uit de praktijk Over de boer, zonder de boer Opbrengsten om te kuilen Met man en macht Drukke tijden voor aardappelteler ROIMDDE Mest: vroeger te weinig, nu te veel! De drukte met de rooiwerkzaamhe- den in onze WESTHOEK is in volle gang. Het gaat prima, de grond werkt goed en tot op heden weinig grond tussen de aardappelen. Wei eens horen zeggen: een droge zomer is voor de grond net zo goed als ma tige of geen vorst. Dit gaat van 't jaar wel op. Waren er tijdens het poten nogal wat kluiten in de ruggen aanwezig, nu gaan ze prima uit elkaar door eerst indroging en daarna regen. Niet te veel natuurlijk, maar we zijn er dan vooral op de zwaardere gronden blij mee. De opbrengsten, de kg dus, zijn matig tot zeer goed. Het op brengend vermogen van de grond met zo'n droge zomer is nogal ver schillend. Hopelijk verloopt alles net zoals bij de granen, met niet te veel extra kosten. De uien zijn meestal ook naar de op slagruimten gebracht. De methode klappen-rooien-opladen is veel toe gepast in onze streek, 't Gaf er ook de gelegenheid toe, met een prima kwaliteit. Maar de geldelijke op brengsten tof op heden van de aard appelen en de uien zijn om te huilen. En dat terwijl er niet veel perspektief is. Gelukkig is ook die man van het produktschap geen helderziende. In de regio's waar de bietenfabrie- ken staan is al weer volop bedrijvig heid. Al met al weer een signaal dat we toch aan ons laatste gewas van 1990 zijn begonnen. De dagen wor den ook al korter en dan gaat het al lemaal naar het lijkt veel sneller. Nog even en de eerste percelen voor de inzaai van wintertarwe worden weer geploegd en gezaaid. Welke rassen kunnen de meeste kg geven voor een markt, die naar men be weert al oververzadigd is, althans in de foodsektor? Al deze zaken ko men steeds weer aan de orde. Veran deren doet er tot nog toe niets, 't Kan ook niet anders. De Haagse po litiek iets volgend (of niet te volgen) hebben ze het daar zo druk, dat nie mand er meer iets van begrijpt. Ver antwoordelijk zijn voor de gewone man (of vrouw) is er niet meer bij. We hebben tijdens de akties het mi nisterie wel eens gezien. Een groot gebouw met veel mensen er in, den kelijk met goede salarissen. Maar er schijnen er te zijn die niet alles tegen elkaar zeggen. Vandaar die moeilij ke problemen waar Braks voor op het matje moest komen. Net de mestlucht opgeklaard en nu die vis. 't Valt ook niet mee het ieder naar de zin te maken. O ja, is er nu echt mest te veel? Worden er geen dure en naar nu blijkt geen goede oplossingen ge zocht? Gezien de grote vraag in onze gebieden, zou het dan niet beter zijn voor opslag (is al wat aanwezig) en vervoer te zorgen! Is dat niet goed koper? Daar komt nog bij dat niet direkt geleverd kan worden, 't Is op en tekort, waarom dan praten over overschot? Er moet zeker nog wat extra's aan verdiend worden. Afgelopen week in ons ZLM-blad gelezen, dat we de jongeren meer bij het organisatiewerk moeten betrek ken. Hebben ze er echter nog wel trek in, gezien alles wat er rondom gebeurt? Ze staan heus niet te jui chen vanwege het totale landbouw- gebeuren. En de tendens is zo dat de gene die in staat is zelf de zaak op orde te houden geen tijd beschikbaar heeft voor anderen om zo ze zelf zeggen, ondankbaar bezig te zijn. Het is wel jammer dat er zo gerea geerd wordt maar op de foto van het DB op werkbezoek in Kring Altena- Biesbosch is ook geen jongere te zien. Zou hier in het bestuur niet wat ruimte voor moeten komen. Niet voor één, maar voor meerdere! Bij dit schrijven zo rond half sep tember, gaan de oogstwerkzaamhe- den op SCHOUWEN- DUIVELAND gestaag verder. Het weer is uitstekend, de grond is vol doende vochtig en bij goed afgestel de machines kan men optimaal werk leveren. Een groot gedeelte van de uien is on der goede omstandigheden binnen gehaald en men is begonnen met de aardappeloogst; echter nog maar zeer sporadisch. Zo was de CTV zaterdag al om 12 uur gesloten. Ik denk dat zeer velen zich in het mooie weer vergissen, want bedenk wel dat er ander weer op komst is. Soms kan men in één dag met goed weer meer werk verrichten dan in twee weken met slecht weer. De opbrengsten van de aardappels en uien zijn zeer ver schillend en variëren van meer dan 60 ton/ha tot minder dan 30 ton/ha. Gemiddeld zullen we niet veel boven de 40 ton/ha afleverbaar produkt uitkomen. De droogte heeft plaatse lijk wel z'n tol geëist, vandaar de grote verschillen. Ondanks dat een gewas als theunis- bloemen een moeilijk gewas is (on kruid moeilijk te bestrijden) liggen er nog al wat percelen op het eiland. Zo ziet men dat de tijd terugkeert, er zijn regelmatig drie graanbinders aan het werk om de Theunisbloemen te maaien. Het probleem is echter dat, wanneer er iets kapot gaat, er geen onderdelen meer zijn te krij gen. De meeste machines zijn meer dan 40 jaar oud. De tijd keert terug: graanbinders op land, boeren op de knieën (zoals onze voorzitter dat wil, een zgn. tuindersmentaliteit) nu voor een uurloon van 1,straks voor 0,50. Bij 80 uur per week te werken kan men net nog brood ko pen; het beleg moet men maar vergeten. Men is nog steeds druk bezig met de Gatt-onderhandelingen. Europese parlementariërs zijn druk bezig de landbouwbelangen in te ruilen voor de industrie. Dit zal voor de Neder landse landbouw tot gevolg hebben dat de inkomens van de agrarische bevolking nog veel meer onder druk komen te staan. Ook de veehouderij zal dit aan den lijve ondervinden. Andere gevolgen zullen zijn: le. Europa zal afhankelijk worden voor z'n voedselvoorziening van an dere landen. 2e. Het Nederlandse gezinsbedrijf zal voor 100% verdwijnen ten gun ste van enkele zeer grote landbouw bedrijven. 3e. Het platteland zal verpauperen en het landschap zal niet meer on derhouden worden. 4e. Door te kiezen voor dit beleid zal het de gehele EG veel geld gaan kosten. De VS zal als lachende derde toekij ken, zijn boeren stiekem steunen en zo proberen de gehele agrarische markt in handen te krijgen. Want ook in de VS zit de boer niet op ro zen; er zijn zeer veel grote bedrijven (600-1000 ha) die ook ver onder de kostprijs moeten produceren. En wanneer de Nederlandse boer tegen deze bedrijven moet konkurreren kunnen we het wel vergeten. Onze kostprijs is en zal veel te hoog blij ven. Verder wordt er over de rug van de boer onderhandeld. Wat de ver schillende resultaten van de betref fende onderhandelingen voor de in komenssituatie van de boer zullen zijn, is blijkbaar niet interessant. Er wordt totaal niet over gepraat. De heren De Zeeuw, Bukman, Van Agt, zullen het wel even regelen, wat zeer gemakkelijk is als het over ander mans portemonnee gaat. De tijd lijkt te hebben stilgestaan op Schouwen-Duiveland. Nog regelma tig doen hier drie oude graanmaaiers dienst voor het maaien van theunis bloemen. De machines zijn tussen de 40 en 50 jaar oud en leveren nog uit stekend werk. Probleem is wel dat er geen nieuwe onderdelen meer te krij gen zijn. Op de foto de heer W. Bo- lijn op een van de 'overjarige'graan maaiers. Naar het zich laat aanzien hebben we de zomer van 1990 nu definitief achter ons. Het is najaar in WEST ZEEUWS-VLAANDEREN. Veel blad was er reeds gevallen als gevolg van de droogte, de rest zal spoedig volgen. De eerste storm is in het vooruitzicht gesteld. De fruittelers zullen daar niet blij mee zijn. Met man en macht wordt de fruitoogst binnengehaald. Mede door de snelle afrijping was er hier en daar gebrek aan mankracht. Ge lukkig is de schade van de nacht vorst in ons gewest meegevallen. Ook de prijzen vallen mee. Uiter aard zou ook in deze tak elk jaar goed gedraaid moeten worden want de benodigde investeringen liegen er niet om vooraleer men een levens- vatbaarbedrijf op poten heeft. De tijd voor de snijmaisoogst is ook aangebroken. De wintervoorraad kan daarmee nog wat aangevuld worden. Veel veehouders hebben de ze voorraad al moeten aanspreken wegens de kaalgevreten weiden. Aardappeltijd in WEST ZUID- BEVELAND. Elke aardappelteler is er mee bezig. In 't veld of in de schuur. Het rooien geeft geen enkel probleem, het gaat ongekend mooi. Doch in de schuur kunnen dit jaar zeker problemen zijn. Ontkiemde aardappelen in de cel di rekt na inschuren is de schrik van el ke lang bewaarder. We zullen dan ook alles in 't werk moeten stellen om de kieming tot stilstand te bren gen. Wat de opbrengst betreft, kan gesteld worden, dat er mee- en te genvallers zijn. Het is eigenlijk net als met de tarwe-oogst: percelen waar je 't van verwacht vallen tegen en percelen die aan de buitenkant minder zijn vallen erg mee. Wat de prijs betreft zijn we minder blij! Als je hoort dat er nu telers zijn die hun aardappelen met verlies verkopen. Dan vraag je je toch wel af waar zijn we mee bezig. Een verkoopstaking zou toch een oplossing kunnen zijn. Of anders niet telen zonder vooraf een winstgevende prijs te bedingen! Ik kan me niet aan de indruk ont trekken dat vele telers zich neerleg gen bij hetgeen de handelshuizen bieden! Met al dit - tot voor kort - mooie droge weer vorderen de werkzaam heden in een vlot tempo. Op de zwaardere gronden is al veel op win terland geploegd. Dit ploegen valt niet overal mee; het is eigenlijk te droog. De laat gezaaide groenbe- mesters zijn na de laatste regen ont kiemd en hebben de grond te pakken. Veel mest is weer uitgereden. Erg jammer is, dat menig landbouwer zich niet aan de onderwerkplicht houdt. Het moet toch als akkerbou wer mogelijk zijn dit direkt in te werken! Als we tenminste de mest willen blijven gebruiken (voor onze overproduktie) en als agrariër tussen onze medemens kunnen bestaan Toch blijven de voerprijzen laag, zo wel kracht- als ruwvor is bijzonder goedkoop. Helaas is dat ook het ge val met het slachtvee. Stieren van prima kwaliteit brengen een belache lijk lage prijs op. Een vervelende sa menloop van omstandigheden op in ternationaal nivo zorgt voor een vleesoverschot. Daar is niet veel aan te doen, maar met name de Oost- duitse importen zijn een rechtstreeks gevolg van politieke beslissingen. De Europese Kommissie heeft de gevol gen onderschat, heet het officieel. Waarschijnlijk is er bewust gewerkt aan de oplossing van Oostduitse problemen door wat Oostduitse landbouwprodukten naar het Wes ten te laten lekken. Aan die dumping zal misschien wel een einde komen; zeker is dat er een groot produktie- gebied in de EG is bijgekomen maar de vijf miljoen voorlopig arme Oost duitsers zullen weinig extra vraag veroorzaken. Dat zal niet alleen in de veehouderij meespelen maar in de totale landbouw. De oogst van de rooigewassen is ook op gang gekomen. De uien zijn in een rekordtempo binnengereden. Een matig tot slechte opbrengst en werkbaar weer hebben dit werk ver sheid. Helaas zal mede door het plantuien fiasco niet iedereen zonder kleerscheuren uit de strijd komen. De aardappels komen gestaag de grond uit. Door het voortijdig af sterven van veel percelen is er een spreiding in oogsttijdstip ontstaan. Loonwerkers en ontvangende be drijven hebben nog niet op topkwa liteit moeten draaien. De minister heeft weer eens overuren moeten maken om zijn hachje te redden. Zijn kleinste sektor, de vis serij, brengt hem nogal eens moei lijkheden. Zoals het er nu uitziet zal hij het weer redden en kan hij bin nenkort zijn begroting verdedigen. Door het gegoochel met cijfers, het ingrijpen van Lubbers en de schep zand die deze kwestie moet toedek ken, neemt het vertrouwen in de po litiek nog verder af. Ruim twee eeuwen geleden ver kommerden tienduizenden hecta res, met name zandgronden, door een mesttekort en was de mest goud voor de boer. Nu zijn door de overheid, provincies en gemeenten maatregelen getroffen om aan de vervuiling t.g.v. het mestoverschot het hoofd te kun nen bieden. Zo kan een en ander verkeren! De meest algemene vorm van mest was tot voor kort de vaste mest van rundvee, paarden, schapen en kippen vermengd met stro. De gier werd meestal in gierkolk verdund met regen- en spoelwater en gedeeltelijk omge zet in ammoniak. Door vergaan de mechanisatie en een andere opzet van de stallen is de laatste tijd het mengsel van urine en mest (drijfmest) sterk in omvang toegenomen. Tot begin vijftiger jaren kon elke veehouder de door zijn bedrijf geproduceerde mest Wel kwijt op zijn eigen grond. Door intensive ring van de veehouderij nam de mestproduktie sterk toe. Het ge vaar van overbemesting drong eerst nauwelijks door bij de bur gerij en onze landsbestuurders. Pas begin zeventiger jaren kwa men uit de hoek van diverse mi lieubewegingen en drinkwaterbe drijven de eerste signalen dat we zo niet langer konden blijven doorgaan. Alhoewel een toene mende maisteelt een zwaardere bemesting zelfs wenselijk maak te, konden de overschotten aan sterk ammoniak- en koperhou- dende mest niet meer worden weggewerkt langs de reguliere kanalen. Door het ongelimiteerd dumpen van mest, met name in Oost- en Zuid-Nederland, werd door uit- en afspoeling het grond- en oppervlaktewater sterk verontreinigd. Daarnaast veroor zaakt het uitrijden van de mest veel stankoverlast voor de omge ving. Diverse onderzoeken naar de 'zure regen' wezen dan ook al snel naar de richting van onze landbouw als een van de grootste boosdoeners. Onze landbouwminister G. Braks liet daarop de Landelijke Raad voor de Bedrijfsontwikke ling alle mogelijkheden onder zoeken om het mestprobleem aan te kunnen pakken. Er werd o.a. inzicht verkregen in de mestpro duktie per regio en de maximale opnamekapaciteit van de ter plaatse aanwezige kultuurgron- den. Al heel snel werd duidelijk dat het probleem alleen maar door een politieke benadering kon worden opgelost, nl. de ver vuiler lost zijn eigen vervui lingsprobleem op en betaalt voor zijn oplossing zelf de kosten. Inmiddels zijn al diverse oplos singen en wetten aangedragen, maar deze zijn in het grote geheel nog niet meer dan een symp toombestrijding. Daartoe is tijd en zijn ingrijpende en vooral du re maatregelen nodig. Echter zo lang de verhouding tussen onze lonen en landbouwprijzen niet drastisch veranderen zal het be mestingsoverschot ondanks aller lei nieuwe wetten nog lang een probleem voor onze totale sa menleving blijven. Vrijdag 21 september 1990

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1990 | | pagina 6