan ook
sterk voor om de Ruilverkavelingen
met een Administratief Karakter (de
RAK's) gewoon door te laten gaan.
Zoals het voorstel er nu ligt blijven
overigens volgens directeur drs. P.
Slot van de Landinrichtingsdienst
kleine blokgrenswijzigingen nog
mogelijk.
Schreeuwen
Ook bij projecten die in voorberei
ding zijn moet de procedure ge
woon door gaan en moet worden
gestemd, meent Barlagen. Hij reali
seert zich dat dit formeel weliswaar
niet kan maar daar hoeft slechts een
klein regeltje voor te worden gewij
zigd en dat mag geen probleem zijn.
'Er mag zeker niet te veel tijd zitten
tussen de afronding van het plan en
de stemming anders weten boeren
niet meer waar ze aan toe zijn.
ledereen klaagt nu al dat het zolang
duurt en dat zou de onzekerheid al
leen nog maar toe doen nemen. Als
er gestemd is kunnen er misschien
al zaken worden aangepakt die niets
of vrijwel niets kosten. Je moet dat
praktisch bekijken. Dat is beter dan
om budgettaire redenen de stem
ming uit te stellen'.
Niet zo te spreken is Barlagen over
de natuurbescherming die de in uit
voering zijnde plannen open wil bre
ken om er alsnog een stuk nieuw
beleid in te verwezenlijken. 'Zij souf
fleren de politiek dat ze weinig aan
bod komen in de in uitvoering zijnde
plannen terwijl het tegendeel waar
is. Ze hebben enige zaken verloren
en schreeuwen dat van de daken
terwijl je ze nauwelijks hoort over
compromissen waarmee ze best in
genomen zijn.
Want de landbouw heeft de laatste
jaren in de plannen veel ruimte ge
geven aan de natuur. We doen niet
anders dan met de natuurinstanties
samenwerken maar de politiek legt
nu eenmaal vooral het oor te luiste
ren bij de natuurbeschermings
instanties. Dat ze in de huidige
plannen goed aan bod komen geven
de natuurbeschermers onderhands
ook wel toe, maar het blijven toch
een beetje actievoerders die steeds
weer buiten de orde om proberen
alsnog extra te scoren'.
Zwaar onder druk
Ook B. van Leeuwen van de Natuur-
beschermingsraad denkt dat er een
spanningsveld gaat ontstaan wan
neer het instrument Landinrichting
enige jaren pas op de plaats moet
maken. 'Het beleid dat is vastgelegd
in het Natuur Beleids Plan moet van
de Tweede Kamer niet in dertig
maar in twintig jaar worden uitge
voerd. Als je daar dan een paar jaar
van af haalt dan komt de realisering
van het NBP wel zwaar onder druk'.
Van Leeuwen hoopt en verwacht
niet dat de landbouw het instru
ment herinrichting de rug toe zal ke
ren. 'De sector moet begrijpen dat
de verhoudingen anders zijn komen
te liggen. Als de landbouw wel uit
CLC en PCBL stapt dan verliezen ze
uit het oog dat natuur en landbouw
een groot aantal gemeenschappelij
ke belangen hebben. Bovendien zijn
ze dan hun invloed kwijt'.
Oók landbouwbelang
W.J. van Grondelle van de Stichting
Natuur en Milieu zegt dat zijn stich
ting zeer positief staat tegenover de
verdere onderlijning van het multi
functioneel karakter van de herin
richting van het platteland. Hij stelt
vast dat de landbouw in de toe
komst minder bij de besluitvorming
betrokken zal zijn dan in het verle
den. De sector moet evenwel beslist
niet afhaken.
Volgens Van Grondelle zijn er ont
wikkelingen in het landbouwbeleid
die het multifunctioneel karakter
van de herinrichting óók in het be
lang van de landbouw doet zijn. Er
is ten eerste gezien de overschotten
en de druk op het milieu niet veel
aanleiding om de produktiecapaci-
teit van de landbouw te verhogen.
Uitvoering van structuurverbeteren-
de werken kosten bovendien wan
neer ze grotendeels door de
landbouw moeten worden opge
bracht veel geld en het is de vraag
of dat er weer uit komt met de in de
toekomst verder onder druk komen
de opbrengstprijzen. 'Peilverlaging
en bedrijfsverplaatsingen zijn zeer
kostbaar terwijl het produktieniveau
terug moet. Dit betekent op be
drijfsniveau een extra belasting
waarvan je je af kunt vragen of die
verantwoord is. Boeren moeten er
trouwens sowieso rekening mee-
houden dat de overheid minder geld
beschikbaar stelt'.
Johan Wierenga
Landbouw en natuur kunnen el
kaar redelijk goed vinden in het
blok Stavenisse van de Ruilver
kaveling met Administratief Ka
rakter (RAK) voor Tholen, zegt
L.C.J. Potappel, voorzitter van de
landinrichtingscommissie van dit
blok. Potappel is blij met het in
strument Ruilverkaveling met
Adminstratief Karakter omdat er
erg snel mee kan worden ge
werkt. Het gaat niet om grote
werken en er is vergeleken met
een reguliere verkaveling maar
een klein budget, circa
f 1.100,— per hectare.
De resultaten zullen toch aan
zienlijk zijn, zo verwacht de com
missievoorzitter. Het
ontwerpplan is bijna klaar en in
1993 wordt er gestemd. De
voorzitter betreurt het wel dat
uitruilen tussen de vier blokken
waarin Tholen is opgedeeld een
moeizame zaak is omdat dit ge
heel op vrijwillige basis plaats
moet vinden. Daardoor blijven
wel kansen liggen maar binnen
een RAK kan de ruiling van
grond nu eenmaal niet worden
opgelegd.
Geld voor natuur
Potappel vertelt dat de overheid
nogal wat geld beschikbaar stelt
voor de verkavelingen. Maar vol
gens hem doet ze dat meer voor
natuur en milieu dan voor de
landbouw. Hij betwijfelt sterk of
de grondeigenaren zonder een
RAK hun medewerking wel aan
de verkaveling zouden hebben
verleend. 'Als ze hier een herin
richting hadden aangevraagd
denk ik dat de boeren niet thuis
hadden gegeven. In St. Philips-
land zou het in ieder geval zeker
niet zijn gegaan, mede gelet op
L Potappel
de nipte uitslag van de stem
ming. In onze RAK zijn alle be
langen goed inpasbaar gebleken
ofschoon landbouw en natuur in
het begin en ook later niet direct
op één lijn zaten. Maar na een
aantal compromissen hebben
we elkaar gevonden en nu zijn
de verhoudingen tussen de be
langhebbenden in de commissie
goed'.
Potappel is niet bang dat natuur
instanties lopende projecten
open zullen breken. Hij zou het
onverstandig vinden als land
bouw zich uit de Centrale Land
inrichtingscommissie (CLC) en
de Provinciale Commissies Be
heer Landbouwgronden (PCBL's)
terug te trekken, hoe moeilijk het
daar ook zal worden voor de
agrarische vertegenwoordigers.
'Je moet altijd meesturen anders
sta je er naast en wordt er over
je beslist'.
Democratisch
Hij ziet het democratisch gehalte
van de besluitvorming via de
provincies wel verwateren. Veel
provinciale bestuurders trekken
hun eigen plan en laten zich aan
hun achterban weinig gelegen
liggen. Daarom moeten boeren
zorgen in de bestuursgelederen
aanwezig te blijven.
Commissievoorzitter Potappel
begrijpt er overigens niets van
dat de overheid nu gaat bezuini
gen op het instrument van de
landinrichting. 'Ze zijn de hon
gersnood in de jaren dertig en in
de oorlog kennelijk vergeten en
staren zich blind op milieuveron
treiniging en mest. Het is duide
lijk dat deze generatie die
beroerde situatie niet heeft ge
kend