Nog dit seizoen start
Grobeka preiprojekt
Akkerbouw
Ervaringen met geïntegreerde akkerbouw in Zuidwest Nederland in 1990
Resultaten
I 14 t
VOO*KfiSSSSa
Bij voldoende belangstelling wil
Grobeka nog dit seizoen een prei
projekt organiseren. Uitgangspunt
is dat akkerbouwers prei telen op ei
gen land welke gezamenlijk in een
op te zetten pakstation veilingklaar
wordt gemaakt. Hierdoor zijn de in
vesteringen voor de teler nihil. Op
Schouwen-Duiveland zal een
pakstation worden opgezet. De be
nodigde arbeid in het pakstation zal
zoveel mogelijk door de telers zelf
ingevuld moeten worden. De oogst -
periode bedraagt december tot mei.
Voor de preiteelt op zwaardere
gronden wil Grobeka een maximum
afslibbaar aanhouden van rond
20%. Op deze gronden biedt de
teelt op 75 cm ruggen goede
perspektieven. Belangrijk is het ge
geven dat de prei van december tot
april gerooid moet kunnen worden,
de ontwatering van het perceel
moet dus goed zijn. Niet alleen de
drainage, maar ook de struktuur van
de grond moet een goede ontwate
ring toelaten. Er mogen dus geen
storende lagen voorkomen. Ook
voor de groei en ontwikkeling van
het gewas zijn deze eisen belangrijk.
Voorts is een goede opdrachtigheid
van de grond erg belangrijk. Berege
ning is in dit geval op genoemde
gronden niet noodzakelijk.
Voorschotprijs
Uitgangspunt is de produktie van
kleinverpakte prei met name uit het
oogpunt van de marktmogelijkhe-
den en de toegevoegde waarde.
Grobeka garandeert voor de periode
december tot mei een gemiddelde
voorschotprijs van 108 ct/kg voor
klasse I kleinverpakt.
De werkelijke verkoopprijs wordt
uitbetaald, dit in poolverband geor
ganiseerd. Ook de klasse II prei kan
via Grobeka worden afgezet. De ge
middelde prijs voor prei in kleinver-
pakking bedroeg de laatste vijf
seizoenen 157 ct/kg en varieerde
van 166 ct/kg tot 139 ct/kg.
Pakstation
Zoals gezegd zal de prei gezamenlijk
in een pakstation worden verwerkt.
Hiervoor wordt 30 cent per kg bere
kend wat een vergoeding is voor het
gebruik van preirekken, koeling, hef
truck plus man, waslijn plus bas
sins, inpaklijn en sealapparatuur, de
werkruimte en de nutsvoorzie
ningen.
Toegerekende teeltkosten
Planten: 133.000 x 1,9 cent2.533
bemesting 507
onkruidbestrijding 298
gewasbescherming 2.278
rente 317
verzekering 489
afzetkosten 4.628
ponsen 250
plantloon 0,5 cent 670
rooien 1.500
Totaal 13.470
Saldo
Saldoberekening op basis van de
voorschotprijs:
Opbrengst 25.000 kg a 1,08
27.000,-
af (pakstation) 25.000 kg a 0,30
7.500-
af (toegerekende teeltkosten)
13.470,-
Saldo 6.000,-
Hiervoor moet 740 uur gewerkt
worden, dus per uur f 8,10.
Saldoberekening op basis van de
middenprijs van de laatste 5 jaar:
Opbrengst 25.000 kg a 1,57
39.250,-
af 25.000 kg 0,30 7.500,-
af 13.470-
Saldo f 18.250,-
Hiervoor moet 740 uur gewerkt
worden, dus per uur f 24,66.
Op basis van de laatste saldobere
kening zijn er dus interessante mo
gelijkheden een stuk leegloop in de
arbeid in de winter op te vullen en
daar ook een stuk inkomen uit te
halen. Uiteraard blijft het saldo af
hankelijk van de opbrengsten en de
werkelijke prijzen.
Het pakstation zal worden opgezet
op Schouwen-Duiveland. De teelt
zal ook zoveel mogelijk op dit eiland
worden geconcentreerd. Belangstel
ling vanuit omringende gebieden is
welkom, maar dan moet u direkt
enige meerkosten wat betreft tran
sport van uzelf en uw prei incal
culeren.
Gezien het tijdstip waarop de plan
ten besteld moeten worden moet u
voor 15 maart beslissen. Belangstel
lenden kunnen kontakt opnemen
met Grobeka, Gerrit Jan Kornet,
01806-55437.
De prei die via het beoogde Grobeka-projekt geteeld gaat worden
wordt tussen december en mei geoogst.
In 1989 ging het projekt "Intro-
duktie Geïntegreerde Akker
bouw" van start. Er werd
begonnen met de werving en se-
lektie van innovatie bedrijven
geïntegreerde akkerbouw en
studiegroepen. Uiteindelijk wer
den in het Zuidwesten 7 innova
tiebedrijven en 10 studiegroepen
geselekteerd. In dit artikel wil ik
wat ervaringen van dit eerste
jaar op de innovatiebedrijven
bespreken.
De ondernemers op de innova
tiebedrijven willen met hun be
drijfsvoering het milieu zo min
mogelijk belasten, terwijl tevens
het rendement hier niet onder
mag lijden. Men is zich bewust
dat deelname aan het projekt ex
tra inspanning en risiko's met
zich meebrengt, omdat het
systeem van geïntegreerde ak
kerbouw in de praktijk getoetst
moet worden. De meeste deel
nemers waren vanuit hun moti
vatie al bezig om het milieu te
sparen waar dat mogelijk was.
Dit bleek ook uit de ervaringen
van 1990, waar men op verschil
lende onderdelen goede resulta
ten wist te behalen.
De verschillen per onderdeel tus
sen de bedrijven is echter groot,
waaruit blijkt dat er ook nog veel
te verbeteren valt. Door een goe
de registratie van b.v. chemische
middelengebruik, mineralenba-
lans, organische stof-balans en
ekonomische gegevens, wordt
inzicht verkregen in de resultaten
en kunnen verbeteringen door
gevoerd worden. Aangezien in
de winter gestart is, stond een
aantal zaken al vast, zoals het
bouwplan, najaarsbemesting en
de rassenkeuze van aardappelen.
Bouwplan
Het bouwplan op de bedrijven is
in het algemeen voldoende ruim
en de vruchtopvolgingsregels
worden goed in acht genomen.
Wel komen er soms ongelukkige
kombinaties voor, b.v. aardappe
len na bieten, doordat de plan
ning over meerdere jaren niet
klopt. Bij de toepassing van or
ganische mest in augustus -
september wordt dit gekombi-
neerd met de teelt van een
groenbemester en eventueel het
verhakselen en inwerken van
stro.
Bemesting
Van de bedrijven is een minera-
lenbalans opgesteld. Er blijkt
vaak een overschot aan fosfaat
te zijn, doordat men te weinig re
kening houdt met de fosfaat uit
organische mest en daarnaast
nog kunstmest-fosfaat strooit.
Bij goede fosfaattoestanden is
een kunstmestgift niet nodig en
kan men besparen op kunst-
mestkosten. Bedrijven welke re
gelmatig organische mest
gebruiken, hebben lagere be-
mestingskosten. Wel moet deze
mest op een verantwoorde ma
nier toegepast worden om uit
spoeling van stikstof te
voorkomen. In het najaar gaat de
voorkeur uit naar droge kippen
mest omdat daarin t.o.v. de ande
re elementen minder stikstof zit.
Bij drijfmest toepassing in het
najaar wordt de gift beperkt tot
b.v. 32 ton varkensdrijfmest,
hierin zit ongeveer 125 kg direkt
opneembare stikstof, welke ver
volgens gebonden wordt door
een groenbemester en ingewerkt
stro.
Om de bouwplanonttrekking aan
fosfaat (250 kg bij 1:4 aardappe
len) met drijfmest aan te vullen,
wordt er naast aardappelen een
ander gewas, b.v. suikerbieten
bemest. Door de vroege oogst
dit jaar is de teelt van groenbe
mester na wintertarwe in het al
gemeen goed gelukt. Op één
bedrijf werd in het voorjaar drijf
mest op geploegd land aange
wend; de resultaten bij
aardappelen waren goed. De
stikstofbemesting is t.o.v. wat
men gewend was voor de
meeste gewassen verlaagd,
maar zit nog niet op het "geïnte
greerde" bemestingsnivo.
Aardappelen
Bij de rassenkeuze voor aardap
pelen wordt gestreefd naar ras
sen met een hoge
phytophthoraresistentie (mini
maal 6 in de Rassenlijst) om de
hoeveelheid fungicide te reduce
ren. Goede ervaringen zijn opge
daan met het ras Agria. Bij een
zelfde interval als Bintje werd
met tinloze middelen minder ak-
tieve stof gespoten. Er werd
geen phytophthora ge-
konstateerd.
Door het frezen uit te stellen tot
het moment van opkomst van
het gewas, was op een aantal
bedrijven een chemische on
kruidbestrijding niet nodig. Met
de z.g. bladsteeltjesmethode
werd de stikstof bemesting "bij
gestuurd". Door loof klappen kon
dit jaar een goede loofdoding
worden bereikt. De omstandig
heden waren niet altijd optimaal.
Rugopbouw en beschikbaarheid
van goede apparatuur lieten
soms te wensen over.
Granen
Op een aantal bedrijven was de
wintertarwe in november ge
zaaid. Dit had minder onkruid
ontwikkeling tot gevolg, maar
door de zachte winter waren de
ze onkruiden toch te groot om
door middel van eggen goed te
bestrijden. Door te intensief eg
gen werd vervolgens schade aan
de tarwe gedaan. Voor eggen
moet het onkruid zich nog in het
kiemplantstadium bevinden. De
beste bestrijding wordt bereikt
door het bedekken van het on
kruid met grond. Daarom is een
bestrijding in voorjaarsgezaaide
gewassen effektiever. In dit ver
band is de teelt van zomergerst
een goed alternatief omdat het
rendement van dit gewas verge
lijkbaar is met wintertarwe en
het gebruik van chemische mid
delen aanzienlijk minder. Met na
me bij de chemische
onkruidbestrijding in wintertar
we worden in de gangbare ak
kerbouw veel persistente of
uitspoelingsgevoelige stoffen ge
bruikt.
Bij de ziekten- en plaagbestrij-
ding werd gebruik gemaakt van
Epipre. Ondanks grondige in-
spektie bleek dat een aantasting
van bruine roest niet kon worden
voorkomen, met name in Obe
lisk. Arminda gaf met de minste
fungicidebespuitingen de beste
resultaten. Op een aantal perce
len viel de opbrengst tegen door
onvoldoende uitstoeling in het
voorjaar als gevolg van een
vroeg voorjaar, een te lage eer
ste stikstofgift en soms een ma
tige struktuur van de grond. De
te snelle afrijping door de droog
te eind juli was ten nadele van
de later gezaaide tarwe.
Suikerbieten
Bij de rassenkeuze wordt naast
het financiële rendement en de
kwaliteit in de biet gelet op de
bladhoeveelheid, met name voor
onkruidrijke percelen. Op kamil
lepercelen werd met succes een
halve dosering Pyramin in de rij
toegepast. De onkruidbestrijding
werd vervolgd met het lage do
seringssysteem. Volgens eigen
waarnemingen en de "Verge-
lingsziekte waarschuwings
dienst" werd een luisbestrijding
uitgevoerd met goed resultaat.
Vooruitlopend op de definitieve
financiële resultaten bestaat de
indruk dat de resultaten op de
innovatiebedrijven overeenko
men met de resultaten in de
gangbare landbouw. Bij winter
tarwe was het resultaat op een
aantal bedrijven minder, bij aard
appelen was het resultaat van
Agria beter ten opzichte van het
gangbare ras Bintje. Besparin
gen werden bereikt op het ge
bied van bemesting, gewasbe
scherming en onkruidbestrij
ding.
Perspektieven voor 1991
Aan de volgende zaken zal on
dermeer extra aandacht worden
besteed:
- Mechanische onkruidbestrij
ding in diverse gewassen d.m.v.
schoffelen, eggen en borstelen.
- Frezen van aardappelen bij
opkomst.
- L.D.S.-systemen in diverse ge
wassen in kombinatie met rijen
spuiten.
- Organische bemesting door
middel van injektie.
- Verantwoorde bemesting, zo
wel organisch als door middel
van kunstmest.
- Bemonstering op stikstof nè
de oogst om overschot te bepa
len, drainwateronderzoek op
nitraat.
- Hanteren van schadedrempels
bij de gewasbescherming.
- Intensieve bemonstering op
aardappelcysteaaltjes (AMI-
methode) en evt. aangepaste
rassenkeuze.
Geïntegreerde landbouw staat
volop in de belangstelling. On
derzoek, voorlichting en praktijk
zijn aktief om de milieubelasting
van de sektor te verminderen.
Dit zal vooral stapsgewijs plaats
vinden om het rendement van
de akkerbouw te behouden.
Arjan de Hulster,
Gespecialiseerd
bedrijfsdeskundige
geïntegreerde akkerbouw,
DLV-teams Goes/Westmaas