Schoonrijden op de schaats Jan Wëssels schaatst geen scheve schaats Echtpaar Moerman-Dave/aar 'Het is een sport die je tot in lengte van dagen kunt beoefenen. Het schoonrijden op de schaats zit zo'n beetje tussen het kunstrijden en het hardrijden in'. Aldus het echtpaar Moerman-Dave/aar over deze gra cieuze tak van de schaatssport: het schoonrijden. Als zestigers begonnen de heer en mevrouw Moerman met het schoonrijden. Met kunstrijden had den ze wel enige ervaring, maar op kunstijs hadden ze nog nooit gereden. Inmiddels rijdt dit echtpaar uit het Utrechtse Baambrugge al zes jaar schoon en het gaat steeds beter. Een plakboek met foto's en krante knipsels, enige medailles, een schoonrijdersstok en een grote sporttas met inhoud illustreren hun enthousiaste verhalen. Vechtsebanen Door een artikel in de krant kwam het echtpaar Moerman op het idee om lid te worden van de Landelijke Vereniging van Schoonrijders (LVS). Een lidmaatschap bij de Utrechtse Kunstrijders Club (UKC) volgde en sindsdien zijn ze elke zaterdag tus sen half 12 en half 2 op de Vechtse banen in Utrecht te vinden. 'Wij rijden daar altijd op de binnen baan en hebben ook een tijdje les gehad', vertelt mevrouw Moerman. 'De buitenbaan is gereserveerd voor het hardrijden. Wij zijn dus geen wind gewend en dat valt wel eens tegen wanneer wij op buitenijs aan wedstrijden meedoen'. Gracieus Bij wedstrijden wordt gekeken naar het totale beeld, het soepel, ont spannen en gracieus rijden. Dat be treft dan het solorijden. Bij het paarrijden gelden in principe de zelfde regels. Er wordt daar vooral gekeken of de bewegingen gelijk en gelijkmatig worden uitgevoerd. Bij het paarrijden wordt er ook veel aan de stok gereden. 'Per jaar doen wij in ieder geval aan drie landelijke wedstrijden mee. De ze worden op de kunstijsbanen in Deventer, Alkmaar en Utrecht ge houden', meldt de heer Moerman. 'Er zijn drie categoriën: C voor be ginners, B voor gevorderden en A voor ervaren rijders. Voor ons is het nog steeds klasse C, maar zo gauw als we daar nummer 1 zijn, gaan we het in B proberen'. Tochten Sinds hun zoon het veehouderijbe drijf heeft overgenomen, wonen de heer en mevrouw Moerman aan de rand van het dorp. Recht tegenover Echtpaar Moerman: 'Schoonrijden is de gracieuze tak van de schaatssport. Je moet het gewoon mooi vinden' hun moderne bungalow ligt de plaatselijke ijsbaan, die in november reeds onder water werd gezet. Ver langend ziet het echtpaar Moerman uit naar vorst, want dan kunnen ze wat vaker de schaatsen onderbin den om aan wedstrijden en tochten mee te doen. 'Tochten rijden lukt heel goed met schoonrijschaatsen. De schoonrij- schaats is namelijk een soort ver korte noor, die wat rond geslepen is. Omdat alles op massaproduktie is afgestemd, is de schoonrijschaats uit de fabrieksmatige produktie ver dwenen. Gelukkig hebben we een particulier gevonden die ze nu met de hand voor ons maakt. Dankzij hem heeft onze schoonrijdersclub weer leden kunnen inschrijven, want via de vereniging kunnen ze hun schaatsen kopen'. 'Als je van schaatsen houdt kun je het schoonrijden lang volhouden. Het is helemaal niet vermoeiend, als je het maar de juiste houding aan neemt. Het is echter een sport waar weinig publiek voor komt kijken, want er zit geen spanning in. Je moet het gewoon - net als wij - mooi vinden', aldus het schaatsende echtpaar Moerman. Dilia van Dijk Jan concentreert zich op de wedstrijd. Met een gespannen en gecon centreerd gezicht staart Jan Wessels over de ijsbaan Thialf in Heerenveen. Over enkele minu ten begint de marathon over 150 ronden. Jan heeft geen hoop op een overwinning. Hij is pas ge opereerd aan zijn voet, maar denkt toch de 60 km vol te ma ken. Jan Wessels (39), van be roep melkveehouder en woonachtig in het Overijsselse Markelo, heeft als hobby mara thonschaatser Jan en Giny Wessels hebben drie kinderen, Anita, Arne en Werner. Het melkveebedrijf met 75 melk koeien en ongeveer 35 stuks mestvee is 38 hektare groot. Mede dankzij de maatschap met zijn vader, kan Jan genoeg tijd besteden aan zijn sport. "Als ik een wedstrijd heb dan melken vader en moeder", vertelt Jan. Giny, zelf ook fanatiek schaatster geweest, is nu te vin den op de tribune als Jan zijn rondjes maakt. Jeugd De aanleg voor het schaatsen is al op de lagere school naar voren gekomen. Jan had toen nog de oude schaatsen van zijn vader. Zodra het kon was Jan te vinden op het ondergelopen weiland achter de boerderij. Velen van u zullen dat ook nog wel eens ge daan hebben. "Als de ijsbaan open ging, was ik daar meestal wel te vinden", herinnert Jan zich. In de beginjaren wisselden de sporten elkaar af. Jan schaatste, voetbalde en deed mee aan wie lerronden. Uiteindelijk koos hij toen voor de schaatssport. Ge traind door Ab Garritsen kreeg Jan een plaats in de selektie Gel derland/Overijssel en deed hij mee aan de lange baan wedstrij den. Jan schaatst in de A-klasse, de hoogste klasse van het Mara thonschaatser Toen hij in deze klasse kwam was hij de jongste. Trainen Om op het hoogste niveau mee te kunnen draaien moe je twee belangrijke dingen doen volgens Jan: "Veel trainen en veel rusten is belangrijk. Daar moet je je tijd voor nemen". Vroeger trainde Jan met een vaste groep en een vaste trainer. Nu doet hij het zelf. Dat is wat makkelijker omdat hij zo zijn eigen tijd kan indelen. Maar natuurlijk is het niet zo ge makkelijk als je een veebedrijf hebt. "Vooral de rust schiet er wel es bij in", vertelt Jan. "Als boer wil ik alles op het bedrijf aan kant hebben, voordat ik naar een wedstrijd ga". Jan vindt dan ook dat het voor de boeren steeds moeilijker wordt om mee te doen. "De marathonsport wordt steeds professioneler, denk maar aan de medische be geleiding", waarbij Jan doelt op de verzuring die in de beenspie ren ontstaat, de zogenaamde "papbenen". Voorbereiding Jan eet wat de pot schaf. Alleen voor extra lange wedstrijden, zo als de elfstedentocht, gebruikt hij speciale sportvoeding. "Vroe ger dacht iedereen dat ik veel jam at", vertelt Jan lachend. "Dat spul heette namelijk Cham". Dat het belangrijk is goed te eten weet Jan maar al te goed. "Ik ben wel eens helemaal leeg geweest. Dat kwam omdat ik toen in plaats van sportvoe ding, een dorstlesser tijdens de wedstrijd dronk en daar zit hele maal geen energie in". Vlak voor een wedstrijd loopt Jan zich warm langs de baan en rekt hij zijn spieren op. Nadat zijn schaatsen gekontroleerd zijn mag hij de baan op. "De schaat sen moeten een afgerond eind hebben", vertelt Jan. "Anders is het veel te gevaarlijk. Je hebt een paar messen onder je voeten". De wedstrijd Tijdens de wedstrijd in Heeren veen gaat Jan in het begin even voorop schaatsen. "Voor je fo to", vertelt hij na afloop lachend. Samen met Dries van Wijhe (Dolle Dries) behoort Jan tot de "veteranen" van het gezelschap. Een overwinning zal er voor Jan wel niet inzitten. Nu de jonge ge neratie met een uitstekende techniek meeschaatst, hebben de oudere sterke natuurschaat- sers minder kans. "Als het ijs ka pot gaat na zo'n 90 ronden, dan heb je veel aan een goede tech niek omdat dat minder kracht kost", aldus Jan, die zelf meer een doordouwer is en zich zelf kan afbeulen. Toch schaatst Jan samen met Dolle Dries een goe de wedstrijd in Heerenveen. Dol le Dries gaat er zelfs op het eind nog even vandoor. "Dat doet hij speciaal voor het publiek", ver telt Jan. "Het is prachtig om te zien hoe hij kan blijven aanvallen. Jan kon tevreden op de wed strijd terugzien. Zijn geblesseer de voet had hem niet gehinderd bij het schaatsen. Jan heeft een mooie schaatscar- rière achter de rug en zal nog wel een tijdje meedraaien. Hij werd al een keer 17de en 27ste bij de Elfstedentocht en 2e, 4e en 9e in de Oldambtrit. "Winnen zal ik wel nooit, maar voor 100% meedoen is fantastisch". Jan Wessels nummer 97, let u eens op hem als u naar het marathon- schaatsen kijkt. Willem Dijkema

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1990 | | pagina 33