ZLM-bestuur op werkbezoek
in Oost Zeeuws-Vlaanderen
Overleg tussen 3 CLO en
Oostenrijkse Landbouwkamers
Overleg 3 CLO en Franse
landbouworganisatie FNSEA
Bijzonder hoogleraar
Europees marktonderzoek
Nieuwe gewassen in opkomst
Een schaapskudde onderaan de dijk langs het Land van Saeftinghe
verspert de weg tijdens de rondrit door het oostelijk deel van
Zeeuws-V/aanderen.
zal hopelijk de druk op de Zeeuwse
veren verminderen.
Zomerbloemkool is voor Bral en zijn
collega's in Zeeuws-Vlaanderen een
onbereikbare teelt, omdat er in dit
gebied geen zoet water is. Wilfried
liet niet na de ZLM-bestuurders er
op te wijzen dat wat dit betreft
Zeeuws-Vlaanderen een 'vergeten
gebied' is. Prei kan zonder zoet wa
ter en dat is dan ook het tweede
tuinbouwgewas, dat vader en zoon
Bral telen. Ze hebben een wasinstal-
latie op het bedrijf staan. Om die
rendabel te kunnen gebruiken wil
Bral het preiareaal volgend seizoen
verder uitbreiden. Behalve aan de
veiling wil hij dan proberen zijn pro-
dukten ook particulier af te zetten.
Het opnemen van tuinbouwproduk-
ten in het bouwplan is kansrijk,
mSar niet zonder risico's en kost
veel tijd en energie, zo benadrukte
Wilfried. Je loopt tegen honderd en
één vragen aan. Via studieclubs en
samenwerking met bedrijfsgenoten
heeft hij de broodnodige kennis ver
worven.
Vlasteelt
Van geheel andere orde zijn de pro
blemen in de vlasteelt en verwer
king, die historisch in Oost
Zeeuws-Vlaanderen aanwezig is en
waar de regio nog altijd trots op is.
Op het bedrijf van G. Mortier in St.
Jansteen konden de ZLM-
bestuurders met eigen ogen zien
dat de voorraden hoog zijn opgelo
pen. De afzet stagneert en de op
brengst lag volgens de heer Mortier
zelfs f 1.000,— per ha lager dan
het voorafgaande seizoen. Mortier
liet vorig jaar 550 ha vlas op con
tract telen, dit jaar nog 400 ha. De
oproep van de Vlassersbond om de
inzaai te beperken heeft weerklank
gevonden. In Nederland is de inzaai
naar schatting met 10% vermin
derd, in Frankrijk schijnt de reduktie
nog groter te zijn.
Een tweede probleem waarmee de
vlasteelt worstelt zit in de beschik
baarheid van zaaizaad. In het kader
van het wettelijk geregelde kwe
kersrecht is de kweker, die met een
goed ras op de markt verschijnt, in
de gelegenheid scherpe condities te
stellen, bijvoorbeeld ten aanzien van
teruglevering. Deze condities maken
een rendabele teelt uiterst moeilijk,
zo niet onmogelijk. De monopolie
positie van de licentiehouder breekt
de boer en de handelaar op. Volgens
Mortier moet de terugleve
ringsplicht worden geschrapt of
moeten er ander oplossingen ko
men om de vlasteelt weer rendabel
te maken. Het ZLM-bestuur toonde
zich bereid mee te denken over
oplossingen.
Afzet Aan de afzet van vlasproduk-
ten valt volgens de fa. Mortier nog
veel te verbeteren. In plaats van
subsidies voor vlasteeltprojecten,
waar niemand in een overvoerde
markt op zit te wachten, moeten de
inspanningen worden gericht op
nieuwe en betere toepassingsmoge
lijkheden voor vlas. Het geld dat in
EG-verband voor vlaspromotie be
schikbaar komt, wordt te eenzijdig
besteed aan textiel, een zeer mode-
gevoelige bedrijfstak. De vlasin
dustrie is gebaat bij een structurele
aanpak van de afzet. Zij juicht daar
om het door de overheid gesubsi
dieerde project in Friesland toe,
waarbij vlas in het fabricageproces
van deuren wordt toegepast. In de
Verenigde Staten wordt papieren
geld met behulp van vlas gedrukt en
in Duitsland verwerkt de autoin
dustrie vlasprodukten in dashbo
ards. Van dit soort industriële
toepassingen moet de vlaswereld
het hebben, zo kreeg het ZLM-
bestuur als boodschap mee.
Akkerbouwer WHfried Bral (midden) geeft de ZLM-bestuurders uitleg over de preibehandeling op zijn
bedrijf.
Het dagelijks bestuur van de ZLM
bracht afgelopen maandag een
werkbezoek aan het oostelijk deel
van Zeeuws-Vlaanderen. Het werd
bijzonder gastvrij onthaald door de
kring Hulst. Middels gesprekken
met de kringbestuurders, twee be
drijfsbezoeken en een rondrit kre
gen de ZLM-bestuurders een goed
beeld van het reilen en zeilen van de
land- en tuinbouw in dit deel van
het werkgebied.
De landbouw in Oost Zeeuws-
Vlaanderen toont zich aktief in het
zoeken naar nieuwe gewassen, zo
als bleek tijdens het bezoek aan het
bedrijf van Wilfried Bral in Vogel
waarde. Deze jonge ondernemer
heeft in maatschap met zijn vader
een akkerbouwbedrijf van ongeveer
60 ha in Vogelwaarde met daar
naast ca. 20 stuks fokvee. Bral is
enkele jaren geleden op bescheiden
wijze begonnen met vollegronds-
groenteteelt. Dit seizoen teelde hij
anderhalve ha bloemkool en een
halve ha prei. De winterbloemkool
levert hem bruto rond de 8.000 gul
den op. De laatste partijen gaan de
zer dagen naar de veiling in Breda.
Het dagelijks bestuur van de ZLM neemt een kijkje in het vlasbedrijf
van de heer G. Mortier (links) te St. Jansteen.
Meer aanbod
Hoe tegenstrijdig het ook klinkt: het
zou voor de prijsvorming goed zijn
als er wat meer aanbod was. De te
lers kunnen nu geen vuist maken,
omdat ze te weinig kwantum in
brengen. Daarnaast speelt ook hier
het personeelsprobleem. Voor ar
beidsintensieve piekarbeid zijn te
weinig mensen beschikbaar en ze
zijn bovendien te duur. Verder blijft
voor Zeeuws-Vlaanderen de
veerpont een obstakel. De binnen
kort te openen Liefkenshoektunnel
Aan de Landbouwuniversiteit Wage-
ningen is prof. dr. ir. J.E.B.M. Steen
kamp benoemd als bijzonder
hoogleraar met als leeropdracht
'Methoden en technieken van markt
onderzoek met betrekking tot de
Europese konsument van agrarische
produkten'. De bijzondere leerstoel
is een initiatief van de Stichting Stu
diefonds AGB Nederland.
Steenkamp (31) zal onderwijs geven
en onderzoek verrichten.
Volgens Steenkamp is het voor suc
cesvol ondernemen absoluut nood
zakelijk dat er een gedegen inzicht
is in de overeenkomsten en verschil
len tussen Europese konsumenten.
Met name als het gaat om winkel-,
aankoop-, kook- en eetgedrag van
konsumenten en hun smaak- en
kwaliteitsvoorkeuren. "Marktonder
zoekbureaus en hun opdrachtgevers
stuiten bij het in kaart brengen van
deze vaak kultureel bepaalde over
eenkomsten en verschillen op een
aantal specifieke marktonder-
zoekstechnische problemen. Bij
voorbeeld de vraag in hoeverre de
antwoorden van konsumenten uit
J.E.B.M. Steenkamp
de verschillende landen met elkaar
te vergelijken zijn. Deze problemen
vormen een belemmering voor de
Nederlandse exportaktiviteiten
aldus Steenkamp.
Begin mei 1991 heeft een overleg
plaatsgevonden tussen de 3 Centra
le Landbouw Organisaties en de
Oostenrijkse Landwirtschaftskam-
mern. De 3 CLO-delegatie werd ge
leid door de heer M.J. Varekamp.
Bij de bespreking van de landbouw
situatie in beide landen bleek dat in
Oostenrijk de land- en tuinbouw in
1990 over het algemeen een goed
jaar achter de rug heeft. Er deed
zich gemiddeld een inkomensstij
ging van 10% voor.
Ook is ingegaan op de relatie tussen
landbouw en milieu in beide landen.
De Oostenrijkse landbouw kent tal
van beperkingen in de bedrijfsvoe
ring om milieuproblemen te voorko
men. Het betreft een maximale
hoeveelheid stikstof voor bouwland
en grasland, een graasvee-eenheid
per ha. en een maximum aantal die
ren per bedrijf in de intensieve vee
houderij.
Belangrijke punten van bespreking
waren voorts de aanvraag van
Oostenrijk als EG-lid en de discussie
tussen EG- en EVA-landen over de
Europese Economische Ruimte. De
vertegenwoordigers van de Oosten
rijkse Landbouwkamers hechten be
lang aan snelle toetreding van
Oostenrijk tot de EG. Dit geeft de
mogelijkheid te profiteren van de
grote EG-markt. Tegelijkertijd wordt
onderkend dat toetreding de nodige
aanpassingen zal vergen in de struc
tuur van de land- en tuinbouw in dit
land. Van 3 CLO-zijde werd ge
constateerd dat de Oostenrijkse
land- en tuinbouw vooral voordeel
zal kunnen hebben van de korte af
stand tot de zuidelijke markten van
de EG.
Eind april heeft het jaarlijks overleg
tussen de 3 Centrale Landbouw Or
ganisaties en de Franse landbouw
organisatie FNSEA plaatsgehad.
Beide delegaties zijn van mening dat
de voorstellen van de Europese
Commissie voor het
landbouwmarkt- prijsjaar 1991/1992
te zeer zijn ingegeven door budget
taire overwegingen. De Europese
landbouw dient niet de "kosten te
dragen van de eenwording van
Duitsland.
Ten aanzien van de hervorming van
het EG-landbouwbeleid bleek even
eens een grote mate van over
eenstemming. De diskussie hierover
dient te worden aangegrepen om
het beleid voor de verschillende pro
dukten of produktgroepen meer op
elkaar af te stemmen. Met name
dient hier het instrument van de
medeverantwoordelijkheidsheffing
te worden ingezet om op vrijwillige
wijze tot produktiebeperking te ko
men. Een en ander zal aan de orde
komen in een speciaal COPA-
seminar over de hervorming van het
EG-landbouwbeleid op 16 en 17 mei
a.s. in Bonn.