Uit de praktijk 't Is zo weer stadse markt Juni met novemberweer De mond vol over milieu Landbouworganisatie(s) 10 Nog slechts enkele weken zijn we ook in onze WESTHOEK verwijderd van de langste dag, 21 juni. Al veel dagen doorgebracht met een goede jas aan, vanwege de te lage tempe ratuur. Ook aan de gewassen is het te zien dat ze graag wat meer warmte zouden willen. De aardappelen ontwikkelen zich echter goed, evenals de granen, al is vooral op de laat gezaaide percelen de stand maar matig. De kleur is wel goed. Het is zo weer stadse markt, een gezegde in onze West hoek, de 2de dinsdag in juni de tar we in de aar. Het is wel eens eerder, maar ook wel eens wat later, 't is een soort streefdatum. De uien staan er in ons gebied niet zo florissant bij. Ze hebben proble men met de opkomst gehad waar door er nogal wat dunne stand voorkomt. Maar ze komen nu hard bij. Bieten doen het goed, al hebben die ook een hekel aan veel kou. On danks de vorst van de afgelopen winter was er toch nogal wat van wege de aardappelopslag. Maar met de dipstok en het spuitappa- raatje is het probleem gauw op gelost. Het zaaien van de sperzieboontjes is ook begonnen. Het gezegde: "Een boon mag de meimaand niet zien" (bovenstaan) gaat wel op. In de tuintjes waren ze veel eerder, maar ze staan er door de kou nog net zo bij als drie weken geleden. Het wordt weer tijd om eens elders andere collega's te bezoeken en de stand van de gewassen daar te zien. Als je dan nu de laatste paar weken nogal eens elders bent geweest zie je nogal wat verschil. De droogte speelt hierbij ook een rol. Daarnaast geeft de vor'stschade en de overzaai van de bieten een goed zichtbare achterstand. De veehouderij klaagt ook dat de grasgroei van 't voorjaar het ten op zichte van voorgaande jaren heeft laten afweten, zodat de kuilhopen veel kleiner zijn. Ook dat de ontwik keling en groei van de maïs veel be ter zou kunnen. Maar van de andere kant hoor je dat er van alles over schot is, dus maakt de burger zich hierover geen zorgen. Vakantie en mooi weer, daar leeft men naartoe. Maar wat de overschotten betreft, zijn die er wel? De tarweprijs die is Hoe anders dan met het weer zou ik dit praktijkschrijven uit OOST-ZUID BEVELAND kunnen beginnen. Hoe wel het weer natuurlijk dikwijls on derwerp van gesprek is in de land en tuinbouw is dit nu momenteel nog nadrukkelijker het geval. Wat een verschil met vorig jaar. Op een dag zoals vandaag (maandag) met temperaturen van zo rond de 10 graden en af en toe een regenvlaag, is een paar handschoenen, al lo pend met de hak door het land, niet overdreven. De groei van de gewassen verloopt daardoor natuurlijk erg traag. Ik denk dat de suikerbieten nu zo'n 5 weken achter zijn vergeleken met vorig jaar. En ook op het meerjarig gemiddelde ontstaat nu een achter stand. De bieten moeten erg op schieten, willen er eind van de maand "bierflesjes" onder zitten. Ook de ontwikkeling van uien en aardappelen gaat niet erg vlot. Dat brengt evenwel voor de lange be waarders van die produkten weer een voordeel mee. Want de prijzen voor de vrije produkten zijn de laat ste weken flink gestegen, maar er zijn er maar weinig meer, hier in de streek, die er nog van kunnen pro fiteren. Tussen twee haakjes: Ik heb de aard appels (Bintjes) nog geschaard bij de vrije produkten, maar vele telers beginnen zich toch werkelijk zorgen te maken over die zogenaamde vrije prijsontwikkeling van de aardappe len. Het te geringe aantal kopers van tegenwoordig staat dit in de weg. En de kopers die nog aan de markt zijn, zijn voornamelijk de ver- Het afgelopen weekend gaf even weer een sprankje hoop op het na derbij komen van de zomer, maar al spoedig blijkt dat het ook op THO- LEN EN SINT PHILIPSLAND weer te koud voor de tijd van het jaar is. Desondanks zijn er toch al weer wat percelen of perceelsgedeelten met aardappelen gerooid. Het snel oplo pen van het aanbod stuurde de prijs precies de andere kant op, maar bij een goede opbrengst per roe zit er toch een goed rendement aan vast. Het bedekken met plastic heeft, on danks het geringe aantal zonuren in de afgelopen weken, toch een zeer positieve invloed op het gewas ge had t.o.v. de onbedekte percelen. Van de laatste zullen, mede vanwe ge het afvriezen in april, de meeste percelen wel tegelijk oogstbaar wor den. Of deze droge periode moet nog erg lang duren en zal het oogst tijdstip wellicht wat meer verdeeld vallen. Beregenen is op Tholen nog maar voor een enkeling weggelegd of men moet het water over de weg gaan aanvoeren met tankwagens en dat is nu alleen nog maar rendabel te maken als men weet dat men na een aantal dagen met rooien kan gaan beginnen. Ook voor de andere gewassen zou het gewenst zijn dat het eens lekker regent. Daarmee zou dan ook de kou wellicht verdre ven worden en kon de achterstand die veel gewassen hebben, wegge werkt worden. Tevens zou door een wat snellere groei de schade die ha zen en fazanten aanrichten wat be perkt worden of sneller herstellen. Het gaat er op lijken dat er in ons gebied maar weinig geteeld kan worden zonder dat er van wildscha- de, overlast van distels e.d. of bestuivingsproblemen sprake is. Als daarnaast ook nog blijkt dat men bij Voor zowel akkerbouwers als veehouder is regen nu zeer wel kom, en dan het liefst warme re gen... Sommige boeren hebben de mogelijkheid kunstmatig te beregenen, zoals deze akkerbou wer in de F/evopo/der (foto Peter Mastenbroek). nogal wat gestegen ten opzichte van aflevering na oogst 1990. Als er dan zoveel elders is vanwaar dan deze prijzen? Elke dag hoor je dat er zoveel mensen aan honger sterven; bij zo'n overschot. Ze kunnen het natuurlijk niet betalen, hoor je dan. Wordt er in de wereld niet alle rich tingen uit met geld gesmeten ter verwerving van macht. Geen ver voer, is het volgende argument. Als er morgen om 10 uur een vliegtuig met geweren moet zijn is hij er al om 9 uur. Zou dan eten niet kun nen? 't Zijn zo wat vragen waar te weinig bij stilgestaan wordt. Als we echt zo begaan zijn met het lot van de ander zouden we in EEG- verband maar gauw moeten stop pen met te spreken over overschot ten. Ook moeten we ophouden die kleine groep die in de voedselpro- duktie werkt steeds verder uit te schakelen (saneren). En vergroting van eenheden waar men in ons land graag over spreekt, is dat met deze prijzen haalbaar? Zonder computer is dat uit te rekenen. werkende industrieën. Die maar één doel voor ogen hebben: een zo laag mogelijke grondstof (Bintje) prijs, en dit op alle mogelijke wijzen zien te bereiken. De aardappeltermijnmarkt heette al tijd een speculatiemarkt te zijn, ik denk dat we dat nu beter kunnen gaan veranderen in manipula- tiemarkt. Verder zijn er hier ook, vanuit de veehouderijsektor negatieve gelui den te horen over het weer. Er kan weinig gras ingekuild worden en ook de snijmais groeit allerbelab berdst slecht. Dit brengt wel met zich mee dat b.v. graszaadhooi dit jaar' waarschijnlijk voor de akker bouwers weer eens verkoopbaar zal zijn. Zodat het probleem van het verbranden van graszaadhooi dit jaar niet hoeft te spelen. de nieuwe teelten, zoals b.v. de droogbloemen, al snel getroffen wordt door onbekende en dus ook niet verwachte ziekteproblemen, dan is de kreet "aanpassen en/of geïntegreerd bezig zijn" best leuk, maar geeft al met al weinig vulling in de beurs. Daarentegen brengt het wel veel extra risiko's mee, die de meesten nu juist niet meer kunnen dragen. Juist met deze problemen worden overheid en buitenstaanders te wei nig geconfronteerd om daar gevoe lig voor te kunnen zijn. En al zou men er nog gevoelig voor zijn, dan is het de vraag of dat nog gevolgen zou hebben. Een ieder heeft immers de mond vol over een aantal zaken rondom milieu e.d., maar als puntje bij paaltje komt, profiteert of mis bruikt een ieder, zowel burgers als overheden ieder op zijn beurt wel eens, als men er zelf maar profijt van heeft. De landbouw is een goed geor ganiseerde bedrijfstak. In bijna iedere provincie zijn drie land bouworganisaties werkzaam, die ieder hun eigen besturen hebben op het niveau van dagelijks bestuur, hoofdbestuur, kring- en afdelingsbesturen. Iedere land bouworganisatie heeft haar ei gen secretariaat en soms nog haar eigen landbouwblad. Ook heeft iedere organisatie een ei gen commissie grondgebruik, akkerbouw, veehouderij en tuinbouw. Een buitenstaander zou met recht kunnen zeggen: 'Is er in die landbouw geen sprake van over- organisatie?' Er zou toch veel tijd, geld en energie gespaard kunnen worden indien er meer samengewerkt zou worden. Ja, maar daar wordt toch over ge praat, er zijn toch commissies bezig de zaak te onderzoeken, wat kan, wat niet kan, wat mag, wat niet mag, wat haalbaar is, wat niet haalbaar is. Inmiddels schrijdt de tijd voort. Een tijd waarin voor ieder duide lijk is dat het aantal agrarische leden met een bedrijf een sterke daling ondergaat. Bij diverse landbouworganisaties bestaat het ledental voor ongeveer de helft uit zelfstandige onderne mers, terwijl de landbouworgani saties toch organisaties voor zelfstandige ondernemers en part-time boeren zijn. De proble matiek waarmee de landbouw te maken heeft wordt steeds inge wikkelder. Dit vereist specialisa tie. Moeten er dan bij iedere organisatie maar apart specialis ten aangesteld worden? Het kan, het gebeurt, het kost veel geld. Wanneer je als buitenstaander je ogen en oren goed openhoudt valt het op dat er bij de groei van planten, bomen, dieren, geen zuilen te ontdekken zijn. Het is ze niet aan te zien bij welke orga nisatie zij behoren. Zit het ver schil dan in de mensen of in het denken van de mensen, die toch allemaal een boterham willen verdienen in die landbouw en gelijkgerichte belangen hebben, tot welke organisatie zij ook mo gen behoren? Het zal wel zo zijn, maar toch is het eigenaardig, vindt buitenstaander. Agrariërs die lid zijn van verschillende landbouworganisaties, hebben wel zeer efficiënte samenwer kingsvormen opgebouwd voor machines en werktuigen, even als goedlopende bedrijfsverzor- gingsdiensten. De veilingen, de banken, de aan- en afzetorgani saties, vogels van verschillende pluimage, lid bij de diverse orga nisaties werken uitstekend sa men. Hetzelfde kan gezegd worden van ruilverkavelingscom missies. Al deze samenwer kingsvormen hebben de agrariër en zijn gezin veel goeds ge bracht. Laatst las ik ergens dat men bij samenwerking en/of samengaan van de landbouworganisaties zijn identiteit verliest. Geldt dan die identiteit alleen bij de belan genbehartiging die door de land bouworganisaties moet gebeuren? Identiteit is geen macht. Of zijn sommige bestuur ders bang dat ze een stuk macht of invloed verliezen en geldt dat ook voor secretariaten! In de landbouw, in een wereld die zo snel verandert, is er geen plaats meer voor een gescheiden op trekken door drie landbouworga nisaties, noch op landelijk noch op provinciaal noch op afdelings niveau. Het is de ééndracht die macht kan maken. Met begrip voor eikaars standpunten, met begrip voor het verschil in men sen, met waardering voor el- kaars overtuiging kan er veel tot stand komen. Is het werkelijk zo dat de Zuid en Noord-Hollandse leden van de Hollandse Mij. en de Katholie ke Land- en Tuinbouwbond meer zakelijk ondernemer zijn zoals in 'De Boerderij' werd verwoord. Of zeggen zij: 'Wij kunnen, nu we samengaan, de belangen van boeren, tuinders en veehouders beter behartigen'? Buitenstaan der denkt het laatste en hij denkt dat andere organisaties zullen volgen, omdat het niet anders kan. Buitenstaander

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1991 | | pagina 10