"GATT", het begin van het einde?
Historisch en karakteristiek
vanuit de Z.L.M. gezien
Zekerheid in onzekere tijd
zuidelijke landbouw maatschappij
Praatje voor de vaak
Liever geen dan slecht accoord
Tenslotte
"7 t oo
r vestal Bi.ior^
VRIJDAG 12 OKTOBER 1990
78e JAARGANG NO. 4041
land- en
tuinbouwblad
Hoe moeilijk het ook is om ze in stand te houden, toch zijn er gelukkig nog oude boerderijen,
die de herinneringen aan het boerenleven van vroeger levend houden en zo karakteristiek zijn
voor het landschap. Vanuit historisch en landschappelijk oogpunt verdienen monumentale
boerderijen het om bewaard te blijven. Daarom is het goed dat er een Boerderijenstichting
Zeeland is, dat er voor de kinderen een boek en bouwplaat over de boerderij Land- Zee
zicht in de winkels ligt en dat er een herdruk van het prachtige boekwerk Oude boerderijen
in Zeelandis verschenen. Uit dit boek is bovenstaande foto van de boerderij "Nooitge-
dacht" te St. Annaland genomen.
De enkele paardehaar waaraan het zwaard van Damocles bo
ven de Europese en Nederlandse boerenhoofden hangt staat
op breken. De in 1988 ingezette onderhandelingen over ver
gaande aanpassingen van de "Internationale Overeenkomst
inzake tarieven en handel" (de zogenaamde GATT-Urugay-
ronde) zijn in een slotfase gekomen. Uiterlijk volgende week
moeten volgens het voorliggende schema de EG-
standpunten betreffende de "Landbouwparagraaf" in Genè-
ve ingediend worden. In december a.s. zal definitieve besluit
vorming plaats moeten vinden over het totale (meerdere
sectoren betreffende) pakket van voorstellen. Overeenstem
ming over de totstandkoming van een wereldomvattende (bij
na) totale vrijhandel in landbouwprodukten wordt door een
aantal dominante onderhandelingspartners bepalend geacht
voor het "welslagen" van deze GATT-ronde. Indien aan die
doelstelling niet voldaan wordt, dan kunnen er ook geen af
spraken gemaakt worden over industriële handelsstromen en
andere zaken, zo wordt met name vanuit de Verenigde Staten
van Amerika gesteld.
De VS hebben ingezet op vermindering van de steun voor de
(tot nu toe) nationaal beschermde landbouwprijzen en -
markten met minimaal 70% in 1996. Als referentiejaar wordt
1986 gehanteerd. De Europese Commissie hanteert voorals
nog een verminderingspercentage van 30%. Dat wil zeggen
30% voor de "zware marktordeningsprodukten", waaronder
granen, suiker, eiwithoudende gewassen, zuivel en rund
vlees, maar voor een aantal andere (vooral voor de zuidelijke
lidstaten van belang zijnde) produkten zoals wijn, fruit en ta
bak wordt gemikt op -10%. In de EG-ministerraad overigens
was jl. maandag over een en ander nog geen overeenstem
ming bereikt. De meeste lidstaten wilden (veel) minder ver
gaan. Groot-Brittannië, Denemarken en Nederland on
dersteunden wèl de commissie voorstellen.
Op welk niveau men (en óf men) in GATT-verband uiteindelijk
een eventueel accoord zal kunnen bereiken is momenteel nog
een vraag. Ook is nog onduidelijk hoe en in welke mate de
door de steunvermindering te effectueren EG-(markt)prijsda-
lingen voor landbouwprodukten zich zullen verhouden tot de
genoemde afbraakpercentages. Rekening houdend met de
binnen de EG sinds '86 reeds bewerkstelligde maatregelen en
prijsdalingen en speculerend op een hoger wereldmarktprijs
niveau "voorspelt" de Nederlandse minister van landbouw
dat het "30%-voorstel" slechts 11/2% effectieve prijsverla
ging per jaar tot gevolg zal hebben.
Wij kwalificeren deze opmerking van de heer Bukman als een
"praatje voor de vaak". Het is namelijk volstrekt duidelijk dat
de prijsdalingseffecten voor de Europese akkerbouw en zui
vel veel rigoureuzer kunnen en ook zullen zijn. De GATT-
liberalisatiedoelstelling betekent immers dat gestreefd wordt
naar een wereldmarktprijsniveau. En die wereldmarkt is een
overschottenmarkt, een dumpmarkt, waarbij de weggeefprij-
zen geen enkele relatie hebben met de reële produktiekosten,
waar dan ook ter wereld. Voor de akkerbouwbulkprodukten
(granen, suiker, peulvruchten etc.) zal één en ander beteke
nen dat de door de EG sinds 1984 ingezette desastreuze
prijsdalingen van 4 a 5% per jaar onverkort gecontinueerd
zullen worden. Ook de zuivelsector, waar weliswaar het prijs
dalingsmechanisme door de EG tot nu toe nog niet is toege
past, maar waar wel een streng produktiebeheersingsregime
ingevoerd is, zal met prijsdalingen in dezelfde orde van groot
te rekening moeten houden.
"Liever een voor de landbouw slecht GATT-accoord dan géén
accoord". Dat is het standpunt van de Nederlandse regering.
Ook het Landbouwschap huldigt (met wat nuance-verschil)
deze gedachte. Het vermeende voordeel van wereldhandelsli-
Schadeverzekeringen worden afgesloten ter bescherming
van iemands vermogen. Juist voor mensen die niet ver
mogend zijn is goed verzekeren erg belangrijk. Wanneer
de tijden zeker zijn (genoeg werk, goed inkomen, goed
gezond) zijn wij bereid wat makkelijker risiko's te aan
vaarden. Er wordt dan minder verzekerd, een hoger ei
gen risiko wordt wat gemakkelijker geaccepteerd. In on
zekere tijden, bij oorlogsdreigingen, dalende effekten-
beurzen, afnemende bedrijfswinsten, kans op meer
werkloosheid wordt goed verzekeren weer belangrijker.
Niet verstandig
Vaak zien wij dan toch dat te lang gewacht wordt. Bij
minder rooskleurige verwachtingen worden mensen pes
simistisch. Men ziet op tegen de premie en houdt het geld
liever in de zak. Begrijpelijk, maar verstandig is het niet
altijd. Uw totale verzekeringspakket moet u dan juist
kritisch bekijken. Wat is overbodig? Wat kan minder?
Wat heb ik écht nodig aan verzekeringen om niet in de
problemen te komen? Vergelijk de premies die u aan an
dere verzekeraars betaalt eens met die van Verzekeringen
ZLM. In bijna alle gevallen zijn wij aanzienlijk goedko
per. De tweede stap is het vergelijken van de voorwaar
den. Dit is vaak ingewikkeld, om niet te zeggen zéér inge
wikkeld. Onze adviseurs helpen u daar graag bij. U zult
verrast zijn hoe uitgebreid onze polisvoorwaarden zijn
en hoe voordelig het is om bij uw eigen onderlinge verze
kerd te zijn.
In onzekere tijd zorgt Verzekeringen ZLM voor méér ze
kerheid. Goed om te weten, nog beter er gebruik van te
maken.
H. Doeieman Hzn
P.S. Onze tarieven voor partikuliere verzekeringen vindt
u op pagina 6
beralisatie ten gunste van de exportbelangen van de Neder
landse tuinbouw en intensieve veehouderij ligt aan die
stellingname ten grondslag. Daarentegen zal echter concreti
sering van de GATT-doelstellingen rampzalige gevolgen kun
nen hebben voor de Nederlandse akkerbouw en
melkveehouderij. Voor de akkerbouw in directe zin en voor de
melkveehouderij op wat langere termijn. Het reeds ingezette
Brusselse en Haagse beleid dat de economische voort-
bestaansmogelijkheid van complete landbouwsectoren
reeds op het spel zet, zal door uitvoering van het liberalisatie
dogma namelijk nog verder structureel versterkt worden. We
hebben dat vanuit de ZLM de laatste jaren reeds bij herhaling
betoogd. Daarom hopen we vurig (en er rest ons nu nog wei
nig anders) dat de GATT-onderhandelingen wèl mislukken.
Liever géén accoord, dan een slecht accoord!
- Vergeleken met de algemene (industrieel-) en economische
principes functioneert de landbouweconomie volgens totaal
andere wetmatigheden.
- In de moderne geschiedenis is rendabele landbouwproduk-
tie immer afhankelijk geweest van een per staat of econo
misch blok gereguleerd markt- en prijsbeleid. Er is geen land
ter wereld, dat niet op een of andere wijze intern zijn land
bouw steunt.
- De prijzen van Europese landbouwprodukten als grondstof
voor het voedselpakket en voor de industrie zijn vandaag de
dag relatief 50% lager dan enige tientallen jaren geleden.
- De prijs van een brood is in diezelfde periode wel met 300%
gestegen maar de tarweprijs per saldo met 0%. De Neder
landse akkerbouwer "ontvangt" momenteel gemiddeld niet
meer dan f 4.000,- directe en indirecte EG-steun.
- Voor een Amerikaanse boer is dat een veelvoud van voor
noemd bedrag.
- De EG dreigt haar landbouwbelangen aan de USA te ver
kwanselen in ruil voor industriële en andere handelsbelangen.
- Behoudens het feit dat de Nederlandse overheid aan de
hand van meneer Bush en mevrouw Thatcher vóóraan
wenst te lopen met betrekking tot de GATT-doelstellingen,
wordt de land- en tuinbouw in ons land tegelijkertijd ook nog
eens geconfronteerd (met de binnen de EG) verhoudingsge
wijs onevenredige en extreme milieu-eisen.
Als we deze en andere concrete feiten mede in aanmerking
nemen, dan kunnen we niet anders dan gewag maken van
onze gevoelens van frustratie, onmacht en onbegrip ten op
zichte van de klaarblijkelijke meningsvorming van overheid,
politiek en publieke opinie.
van der Maas