Wederom aktie verkeersveiligheid
oogstperiode in West-Brabant
Wijzigingen in ambtelijke
top ministerie LNV
Kan het Landbouw-Ekonomisch
Instituut (LEI) wel rekenen?
Helft van alle landbouwplastic
kan worden hergebruikt
Videofilm over gevaar stof
in de land- en tuinbouw
Verzamelplaats van gebruikt landbouwplastic.
Dit najaar organiseren het Regionaal
Orgaan Verkeersveiligheid Brabant,
de Gewestelijke Raad van het Land
bouwschap voor Noord-Brabant,
verzekeringsmaatschappij Interpolis
te Tilburg en Veilig Verkeer Neder
land wederom een gezamenlijke
verkeersaktie in het westelijk deel
van de provincie Noord-Brabant.
Doel van deze aktie is het bevorde-
In de ambtelijke top van het ministe
rie van landbouw, natuurbeheer en
visserij worden veranderingen aan
gebracht. Op korte termijn zal de
funktie van plaatsvervangend
Sekretaris-Generaal (plv. S.G.) wor
den ontkoppeld van de funktie van
direkteur Juridische en Bedrijfsorga
nisatorische Zaken (JBZ). Mr. M.
Brabers zal als plv. S.G. volledig
worden belast met taken in het ka
der van de algemene leiding van het
ministerie.
In juni 1987 werd de heer Brabers
benoemd in de gekombineerde
funktie van direkteur JBZ/plaatsver
vangend S.G. Taakverzwaring met
name als gevolg van ingrijpende or
ganisatorische ontwikkelingen
maakt het noodzakelijk de funkties
te ontkoppelen. De heer Brabers zal
zich in het bijzonder gaan bezighou
den met de doorvoering van de Gro
te Efficiency-operatie binnen het
ministerie. Hij zal de verzelfstandi
gingsoperatie koördineren en zich
bezighouden met andere reorgani
satiezaken binnen het ministerie.
Ook zal hij sturing geven aan zaken
als verbetering van subsidiebeheer
en beleidsevaluatie
Met ingang van hetzelfde tijdstip
wordt mr. W.R.J. van den Hende di
rekteur JBZ. De heer van den Hen-
de is nu nog direkteur Organisatie
en Efficiency (O&E). In de leiding
van deze direktie zal zo spoedig mo
gelijk worden voorzien. De heer van
den Hende (1944) heeft rechten
gestudeerd aan de Rijksuniversiteit
in Groningen. In 1972 trad hij in
dienst van het ministerie bij de di
rektie JBZ. Voordat hij in 1989 di
rekteur O&E werd, was hij direkteur
Voorlichting en Externe Betrekkin
gen (1978-1987) en daarna direk
teur Openluchtrekreatia
Intensief kontakt met stof kan lei
den tot gezondheidsklachten. Vaak
ontstaan astmatische of allergische
aandoeningen die blijvende schade
kunnen veroorzaken. Zo heeft circa
twintig procent van de Nederlandse
varkenshouders last van ademha
lingsproblemen. Ook in andere sek
toren, zoals de akkerbouw en de
champignonteelt, is er door stof
kans op longaandoeningen of huid
irritaties. Aan stofoverlast op het
agrarisch bedrijf is echter wel dege
lijk wat te doen. Om hier meer be
kendheid aan te geven is een
voorlichtingsfilm gemaakt met de ti
tel 'Stof, het sluimerende gevaar in
de agrarische sektor'.
In de film worden verscheidene
maatregelen genoemd. Voorkomen
van stofvorming is daarbij 't belang
rijkst. Dit kan bijvoorbeeld door als
veehouder over te schakelen van
droog- op brijvoer. Daarnaast bete
kenen aanpassingen van de werk
plek, zoals het aanbrengen van
goede ventilatie, vaak al een hele
verbetering. Als al deze maatregelen
geen oplossing bieden, kan ook
worden gedacht aan het gebruik
van persoonlijke beschermingsmid
delen, bijvoorbeeld een stofmasker.
De film is een co-produktie van het
ministerie van sociale zaken en de
Stichting Gezondheidszorg Agrari
sche Sektoren (Stigas) van het
Landbouwschap. De première vond
plaats op de veehouderijbeurs in
Liempde op 5 en 6 september.
'Stof, het sluimerende gevaar in de
agrarische sektor' is te huur, te koop
of te leen. Huren of kopen van een
VHS of U-Matic-band kan via de
Mediatheek van de Rijksvoorlich
tingsdienst in Den Haag (telefoon:
070-3564201). De film is ook te
leen bij de gewestelijke raden van
het Landbouwschap en bij de vesti
gingen van Stigas in Den Haag en
Naaldwijk. Verder zal de film regel
matig te zien zijn op beurzen en bij
eenkomsten.
De Raad van Ministers van de
Europese Gemeenschap (EG) heeft
op verzoek van Spanje onlangs
besloten het EG-Gemeenschaps-
recht uit te breiden tot de Canari-
sche eilanden. Toen Spanje in 1986
tot de EG Toetrad, zijn deze eilanden
buiten het Gemeenschapsrecht ge
houden. Volgens plan moeten de
Canarische eilanden op uiterlijk 31
december 2000 volledig in de Ge
meenschap zijn opgenomen.
ren van de verkeersveiligheid in de
maanden september tot en met no
vember. Juist in deze maanden, als
onder meer de aardappel- en bieten-
oogst in volle gang zijn, blijkt het
aantal verkeersslachtoffers bedui
dend hoger te liggen dan in de rest
van het jaar.
Die grotere verkeersveiligheid trach
ten de initiatiefnemers op twee ma
nieren te bereiken. Zo z de
agrariërs nadrukkelijk worden ,r-
zocht meer zorg te besteden aan
het zoveel mogelijk schoonhouden
van de wegen. Ook zullen zij wor
den gewezen op de noodzaak dat
trekkers en landbouwwerktuigen
goed herkenbaar zijn. Daartoe ont
vangt elke agrariër in de betreffende
regio van verzekeraar Interpolis een
handzame brochure, waarin de wet
telijke verkeersvoorschriften voor
trekkers en landbouwwerktuigen
beknopt en overzichtelijk zijn weer
gegeven. De agrarische standsorga
nisaties zullen hun leden in een
persoonlijke brief vragen aan de ak
tie mee te werken.
Van de overige weggebruikers
wordt gevraagd extra goed rekening
te houden met het onvermijdelijk
drukkere landbouwverkeer in die pe
riode van het jaar. Hiertoe zullen ge
meenten, afdelingen van Veilig
Verkeer Nederland en groepen van
de Rijkspolitie op ruime schaal
posters, stickers en foldermateriaal
ontvangen, waarmee zij de aktie on
der de aandacht van het grote pu
bliek kunnen brengen.
De aktie 'Verkeersveiligheid Oogst
periode' in West-Brabant gaat
maandag 9 september van start.
Ook de Middelbare Agrarische
scholen te Breda en Dordrecht wor
den bij de aktie betrokken. De initia
tiefnemers denken aan een
themadag, waarop Rijkspolitie, In
terpolis en Veilig Verkeer Nederland
vanuit verschillende invalshoeken al
les wat met veiligheid in de oogst
periode te maken heeft zullen
toelichten.
Bijna de helft van alle in de land- en
tuinbouw aanwezige plastics kan
tegen 1995 worden ingezameld
voor hergebruik of milieuvriendelijke
verwerking. Door zeventig procent
van alle kuilfolie, kunstmest- en vee-
voerzakken uit de rundveehouderij
en akkerbouw in te zamelen, kan de
agrarische sektor bijna voldoen aan
de normen die door het ministerie
van VROM zijn gesteld. Tot deze
konklusie komt het bureau E3T
Consult dat dit in opdracht van het
Landbouwschap heeft onderzocht.
Het bureau heeft een model ontwik
keld waardoor inzameling van de
verschillende gebruikte plastics in
de diverse gewesten optimaal op el
kaar kan worden afgestemd. In een
stappenplan wordt een opzet gege
ven waarmee deze goed gecoördi
neerde plasticinzameling mogelijk
is. Het model is gebaseerd op de
provincie Noord-Brabant, maar kan
ook in andere regio's worden toege
past. Bij de ontwikkeling van dit mo
del is door het Landbouwschap
samengewerkt met de Noordbra
bantse Christelijke Boerenbond
(NCB), de provincie Noord-Brabant
en de Nederlandse Maatschappij
voor Energie en Milieu (Novem).
Uit de inventarisatie blijkt dat in de
Brabantse land- en tuinbouw de
rundveehouderij de grootste produ
cent van plastic-afval is, met in
1989 een verbruik van 2182,75 ton
op een totaal van 3094,76 ton. De
onderzoekers schatten dat dat to
taal binnen vijf jaar zal oplopen tot
ruim 3600 ton. De meeste in de
rundveehouderij en akkerbouw ge
bruikte plastics (kuilfolies, veevoer
en kunstmestverpakkingen) zijn ge
schikt voor hoogwaardig herge
bruik. Deze soorten plastics worden
overigens nu al op uitgebreide
schaal ingezameld.
De inzameling van kleinere hoeveel
heden gebruikte plastics voor speci
aal gebruik zal moeilijker worden, zo
verwachten de onderzoekers. Het
inzamelen van bijvoorbeeld tuin-
bouwfolie is duurder en de verwer
kingsmogelijkheid is beperkt. Een
goede verwerking van verpakkingen
van bestrijdings- en diergeneesmid
delen is nog moeilijker. Een oplos
sing voor rendabele verwerking van
deze laatste groep plasticverpakkin
gen is daarom voorlopig nog niet
voorhanden.
Het rapport is verkrijgbaar bij E3T
Consult bv in Woubrugge, telefoon
01729-8944, tegen betaling van 55
gulden (exklusief btw en verzend
kosten).
Opslagplaats voor suikerbieten
Verdediging van het plan MacShar-
ry op onjuiste gronden
In het Agrarisch Dagblad van 24 au
gustus jl. verdedigt LEI-topman, de
heer J. Blom, het plan van Mac-
Sharry. Hij steunt het voorstel tot ver
laging van de graanprijzen, omdat
dit gunstig is voor de portemonnee
van de boer. Hij heeft berekend, al
dus het artikel, dat Nederlandse ak
kerbouwers 200 300 gulden per
hektare meer kunnen overhouden
als ze de input met 40 procent ver-
minderen en gaat daarbij uit van een
daling van de kilo-opbrengst van 5
procent.
Het spijt ons, maar één van beiden:
het ontbreekt de heer Blom aan
landbouwkundige kennis of hij kan
niet rekenen. Dit laatste lijkt ons on
waarschijnlijk. Wat zijn de feiten?
Als de Nederlandse akkerbouwer
het verbruik van kunstmest en ge
wasbeschermingsmiddelen met 40
procent verlaagt, dan daalt de pro-
duktie niet met 5 procent, maar met
25% 30%! Het resultaat voor de
graanteler is dan een kostenbespa
ring van ca. f 200,—, maar een op
brengstderving van f 800,—
f 1.000,— per ha! Er is geen akker
bouwer die zich deze luxe kan ver
oorloven. Bovendien als de
redenering van de heer Blom juist
zou zijn, betekent het in feite dat de
boer met zijn huidige teelttechniek
ekonomisch "met molentjes loopt".
Dé graanteler gebruikt geen kunst
mest en bestrijdingsmiddelen om
dat hij het zo leuk vindt. Hij gebruikt
deze produktiemiddelen alleen om
dat hij zonder deze hulpstoffen te
weinig opbrengst en dus geen inko
men heeft. Wanneer een samenle
ving van de boer verlangt dat hij de
toepassing van deze hulpmiddelen
achterwege laat dan kan dit alleen
als men hem tenminste 50 procent
meer voor zijn graan betaalt.
Graanteelt zonder input? Stel dat dit
mondiaal toepassing zou vinden,
wat zou daarvan het gevolg zijn
voor de wereldvoedselproduktie?
Het antwoord is duidelijk: aanzienlij
ke tekorten en dus fors hoge voed
selprijzen met alle gevolgen van
dien.
De toepassing van kunstmest
Wij citeren uit een publikatie van dr.
ir. K. Dilz, verbonden aan het Insti
tuut voor Bodemvruchtbaarheid:
"Milieubeschermers pleiten vaak
voor verlaging van de stikstofbe
mesting. Daarbij denkt men niet aan
de grote financiële gevolgen die dit
voor de boer zal hebben, zeker op
lange termijn. Verwacht mag wor
den dat bij een drastische beperking
van de stikstofgift het mineralise
rend vermogen van de grond terug
zal lopen naar een niveau van twin
tig jaar geleden, te weten met op
brengsten zonder stikstof van 2500
4000 kg per ha. Bij een verlaging
van de stikstofgift met 25 procent
wordt gemiddeld 700 kg korrel en
bij een verlaging met 50 procent bij
na 2000 kg korrel gederfd". Tot zo
ver deze onderzoeker.
Vertaald in kosten-baten wil het
zeggen: dat 25 procent minder
stikstof een besparing geeft van ca.
f 50,—, maar een opbrengstderving
van ca. f 280,— per ha.
De toepassing van bestrij
dingsmiddelen
Hierbij zijn kosten en baten meer ge
varieerd, afhankelijk van de aard en
omvang van een aantasting of ziek
te. Niettemin is het volgende voor
beeld voldoende illustratief. Bij
proeven met bespuitingen tegen af-
rijpingsziekten is gebleken dat daar
mee opbrengstdervingen van 4 tot
16 procent, gemiddeld ruim 10 pro
cent, dat is 800 kg tarwe, werd
voorkomen.
In de Boerderij van 27 augustus jl.
staat een uitspraak van de graanon-
derzoeker, dr. ir. A. Darwinkel, die
stelt dat er ten hoogste f 150,—
f 200,— per ha op kunstmest en
gewasbeschermingsmiddelen
bespaard kan worden. Een bespa
ring die, zegt hij, zelfs bij een graan
prijs van f 25,— per 100 kg. door
een lagere graanopbrengst wordt
teniet gedaan. De stelling dat verla
ging van de graanprijzen leidt tot ex
tensivering van de graanteelt is
derhalve ongefundeerd en is onjuist.
Het gaat ook in tegen de natuur van
de goede boer, die als vakman zal
streven naar een optimale oogst.
S. Duvekot,
direkteur Kon. Landbouw Mij
de Wilhelminapo/der
S.C. Rijlaarsdam,
direkteur CZAV, Wemeldinge