Werk aan de winkel Uitgave gedenkboek bij diplomering laatste lichting MAS Schoondijke Premie voor non-food graan KNLC kommentaar Boekhoudersmentaliteit Landbouwschap akkoord met organisatie-onderzoek Sluiting landbouwschool 'aderlating voor de streek' Geslaagde kandidaten 1989-1990 MAS Schoondijke Hoofdbestuur KNLC over mestverwerking Afgelopen woensdag vond er in de Middelbare Agrarische School te Schoondijke voor de laatste keer een diplomering plaats. Na 47 jaar sluit de school haar poorten. Hiermee verdwijnt de laatste agrarische opleiding uit Zeeuws-Vlaanderen, 'een aderlating voor de streek' vindt R. van de Meijden, intern koördinator en leraar van de school. Ter gelegenheid van de sluiting heeft de MAS een gedenkboek uitge geven, dat woensdag is uitgereikt aan alle gediplomeerden van de laatste lichting alsmede aan de oud-leerlingen van de allereerste lichting. De heef Van de Meijden betreurt het besluit van het ministerie om de school te sluiten. Als reden voerde het ministerie aan dat het leerlingen aantal te klein was. Volgens Van de Meijden hebben ook bezuinigingso verwegingen een rol gespeefd. 'Bo vendien valt het met het aantal leer lingen best mee. Uit een peiling vorig jaar bleek dat er ruim 25 potentiële nieuwe leerlingen waren. Daarvan zijn er maar 11 naar de MAS Goes gegaan, de overigen hebben voor het merendeel besloten geen landbouw- Akkerbouwers die meedoen aan de braakregeling, kunnen een premie krijgen als zij op een deel van het braakgelegde areaal graan voor in dustriële doeleinden telen. De pre mie bedraagt 70 procent van de nor male set-asidepremie. Dat is deze week beslist door de Landbouwraad in Luxemburg. Aan de non-foodregeling zijn wel enkele voorwaarden verbonden. Zo moet minstens 40 procent van het deelnemende bedrijf worden braak- gelegd, slechts de helft daarvan mag voor industriële produktie worden gebruikt. Deelnemers krijgen vrijstelling van de medeverantwoor delijkheidsheffing voor het 'in dustriële' graan. Na een jaar zal de Europese Com missie de regeling evalueren en be zien of ook andere produkten in aanmerking komen voor de subsi die. West-Duitsland en Frankrijk denken daarbij vooral aan kool zaad. Minister Braks had aanvanke lijk nogal wat bezwaren tegen het voorstel, vooral omdat hij konkur- rentie vreest voor bestaande regelin gen voor de verwerking van zetmeel en suiker. Hij voorziet bovendien dat de bijprodukten na industriële verwerking in het veevoer terecht zullen komen. Een voorlopige uitspraak van de rechter geeft de landbouworgani saties gelijk in het geschil over de hoogte van de erfpachtcanon op grond van het Bureau Beheer Landbouwgronden (BBL). De zaak zit nog 'onder de rechter' en daarom past enige terughou dendheid. Toch wil ik er hier nu wel wat over kwijt, omdat het zelden voorkomt dat landbouw organisaties naar de rechter toe moeten stappen om over dit soort beleidszaken een uitspraak te vragen. Grondprijs Wat is het geval? De canon voor BBL-gronden wordt regelmatig aangepast op basis van de geste gen grondprijzen. Met de komst van de grondgebonden superhef fing steeg in de ogen van BBL de grondprijs. Nee, zeiden de landbouworgani saties, de grondprijs is niet geste gen, maar er is een quotumprijs bovenop gekomen. Dat is geen ['edel Zor ZtiSgfö van de erf- pachtcanonmelKquotum staat los van de grondprijs. Na tuurlijk mag de grondgebruiker jrr niet zonder toestemming van de grondeigenaar met het quo tum vandoor gaan. Dit zou ook geregeld kunnen worden in een aanvullende overeenkomst. Maar om de grondeigenaar een extra vergoeding te geven voor het grondgebruik omdat er een melkquotum op rust gaat te ver. De meningen stonden recht te genover elkaar. In de Commissie Beheer Landbouwgronden kre gen de agrarische leden geen meerderheid voor hun visie. Uit eindelijk is het geschil besproken in het maandelijks overleg tussen het Landbouwschap en de minis ter van landbouw. Maar ook daar gaf de overheid geen krimp: de waarde van het melkquotum moest en - zou - deels meegeno men worden in de stijging van de grondprijs. Rechter Uiteindelijk werd besloten dat de rechter maar moest oordelen. Deze geeft nu de georganiseerde landbouw gelijk. Het melkquo tum is bedrijfsgebonden en zit niet zodanig vast aan de grond prijs, dat hieruit een canon verho ging uit voortvloeit. De canon aanpassing moet worden geba seerd op de zuivere grond prijsstijging zonder melk. Het is een voorlopig oordeel van de rechter, want deskundigen moeten nu eerst onderzoeken of de grondprijs en de waarde van het melkquotum ook in de prak tijk apart worden geregistreerd. Dit onderzoek hoeft niet zoveel tijd in beslag te nemen, want al snel zal uit de registers blijken dat dit inderdaad het geval is. Falen Gelijk krijgen is in dit geval mooi en terecht, maar het stemt me niet tevreden. De hele zaak heeft te lang geduurd. Met enig gezond juridisch verstand en bestuurlijk gevoel hadden de organisaties en de overheid hier jaren terug uit kunnen komen, zeker in het ge sprek tussen de minister en het dagelijks bestuur van het Land bouwschap. Als de rechter bij zijn oordeel blijft, mag BBL nog wat korrek- ties achteraf uitvoeren en zelf te rugbetalingen verrichten. Het is jammer en voor de betrokken be leidsverantwoordelijken een bla mage dat de rechter hieraan te pas moet komen. Wie de schoen past, trekt Jan Brinkman Algemeen sekretaris KNLC opleiding te volgen, omdat die nu te ver weg is. Dat is een gevoelige klap voor heel Zeeuws-Vlaanderen'. De school is gestart in 1943-1944. Van dat eerste schooljaar zijn nog 19 oud-leerlingen in leven, die voor het merendeel woensdag aanwezig wa ren om het gedenkboek in ontvangst te nemen. 'We hebben iedereen van de eerste lichting telefonisch bena derd, en men was zonder uitzonde ring zeer enthousiast over het uit brengen van een gedenkboek', ver telt Van de Meijden, die tevens voor zitter is van de gedenkboekkom missie. In het gedenkboek wordt een over zicht gegeven van de geschiedenis van de school. De eerste jaren wor den beschreven door de tweede di- rekteur die de school gehad heeft, ir. H. Roest en door oud-leraar vee teeltvakken H.A.M. van de Vijver. De 70-er jaren zijn door ir. J.C.P. Quist weergegeven, die sinds 1968 le raar bodemkundige vakken is en daarnaast akkerbouwer. De huidige (waarnemend) direkteur, ing. J. Bearda beschrijft de laatste jaren. Verder bevat het boek o.m. een overzicht van de jubilea, resp. het 20-, 25- en 40-jarig bestaan. Ook ge ven verschillende mensen vanuit hun relatie met de school hun persoonlij ke herinneringen weer. Uiteraard be licht het gedenkboek de inhoud van het onderwijs. In het begin verzorg den de voorlichters van de Rijkslandbouwvoorlichting veel van de lessen. 'Bijna alle voorlichters hebben toen hun bijdrage geleverd', vertelt Van de Meijden. Door het ve le kursusonderwijs, wat de laatste jaren zeer sterk is toegenomen, bestaat er nu nog steeds een sterke band met de voorlichting. In 1959 is vanuit de middelbare landbouw school de Praktijkschool ontstaan. De eerste lessen aan dé Praktijk school zijn gegeven in de landbouw school. Pas in 1967 kreeg de Prak tijkschool een eigen gebouw. In het gebouw van de MAS wordt binnenkort het Infocentrum voor de akkerbouw ingericht. Het Infocen trum is nu nog gehuisvest in de voor malige Lagere Landbouwschool te Schoondijke, maar de MAS is beter geoutilleerd, vooral voor het houden van lezingen. De meeste leerkrach- Oud-leerlingen van de allereerste lichting nemen het gedenkboek in ont vangst (foto Camille Schelstraete) ten waren in part-time dienst. Van de twee 'full-timers' is één nog op zoek naar een andere baan. De heer Van de Meijden die ook in volledige dienst was, heeft inmiddels al een andere baan gevonden en wel rayon inkoper bij McCain Lewedorp. Er is vorig jaar geen nieuw leerjaar van start gegaan, waardoor er geen leer lingen overgeplaatst hoeven te worden. Mensen die interesse hebben in het gedenkboek van de MAS Schoondij ke, kunnen dit bestellen door 25,over te maken op bankreke ning 15.94.39.531 ten name van 'ge denkboekkommissie RMAS' te Schoondijke. Werner Baert Koewacht; Lucien Borm Vogelwaarde; Guido Her mans Sas van Gent; Boudewijn Jan sen Hoek; Dick de Jonge Hulst; Jan Meesen Axel; Niek van Melle Sluis; Marco Quaak IJzendijke; Ab Rie- mens Schoondijke; Frank Scheele Retranchement; Erwin Sonnemans Philippine; Bram Verkruysse Groe- de; Mare Verplanke IJzendijke; Pim Vinke Axel. manier waarop die organisaties met elkaar omgaan. Om het organisatie-onderzoek is be gin dit jaar gevraagd door het KNLC. Het onderzoek zal om te be ginnen een oriëntatie inhouden op de richting van de agrarische belan genbehartiging. Vervolgens zal wor den gekeken naar de inrichting en werkwijze van het Landbouwschap en zullen zonodig aanbevelingen voor verbetering worden gedaan. Voor het totale onderzoek, waarvan de resultaten in december van dit jaar aan het bestuur zullen worden voorgelegd, is 150.000 gulden uitge trokken. Of de provinciale organen van het Landbouwschap bij het tweede stadium van het onderzoek worden betrokken zal nog nader worden beslist. Het organisatie-adviesbureau Rijn consult in Oosterbeek gaat een on derzoek doen naar de toekomstige richting vn de agrarische belangen behartiging in samenhang met de struktuur en werkwijze van het Landbouwschap. Het bestuur van het Landbouwschap heeft hiertoe woensdag besloten. Het bestuur ziet het onderzoek als een "herbezinning" en "een investe ring in de toekomst". In de loop van de tijd is het Landbouwschap steeds meer het samenwerkingsorgaan ge worden van de vijf dragende organi saties. NCBTB-vertegenwoordiger Doornbos legde er dan ook de na druk op dat het funktioneren van dat samenwerkingsorgaan mede in sterke mate bepaald wordt door de "We moeten zo snel mogelijk aan het werk om de grootschalige mest verwerking van de grond te krijgen. Zo vatte KNLC- voorzitter Vare kamp de discussie binnen het hoofd bestuur over grootschalige mestver werking samen. Het KNLC gaat ook akkoord met een landelijke unifor me regeling voor een heffings systeem, ook al houdt dit een nul heffing in voor nietoverschotge- bieden. Slijkhuis de voorzitter van OLM en lid van de projectgroep realisatie grootschalige mestverwerking van het Landbouwschap gaf een korte toelichting op het rapport dat de projectgroep onlangs heeft uitge bracht. Wat betreft de nulheffing merkte hij op dat de EG alleen een landelijk uniform systeem toestaat. Geen heffing in nietoverschotgebie- den is daarom niet mogelijk, een nulheffing is het maximaal haalbare. Regio's De projectgroep deelt de overschot- gebieden in regio's in, die gelijk zijn aan de LEI-gebieden, waarin de fosfaat-produktie groter is dan 125 kg fosfaat per ha. Binnen het hoofd bestuur vroeg men zich af of over- schotbedrijven buiten de aangewe zen gebieden zich vrijwillig kunnen aansluiten bij de overschotgebieden. Frans Jansen van het Landbouw schap zei daarop dat een enkel be drijf systematiek niet in gevaar brengt. Er kunnen echter wel proble men optreden met het vervoer. Veehouders die de mest leveren aan de mestverwerking of aan lange af standsdistributie betalen de volgen de heffingen: bestemmingsheffing, tarief bij levering en een vast bedrag voor leveringscontracten. Slijkhuis vertelde dat het bedrag van het leve ringscontract wordt terugverdiend op een korting van de bestemmings heffing. In de visie van de projectgroep zal het Landbouwschap de hef- fingsplichtige instantie worden. Panman, voorzitter LMIJ, vroeg zich af of het niet beter is om hier voor een speciale stichting in het le ven te roepen. "Het zal zeker ettelij ke jaren duren voordat een dergelij ke stichting van de grond is, daarom is gekozen voor het Landbouwschap om de heffingen te innen", aldus Slijkhuis. De projectgroep heeft zich eigenlijk nauwelijks beziggehouden met de overschotsheffing. De op merkingen daarover in de rapporta ge zijn wat ongelukkig vond het KNLC-hoofdbestuur. De project- Vrijdag 6 juli 1990 groep heeft zich volgens slijkhuis nauwlijks met deze heffing bezigge houden. Dat was ook niet de op dracht. Organisatie Wat betreft de organisatie van het geheel pleit de projectgroep voor een landelijke overkoepelende instantie, die voldoende bevoegdheden heeft en regionale uitvoeringsinstanties. Deze regionale organisaties moeten met een werkplan komen over de verwerking en de distributie. De lan delijke organisatie toetst deze werk plannen en bekijkt bijvoorbeeld of de regionale instanties elkaar niet beconcurreren. Slijkhuis pleitte er voor dat er vooral in de beginfase een strakke organisatiestructuur komt. Het is daarbij ook belangrijk dat er een gróót draagvlak onstaat voor het geheel. Dit kan door de vee houders voldoende vertegenwoordi gers te geven in de diverse organen. Hij eindigde met de oproep dat de landbouw nu risico's moet durven nemen om in de toekomst inkrim ping van de veestapel te voorkomen. Het KNLC vond de rapportage van de projectgroep daartoe een hele goede aanzet. Ingeborg Schuitmaker 19

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1990 | | pagina 19