Boer worden in de ex-DDR
Hagel Hulst viert eeuwfeest
Broedduur bij enige vogels
Mengelingen
Een 'onderlinge' in naam en praktijk
In het Oosten van Duitsland zit
men schreeuwend verlegen om
vakbekwame boeren en tuin
ders, die voldoende geld hebben
om - veelal op pachtbasis - een
groot gezinsbedrijf te beginnen.
Dit zei drs. J.J. Groeneveld,
Landbouwraad in Bonn, zaterdag
jl. op een informatiedag in
Utrecht.
Maar liefst 350 boeren en tuinders
waren naar de Informatiedag over
de vestigingsmogelijkheden van Ne
derlandse boeren in de voormalige
DDR gekomen. Die dag was georga
niseerd door de Nederlands Duitse
Kamer van Koophandel Berlijn, in
samenwerking met Heidemij. Vast
goeddiensten in Arnhem en Agro-
consult in Dresden (voor driekwart
Heidemij.). Er werd uitgebreide in
formatie gegeven over de kansen en
de mogelijkheden om daar boer te
worden.
Oost-Duitsland bevindt zich welis
waar in een desolate toestand, maar
de vijf nieuwe deelstaten van Duits
land zijn gezamenlijk tot stimule
ringsgebied verklaard. Het
programma van wederopbouw liegt
er niet om. Een hele serie van in
vesteringsregelingen, premieregelin
gen, kredietfaciliteiten,
belastingvoordelen e.d. staan in
vesterende ondernemers te wach
ten. De vraag is alleen "wie durft
het aan"?
Waarom naar Duitsland Oost emi
greren?
Er kunnen allerlei redenen zijn om
boer of tuinder te worden in het
Oosten van Duitsland. Daar kan
men met betrekkelijk weinig eigen
vermogen een bedrijf van voldoende
omvang beginnen, hetgeen hier
moeilijker is. Daar is de grond veel
goedkoper en zijn de drempels lager
op het gebied van milieu, mestwet
geving, planologie e.d. Daar zijn de
produktiefaktoren grond, arbeid en
kapitaal minder kostbaar dan hier.
Daar is ruimte en ruimte voor avon
tuur, hier zitten boer en tuinder vaak
bekneld tussen allerlei regelingen en
voorwaarden. Omdat Nederland
propvol zit, zijn de grondprijzen hier
hoog. Dat betekent dat wie hier zijn
bedrijf verkoopt, met dat geld een
veel groter bedrijf in het Oosten van
Duitsland kan kopen of beginnen.
Onze Landbouwattaché in Bonn zei
wel dat wie boer wil worden in
Oost-Duitsland, het nu moet doen.
Nu zitten ze daar verlegen om Ne
derlandse boeren en tuinders, over
drie jaar waarschijnlijk niet meer.
Grondige voorbereiding
Wie 500 tot 800 km. oostwaarts
wil trekken moet zich daarop gron
dig voorbereiden. Dat begint met
overleg in het gezin. Verhuizen naar
een ander land is niet niks. Het grijpt
diep in, in ieders persoonlijk leven en
in het hele gezin. Taalproblemen en
sociaal isolement moeten niet on
derschat worden.
Het tweede is dat men in een lands
deel terecht komt waar alles niet
even duidelijk geregeld is. Een voor
beeld daarvan is: wie is de rechtma
tige eigenaar van grond, gebouwen
en machines? Daarom moet vooraf
veel informatie worden ingewonnen
en deskundige adviseurs in de arm
worden genomen.
In de derde plaats moeten er techni
sche en financiële 'plaatjes' worden
gemaakt. Hoe zit het met de bodem
in het gebied waar men zich wil
vestigen? Wat is het producerend
vermogen? Hoe kan bedrijfsekono-
misch gezien de exploitatie rond ge
zet worden? Welke
stimuleringsregelingen zijn in con-
creto van toepassing? Welke fiscale
faciliteiten zullen er gaan gelden?
Wat brengt het huidige bedrijf in Ne
derland op? Hoe wordt die op
brengst fiscaal afgerekend? Wat
wordt verkocht en wat wordt mee
genomen?
Het voorgaande vragenlijstje kon in
Utrecht niet concreet worden
beantwoord - ieder geval is weer an-
J.J. Groeneveld
ders - maar wel werd globaal veel
informatie verstrekt. Toch had ook
dat zijn beperkingen. Het gebied
waar het om gaat is maar liefst
twee en een half maal zo groot als
Nederland. Wie zich b.v. vestigt in
het noordelijke deel, in
Mecklenbrug-Vorpommern komt
een heel andere situatie tegen dan
wie zich b.v. vestigt in de zuidelijke
deelstaatThüringen. Ookditaspekt
behoort bij de grondige voorberei
dingen.
Veel informatie
Uit de vele informatie die gegeven
werd, geven wij er het volgende van
door.
- Alle E.G.-regelgeving is in de vroe
gere DDR al van toepassing. Dat
zelfde geldt voor de nationale
wetgeving van Duitsland. Toekom
stige boeren en tuinders daar moe
ten er ernstig rekening mee houden
dat ook de deelstaten zelf veel re
gelgeving kennen.
- Er ligt 600 a 700 duizend hektare
braak en de veestapel is met 20
30% teruggebracht in de laatste
jaren.
- Het verwerkings- en afzetgebeu-
ren is totaal veranderd, vooral in de
zuivel en vleessektor. In veel geval
len komen de West-Duitsers daar
aan te pas.
- In de ex-DDR is 58% van de
grond in gebruik, 27% is bos en
15% bebouwd (wegen, water e.d.).
De oppervlakte landbouwgrond is
5,8 miljoen ha, waarvan 20%
weiland.
- De bodemkwaliteit is zeer ver
schillend. Ongeveer 20% is zand
grond, 40% van redelijke kwaliteit
en 40% heeft een goede natuurlijke
vruchtbaarheid.
- De Duitse landbouwfilosofie is,
dat wie meewerkt aan de beheer
sing van de produktie recht heeft op
bescherming, en dat wie Gods wa
ter maar over Gods akker laat lopen,
veel (inkomens)risiko loopt.
- Van de 1500 akker- en tuinbouw
bedrijven waren er in september
1989 een kleine 1200 LP.G.'s (Land-
wirtschaftliche Produktionsgenos-
senschaften). Van de 3300
veeteeltbedrijven waren dat er bijna
2700. In totaal hadden de L.P.G.'s
87% van het areaal landbouwgrond
tot hun beschikking. De Volkeigene
Landwirtschaftsbetriebe hadden
7,5%, terwijl slechts 5,5% van de
grond in handen was van andere
kleinere bedrijven.
- Het merendeel van het landbouw
areaal (circa tweederde) is privé-
eigendom en wordt door de coöpe
ratieve verenigingen (L.P.G.'s en
G.P.G.'s) bestuurd. Verkopen kan al
leen de feitelijke eigenaar
(=kontaktpartij). Behalve de grond
zijn ook de gebouwen meestal pri-
vébezit.
- In de meeste gevallen krijgt de
toekomstige koper te maken met
'Treuhandanstalt', een Staatsbe-
heersinstituut dat 458 Staatsgoe-
deren met 450.000 ha grond en 1,7
miljoen ha landbouwgrond - in ge
bruik bij coöperaties - in handen
heeft.
- Pachtkontrakten moeten goedge
keurd worden en bij de opstelling
moet een notaris worden ingescha
keld. Bij koop- of pachtkontrakten is
er een principiële kontraktvrijheid.
Vraag en aanbod bepalen de prijs.
- Er gelden in de voormalige DDR
quota-regelingen voor suiker en
melk.
- Het aantal stimuleringsregelingen
is te veel om op te noemen, maar de
exakte toepassing vraagt veel oplet
tendheid. Datzelfde geldt voor fisca
le faciliteiten.
Boeren in het Oosten van Duitsland
Het was een geslaagde informatie
dag. De Kamer van Koophandel
voor Nederland-Duitsland had onze
Landbouwraad er bij gehaald, de
Rabobank, de Heidemaatschappij
en zelfs een boer die al (bijna) in de
voormalige DDR gevestigd was.
Toch was het wat te veel voor de
toehoorders om alles in zich op te
nemen. Daarom was het een voor
treffelijke gedachte om de bezoe
kers een boekje mee te geven
getiteld "Boeren in het Oosten van
Duitsland". Wie 1 juni niet in
Utrecht was kan het bestellen. Het
kost f 85,—.
Voor het boekje en overige informa
tie kan men terecht bij: De
Nederlands-Duitse Kamer van Koop
handel Berlijn; Friedrichstrasse 104
199; 0-1080 Berlijn; tel.:
09372-2291036/2292514 of Post
bus 10, 2501 CA Den Haag, tel.:
070-3441563, of bij De Nederland
se Ambassade in Bonn, t.a.v. drs.
J.J. Groeneveld, Landbouwraad;
Strasscherweg 10; W 5300 Bonn
1., tel. 0228-5305362.
Emigreren is een hele stap, die niet
onder tijdsdruk kan worden geno
men. Neem een dergelijk besluit pas
na rijp beraad. Bereid een en ander
grondig voor. Neem vooral deskun
digen in de arm bij de realisering van
de plannen. Boeren in het Oosten
van Duitsland biedt kansen, maar er
zijn zeker ook risiko's. Toch is er in
de ex-DDR plaats voor Doorzetters,
Durvers en Realisten.
Piet Westra
'Mogen storm en hagel woeden.
Hagel Hulst zal u behoeden'. Deze
spreuk kan onmogelijk net zo oud
zijn als de Onderlinge Verzekerings-
Maatschappij in Zeeland U.A. te
Hulst zelf. Want hagelschade verze
kert de maatschappij al een eeuw
lang, maar stormschade pas een
kleine tien jaar. Niettemin siert dit
motto het programma voor de vie
ring van het honderdjarig bestaan
op 7 juni 1991 in Den Dullaert in
Hulst, waar alle leden met hun part
ners welkom zijn.
Hagel Hulst werd op 11 april 1891
opgericht. De aanzet werd gegeven
door de heer C.A.M. van Waes te
Westdorpe en de eerste voorzitter
was K.J.A.G. Baron Collot d'Escury,
bepaald geen onbekende persoon
lijkheid in het Oostzeeuwsvlaamse.
Het zal niet helemaal toeval zijn, dat
de leiding van de onderlinge nu in
handen is van zijn kleinzoon, K.J.A.
Baron Collot d'Escury, die de voor
zittershamer al sinds 1964 hanteert.
Een begrip
Generaties lang is Hagel Hulst voor
al in Oost Zeeuws-Vlaanderen een
begrip. De maatschappij is niet al
leen in naam, maar ook in de prak
tijk nog een echte onderlinge. In het
jaarverslag worden bijvoorbeeld nog
altijd de uitgekeerde schadebedra
gen met naam en toenaam vermeld.
De maatschappij begon een eeuw
geleden met 88 leden en groeide al
snel door naar ruim 400. Daarna is
het ledental wat gedaald tot 252
nu, met een gezamenlijke opper
vlakte van ruim 8300 ha. 'Jarenlang
werkte de maatschappij als een
gesloten circuit', vertelt Baron Collot
d'Escury. 'De leden kregen premie
terug als er geld overbleef - uiter
aard met handhaving van een zeke-
De huidige voorzitter van Hagel
Hulst, de heer K.J.A.G. Baron
Collot d'Escury, kleinzoon van de
eerste voorzitter.
re reserve - en betaalden bij als er
een tekort was. Dat laatste is overi
gens bij mijn weten maar één keer
voorgekomen en wel in het crisis
jaar 1933. Op den duur was het ge
zien de oplopende schadebedragen
niet meer verantwoord om zo door
te gaan. We zijn toen herverzekerin
gen gaan afsluiten bij andere maat
schappijen, waardoor de risico's
gespreid werden'. Ook de entreegel
den voor nieuw toetredende leden
zijn geschrapt.
In het honderdste jaarverslag van
Hagel Hulst staan voor alle jaren
keurig de schadebedragen en
premie-inkomens op een rij. Daaruit
blijkt dat goede en slechte jaren el
kaar hebben afgewisseld. Jaren
waarin geen schade behoefde te
worden uitgekeerd, waren zeld
zaam. Sinds de tweede wereldoor
log gebeurde dat slechts twee keer:
in 1949 en in 1976. Uitzonderlijk
slechte jaren komen helaas meer
voor, zoals 1952, 1966 en vooral
1985 (ruim f 1,3 miljoen schade).
In die jaren moet er veel hagel geval
len zijn. Als er toen geen herverze
kering was geweest, zou de
maatschappij waarschijnlijk de hon
derd jaar niet hebben volgemaakt.
Storm en transport
Nu is Hagel Hulst nog steeds een
klein, maar gezond bedrijf. Sinds
1982 worden ook verzekeringen te
gen stormschade afgesloten en
sinds 1989 tegen transportschade
van oogstprodukten. In deze bran
ches zit een lichte groei. De meeste
leden van de Hagel Hulst wonen en
werken in Oost Zeeuws-Vlaanderen,
een gebied dat overigens tamelijk
hagelgevoelig is.
Hoewel als bedrijf volledig zelfstan
dig opererend, werkt Hagel Hulst op
het gebied van herverzekeringen al
vele jaren samen met onderlinge
maatschappijen op Noord-Beveland,
Walcheren en in andere delen van
het land. Deze groep gaat binnen
kort samen met nog enkele andere
grote onderlingen samenwerken in
Agriver. Een samenwerking, die een
nog betere risicospreiding mogelijk
maakt en dus in het belang is van
de verzekerden.
Verzekerd zijn bij een onderlinge als
de honderdjarige Hagel Hulst heeft
zo z'n voordelen. Veel boeren geven
nog altijd de voorkeur aan kleine
verzekeraars boven de grote '.mam
moets' waar je toch meer een num
mer bent. De boeren die bij Hagel
Hulst verzekerd zijn kennen hun
bestuursleden bij naam en weten
dat de administratieve afhandeling
bij mevr. T. van der Veeken
(secretaris-penningmeester) in goe
de handen is. Hagel Hulst wil ook in
de komende 100 jaar kleinscha
lig, maar niettemin doeltreffend en
economisch verantwoord de belan
gen van haar verzekerden blijven be
hartigen.
De voortplanting bij vogels ge
schiedt door het leggen van eie
ren en vervolgens het uitbroeden
ervan. Uit een bevrucht ei wordt
dan een kuiken geboren. In het ei
komen alle stoffen voor die voor
de ontwikkeling van het kuiken
nodig zijn. Er is slechts warmte
nodig om kiem tot kuiken te
doen uitgroeien.
De broedduur bij enkele van de
algemeen bekende vogels is in
aantal dagen ongeveer als volgt:
zwaan 36; gans 30; eend 26; fa
zant 25; eend 25; patrijs 25; duif
16. Bij de vele kleine zangvogels,
waarbij ook mus en de spreeuw,
is dit om en bij 14 dagen. Bij de
koekoek die haar eieren legt in
nesten van meestal zangvogels
is de broedduur slechts 12 a 13
dagen. Voor een vogel die een
lengte heeft van 35 a 45 cm' is
dat zeer kort.
De broedduur kan bij de verschil
lende vogels iets variëren onder
invloed van het weer. Bij koud
weer is de broedduur iets langer.
De broedende vogel keert de eie
ren regelmatig. Bij de kip is de
broedduur 21 dagen. Bij de kip-
peëieren in de broedmachine is
de broedtemperatuur rond 39 °C
en worden de eieren twee keer
per dag gekeerd.
Het ei heeft de mens al vanaf de
vroegste tijden sterk geboeid.
Door de tijden heen is een ei het
zinnebeeld of symbool voor
nieuw leven (vruchtbaarheid).
Immers in de lente als bomen en
planten weer uitbotten en de vo
gels gaan nestelen wordt het
nieuwe groeiseizoen weer volle
dig zichtbaar Dit ontwaken om
schreef de Deense
sprookjesschrijver Hans C. An
dersen 1805-1875met: "Het
boek der natuur beleeft ieder
jaar een nieuwe oplage".
J.H. Lantinga
Broedende gans pikt naar fotograaf.