Prisma meest gezaaid, Blenda in opkomst!
2§gflOODill
Rassenkeuze zomergerst 1990
Korte beschrijving van
de rassen
c
h
11
Vanwege de redelijke zaaiomstandigheden voor wintertarwe
in herfst 1989 is het areaal zomergerst in 1990 licht gedaald
tot ca. 11.000 ha. In 1989 was de oppervlakte zomergerst in
het Zuidwesten nog ca. 13.000 ha. Hoeveel zomergerst er in
1991 uitgezaaid zal worden is nu niet te zeggen. Wel is duide
lijk dat er dankzij het mooie najaarsweer in oktober veel win
tertarwe is uitgezaaid.
sen dan ook
aanmerking.
als eerste
in
Tabel 2: Waardering van enkele raseigenschappen
Overleg bij de rassenkeuze altijd
met uw afnemer in verband met de
afzetmogelijkheden.
ing. H.J.P. Koetsier
Bedrijfsdeskundige Akkerbouw
DLV Team Akkerbouw "Westmaas"
december 1990
Ras
Brouw
stro:
gevoelig
resistent tegen
geschiktheid
kwali
stevig
veer
voor
gele
meel
voor
teit
heid
kracht
doorwas
roest
dauw
dek vrucht
Prisma
8
7.5
6
7.5
7
5
7.5
Trumpf
8.5
8
6.5
7.5
7
4
8
Apex
6.5
6
6
6
7
7.5
6
Femina
7
8.5
6.5
7.5
4
7
8
Lenka
6.5
7.5
6
7
4
7
7.5
Blenheim
8.5
8
6.5
7.5
7
6
8
Magda
6.5
7
6.5
7
7.5
8
6.5
Hockey
6
6
5.5
6
6
7
Triangel
-
6
5
6.5
6
6
5.6
Een hoog cijfer duidt op een gunstige eigenschap
Meer informatie omtrent de genoemde rassen vindt u in de 66e Rassenlijst voor Landbouwgewassen 1991.
Tabel 1: Korrelopbrengst zomergerstrassen 1990 en het meerjarig gemiddelde in verhoudingsgetallen
Proefveld:
Westmaas
Rusthoeve
Steenbergen
Zuidwestelijk
Zaaidatum:
8 maart
8 maart
9 maart
zeeklei
Ras
I
II
I
II
II
Gem.'90
Gem.'85£90
Prisma
95
104
98
103
106
101
101
Trumpf
90
98
92
94
101
95
93
Apex
92
88
94
92
87
91
93
Femina
105
104
96
96
98
100
101
Lenka
106
107
104
102
106
105
105
Blenheim
103
109
99
103
104
104
100
Magda
105
105
104
103
102
104
103
Triangel
99
93
105
104
105
101
102
100 kg/ha
7380
7710
7100
7330
7280
7360
I zonder ziektebestrijding, II met ziektebestrijding.
Voor uitzaai van brouwgerst komen vooral de rassen Prisma en Blen- Rassenkeuze bij vroege konsumptie-aardappelen
heim in aanmerking.
Het jaar 1990 had een zeer vroeg
voorjaar. Het zaaien van gerst in
grond met een goede struktuur was
reeds mogelijk in februari, enkele te
lers zaaiden zelfs in januari. Door de
goede struktuur en het maken van
een te fijn zaaibed hadden sommige
percelen, na een paar hevige buien
in februari, last van een onregelma
tige opkomst. Tijdens het groeisei
zoen bleek het grote
compensatievermogen van gerst
het opbrengstverlies beperkt te
houden.
De opbrengst in het Zuidwesten
kwam in 1990 gemiddeld op onge
veer 5800 kg per ha.
Het ras Prisma werd in 1990 het
meest gezaaid. Daarnaast werden
enkele andere rassen geteeld, waar
van Blenheim als goede
nieuwkomer.
In 1990 hebben er in het Zuid
westen 3 rassenproeven zomergerst
gelegen, waarvan de uitkomsten in
tabel 1 zijn weergegeven.
ras als brouwgerst momenteel min
der gewenst. Heeft middelmatige
grondbedekking. Het stro is vrij kort
tot kort. Wordt vrij weinig door
meeldauw aangetast. Lijkt sterk
vatbaar voor gele roest. Rijpt vrij
laat tot laat. Heeft een grote korrel.
Lenka heeft gemiddeld zeer goede
opbrengsten gegeven. De brouw-
kwaliteit lijkt middelmatig tot vrij
goed. Heeft een middelmatige tot
vrij goede grondbedekking. Het stro
is vrij kort, vrij stevig tot stevig en
middelmatig veerkrachtig. Wordt vrij
weinig door meeldauw aangetast.
Lijkt sterk vatbaar voor gele roest.
Rijpt vrij laat tot laat. Heeft een gro
te korrel.
Blenheim geeft goede opbrengsten.
De brouwkwaliteit is goed tot zeer
goed. Heeft een middelmatige tot
matige grondbedekking. Het stro is
vrij kort en stevig. Wordt middelma
tig door meeldauw aangetast. Lijkt
vrij weinig tot weinig gevoelig voor
doorwas. Rijpt vrij laat tot laat.
In het Zuidwesten worden op ongeveer 1500 ha (dat is 4%
van de totale oppervlakte aardappelen) vroege konsumptie-
aardappelen geteeld. Deze teelt is hoofdzakelijk beperkt tot
enkele gebieden. Een belangrijke eigenschap bij de teelt van
vroege aardappelen is de konsumptiekwaliteit. Vooral in ver
band met de toenemende konkurrentie uit de ons omringende
landen gaat dit een steeds belangrijkere rol spelen.
geeft een vlotte, regelmatige op
komst, een snelle knolzetting, een
matige loofontwikkeling en al vroeg
een goede opbrengst.
Om dit te bereiken kan men het
pootgoed het best reeds vroeg in
het najaar in kiembakjes of een spe
ciale kiemzak doen en bewaren bij
een temperatuur van 6-8 °C. Zodra
Brouwgerst:
Prisma geeft goede opbrengsten.
De brouwkwaliteit is goed. Heeft
een middelmatige tot vrij goede
grondbedekking. Het stro is vrij kort
en vrij stevig tot stevig, de veer
kracht van het stro is middelmatig.
Prisma wordt vrij sterk door meel
dauw aangetast. Vrij weinig gevoe
lig voor doorwas. Rijpt vrij laat tot
laat. Heeft een grote korrel.
Trumpf geeft matige tot vrij goede
opbrengsten. Heeft een goede tot
zeer goede brouwkwaliteit. Heeft
een middelmatige grondbedekking.
Het stro is vrij kort en stevig. Wordt
vrij sterk door meeldauw aangetast.
Rijpt vrij laat. De korrel heeft een
goede sortering.
Apex geeft matige tot vrij goede op
brengsten. De brouwkwaliteit is
middelmatig tot vrij goed. Heeft een
goede grondbedekking. Het stro is
vrij lang, middelmatig tot vrij stevig
en middelmatig veerkrachtig. Wordt
vrij weinig tot weinig door meel
dauw aangetast. Rijpt vroeg, is mid
delmatig gevoelig voor doorwas.
Heeft een grote korrel.
Femina geeft goede opbrengsten.
Het stro is stevig tot zeer stevig. De
brouwkwaliteit is vrij goed. Door het
veelvuldig voorkomen van schim
melvorming tijdens de bewaring en
bij verwerking in de mouterij is dit
Magda geeft goede tot zeer goede
opbrengsten. De brouwkwaliteit lijkt
middelmatig tot vrij goed. Heeft een
goede grondbedekking. Het stro is
middellang en vrij stevig. Wordt
weinig door meeldauw en vrij wei
nig tot weinig door gele roest aan
getast. Rijpt vroeg af.
Voergerst:
Hockey geeft goede opbrengsten.
Het stro is gemiddeld van lengte,
middelmatig stevig en middelmatig
veerkrachtig. Wordt middelmatig
door meeldauw aangetast. Middel
matig tot matig gevoelig voor door
was. Rijpt vrij laat.
Triangel geeft goede opbrengsten.
Heeft een vrij goede tot goede
grondbedekking. Het stro is gemid
deld van lengte, middelmatig stevig
en tamelijk stug. Lijkt middelmatig
gevoelig voor meeldauw en middel
matig tot vrij weinig gevoelig voor
doorwas. Rijpt middentijds.
Brouwgerst advies: Zuidwesten
Prisma geeft goede opbrengsten.
Voor meeldauw is Prisma echter
wel vatbaarder gebleken. In de prak
tijk zijn in 1990 goede ervaringen
opgedaan met Blenheim. Blenheim
geeft goede opbrengsten en wordt
middelmatig aangetast door
meeldauw.
De brouwkwaliteit van Prisma en
Blenheim wordt door de mouterijen
zeer gewaardeerd. Qua afzet geven
deze rassen op dit punt geen proble
men. Voor uitzaai komen deze ras-
De meeste vroege rassen zijn nogal
vatbaar voor phytophthora in het
loof. Veelal ontsnappen ze echter
aan een ernstige aantasting door de
vroege oogst. Een beginaantasting
in deze rassen kan later in het sei
zoen wel van invloed zijn op het
ontstaan van een epidemie. Voor la
tere konsumptieteelt kan dit een be
dreiging vormen. De
weersomstandigheden moeten dus
goed in de gaten worden gehouden.
Enkele bespuitiKigen uitvoeren is
dan ook beslist aan te raden. Alleen
Maneb is veelal voldoende.
De opbrengst bij vroeg rooien is
voor de teelt een zeer belangrijke
eigenschap. Hoe vroeger gerooid
kan worden, des te hoger is vaak de
prijs en des te groter de keuze van
een eventueel nagewas.
Om hefbijzonder korte groeiseizoen
zo goed mogelijk te benutten, is
voorkiemen bij de teelt van vroege
konsumptie-aardappelen één van de
belangrijkste teeltmaatregelen. Im
mers verlenging van het groeisei
zoen is alleen maar mogelijk in het
voorjaar door te zorgen dat het ge
was eerder boven staat. Dit kan be
reikt worden door het realiseren van
goed ontwikkelde en afgeharde kie
men van 1 a 2 cm, waarbij de wor-
telaanleg reeds zichtbaar is.
Pootgoed met dergelijke kiemen
/2 cm lang zijn wordt
het pootgoed in dag- en kunstlicht
geplaatst om af te harden.
Bij open weer is later opslag buiten
voor een werkelijk goede afharding
heel goed mogelijk bij voorkeur op
wagens of pallets. Bij vorst kan het
dan snel weer binnen gereden wor
den. Voorkiemen volgens bo
venstaande geeft slechts enkele
ontwikkelde kiemen (topspruiten).
Om werkelijk vroeg te zijn, moet er
dus niet afgekiemd worden.
Korte beschrijving van de
rassen
Première. Is zeer vroeg en geeft een
hoge opbrengst. Konsumptiekwali
teit bij vroeg rooien vrij goed, is ook
geschikt voor frites. Kiem breekt ge
makkelijk af.
Doré. Vroeg ras met een matige op
brengst. Vanwege goede konsump
tiekwaliteit erg gewild.
Gloria. Is vroeg rijpend met goede
opbrengst. De konsumptiekwaliteit
is goed. Erg gevoelig voor rooibe-
schadiging.
Eersteling. Zeer vroege aardappel,
waarvan de konsumptiekwaliteit bij
vroeg gebruik goed is. De teelt van
dit ras is in het Zuidwesten beperkt.
In Noord-Holland wordt dit ras veel
verbouwd.
Fresco. Vroeg ras, waarvan de kon
sumptiekwaliteit bij vroeg gebruik
vrij goed is. Weinig gevoelig voor
rooibeschadiging.
Prior. Zeer vroege aardappel met
een vrij goede konsumptiekwaliteit
bij vroeg rooien. Ook geschikt voor
de verwerkende industrie.
Amazone. Vroege tot zeer vroege
aardappel met goede konsumptie
kwaliteit. Opbrengst bij vroeg rooien
goed, de sortering is middelmatig.
Berber. Vroeg ras, waarvan de kon
sumptiekwaliteit bij vroeg gebruik
middelmatig tot vrij goed en later
vrij goed is. Geeft bij vroeg rooien
hoge opbrengsten.
Nog niet op Rassenlijst:
Frieslander. Dit ras is nog in beproe
ving. Zeer vroeg ras met goede op
brengst. Konsumptiekwaliteit lijkt
goed.
L.N. Bax
DLV Goes
fpllilP
in het Zuidwesten wordt 1500 ha vroege aardappelen geteeld, vier
procent van het aardappelareaal. Een groot deel daarvan ligt op
Tholen.
Overzicht van enkele der belangrijkste raseigenschappen van vroege
konsumptie-aardappelen:
gj
c
22
w
V)
CD
A -
Première
A
A -
Doré
-
A -
Gloria
A
A -
Eersteling
-
A -
Fresco
A
A -
Prior
A
B -
Amazone
A
T -
Berber
A
Resistentie tegen
-o c
"O
'a>
-C
a
IS1 O
O) O
ro
_Q 0)
O. O
O
<D
85
9
9
95
8
9
85 8
8 95
9
75
75
9
9
95
3 E
i 5
0)
Oi O
cc
7
8
7
9
7
75
7
7
o
V)
qj
"O 2
co -Q
co a>
5 O)
o 2
o
7
85
75
8
7
65
8
65
o
-C c
a.-*
•t
a5
2 CO
03
-C
-C
O
>- CD
a.
to
*-C
6
5
8
7
4*
8
7
6
7
3
4*
4
8
6
7
7
5
5
5
6
7
8
6
6
V)
7
7
5
7
8
8
6
8
Bron: 66e beschrijvende Rassenlijst voor Landbouwgewassen 1991