Dooie mus
Een ernstig ongeval...
vanuit de Z.L.M. gezien
zuidelijke landbouw maatschappij
Helft van de helft
VRIJDAG 17 AUGUSTUS 1990
78e JAARGANG NO. 4033
land- en
tuinbouwblad
Vorige maand heeft een groep Zuidwestelijke fruittelers met hun partners een tiendaags bezoek gebracht aan
Polen, als uitvloeisel van een uitwisselingsovereenkomst tussen de ZLM en de Poolse Staatscentrale voor tuin
bouw. In het kader hiervan had de ZLM vorig jaar ca. veertig Poolse fruittelers te gast. De Nederlandse gasten
hebben - zonder uitzondering - in het 'Oostblokland' een onvergetelijke tijd doorgemaakt. De goede sfeer in
de groep en de enorme Poolse gastvrijheid hebben hier in belangrijke mate aan bijgedragen. Enkele 'Polen-
gangers' hebben hun reiservaringen schriftelijk verwoord, pag. 9, 12 en 13.
Ten tijde van - en direct na - de akkerbouwacties zijn door de
Nederlandse regering en het parlement toezeggingen ge
daan. Die toezeggingen hadden overwegend betrekking op
een effectievere en ruimere invulling van bestaande en nog
aan te kondigen steun- en stimuleringsregelingen. Regelin
gen die de sector meer tijd en adem voor aanpassing en om
schakeling moesten geven. Met veel bombarie maakten Lub-
bers/Braks c.s. gewag van de vele extra miljoenen die daar
door aan de akkerbouw ten goede zouden komen.
Niet alleen hier (op deze pagina), maar ook en vooral in en
naar Den Haag, hebben wij reeds bij herhaling betoogd, dat
we de betreffende beloftes en aankondigingen van de over
heid vanuit de praktijk vooralsnog en helaas moeten interpre
teren als voornamelijk "gebakken lucht" en "gegoochel met
sigaren uit eigen doos".
Centraal, afgelopen voorjaar, stond de eis voor compensatie
van de drastische inkomensdalingen ten gevolge van de ne
gatieve Brusselse prijsspiraal en het daarmee samenhangen
de verdringingseffect. Bedoeld werd een zo direct mogelijke
compensatie middels hectare-toeslagen en/of nationale
lasten- en kostenverlichting voor alle akkerbouwers. (Dus
naast en apart gezien van de uiteraard ook gewenste struc-
tuursverbeteringsmaatregelen).
Voor specifiek op de sector gerichte breedwerkende lasten
en kostenverlichting bleek geen politieke wil aanwezig. Wèl
werd in het zogenoemde maart-overleg toegezegd, dat ge
tracht zou worden de daartoe beschikbare EG-
inkomenssteunregeling zodanig in te vullen dat het gros van
de Nederlandse akkerbouwers er gebruik van zou kunnen
maken. Zowel vanuit de overheid als binnen kringen van het
Landbouwschap waren er N.B. zelfs zegslieden die beweer
den dat deze "oplossing" (ook op termijn) een structurele
bijdrage aan de voortbestaansmogelijkheid van zoveel moge
lijk bedrijfsgenoten zou kunnen leveren. De boeren zouden
(zoals in de Verenigde Staten middels de "Deficiency Pay
ments" al het geval is) alleen nog moeten wennen aan het
feit dat hun inkomen meer sociaal dan door de markt bepaald
zou worden!
Onzerzijds hebben we destijds scherp stelling genomen te
gen deze vorm van boerenbedrog. De Brusselse inko
menssteun is immers vooral bedoeld voor de Zuidelijke
lidstaten. Een globale steekproef gaf dan ook aan dat op ba
sis van de te hanteren normen en criteria in de Nederlandse
situatie slechts een kleine minderheid van de akkerbouwers
van de regeling gebruik zou kunnen maken. Nu één en ander,
na goedkeuring in Brussel, vorige week eindelijk van kracht
geworden is, blijken de ontoegankelijkheid en beperkingen
voor deelname echter nog veel groter te zijn, dan we toen
voorspelden, (zie ook SEV-rubriek blz. 3).
Vooraleerst heeft de regeling slechts een tijdelijk en eenmalig
karakter. De aanvraag moet voor 16 oktober a.s. ingediend
zijn en de uitkering zal over de jaren '90 t/m '94 (aflopend
per jaar met 20%) verdeeld worden. Tevens geldt alleen de
middeling van de oogstjaren '86 en '87 als referentie voor de
inkomensbepaling. Voorts zal de daarop te baseren eventue
le toeslag niet meer kunnen bedragen dan een aanvulling tot
het niveau van de gestelde gezinsinkomensnorm van
f 34.000,— (Het gezinsinkomen in het bruto-inkomen van
bedrijfshoofd en gezinsleden samen). Het aanvullende be
drag op zich is vervolgens nog eens extra begrensd door
maximaal f 6.500,— per 1800 arbeidsuren (in het eerste
jaar; en 20% minder ieder volgend jaar). Daarenboven geldt
tenslotte de beperking, dat niet meer dan f 350,— per ha
marktordeningsprodukten (granen, fabrieksaardappelen, dro
ge erwten, capucijners, veldbonen en koolzaad) uitgekeerd
mag worden.
De toevaligheidsfaktor (qua inkomen en bouwplan) van de
referentiejaren alsmede de lage gezinsinkomensgrens (in ab
solute zin) betekenen dus sowieso dat een aanmerkelijk deel
van de ZLM-akkerbouwers buiten de boot zal vallen.
Veel erger echter is, dat van diegenen die op basis van de in
komensgrens wèl voor toeslag in aanmerking zullen komen
(50%?), volgens onze taxatie andermaal meer dan de helft af
zal vallen. Dat is te wijten aan een aantal bureaucratische cri
teria die ambtelijk door Den Haag en Brussel nog eens aan de
basisvoorwaarden toegevoegd zijn. Die criteria en voorwaar
den betreffen ondermeer:
a. Tweederde van de bedrijfsproduktie (uitgedrukt in bruto-
standaardsaldi volgens de mei-telling 1989) dient van ak-
komt onverwacht en heeft grote nare gevolgen. We den
ken er van te voren niet over na of drukken zulke gedachten
snel weg. Gelukkig zijn er méér leuke dingen in het leven
dan nare. En dat maakt wegdrukken gemakkelijk. Een re
gionaal dagblad staat vaak vol met korte artikelen over on
gevallen/Ze worden goed gelezen. Het gaat meestal over
onbekenden. Als we de ongelukkige wel kennen praten we
erover in de trant van: 'Als... hadden ze het kunnen voorko
men'. Eens zijn we misschien zelf aan de beurt. Gelukkig
valt het meestal wel mee.
U kunl nu twee dingen doen: stoppen met verder lezen of
toch even doorlezen.
Voor de doorlezers het volgende:
Als verzekeraar worden wij veel gekonfronteerd met ernsti
ge ongevallen. Een verzekeraar kan geen ongelukken voor
komen, was dat maar waar! Wij ervaren vaak dat mensen
die een ongeluk is overkomen lang nadenken over het waar
om. 'Waarom is dat mij of mijn naaste overkomen?, Is er
schuld, wiens schuld?' Gedachten die in het hoofd spoken;
'Als ik dat niet had gedaan, moest doen of vult u zelf
maar in, 'dan was het niet gebeurd'.
Schuldvraag
Schuld door een ander, meestal een onbekende, is afschu
welijk voor beide partijen. De verzekeraar houdt zich inten
sief bezig met de schuldvraag. Dit is een gespecialiseerd vak
en niet altijd eenvoudig. De uitslag van de schuldvraag, ge
baseerd op bewezen feiten en wetsregeltjes, komt niet altijd
overeen met de gevoelens van de betrokken mensen (slacht
offers en veroorzakers). Onze schadekorrespondenten heb
ben dan de moeilijke taak één en ander nader uit te leggen.
De soms onbevredigende gevoelens die kunnen ontstaan na
een ongeval zijn voor een deel te voorkomen door een onge
vallenverzekering. Het kenmerk van een ongevallenverze
kering is, dat uitkering geschiedt zonder dat gekeken wordt
naar schuld. Het overkomen van een ongeval dat dood of
blijvende invaliditeit ten gevolge heeft, geeft recht op een
van te voren vastgestelde verzekerde som.
Verzekeringen ZLM kent:
de gezinsongevallenverzekering (goed alternatief voor
de scholierenongevallenverzekering
de ongevallen-inzittenden verzekering (in combinatie
met de autoverzekering)
de reisongevallenverzekering
en de arbeidsongeschiktheidsverzekering, die veel ver
der gaat dan een ongevallendekking.
Wanneer een uitkering ontvangen wordt na een ongeval
heeft verzekerde in veel gevallen een stukje gevoel van recht-
doening. Veel persoonlijk leed blijft, dat is nooit middels
een verzekering weg te nemen.
De ongevallenverzekering sluit u af voor uzelf en uw
naasten. De premie is lager dan van de gemiddelde reisver
zekering die de meeste mensen gemak kelij k afsluiten. Voor
meer informatie verwijs ik u naar pagina 6.
Verstandig verzekeren doet u bij Verzekeringen ZLM. Het
is zo gebeurd, net als een ongeluk!
H. üoeleman Hzn, direkteur
kerbouw afkomstig te zijn. NB: vollegrondsgroente e.d.
vallen daar dus buiten.
b. Minimaal 75% van de arbeidstijd dient in de akkerbouw
besteed te worden. NB: alle part-timers en akkerbouwers
met een andere tak vallen dus af.
c. Minimaal 30% van de bedrijfsoppervlakte dient in '86 en
'87 beteeld te zijn met marktverordeningsprodukten. NB:
zie de hiervoor vermelde beperkte lijst!
d. De aanvrager dient minimaal 3 achtereenvolgende jaren
bedrijfshoofd te zijn. NB: een meer recent gestarte jonge
boer valt dus buiten de boot.
Per saldo kunnen we niet anders dan deze regeling voor "tij
delijke inkomenssteun voor de akkerbouw" kwalificeren als
de zoveelste dooie mus. De zoveelste dooie mus namelijk in
het kader van de toezeggingen voor meer breedwerkende
steun- en stimuleringsmaatregelen ten behoeve van de in
een toenemende crisissituatie verkerende akkerbouw.
Uiteraard (en dat is zeker onze bedoeling niet) mag en moet
deze landbouwpolitieke stellingname u persoonlijk niet weer
houden, om serieus na te gaan of u eventueel toch voor de
betreffende compensatie in aanmerking komt. Bij de ge
ringste twijfel daaromtrent adviseren we u dan ook contact
op te nemen met uw accountant en uw ZLM-voorlichter.
van der Maas