Meerderheidsbelang Campina Melkunie in grootste Belgische zuivelonderneming Vier mestcoöperaties in Zuid- Nederland bundelen krachten Mengvoerfabrikanten steken geld in oplossing mestprobleem Veehouderij Peperdure mestinjectoren blijven ongebruikt Milieuprojekt Coberco Ademnood en sterfte bij pasgeboren dikbilkalveren Sturko en Stamboek samen op gebied 1KB Kostbare mestinjecteurs moeten voorlopig nog werkeloos blijven staan. Campina Melkunie heeft een meer derheidsbelang verworven in Qo- melco Industries NV, de grootste Belgische zuivelonderneming. Het belang is ondergebracht bij een Bel gische dochteronderneming van Campina Melkunie. Comelco heeft een jaaromzet van ruim 900 miljoen gulden. Jaarlijks verwerkt de onderneming ca. 780 miljoen kg melk tot consumptie- melkprodukten met als belangrijkste merknamen Stabilac en Joyvalle, dessertprodukten zoals de merken Stassano en Sano, kaas en overige produkten zoals boter en poeder. De afzet vindt voornamelijk plaats in Europa, met het accent op België, Nederland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. Comelco koopt de melk voornamelijk in België, maar via dochterondernemingen ook in Ne derland en Frankrijk. In totaal betreft dit 5500 leveranciers, waarvan 150 in Nederland. Campina Melkunie heeft een jaar omzet van f 4.600 miljoen. Jaar lijks verwerkt de onderneming 3600 miljoen kg melk, waarvan 3350 mil joen kg wordt aangeleverd door 13.500 leden-melkveehouders en In de afgelopen tien jaren zijn op de sectiezaal van de Gezondheids dienst regelmatig vleesveekalveren (meestal dikbiltype) ter sectie aan geboden die een of enkele dagen na de geboorte waren overleden. Sec tie van deze dieren bleef meestal ne gatief, behalve dat steeds sprake was van zeer bontgekleurde spier massa's in de kadavers. Ook vervolg- onderzoek naar besmettelijke oorzaken leidde niet tot resultaten. Voorkomen Uit navraag bij de veehouder blijkt het volgende: - de aandoening komt praktisch uitsluitend bij dikbilkalveren voor - meestal bij zoogkalveren de dieren zijn volkomen normaal bij de geboorte - meestal een enkel geval per be drijf en zelden echte uitbraken zowel kalveren van koeien als van vaarzen kunnen verschijnse len vertonen - het komt voor zowel in de winter als in de zomerperiode Symptomen De dieren zijn normaal bij de ge boorte; de eerste symptomen wor den opgemerkt tussen 10 en 72 uur na de geboorte. De biestopname ge beurt vlot. Het eerste symptoom dat dikwijls opgemerkt wordt is een lichtsnuivende ademhaling (zicht baar bewegen van de neusvleu gels). De ademhalingsfrekwentie stijgt (meestal is dit de klacht: het kalf jaagt). In het beginstadium gaat de ademhalingsfrekwentie ongeveer 60 maal per minuut bedragen - ge durende het verloop van het ziekte proces kan dit oplopen tot 150 maal per minuut. Na periodes van aktivi- teit (zuigen, rondlopen) kan de af- demhalingsfrekwentie dramatisch toenemen. De lichaamstemperatuur is in het begin licht gestegen (39,5°C). Nadien stijgt hij meestal tot 40-41 °C. In de eindfase kan de temperatuur nog hoger oplopen. Zeer kenmerkend voor het ziekte complex is dat de kalveren de eet lust blijven behouden. Alleen aan het eind, wanneer hoge li chaamstemperaturen worden be reikt, gaat de spontane opname verdwijnen. Globaal gezien kan men het totale ziekteverloop als volgt omschrijven: Dag 1: toename van de ademha lingsfrekwentie en de temperatuur. circa 160 melkveehouders uit Bel gië. Deze melk wordt verwerkt tot consumptiemelkprodukten, dessert produkten, ijs, boter, kaas, poeder, industriële produkten (ingrediënten voor de voedingsmiddelen- en far maceutische industrie), en jongdier- voeders. Campina Melkunie realiseert ruim 45% van de omzet via export naar 130 landen. Voor Comelco vormen de ontwikke lingen in de markt voor zuivelpro- dukten en in de Europese zuivelindustrie de belangrijkste re den om aansluiting te zoeken bij Campina Melkunie. De verwerving van het meerder heidsbelang in Comelco past in de door Campina Melkunie uitgezette strategie. Een strategie, die gericht is op het verwerven van goede marktposities in Europa voor met na me consumentenprodukten onder merk. De produktenpakketten en marktposities van beide onderne mingen vullen elkaar aan. Comelco blijft binnen de groep als een zelfstandige resultaatverant woordelijke Belgische eenheid fun geren en behoudt zijn eigen identiteit en management. Stichting Gezondheidsdienst voor dieren in Noord-Brabant Eetlust en spontane activiteit blijven normaal. Dag 2: verdere stijging van ademhaling en temperatuur. De al gemene toestand blijft stabiel. Dag 3: meestal sterfte na een fase van zeer hoge temperatuur. De dieren zijn suf door deze hoge temperatuur maar blijven dikwijls drinken tot vlak voor de dood! Behandeling Behandeling van deze dieren met medicijnen heeft weinig of geen ef fect. Op bepaalde bedrijven kon het geven van vreemde biest samen met het geven van een beperkte hoeveelheid melk gedurende de eer ste acht levensdagen de sympto men voorkomen. Het vervangen van melk door een voldoende hoeveelheid water of electrolytenoplossing (a rato van 10% van het levend gewicht per dag) gedurende 1 of 2 dagen, ge volgd door een beperkte hoeveel heid melk gedurende één week, doet bij aangetaste kalveren de symptomen van temperatuurstijging en versnelde ademhaling groten deels of geheel verdwijnen. Preventief kan vanaf de eerste le vensdag de biest in kleine porties worden gegeven (0,5 tot 0,75 liter per voeding) en wordt de melkopna- me in de eerste levensweek beperkt in hoeveelheid per dag en per voeding. Het gebruik van medicijnen bij der gelijke kalveren kan men zich afvra gen. Antibiotica kunnen verantwoord zijn wanneer een bijko mend infectieus proces vermoed wordt. Vervanging van de melk door elec- trolyten of water alsook beperking van de hoeveelheid melk zijn de voornaamste elementen bij de be handeling van deze vorm van adem halingsproblemen. Tot slot is het ook belangrijk (zeker bij te vefte moederdieren) de voer- opname (1 maand voor het kalven tot 1 maand na het kalven) te be perken (remming melkproduktie!). Bij tal van loonwerkbedrijven staan honderden peperdure mestinjecto ren, waarmee vloeibare mest met een in de grond wordt gebracht, te roesten. Loonwerkers maken zich zorgen over de financiële gevolgen hiervan. Dat heeft alles te maken met het uitblijven van een wettelijke maatre gel van het ministerie van Land bouw, die vanaf 1 maart van kracht had moeten worden. Volgens dat besluit zou in overschotgebieden de drijfmest direct in de grond moeten worden geïnjecteerd, om stank en ammoniak-emissie te voorkomen. Bijna alle partikuliere mengvoerfa- brikanten die in het zuiden van Ne derland mengvoeders leveren, willen het oplossen van de mestpro blematiek versnellen. Daartoe heb ben de fabrikanten een bedrag van twee miljoen gulden bijeengebracht. Met het geld wil de groep perspek- tief biedende projekten on dersteunen. De fabrikanten zijn van mening dat oplossingen voor de mestproblema tiek niet snel genoeg kunnen ko men. Vast staat dat al veel wordt ondernomen om het mestoverschot en zodoende de belasting van het milieu te bestrijden. Op boerderijni veau gaat veel aandacht uit naar mi lieuvriendelijke stallen; de De besturen van de Limburgse mestcoöperaties CAROM, COBAM en COVAK en de Brabantse mest- coöperatie MESTAC hebben in prin cipe besloten om te gaan samenwerken in de Mestcoöperatie Zuid, waarin alle distributieaktivitei- ten van de vier coöperaties gebun deld zullen worden. De algemene ledenvergaderingen van de vier coö peraties moeten het plan nog goed keuren. De nieuwe coöperatie zal zich bezig houden met de distributie en afzet van alle drijfmestsoorten, voor zover die nu nog door de afzonderlijke coöperaties wordt verzorgd. Ook de afzet en export van onbewerkte sta- pelbare pluimveemest behoort tot de aktiviteiten van de nieuwe coö- peratia Direct na de aankondiging van die maatregel vorig jaar bestelden vele loonwerkers de nieuwe machines, die inclusief trekker twee tot vier ton kosten. Het uitstel is te wijten aan een on juiste terinzage-legging. Volgens het ministerie van Landbouw zal de maatregel voor de komende zomer niet meer van kracht worden. Met als direct gevolg, dat de meeste boeren er toch voor kiezen om hun drijfmest op de normale wijze uit te rijden. Dat kost zo'n 125 gulden per uur, tegen 180 gulden voor het in jecteren van de mest. mengvoederindustrie kent hiervoor speciaal de subsidieregeling Stimu lering Praktijkgerichte Oplossingen Mestproblematiek (SPOM). De grootschalige mestverwerking moet in het hele trajekt duidelijk worden gezien als sluitstuk. Ook hier geldt dat al veel onderzoek is gedaan naar een aantal technieken. Te hopen valt dat binnen afzienbare tijd een grote verwerkingscapaciteit beschikbaar zal zijn. "Maar wij vinden dat er nog meer kan worden gedaan om kansrijke in itiatieven te ondersteunen", legt V. Sondag namens de fabrikanten uit. "Daarom hebben wij besloten om, naast de gelden die wij bijdragen aan de SPOM, extra geld vrij te ma ken". De mengvoederf abrikanten De vier coöperaties blijven als rechtspersonen gehandhaafd en richten samen de Mestcoöperatie Zuid op. Dit betekent, dat de afspra ken en overeenkomsten tussen de coöperaties, hun leden, afnemers en distributeurs, onverkort gehand haafd blijven. De uitvoering zal ech ter worden opgedragen aan de nieuwe Mestcoöperatie Zuid. Verwacht wordt, dat de nieuwe coöperatie in 1991 een jaaromzet zal hebben van 600.000 ton drijf mest en 12.000 ton onbewerkte stapelbare pluimveemest. De coö peratie beschikt momenteel over een opslagcapaciteit in de tekortge- bieden van ruim 78.000 m3. In de loop van 1991 zal deze nog uitge breid worden met ca. 40.000 m3. Ten behoeve van de afzet van onbe- Zuivelcoöperatie Coberco start bin nenkort met een projekt om de mi lieubelasting op het melkveehouderijbedrijf te verminde ren. Het projekt is een gevolg van een studie die in opdracht van Co berco door het Centrum voor Land bouw en Milieu is verricht. In het projekt wordt aandacht gege ven aan o.a. het terugdringen van het mineralenverlies en de milieube lasting door het reinigingsafvalwa ter. Het CLM ziet een aantal mogelijkheden voor de individuele veehouder om, zonder al te hoge kosten, op deze gebieden het milieu meer te ontzien. Een kleine groep melkveehouders start binnenkort een praktijkproef, om meer inzicht in de praktische mogelijkheden en ef- fektiviteit van milieumaatregelen te krijgen. Sturko-Exportslachterij B.V. en het Nederlands Varkensstamboek zijn voornemens een samenwerkingso vereenkomst te sluiten met als doel binnen afzienbare tijd te komen tot een structurele varkensstroom, die voldoet aan de eisen die in het ka der van 1KB worden gesteld. Beide partijen zien het als een gezamenlijk belang om op korte termijn prakti sche invulling te kunnen geven aan de wens van de consument om te komen tot een gegarandeerd stuk varkensvlees. denken met name aan de mogelijk heden van afzet van droge (of inge dikte) mest. Speciale aandacht krijgen kleine projekten op boerderij niveau, zoals technieken om het mestvolume te verkleinen. Tijd dringt De bijdrage van de fabrikanten is be doeld als eenmalige injektia "Uiter aard denken wij niet daarmee het mestprobleem even op te lossen. Maar wanneer we een landbouw met perspektief willen behouden, moet al het mogelijke worden ge daan. De tijd begint te dringen", zegt Sondag. Ook andere organisa ties zijn geïnteresseerd en in de toe komst wellicht bereid om het initiatief van de fabrikanten te on dersteunen. werkte stapelbare pluimveemest zijn de procedures opgestart voor de bouw van twee opslagloodsen met een capaciteit van respektieve- lijk 20.000 en 15.000 m3. De nieuwe coöperatie heeft thans ruim 1.000 leden. Verwacht wordt, dat het ledenaantal eind 1991 ruim 1.500 zal zijn. De nieuwe coöperatie zal haar akti viteiten uitvoeren onder de naam Mestcoöperatie Zuid (MCZ). Als voorlopige vestigingsplaats wordt gedacht aan de omgeving van Eind hoven. Uiterlijk eind 1992 zal de sa menwerking door de besturen geëvalueerd worden en op basis daarvan zal eventueel besloten wor den tot volledige fusie van de vier coöperaties tot één coöperatie en één rechtspersoon.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1991 | | pagina 15