Natuurplan Oosterschelde raakt ook de landbouw Deze week Terugdringen verzuring kost duizenden boeren werk Melkprijs Campina en Melkunie f 1C lager ^JSEBIBUo^ I ffe 79e JAARGANG NO. 4063 zuidelijke landbouw maatschappij Uitvoering kost 80 miljoen gulden Pag. 4 Tegemoetkoming ziektekosten vervalt. Pag. 5 NIVAA op Japanse beurs. Pag. 6 "Grote toegankelijkheid van teelt boerenbroodtarwe' Pag. 7 Korrelmaïs alternatief voor granen? Pag. 8 Landinrichting voor Kop van Schouwen. Pag. 9 Reimerswaal werkt mee aan "fruitbuis". Pag. 10 Waterschapswet in de praktijk. Pag. 11 Agrarisch Zeeland aan Zet. Pag. 12 Merkvlees verovert markt. Pag. 13 Veilingfusie voor betere prijs. Pag. 15 Tuinbouwklanken. Pag. 17 Bestrijding bacterievuur op de helling. "24X9 VRIJDAG 22 MAART 1991 tuinbouwblad de Van Haaftenpolder, de Moggers- hilpolder, de Klaas van Steelandpol der, de Sint Pieterspolder en de Oost-Bevelandpolder. De meest ingrijpende maatregelen worden voorgesteld aan de zuidkust van Schouwen-Duiveland. De eco logische waarde van de hier gelegen inlagen en aangrenzende gronden kan worden vergroot door wijzigin gen in de waterhuishouding. Ook op lokaties op Tholen en Zuid-Beveland is dit het geval. Verhoging van het waterpeil is nodig om verdroging in de zomer tegen te gaan. Gebieden langs de zuidkust van Schouwen- Duiveland met de Prunje als om vangrijk middelpunt en de zuidkust van tholen ter hoogte van de Scherpenissepolder moeten zich ontwikkelen tot deels brakke deels zoute moerasgebieden. Landinrichting De ZMF vindt dat onderdelen uit het plan Tureluur moeten worden mee genomen in de lopende landinrich tingsprojecten op Tholen en St. Philipsland. Daarnaast kondigt ^de ZMF aan op korte termijn een ver zoek om landinrichting te zullen in dienen voor een gedeelte van de zuidkust van Schouwen-Duiveland. Het plan Tureluur, een natuuront wikkelingsplan voor de Oosterschel de, dat woensdag door de Zeeuwse Milieu Federatie is gepresenteerd, zal niet zonder gevolgen blijven voor de landbouw op Schouwen- Duiveland, Tholen en Noord- Beveland. Voor een deel van de langs de Oosterschelde gelegen gronden, die nu nog een landbouw kundige bestemming hebben, stelt het plan een natuurbestemming voor. Ook wil men de waterhuis houding op een aantal lokaties ver anderen en afstemmen op de belangen van natuurontwikkeling. Het plan is woensdag in Middelburg aangeboden aan staatssecretaris drs. J. Gabor (landbouw, natuurbe heer en visserij) en mevr. G. de Vries-Hommes, de Zeeuwse gede puteerde voor milieuzaken. Het vloeit voort uit het Natuurbe leidsplan. Er worden 44 concrete projecten beschreven, die de na tuurwaarden van de Oosterschelde moeten versterken. De uitvoering van deze projecten zal volgens een globale raming 80 miljoen gulden gaan kosten. Alleen voor grondaan kopen is al 64 miljoen gulden nodig. Het plan gaat er van uit dat 1900 ha moet worden verworven tegen een gemiddelde prijs van f 33.100 per ha. De Zeeuwse Milieufederatie stelt in haar plan nadrukkelijk dat bij de her inrichting van het gebied rond de Oosterschelde met de belangen van onder andere de landbouw rekening moet worden gehouden. Er komt in ieder geval meer ruimte voor opvang van ganzen. Ontpoldering Uitbreiding van het schorareaal rond de Oosterschelde is een van de voorstellen uit het plan Tureluur. Dit kan o.a. worden bereikt door ontpol dering. De langsde Westerschelde gelegen Selenapolder is hiervan een goed voorbeeld. Voorgesteld wordt het gebied Rammegors (146 ha) in het voormalige stroomgebied van de Eendracht te ontpolderen. Daar naast komen een aantal nieuwland- polders in aanmerking. Genoemd worden de Abraham Wissepolder, De besturen van Campina en Melk unie Holland stellen voor om voor 1990 de prestatieprijs (melkprijs in clusief reservering) te bepalen op f 78,35 per 100 kg. Deze prijs is in clusief BTW en geldt bij de in 1990 behaalde fabrieksgemiddelden: 4,33% vet en 3,46% eiwit. In juni moeten de ledenraden zich over dit voorstel uitspreken. Maar verwacht wordt dat het zal worden aan genomen. Over 1989 betaalde Melkunie een melkprijs van f 86,34 bij 4,313% vet en 3,399% eiwit. De melkprijs van Campina kwam toen uit op f 87,45 bij 4,25% vet en 3,44% eiwit. Eerder ai maakte zuivelcoöpe- ratie Coberco bekend dat haar melkprijs 1990 op rond f 80,— per 100 kg zal uitkomen (1989: f 88,11). Campina Melkunie, de zuivelcoöpe- ratie die zal ontstaan als op 1 januari 1992 Campina en Melkunie Holland volledig samengaan, wil de leden nadrukkelijker dan thans het geval is inschakelen voor versterking van het eigen vermogen. Het pakket harmonisatievoorstellen dat dezer dagen aan de afdelingen ter discussie wordt gegeven, bevat een nieuwe financieringsvorm: ledenbewijzen. Thans wordt in de beide onderne mingen tesamen ongeveer 60% van het balanstotaal door de leden gefi nancierd. Maar hiervan kan slechts 20% worden beschouwd als 'echt eigen vermogen'. Volgens Jan Loo- nen, vice-voorzitter van de Raad van Commissarissen, is dat veel te weinig. Met het oog op de fusie stellen de besturen voor aan de leden om de bestaande financieringsbronnen van Campina en Melkunie Holland op een noemer te brengen. Men wil verder gaan met opbouw van col lectief vermogen (dode hand) door van de leden uit hun melkgeld een storting f 0,50 - f 1,— per 100 kg per jaar te verlangen. Voor de Melkunie-leden wil men de verplich te stortingen op de ledenreserve rekening vervangen door het bij Campina reeds bestaande systeem van certificaten. Voor de leden heeft dat belastingtechnische en prakti sche (o.a. overdraagbaar) voordelen. Bij Campina vervalt het ledenkapi taal, evenals bij Melkunie Holland de ledenrekening (circa f 3,50 per 100 kg). Het uittreedgeld wordt in twee jaar afgebouwd. In de plaats daarvan wil men een systeem met ledenbewijzen. Leden en hun bedrijfsopvolgers krijgen het recht en de plicht om deze ledenbe wijzen te verwerven tegen een prijs van f 10,— per 100 kg melk. Als het ledenkapitaal niet toereikend is om, gezien de melkproduktie, voldoende ledenbewijzen te kopen, kan men le nen. Als men hiervoor van Campina Melkunie leent, bedraagt de rente 'rendement staatslening +2%'. In het Zuidwesten zitten de meeste vroege akkerbouwgewassen zoals zomergerst, p/antuien en vlas alweer in de grond, en ook zijn er al uien en een enkel perceel bieten gezaaid, aldus desgevraagd de heer Bakker van de DLV Goes. De winter heeft de structuur van de grond nog verder verbeterd, met a/s gevolg dat de capillaire opstijging nu enorm is. Dit betekent wel dat de grond lang nat blijft. Het was dan ook nog niet zo droog, het ging nog maar net, verklaarde de DLV-woordvoerder. Op de foto: P/antuien zetten bij de heer Bakker in Halsteren (foto Anton Dingemanse). Uitgangspunt is dat men voor de op de ledenbewijzen geleverde melk, een vergoeding kan uitkeren van f 1,— per 100 kg melk. Deze ver goeding zal een apart onderdeel vor men van de nabetaling. Ze zal worden gegeven tot 105% van de in relatie tot het aantal ledenbewij zen geleverde melk (A-prijs). Voor melk die boven 105% wordt gele verd, geldt een lagere prijs (B-prijs). Het bestuur denkt aan een verschil van minimaal f 2,—. Om de verzuring door de Brabantse veehouderij in de jaren 90 met 70 procent terug te dringen, moet de veestapel in deze provincie met ongeveer 14 procent inkrimpen. Daardoor kunnen 5200 boeren hun werk en inkomen verliezen. Voorts komen door deze ingreep 3300 arbeidsplaatsen van toeleveranciers en industriële afnemers in gevaar. Deze verontrustende conclusie staat in het rapport 'Tussen Groen en Groei', dat de provinciale advies commissie Milieu-Economie vorige week heeft gepresenteerd. De twee jaar geleden door GS ingestelde com missie concludeert een en ander op basis van een studie van TNO en. het Nederlands Economisch In stituut. Het terugdringen van de verzurende werking door de Brabantse veehou derij met 70 procent komt overeen met het streefcijfer in het Nationaal Milieu Beleidsplan. Ondanks de enorme inspanning die de boeren moeten leveren om dat percentage te bereiken, lijkt het inkrimpen van de veestapel toch onvermijdelijk. Tot dusverre gaan NCB, Cehave, Mestac en andere landbouworganisaties er van uit, dat de nadelige gevolgen van de landbouw voor het milieu met technische middelen kunnen worden opgelost. Aanbevelingen De commissie geeft een reeks aan bevelingen om tot vermindering van de uitstoot van ammoniak te ko men: betere bedrijfsvoering, bouw van mestfabrieken, mesttransport naar elders en de bouw van veestal len die nauwelijks mest uitstoten. De lozing van fosfaat en stikstof in de bodem is volgens de commissie te beheersen met beter veevoer, mestverwerking en mestinjectie. In de meest verzuurde gebieden van Brabant, zoals de Peel en het Land van Cuijk, zou volgens het provinci aal milieubeleidsplan de ammoniak- uitstoot zelfs met 85 procent moe ten verminderen. Dat acht de com missie voorlopig nog niet haalbaar. Dan zou in die gebieden de helft van de veestapel en de helft van de boe ren moeten verdwijnen. De veehouders in Noord-Brabant zullen zich hoe dan ook zeer grote technische en financiële inspannin gen moeten getroosten. Commis sielid en Cehave topman A. Oomen spreekt in dit verband van een mil jard gulden aan investeringen per jaar.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1991 | | pagina 1