Ingezonden Extensivering bij lagere graanprijs wel of niet voordelig? Andere omgeving, andere mensen Met de huidige mestregels valt niet te werken Hergebruik eierschalen spaart milieu BRUINE BONEN DORSEN 9 Ook in onze WESTHOEK is het erg droog, al zijn de temperaturen veel lager geworden. De nachten wor den langer en dan koelt het 's avonds snel af. We naderen nu snel de rooiwerkzaamheden, al zijn er zoals gewoonlijk voor direkte con sumptie al heel wat aardappelen gerooid. Bij de uien is ondanks nogal wat groen erin van de methode klappen en direkt rooien en even of niet na- drogen en inschuren al veel gebruik gemaakt. Het vraagt wel een goede nadrooggelegenheid, maar de kwali teit (kleur) is dan optimaal. Wat be treft het aardappelen rooien is het ook wat. Droog, erg gevoelige aard appelen (blauw) en wat denkt u van de sproeisporen ('stoepranden'). De grond is zo hard dat ze met druk van zware en brede banden tot op he den niet stuk gaan. Ook over de toe te passen middelen om dood te spuiten hoor je nogal verschillende meningen. Dat er zich naderhand problemen voordoen tijdens de be waring, daar is een ieder bang voor. Landwerkzaamheden, 't gaat alle maal vanzelf, 't Ligt er mooi bij, groenbemesting, inzaaien ging pri ma, mooie zachte grond, maar droog. Het lijkt erop dat de opkomst laat is en dat er onvoldoende massa komt, waar het toch om begonnen is bij groenbemesters. Wat zijn we de paar laatste weken toch weer burgeronvriendelijk bezig geweest met het uitrijden van voor namelijk vloeibare mest. Met dat warme en windstille weer was het niet normaal meer. Vele klachten en boze uitspraken in onze richting wa ren het gevolg. De goed bezochte demonstratie aangaande de emissie-arme mest- toediening heeft laten zien dat het injectiesysteem de toekomst niet wordt, maar al is. Het zal ook wel gauw verplicht worden. Maar alles gaat nu met dat droge weer en grond optimaal, dat wordt wel eens weer anders ook. We zijn op de goe de weg, ook richting burger. De afgelopen tijd ook nog een aan tal dagen elders geweest, dat doet een mens goed. Andere omgeving, andere mensen. Maar ook andere meningen, ieder vanuit zijn eigen si tuatie en daar is ook begrip voor. Echter dat naar buiten toe zo weinig over ons, de landbouw, bekend is, is onbegrijpelijk gewoon. Men weet dat de prijzen in de winkel voor de agrarische produkten hoog zijn met als conclusie 'die boer verdient er genoeg aan'. Heb het ook zelf ge zien dat er per kg aardappelen (geen stuntprijzen) zo tussen de zestig en vijfenzeventig cent per kg tussen zit. Uien vast niet minder, om over verse groente en fruit npg maar niet te spreken. Daar spelen weersin vloeden van 't jaar een grote rol in. We weten best dat tussen in- en verkoop nogal wat kosten zitten (veel zelfs) maar de burger heeft dat niet door. Een van de opponenten, een felle Ruim 10.000 ton van het afval dat de Nederlandse eierverwerkende in dustrie jaarlijks stort, kan dienen als kalkmeststof voor de landbouw. Hergebruik van eierschalen door boeren scheelt 1.100 tot 1.500 vuil niswagenladingen aan gestort afval per jaar. Bovendien spaart herge bruik grondstoffen, energie, land schap en milieu. De aanwending van gebroken eierschalen als kalk meststof is echter niet toegestaan. Eierschalengruis moet in het Meststoffenbesluit dan ook worden erkend als een kalkmeststof. Deze aanbeveling doet het Centrum voor Landbouw en Milieu (CLM) in de studie "Hergebruik van eierscha len in de landbouw: mogelijkheden en effekten op het milieu". vakbondsman, heb ik wat agrari sche lectuur, dat ik bij me had, mee gegeven, waaronder ook ons ZLM-blad. Met verbazing vernamen we de andere dag dat zowel de man als de vrouw door deze duidelijke, maar voor hen totaal onbekende in formatie de gehele gang van zaken in de landbouw anders gingen zien. Dan volgt de reactie, jullie moeten je anders op gaan stellen en wat har- Onder de kop "Kan het Landbouw- Economisch Instituut (LEI) wel reke nen? schreven Cor Rijlaarsdam en Sam Duvekot in het ZLM-blad van 6 september jongstleden een kritiek op een onderdeel van een interview van mij aan het Agrarisch Dagblad. Daarbij gaat het om de vraag of een drastische prijsverlaging voor gra nen, zoals die in de MacSharry- voorstellen wordt bepleit, zal leiden tot een verminderd gebruik van kunstmest en gewasbescher mingsmiddelen. Rijlaarsdam en Du vekot zijn van mening dat dit niet het geval zal zijn. Ter ondersteuning van deze stelling verwijzen zij naar een publikatie van K. Dilz van het In stituut van Bodemvruchtbaarheid en graanonderzoeker A. Darwinkel, die eerder werd geciteerd in de Boerderij van 27 augustus 1991. Ik wil deze gelegenheid aangrijpen om nog eens een aantal zaken over dit onderwerp te verhelderen. Es sentieel is de bewering over de rela tie die er bestaat tussen een verminderd gebruik van kunstmest en gewasbeschermingsmiddelen per hektare enerzijds en de afname van de kilogramopbrengsten per hektare bij granen anderzijds. Hier over wordt uiteenlopend gedacht zowel op fundamenteel theoretisch niveau als ook in de praktijk van al ledag. Zo gaan Rijlaarsdam en Du vekot ervan uit dat een daling van de genoemde inputs met 40 pro cent de kilogramopbrengsten met 25 tot 30 procent zal doen dalen. Als zij daarin gelijk zouden hebben, dan klopt uiteraard wat zij beweren, dat een graanprijs van een kwartje niet tot een extensievere teelt zal leiden. OBS-cijfers Op grond van onderzoek op het OBS-bedrijf te Nagele, alsmede op grond van verschillen die wij waar nemen op LEI-bedrijven in het ge bruik van kunstmest en gewasbeschermingsmiddelen, heb ben wij redenen om aan te nemen dat die verhoudingen anders liggen dan door Rijlaarsdam en Duvekot wordt beweerd. In de bijgevoegde tabel worden resultaten van het geïntegreerde OBS-bedrijf in de pe- der en overal aan de weg gaan tim meren, met de juiste mensen en op de goede manier. Ook dan merk je weer het onbegrip wat de akties van verleden jaar betreft. Jammer, dat het zo gauw vergeten is. Men kijkt maar vooruit, naar steeds meer en steeds hoger. Al blijkt steeds weer dat men het in Den Haag ook niet meer rond kan zetten, fi nancieel. riode 1986 tot en met 1989 verge leken met LEI-bedrijven en met het gangbare OBS-bedrijf. Ten opzichte van de LEI-bedrijven wordt het ge bruik van kunstmest en gewasbe schermingsmiddelen met 40% teruggedrongen, terwijl dit tot 8% opbrengstverlies leidt in de kilo grammen. In vergelijking met het gangbare OBS-bedrijf liggen deze cijfers respektievelijk op een niveau van 41 en 12 procent (zie tabel). Uit de tabel blijkt dat extensivering in die mate bij een prijs van 41 cent per kilogram niet aantrekkelijk is. Wanneer de prijzen tot een niveau van 24 cent per kilo zouden dalen, zoals voorgesteld door MacSharry, dan is er sprake van een positief ef- fekt op het saldo. Wanneer de rela tie tussen input- en output-reduktie 30 staat tot 10 zou zijn, speelt de individuele akkerbouwer ongeveer quite wat zijn saldo wintertarwe betreft. Representatief De vraag blijft natuurlijk in hoeverre de aangehaalde resultaten represen tatief zijn voor een groot deel van de akkerbouw in Nederland en de rest van Europa. Uiteraard is daar nog meer onderzoek voor nodig, maar studies in landen als Duitsland en Engeland wijzen erop dat dergelijke verhoudingen niet ongewoon zijn. Voorts blijkt dat intensieve graan- teelt zeker niet alleen in het Noor den van de EG voorkomt. Ook in het Zuiden van de Gemeenschap wordt nogal eens veel kunstmest per kilo gram graan gebruikt. In de LEI- cijfers konstateren wij in de laatste jaren een lichte daling van het stikstofverbruik en onlangs zijn ook cijfers voor Engeland gepubliceerd waaruit eenzelfde ontwikkeling bleek. Het zijn slechts enkele indika- ties die kunnen wijzen op een trend breuk in de ontwikkeling. De bovengenoemde cijfers zijn een indikatie van hetgeen zou kunnen plaatshebben wanneer de MacSharry-voorstellen worden doorgevoerd. Er kunnen argumen ten als risikomijding worden aange voerd om een andere teeltstrategie te volgen. De genoemde reduktie aan inputs zal toch heel wat van het management vragen om een goed resultaat te behalen. Het is dan ook zo dat de uitvoering van de De droogte heeft in WEST BRA BANT ZUID niet alleen voor op brengstderving in de diverse gewassen gezorgd maar ook voor nogal wat schade aan de weiland zode. Verschillende veehouders hebben in augustus hun drijfmest- put, met behulp van een mestinjec- teur, op het grasland leeggereden. Resultaat van dit alles is dat de zode vrijwel kapot is. Waarna het injecte ren beregend is valt de schade mee. Steeds meer blijkt nu dat met de huidige mestregels in de praktijk niet te werken is. Eerder moesten enkele veehouders hun weiland al vernieuwen omdat mestinjecteren onder droge weersomstandigheden voor verbranding zorgde. Op een aantal plaatsen wordt ijverig ge werkt om een nieuwe drijfmestber- ging tijdig voor de winter klaar te hebben. Een veehouder die onlangs bijna voor een ton heeft geïn vesteerd in mestopslag heeft er nu al spijt van. Alleen al aan rente kost de put f 10.000,— per jaar. Voor dat bedrag komt de mesthandel in de winter vele kubs ophalen. Vooral voor bedrijven die niet meer overschot hebben dan 100-200 kub is het zinvol een rekensom te ma ken. Een telefoontje naar de mest handel biedt vrijwel altijd een gemakkelijker oplossing die aanmer king minder kost. Een bijkomende MacSharry-voorstellen eerder tot een vermindering van deze inputs zullen leiden dan een beleid gericht op het op peil houden van de prij zen. Ook ligt het voor de hand dat langs deze weg naar een zekere ma te van kostenbesparing gezocht zal worden. Tot welke redukties van de inputs dat in de praktijk zal leiden, zal dan moeten blijken. Milieu Veel essentiëler is de konstatering dat erin het geval men niet tot input- reduktie overgaat er grote sommen geld door de akkerbouwsektor wor den gesluisd die de individuele ak kerbouwer weinig of geen gewin opleveren, terwijl daarmee niet al leen het milieu meer wordt ge schaad dan nodig is (er is tenminste geen ekonomisch argument meer) maar ook de Europese graanmarkt onnodig wordt belast. Zo zou een extensiveringsstrategie die uitgaat van een reduktie van de hektare- opbrengsten met 10 15 procent de nu voorgestelde braakregeling overbodig maken, hetgeen wel de gelijk een positief effekt heeft op de inkomens op de grote graanbedrij- Vóór MacSharry: Ten opzichte van: LEI-bedrijven: fl. 645,- 7600 kg 41 cent OBS-gangbaar: fl. 660,- 8000 kg 41 cent Na de introductie van MacSharry: Ten opzichte van: LEI-bedrijven: fl. 645,- 7600 kg 24 cent OBS-gangbaar: fl. 660,- 8000 kg 24 cent factor is dat er voor de toekomst nog niets met zekerheid is te zeg gen. De industrie is volop bezig met het ontwikkelen van toevoegingen die emissiearm mest aanwenden mogelijk maakt. Als de mestfabrie- ken helemaal draaien komt mis schien wel de verplichting om het gehele jaar door mest te leveren. Im mers deze nieuwe industrie die mei 'bcerengeld' is opgezet moet ook rendabel kunnen draaien. Zoals het er nu naar uitziet zullen vanaf half september de eerste per celen snijmais in de kuil verdwijnen. Op de zeer droogtegevoelige zand gronden is het gewas noodrijp ge worden. Om nog wat smakelijk groen in de kuil te krijgen is snel hakselen de enige mogelijkheid. Dit jaar is op verschillende plaatsen snij mais beregend. De handel in aard appelen ligt vrijwel stil. Voor directe levering is 14 cent betaald. Over het algemeen zullen de opbrengsten niet tegenvallen. Wel zal het percen tage 50 mm opwaarts de 50% niet overschrijden. Verwacht wordt dat er een groot verschil zal komen in de prijs 40-50 mm en 50 mm opw. De inzaai van Engels en Italiaans raai- gras komt door de aanhoudende droogte in de problemen. Blijft het huidige weertype nog lang aanhou den dan zullen ook groenbemesters als bladrammenas en gele mosterd zich niet kunnen ontwikkelen. J.C. Blom (LEI) ven, die bij de voorliggende voor stellen juist aanzienlijk op hun inkomen moeten inleveren. Dit lijkt mij toch ook een zeer belangrijk punt van overleg binnen de georga niseerde landbouw, omdat een kol- lektieve gedragsverandering hier wel degelijk positieve effekten voor de sektor als geheel oplevert. Jan C. Blom Hoofd afdeling Landbouw LEI OBS-geïntegreerd reductie financieel effect - 40% fl. - 258,- - 8% fl. - 249,- fl. 9,- 41% fl. 271,- 12% fl. - 394,- fl. 123,- reductie financieel effect 40% fl. - 258,- 8% fl. - 146,- fl. 112,- 41% fl. 271,- 12% fl. - 230,- fl. 41,- Voor de telers van bruine bonen is het nu goed weer. Door de droogte blijft de opbrengst achter, maar verloopt de op gang gekomen oogst gunstig. Ze worden gedorst vanaf de ruiter, of uit het zwad. Vanwege het goede weer komt maaien en uit het zwad dorsen in sommige ge bieden nu vee! voor. Extensivering en het effect op het saldo van wintertarwe vóór en na de introductie van de MacSharry-voorstellen

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1991 | | pagina 9