Nieuws 'Landbouwschap en landbouworganisaties moeten meer samenwerken' Oriëntatie op coöperatie in zuidwesten Schap: niet stoppen, wel bakens verzetten Praktijkschool organiseert dagkursus electronica Kring Noord-Beveland Cursus bedrijfsaanpassing mmmêwmgmwmmmsÉmmmmm Ir. Gerrit Kok, secretaris Landbouwschap Onderwijsadvies Commissie Rauwenhoff te ongenuanceerd Bestuurscursus voor agrarische leden van waterschappen msmm Het Landbouwschap moet blijven maar het moet de zaken wel anders aanpakken. Dat is de conclusie van het organisatiebureau dat het Land bouwschap tegen het licht heeft ge houden. Hoe is het rapport van het bureau op het Landbouwschap ge vallen? Verdwijnt het als curiositeit in het archief? Een gesprek met Gerrit Kok, sinds vijf maanden alge meen secretaris van het Land bouwschap. 'Nee, het rapport belandt niet in het archief', zegt Kok beslist. 'Het bestuur heeft er begin december al een eerste oordeel over gegeven. Daaruit blijkt dat het rapport een goede basis voor discussie is'. Maar er was ook kritiek. De meeste bestuursleden zagen niet zoveel in het voorstel om vróuwen en jonge ren zetels in het Landbouwschap te geven. Via doorstroming in de land bouworganisaties moeten zij in het schap aan bod komen. Alleen het KNLC ziet heil in een onafhankelijk voorzitter. De FNV miste de sociale kant van het Landbouwschap, de NCBTB vond het rapport te opper vlakkig. Kok: 'Na deze eerste bespreking buigen de drie centrale landbouwor ganisaties en de vakbonden zich over het rapport. Dat geldt ook voor onder meer de medewerkers van het schap en de ondernemingsraad. In de vergadering van april zal het bestuur dan spijkers met koppen slaan'. Wat vindt Kok zelf van het rapport? 'Het bevat veel informatie. Het bureau geeft veel uiteenlopende meningen weer over belangenbe hartiging. Over de aanbevelingen moeten we serieus verder praten. Méér 'Het rapport heeft het karakter van méér', vervolgt hij. 'Meer overleg met ministeries en produktschap- pen. Meer groepen in het bestuur. Meer publiciteit en communicatie. Wat kost dat? De bijdrage van boe ren en tuinders aan het Landbouw schap gaat in 1991 met 4 procent omhoog. Wil je het allemaal goed aanpakken, dan moet de heffing misschien wel met 10 procent stij gen. Maar goede waar is haalbaar. De heffing is nu gemiddeld twee honderdvijftig gulden. Dan moet je niet zeuren als het vijftig gulden meer kost'. Ook los van het rapport krijgt het Landbouwschap er meer taken bij, constateert Kok. Er komen milieu heffingen en het schap gaat ook breder werken: voor konijnenhou ders, nertsenhouders en ecologi sche boeren en tuinders. Die extra taken zijn alleen te behappen als er meer wordt samengewerkt met de drie centrale landbouworganisaties en de voedingsbonden. 'Dus niet én samenwerking én toch apart blijven opereren. Nee, samenwerken en in Het organisatiebureau Rijncon sult in Oosterbeek heeft het Landbouwschap doorgelicht. De belangrijkste conclusies zijn: Een orgaan als het Landbouw schap is nodig. Het kan namens de hele sector spreken. Maar het Landbouwschap moet een ande re opbouw krijgen anders zal de invloed van de landbouw af kalven. Boeren en tuinders herkennen het schap niet als een organisa tie die voor hen opkomt. Het ontgaat hen wat er gebeurt met de jaarlijkse heffing. De instellin gen die dit geld besteden, lopen er niet mee te koop dat ze - veel - geld via het Landbouwschap krijgen. De samenwerking met de drie centrale landbouworganisaties moet beter. Ook moeten de or ganisaties onderling meer samen doen. Vrouwen en jongeren moeten in het schap meer aan bod komen. Het wisselende voorzitterschap is uit den boze. Het Landbouwschap heeft een vaste voorzitter nodig die los staat van de landbouworganisa ties en de vakbonden. Hap-snap Het contact met produktschap- pen en coöperaties is teveel hap snap. Er moet een vast overleg komen. De invloed van de vak bonden ontbreekt in sommige commissies. De medewerkers van het Land bouwschap zijn zeer gemoti veerd en leveren kwaliteit. Alleen werken ze teveel voor hun eigen afdeling en overleggen ze te wei nig met andere afdelingen. Iemand van Melkveehouderij praat te weinig met iemand van Akkerbouw over bijvoorbeeld het mestbeleid. Het Landbouwschap moet min der defensief zijn. Het moet een visie op de land- en tuinbouw hebben en daarmee plannen van de overheid beoordelen en niet andersom. één keer doen. We moeten ook het draagvlak vergroten met jongeren en vrouwen. En ongeorganiseerden er meer bij betrekken. Eén mening Met al die verschillende groepen on der zijn vleugels zal het Landbouw schap 't moeilijker krijgen om met één mening naar buiten te komen, voorziet Kok. 'En toch moet dat. Het alternatief is dat iedere groep op eigen houtje naar de politiek gaat. Dat zie je al: akkerbouwers, jongeren en vrouwen schrijven hun eigen brieven. Dat betekent dat de politiek de afweging maakt en beslissingen neemt. In de ogen van de politiek neutraliseren de verschil lende belangen elkaar. De een zegt ja, de ander nee. Dan hoeven ze niets te doen'. (bron: Landbouwschap) Het kabinet mag het rapport van de Commissie Rauwenhoff over een betere afstemming tussen onder wijs en praktijk niet zonder meer overnemen. Op een aantal punten is het rapport 'Onderwijs - arbeids markt: naar een leerzaam traject' te ongenuanceerd. Dit schrijft het Landbouwschap aan de Tweede Ka mer in een reactie op het kabi netsstandpunt hierover. De Kamer praat op 24 januari over het stand punt van het kabinet. Het Landbouwschap is het met de Commissie Rauwenhoff eens dat scholing en arbeidsmarkt beter op elkaar moeten aansluiten. Maar dat is niet alleen een kwestie van indivi duen, scholen, bedrijven en over heid, zoals de commissie veronderstelt. Ook de vakbeweging en de werkgeversorganisaties kun nen daarin een rol spelen. Het Land bouwschap wil zelf namens de georganiseerde landbouw bij de ver dere uitwerking van de plannen be trokken worden. Het Instituut voor Land- en tuin bouw KaderVorming (ILKV) organi seert een cursus voor de agrarische leden van waterschappen. Het ILKV wil hiermee een bijdrage leveren aan een zo effectief mogelijke belangen behartiging voor de landbouw, ook in waterschappen. Vroeger hadden boerenbestuurders van waterschap pen doorgaans een doorslaggeven de invloed binnen waterschappen, doch tegenwoordig is het boerenbe- lang een van de vele belangen bin nen een waterschap. Het doel van de cursus is het voor bereiden van agrarische bestuursle den op een steeds complexer wordende bestuurstaak binnen het waterschap. Aan de orde komen on der meer: inzicht in de belangen waar een waterschap voor staat, nu en in de toekomst; samenwerking tussen bestuur en beroepskrachten van een waterschap; hoe om te gaan met een achterban van inge landen. De cursus bestaat uit twee keer een tweedaagse bijeenkomst op de volkshogeschool Zeeland: woens dag 23 en donderdag 24 januari, en dinsdag 12 en woensdag 13 maart. De cursus wordt begeleid door de heer J. Roumen, cursusleider van de volkshogeschool. Tevens zullen en kele externe gastdocenten optre den. De cursuskosten bedragen f 300,—, incl. cursusmateriaal, maaltijden en overnachtingen op de volkshogeschool. U kunt zich aanmelden bij de secre taris van het ILKV, de heer T. Elzin- ga, Grote Markt 28, 4461 AJ Goes, tel. 01100-21010. Er zijn nog enkele cursusplaatsen beschikbaar. Het verschijnsel 'coöperatie' heeft in de land- en tuinbouw een grote vlucht genomen. Gemiddeld is de Nederlandse boer en tuinder lid van drie tot vier land- en tuinbouwcoö- peraties. Maar wat is een coöperatie eigenlijk? Wat is het belang van coöperaties voor de Nederlandse land- en tuinbouw en voor boeren en tuinders zelf. Hoe wij aankijken tegen coöperaties heeft veelal te maken met wat wij er in de praktijk van alledag van zien. Daarbij gaan we uit van de uiterlijke verschij ningsvorm, het beeld dat we van eèn coöperatie hebben, ons eigen belang bij een lidmaatschap en de economische voor- en nadelen. Het doel van deze coöperatiecursus is om de praktijk en werkwijze van coöperaties eens te plaatsen tegen de achtergrond van het principe van 'coöperaties'. Daarbij komen dan aan de orde: doelstelling, verschillen en overeenkomsten met particuliere handel en industrie, financiering van de coöperatie, zin en werking van de zeggenschap van de leden. Via deze cursus doet u meer kennis op over het doel en functioneren van de coöperatie. Zodoende kunt u mo gelijk uw coöperatielidmaatschap pen actiever invullen. Opzet cursus De cursus wordt gegeven in de pe riode januari/februari 1991 en omvat drie dagdelen, eventueel aangevuld met een excursie indien de cursisten te kennen geven daar prijs opx te stellen. De cursus zal in drie regio's worden gehouden, te weten voor Zeeuws-Vlaanderen op 31 januari, 7 februari en 14 februari 1991 van 9.00 tot 11.30 uur, voor Noord- en Midden-Zeeland op 5, 12 en 19 fe bruari 1991 van 9.00 tot 11.30 uur en voor de Zuidhollandse eilanden en West-Brabant eveneens op 5, 12 en 19 februari 1991 van 9.00 tot 11.30 uur. De plaatsen waar de cur sus wordt gehouden, zullen nader bekend gemaakt worden. De cursus wordt aangeboden door het Instituut voor Land- en Tuin bouw Kadervorming (ILKV). De uit voering geschiedt door mevrouw Y.G.A. Duit (medewerkster Nationa le Coöperatieve Raad voor de Land en Tuinbouw) en de heer C.J.M. van Bohemen (hoofd Coöperatiedienst NCB). De cursus is bedoeld voor alle boe ren en tuinders, vrouwen en jonge ren, die geïnteresseerd zijn in het belang en de werking van coöpe raties. De cursuskosten bedragen f 65,— per persoon. Aanmelden kan geschieden bij: de secretaris van het ILKV: de heer T. Elzinga, Grote Markt 28, 4461 AJ Goes. Nadere telefonische informatie al daar: 01100-21010. Op moderne landbouwtrekkers en werktuigen wordt hoe langer hoe meer gebruik gemaakt van electro- nische regelingen. Voor (aanstaan de) gebruikers van met electronica uitgeruste machines organiseert de Praktijkschool in Schoondijke in de wintermaanden een praktisch ge richte dagkursus. Hoewel er diverse merken en uit voeringen van electronische appara ten op trekkers en werktuigen voorkomen is de gebruikte huipap- paratuur, waardoor de computer van gegevens voorzien wordt, glo baal gelijk. Het komt wel eens voor dat met name in deze hulpappara- tuur, zoals bijvoorbeeld de bedra ding en sensoren kleine storingen optreden. Deze storingen zijn door de gebruiker zelf vaak gemakkelijk te verhélpen. Hierop is de dagkursus gericht. Om aan de kursusdag deel te ne men is het niet noodzakelijk dat men over kennis op het gebied van de electronica beschikt. Voor nadere inlichtingen en voor op gave voor deze en de andere moge lijkheden die de Praktijkschool biedt kan gebeld worden met de school. Het telefoonnummer is 01173-1551. De kring Noord-Beveland organi seert in samenwerking met de Ned. Bond van de Plattelandsvrouwen en. de Plattelandsjongeren een kursus "Bij bedrijfsopvolging hoort bedrijfs aanpassing". In deze kursus staat het aanpassen van het bedrijf cen traal. Het doel is de mogelijkheden te onderzoeken door middels het optimaliseren van de bedrijfsresulta ten de bedrijfswinst te verhogen. Ook het aantrekken van andere pro- duktietakken op basis van rentabili teit, afzet en inpassen in de huidige bedrijfsvoering worden behandeld. De bedrijfswinst staat gezien de huidige ontwikkelingen onder druk en moet worden gehandhaafd of zelfs verhoogd in verband met de bedrijfskontinuiteit. De kursus wordt gehouden op 28 januari, 4 en 11 februari 1991 van 19.30 tot 22.00 uur in Zeelandia te Colijnsplaat. De kosten bedragen f 10,— per persoon. U kunt zich op geven vóór 19 januari 1991 bij de navolgende personen: de heer D.G. de Kater, tel. 01107-1218, mevr. A. van Maldegem, tel. 01108-1229 en de heer C.T.A. v.d. Bilt, tel. 01199-385.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1991 | | pagina 6