ft
Het los in de kist
aangevoerde
Nederlandse fruit
wordt in Engeland
vaak als 'mindere
kwaliteit' gezien. De
Engelse konsument
koopt daarom liever
verpakt fruit.
Engelse fruitteler houdt het
bij de oude vertrouwde Cox
Bij een bezoek aan een Engels fruitteeltbedrijf is het eerste dat opvalt
het beperkt aantal rassen. Het is bijna allemaal Cox wat de klok
slaat. Maar liefst zo'n 70 procent van alle in Engeland geteelde appels
is van dit ras, in de teelt waarvan de Engelse fruittelers zijn gespecia
liseerd. In Nederland staat het ras niet bekend als gemakkelijk te te
len'. Er is aan de overzijde van Het Kanaal ook wel wat Jonagold
aangeplant, maar de resultaten hiervan zijn van dien aard dat het ras
nooit is doorgebroken. Inmiddels zijn er vele mutanten van Jonagold
die het ook in het Engelse klimaat goed zouden doen en die - in vergelij
king met de Cox - veel grotere opbrengsten per hektare zouden ge
ven. Toch houdt de Engelse fruitteler het maar liever bij zijn ver
trouwde Cox.
Sebastiaan Feijtel uit Wemeldinge is deze zomer in
verband met zijn studie Agrarische Ekonomie' aan
de Landbouwuniversiteit te Wageningen drie maan
den verbonden aan de faculteit Agricultural Econo
mics' van het Wye College, University of London.
Gedurende deze drie maanden stage doet hij onder
zoek naar plantsystemen in de Engelse fruitteelt.
Naar aanleiding hiervan heeft hij voor het ZLM-blad
een algemeen beeld van de Engelse fruitteelt ge
schetst, en aangegeven met welke knelpunten de
fruittelers aan de overkant van het Kanaal te maken
hebben.
Als argument om niet op Jonagold
(of een mutant) over te schakelen is
de vrees voor overproduktie, nu dit
ras in 'Europa' massaal is aange
plant. Een ander argument is dat het
bij de traditionele Engelse konsu-
ment zeer moeilijk is een nieuwe ras
te introduceren.
Naast de vele Cox - bijna allemaal
Queen Cox - wordt er jeen ander ty
pisch Engels ras geteeld, nl. Bram-
ley's Seedling. Een echte kookappel,
die zeer populair is bij de Engelse
huisvrouw. Ondanks dat het een
zeer oud, grof groen ras is, met nog
al wat nadelen, wordt het nog steeds
aangeplant. Het liefst op afstanden
van 3 meter op de rij, en rijpaden
van 4 meter, dus met zo'n 800 bo
men per ha. Een ras dat ook van eni
ge betekenis is in de Engelse fruit
teelt, is Discovery. Op enkele grotere
bedrijven is wat Jonagold en Elstar
aangeplant, maar dat is zeer spo
radisch.
Een nieuw ras in de Engelse fruit
teelt is Gala, een ras afkomstig uit
Nieuw Zeeland. Hiermee zijn in En
geland zeer goede resultaten behaald
wat betreft opbrengst en kwaliteit.
Het ras is de laatste jaren door heel
wat fruittelers aangeplant.
Bescheiden rol
De fruitteelt speelt maar een beschei
den rol in de totale Engelse land-
bouwproduktie. De laatste jaren is
het areaal hard-fruit sterk teruggelo
pen, en op dit moment is het areaal
appels 14000 ha groot, wat vergelijk
baar is met het Nederlandse areaal.
De kg-produktie per ha ligt echter
aanzienlijk lager, de gemiddelde op
brengst per ha voor appels bedraagt
in Engeland de laatste jaren onge
veer 12.000 kg. Deze lage opbrengst
komt ten dele voort uit het feit dat er
zoveel Cox geteeld wordt, een klein-
vruchtig ras, met altijd een lagere
opbrengst dan bijvoorbeeld Jo
nagold.
De belangrijkste produktiecentra
liggen in de graafschappen Kent en
East Sussex. De bedrijven zijn over
het algemeen vrij groot, met gemid
deld zo'n 50 ha hard-fruit, er is ech
ter ook een aantal bedrijven met
meer dan 200 ha fruit. Vaak maakt
het telen van hard-fruit maar een ge
deelte van het totale landbouw be
drijf uit en wordt het gekombineerd
met akkerbouw. Kent en East Sussex
zijn vrij 'heuvelachtige' gebieden,
met vaak slechte stukken grond met
veel stenen. Op de bedrijven wordt
het fruit op de betere kwaliteit grond
geteeld. Behalve appels en ook wel
peren - 20% van het areaal hard-
fruit is peren - wordt er op de meeste
fruitbedrijven ook zacht-fruit ge
teeld, en dan met name aardbeien.
Er zijn bedrijven met meer dan 60 ha
aardbeien.
Export vanuit Nederland
stagneert
Het gaat de Engelse fruitteelt niet
voor de wind de laatste jaren. De fi
nanciële resultaten zijn vaak slecht,
en het investeringsklimaat is ook
8
niet aantrekkelijk, met een renteper
centage van 18%. De import van
hard-fruit neemt dan ook ieder jaar
toe, waarbij het opvalt dat vooral
Frankrijk steeds meer fruit naar En
geland exporteert.
De export vanuit Nederland stag
neert een beetje, wat misschien te
wijten is aan het feit dat de Engelse
konsument graag verpakt fruit
koopt, waarbij het 'los in de kist'
aangevoerde Nederlandse fruit vaak
als 'mindere' kwaliteit gezien wordt.
Het is jammer dat de Nederlandse
fruitteelt een groot afzetgebied als
Engeland, met alleen al in Londen
10 miljoen konsumenten, niet opti
maal kan bedienen.
De laatste jaren probeert men ook in
Engeland de kg-opbrengst per ha te
verhogen, door de plantdichtheden
te intensiveren, zoals dat een aantal
jaren geleden ook in Nederland ge
beurd is. Op dit moment zijn er nog
heel veel boomgaarden met maar
zo'n 800 bomen per ha. Dit zijn over
het algemeen grote bomen, in deze
tijd niet de ideale manier voor het
produceren van kwalitatief goed
fruit.
Een aantal jaren geleden is een groep
voorlichters uit Engeland bij Neder
landse fruitbedrijven op bezoek ge
weest. Zij zagen daar het Noordhol
landse plantsysteem, en men is dat
toen ook aan de Engelse fruittelers
gaan adviseren. Andere voorlichters
zijn er echter niet van overtuigd, dat
een zeer intensief plantsysteem voor
de Engelse fruitteelt ideaal is. Dit
heeft tot gevolg dat een deel van de
fruittelers nog steeds vrij extensief
inplant, met zo'n 1200 bomen per ha
in een enkele rij, en een ander deel
zeer intensief inplant, n.l. 3000 tot
4500 bomen in een intensief meerrij-
ensysteem. Plantsystemen en plant
dichtheden zorgen dan ook voor le
vendige diskussies onder de Engelse
fruittelers, diskussies die voorlopig
nog niet zullen verstommen.
De organisatiegraad is niet erg groot
onder de Engelse fruittelers. Een vei
lingsysteem zoals we dat in Neder
land kennen bestaat niet in Enge
land. Doordat de bedrijven groot
zijn was de drang tot samenwerking
niet erg groot, en probeerde ieder
bedrijf individueel zijn fruit op de
markt af te zetten. Nu echter de af-
zetzijde zeer sterk is gekonsentreerd
- in Engeland verkopen vijf grote su-
permarkten zo'n 70% van al het
hard-fruit in Engeland - zijn ook de
fruittelers gedwongen beter samen te
werken om zo wat tegenspel te geven
aan de groeiende macht van de su
permarkten. Eén van de grootste
verenigingen van fruittelers is de
'East Kent Pakkers', waarvan 60
fruittelers lid zijn. Deze vereniging
sorteert en koelt het fruit voor de
fruittelers en probeert het zo goed
mogelijk te verkopen.
Speelbal
De macht van de supermarkten is
echter al enorm groot in Engeland,
omdat ze veruit de grootste afne
mers zijn van het Engelse fruit. Met
deze macht proberen ze de Engelse
fruittelers te laten produceren op een
manier die hen het beste uitkomt. De
fruittelers zijn hierdoor een speelbal
geworden van de supermarkten.
Een voorbeeld hiervan is, dat de su
permarkten de Engelse konsument
heeft wijs gemaakt dat een appel
kleiner dan 65 mm niet 'lekker' is,
wat zeer lage prijzen voor de kleine
re sortering appels tot gevolg heeft.
Dit is zeer nadelig voor de Engelse
fruittelers met hun kleinvruchtige
Cox.
Ook zijn het de supermarkten die in
Engeland bepaald hebben dat appels
niet met Alar mogen zijn bespoten.
Willen de fruittelers hun appels kun
nen verkopen, dan moeten ze afzien
van het gebruik van Alar. Het zijn
dus de supermarkten die de milieu
wetgeving bepalen. Dat er, door die
zelfde supermarkten, massaal appels
geïmporteerd worden uit landen
waar wel volop met Alar gespoten
wordt, zoals in Frankrijk, daar
staan de Engelse fruittelers machte
loos tegenover. Een situatie waar we
in Nederland maar heel ver vandaan
moeten proberen te blijven.
Sebastiaan Feijtel
Bij de traditionele Engelse consument is het zeer moeilijk een nieuw appelras te introduceren. Dat is een van de redenen dat een ras als Jonagold
er niet echt is doorgebroken, en dat het hoofdras nog steeds Cox is. Op de foto: straatbeeld in de 'city of London'.
Vrijdag 10 augustus 1990