Vooral op plaatgronden slaat de droogte toe Tarwe opbrengsten slechter dan vorig jaar maar gemiddeld toch boven acht ton per ha Meeste schade treedt op bij aardappelen Door de droogte van de huidige zomer - in sommige gebieden in het Zuidwesten heeft het al vanaf begin juni niet noemenswaardig gere gend - zullen op veel percelen dit seizoen de opbrengsten achter blij ven. Vooral op de zogenoemde plaatgronden (klei op zand) zijn de gewassen ernstig verdroogd. Bedrijfsvoorlichter van de DLV Goes schat dat van de aardappelen op deze gronden zeker 80 procent van het blad dood is als gevolg van de droogte. Volgens hem zijn er ook op de betere gronden problemen met het vervroegd afsterven van de aardappels. Dit gaat ten koste van de opbrengst. De kans op schade als gevolg van het mogelijk optreden van doorwas is volgens hem niet zo groot. De bedrijfsvoorlichter ziet in het vroege planttijdstip van de aardap pelen een faktor die mede van in vloed is op het versneld afsterven. "Doordat de aardappelen vroeg ge plant zijn heb je nu een ouder gewas. Nu die droogte erbij komt sterft dat versneld af". Hergroei - na een re genbui - is volgens hem alleen gunstig op die percelen waar het blad nog groen is. "Op de andere gronden moeten we maar niet hopen op her- groei, in verband het optreden van doorwas". Hij is overigens niet bang dat er doorwas zal optreden, omdat het al vrij laat in het jaar is en het groeisei zoen vroeg gestart is. "Als er in juni een doorwasindustie plaatsvindt is dat veel erger dan wanneer dat in au gustus gebeurt. In juni zijn de knol len halfwas, en na voldoende vochtaanvoer gaan deze - na een pe riode met doorwasindustie - uitlopen en nieuwe knollen vormen. Deze zuigen de eerstgevormde knol len helemaal leeg. Ik denk dat er in het begin van deze week een periode met doorwasindustie is geweest (de eerste dit jaar), maar de nadelige ef fecten daarvan zullen gering zijn. Er kunnen nog wel uitlopers aan de knollen komen, maar eventueel ge vormde 'secundaire' knollen zullen heel klein blijven en nauwelijks scha de aanrichten aan de 'primaire' knollen. Op een "beetje fatsoenlijke grond" is het gevaar van doorwas nu het geringst, maar ook op de slechte re gronden is dat gevaar niet zo groot. Spuiten met MCPA is dan ook niet nodig, en gezien het toch al "gestrest" zijn van de plant zelfs volledig af te raden. Het is de vraag of de plant het middel "überhaupt opneemt". Bietenopbrengsten extreem Voor de opbrengst heeft de droogte echter duidelijk wel gevolgen. Behal ve voor de aardappelen geldt dit ook voor de bieten. "Als de bieten op "normale" bodemprofielen groeien, dat wil zeggen zonder een scherpe overgang van klei naar (grof) zand, dan valt het wel mee. Een biet kan wel tot 1 of 1 1/2 meter diep worte len, en die verdroogt dus niet. De planten kunnen wel slap gaan han gen overdag, maar 's nachts herstel len ze dat weer. Op plaatgronden wortelen ze echter maar tot op de zandlaag, en dat kan bijvoorbeeld op 30 cm onder het maaiveld zijn. Op die gronden is ook aan de bieten al ernstige droogteschade opgetre den. Plaatselijk staat de groei van de bieten al weken of misschien al wel maanden stil", aldus de bedrijfs voorlichter. Als het nu zou gaan regenen gaat de plant een deel van de opgeslagen energie gebruiken voor de hergroei. Dit resulteert dan in een lager suiker gehalte, en uiteraard ook een lagere opbrengst. Volgens Van Oers geldt dit alleen voor de bieten die "nu al ver heen zijn". En: "Een biet kan laat in het seizoen nog ontzettend veel herstellen". Het leidt in zijn ogen echter geen twijfel dat dit sei zoen de bietenopbrengsten ver uit el kaar komen te liggen. Op de goede gronden een flink hoge opbrengst, en op de minder goede gronden een slechte opbrengst. Normale oogst. Directeur L. Wentholt van C. Meijer Kruiningen BV verwacht dat er on danks de droogte een normale aard appeloogst komt dit jaar, maar wel met pleksgewijs grote verschillen. "Op sommige plekken, ook in het Zuidwesten, wordt de opbrengst ge woon goed, maar het is duidelijk dat dit niet voor alle gronden geldt. On ze proefrooiingen zitten gemiddeld in ieder geval boven de 40 ton per ha. Wat de sortering betreft: er zullen (gemiddeld) in voldoende mate grove aardappelen groeien". Wentholt constateert wel dat de ver schillen tussen gronden met een slechte en een goede structuur dit jaar door de extreme droogte groot zijn. "Dat betekent dat de boeren die regelmatig goed voor hun grond zor gen dit jaar daarvoor extra beloond worden". Het is voor hem nog even spannend of er wel of geen regen van betekenis valt in verband met door- De heer R. Boogaard uit Meliskerke nam afgelopen zaterdag op het in- namepunt van Cebeco-Zuidwest te Aagtekerke van elke door de telers aangevoerde wagen met tarwe of gerst een monster voor de bepaling van het vochtgehalte. "Het graan is gortdroog", vertelde hij, "in som mige partijen tarwe zit maar 12.2 procent vocht. Dat is uniek". Vorige week vrijdag ging de aanvoer door tot ongeveer half een 's nachts. "Bij wijze van spreken hadden de boeren toen dag en nacht kunnen dorsen, het was er droog genoeg voor", aldus Boogaard. was. "Het risico daarvan is welis waar veel kleiner dan wanneer dat vroeger in het seizoen plaats zou vin den, maar ik wil nog niet helemaal uitsluiten dat door eventuele door was de kwaliteit achteruit gaat". Wentholt voorziet wel problemen met de oogst, omdat het droge stofgehalte enorm hoog is. "Een on derwatergewicht van 430 en hoger is geen uitzondering. Er kan hierdoor gemakkelijk rooibeschadiging optre den. Dat betekent dat de telers dit jaar extra voorzichtig moeten rooien, maar als men eenmaal op gang is moet het in veel gevallen "gauw gauw" gaan, en verliest men de kwa liteit uit het oog. Dat resulteert dan in te hoge valhoogtes e.d. Dit jaar kan dat dus absoluut niet, het pro- dukt is daarvoor gewoon te kwetsbaar". Veel groene weilanden zijn in het Zuidwesten niet meer te zien. Het vee moet soms bijgevoerd worden. Daar waar beregend kan worden vooral in Bra bant) maken de regeninstallaties veel uren. Ook de sijmaïs begint droogtever schijnselen te vertonen. De melkgiften zijn volgens een RMO-chauffeur behoorlijk teruggelopen. Bruine bonen fiasco valt mee, gemiddeld over heel Zee land bedraagt deze volgens de heer Govers tussen de 5.500 en 6.000 kg per ha. Doordat dit gewas in Zeeuws- Vlaanderen vroeger gezaaid kon wor den dan in de rest van de provincie komt de opbrengst hier op rond de zes ton. Ook de opbrengst van de ca- pucijners valt mee. De veldbonen hebben echter veel te lijden van de droogte. Hiervan zal maar een lage opbrengst behaald kunnen worden. Er worden overigens niet veel veld bonen meer geteeld. De Arminda wordt mede hierom steeds meer geteeld, en de Obelisk steeds minder. Niet alleen de opbrengst van de tar we is lager dan vorige jaar, ook de prijs. Vorig jaar beurden de graante- lers 40 tot 41 cent netto, nu nog maar 37 cent. Zoals eerder gemeld bedraagt de gerst-opbrengst in het Zuidwesten gemiddeld 6.200 a 6.300 kg per ha, met uiteraard per gebied uitschieters naar boven en beneden. Dit is een re delijke opbrengst. De brouwkwaliteit is goed. De opbrengst van de droge erwten Naar verwachting is rond het midden van deze week in het Zuidwesten de laatste tarwe van dit seizoen gedorst. Vanwege het uitzonderlijk la ge vochtgehalte is het graan in record-tempo van het land verdwenen. De hele tarwe oogst heeft ca. anderhalve week geduurt. "De op brengsten vallen niet tegen", zegt Cees Govers, bedrijfsdeskundige van de DLV Goes. "Gemiddeld over Zeeland komen ze boven de acht ton per ha, maar zo goed als vorig jaar zijn ze zeker niet. Daarbij komt nog eens dat nu ook de prijs een stuk lager ligt". De teelt van bruine bonen loopt op een regelrecht fiasco uit, zegt Govers. In Zeeuws-Vlaanderen wordt hiervan ca. 3.000 ha geteeld (ongeveer zeven procent van de oppervlakte). "Door dat een deel van de bloemen ver brand is zijn er weinig peulen. Bovendien zitten er te weinig korrels in een peul, en daar komt nu de droogte nog eens bij. Wat de op brengst betreft wordt dit gewas een ramp. Normaal kunnen de telers 2.700 a 3.000 kg oogsten van een hec tare, maar nu kan het nooit meer worden dan 1.000 kg. De prijs kan dan wel weer wat goed maken, maar een prijs die driemaal zo hoog wordt zit er gewoon niet in". Ook de opbrengst van het vlas is niet best. Gemiddeld komt er inclusief zaad en kaf zeven ton stro van een hectare. Enige tientallen jaren gele den was dit nog zo'n negen a tien ton. Govers weet voor deze structure le daling geen verklaring. Het ge wicht neemt trouwens nu af met de langer wordende veldperiode. Het meeste vlas ligt op het veld te wach ten op een regenbuitje, voor het goed verlopen van het rootproces. 'Als de regen nog zes weken uitblijft, dan komt er ook van het vlas niets te recht"., aldus de bedrijfsdeskundige van de DLV Goes. C. Vermuë uit Heinkenszand begon dit perceel Obelisk al op vrijdag 27 juli te dorsen. Het gewas was enigzins noodrijp als gevolg van een combinatie van faktoren: een minder goede structuur van de grond, een noodzakelijke bestrijding van grasopslag in de tarwe, en de droogte, (foto: Anton Din- gemanse). Vrijdag 10 augustus 1990 De opbrengst van de droge erwten valt met 5.500 a 6.000 kg. in het Zuid westen niet tegen, (foto: Anton Dingemanse). De verschillen in opbrengst zijn per streek heel groot. Van sommige per celen kon nauwelijks zes ton per ha gedorst worden, terwijl andere boven de negen ton komen. Uit Zeeuws- Vlaanderen zijn zelfs opbrengsten gemeld van 11 tot 12 ton per ha. De ze zijn behaald met het nieuwe Zweedse ras Sleipner, die voorgaande jaren veel in België is geteeld. Vorig seizoen werd het ras voor het eerst in Zeeuws-Vlaanderen geteeld, en nu al vrij veel; Govers schat op ca vijf pro cent van het tarwe-areaal in het ge bied. Sleipner is een voertarve. Het vochtgehalte ligt in de meeste gevallen tussen de 12 en 13 procent. Door dit lage vochtgehalte konden minder kilo's geoogst worden, maar de meeste handelaren hebben dit ge compenseerd door een vochtvergoe- ding te geven. De tarwe was overigens heel moeilijk te dorsen omdat het stro nog niet rijp was. Als daarop gewacht zou worden zou het vochtgehalte van de korrel echter nog verder zijn gedaald. Het stro wil de maar moeizaam door de dorstrommel, en kwam soms nat weer uit de combine. "Het water droop eruit", zo werd wel gezegd. Aan de kwaliteitseisen van de - overigens niet veel meer geteelde baktarwe is volgens de bedrijfsdes kundige ruimschoots voldaan. "Het hectolitergewicht is hoog, de korrels zijn hard en het valgetal is ook goed". Als bijzonderheid merkt hij op dat de opbrengst van Obelisk lager ligt dan van Arminda. De oorzaak hier van is dat Obelisk veel te lijden heeft gehad van bruine roest, terwijl Ar minda daar veel resistenter tegen is.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1990 | | pagina 10