ZLM bepleit steun aan veehouders in
Brabant en Zeeuws-Vlaanderen
Excursie uienstudieclub
Zaoo
Vlaamse stedendriehoek interessant
afzetgebied Zeeuwse akkerbouw
Brief aan minister over gevolgen varkenspest
Zeeuws-Vlaanderen
Akties ZLM
Kritiek onderschreven
De stedendriehoek Antwerpen-Gent-Brussel vormt door
de groeiende konsumptie een uitbreidende markt 'naast
de deur' voor de Zeeuwse akkerbouw. Voor produkten
die vers en in goede kwaliteitsstaat op de markt worden
aangeboden bestaan goede mogelijkheden. Dit blijkt uit
een in opdracht van de Stichting Stimulering Plantaardi
ge Produktie (SPP) door zes studenten van de Agrari
sche Hogeschool Den Bosch verricht onderzoeksprojekt.
De (akkerbouw-)studenten hebben een oriënterend kon-
sumentengericht onderzoek verricht naar afzetmogelijk
heden van vollegronds-produkten in het gebied dat
wordt begrensd door de stedendriehoek Antwerpen-
Gent-Brussel. In het onderzoek is o.m. gekeken naar het
konsumentengedrag, de kanalen die de produktenstro-
men volgen (import en distributie in België, en de export
vanuit Zeeland) en de landbouwstrukturen in België en
Zeeland.
Telersverenigingen
De studenten doen de aanbevelingen dat de Zeeuwse ak
kerbouwer meer waarde dient toe te voegen aan de ge
teelde produkten. De kwaliteit blijft een zeer grote rol
spelen, daar de akkerbouwprodukten immers op een zo
genoemde verdringingsmarkt worden afgezet. Volgens
de studenten kunnen deze meerwaarde en hoge kwaliteit
bereikt worden door het oprichten van koöperatieve te-
lers/afzetverenigingen, die de afzet van groenten (inklu-
sief aardappelen) en fruit naar de Belgische en verwer
kende industrie moeten verzorgen. Hierdoor vallen scha
kels in de bedrijfskolom van producent naar konsument
weg.
Ten aanzien van de wensen van de konsument moeten de
akkerbouwers zich richten op uniformiteit van het pro-
dukt. Ook moeten zij direkt op verzoek verse produkten
kunnen leveren. De afnemer heeft daarnaast eisen ten
aanzien van de teeltwijze wat betreft gewasbescherming
en bemesting. In dit verband merken de studenten op dat
op basis van de onderzoeksgegevens gesteld kan worden
dat de toekomstmogelijkheden van de biologisch-
dynamische en ekologische landbouw wellicht goed zijn,
"omdat de vraag naar alternatieve voeding stijgende is".
De heer L.Th.J.M. de Wit, koördinator van de stichting
SPP, zei tijdens de presentatie van het onderzoekspro
jekt vorige week donderdag in Den Bosch, dat de akker
bouw in Zeeland zich meer zou moeten richten op de be
hoefte van de konsument en minder op produktie.
Onlangs bezochten zo'n 20 leden van de uienstudieclub Zuid-Beveland een aantal uienperce-
len van de firma Kesselaar, die gespecialiseerd is in de teelt van uien en gladiolen. Dit nam
zoveel van de beschikbare tijd in beslag dat de groep nauwelijks toekwam aan de bezichti
ging van het sorteerbedrijf in 's-Gravenpo/der. Alle bezochte percelen lagen er schoon en
goed bij, zowel op lichte als op wat zwaardere grond (resp. 20 en 35 procent afslibbaar). De
heer Kesselaar (links op de foto in een perceel tweedejaars plantuien) liet de groep ook een
perceeltje zogenoemde winteruien zien, die overigens niet door hem geteeld waren. In het
merendeel van deze in augustus vorig jaar gezaaide uien zat een bloemstengel, waarschijn
lijk doordat de planten door het ontbreken van een (lichte) vorstperiode ongestoord hebben
kunnen doorgroeien. De teler was al gestart met het - met de hand - oogsten van deze uien
(foto Anton Dingemanse).
land- en
tuinbouwblad
VRIJDAG 8 JUNI 1990
78e JAARGANG NO. 4025
zuidelijke landbouw maatschappij
m
De Zuidelijke Landbouw Maatschappij (ZLM) vraagt minister
G. Braks in een dinsdag verzonden brief dringend maatrege
len te nemen ten gunste van veehouders die in de problemen
zijn geraakt door het vervoersverbod als gevolg van uitbra
ken van varkenspest. Het gaat om boeren in de Langstraat
en in Zeeuws-Vlaanderen. Vanuit deze gebieden komen
steeds sterkere signalen die wijzen op een noodsituatie. De
ZLM schrijft de minister dat de vervoersverboden door de
veehouders lang niet altijd als redelijk worden ervaren en ook
vanwege de lange duur niet meer als rechtvaardig worden
gezien. De ZLM ondersteunt de noodkreten van de getroffen
veehouders en dringt er op aan de door hen bepleite maatre
gelen te nemen.
De Kring Langstraat van de ZLM is van mening dat de verant
woordelijke instanties (R.V.V., R.I.D.) ernstig in gebreke zijn
gebleven in coördinatie en berichtgeving naar alle betrokke
nen. Er is onvoldoende rekening gehouden met de belangen
van de rundveehouderij in de Langstraat. De ZLM-leden in de
Langstraat constateren onder andere dat de begrenzing van
het besmette gebied slecht is aangegeven, dat de aandui
dingsborden te klein en te weinig in aantal zijn, dat deze te
vens vaak op de verkeerde plaatsen staan en dat de tekst op
de bordjes vaak onvolledig en dus onjuist is.
De Kring is voorts van mening dat het vervoersverbod voor
rundvee onnodig is, omdat er voorzover bekend geen direct
veterinair aantoonbaar verband is tussen het verplaatsen van
varkenspest en het vervoeren van rundvee. Het kringbestuur
dringt aan op directe schriftelijke berichtgeving aan alle be
trokkenen zodat men nauwkeurig weet wat wel en niet mag
en welke ontheffingen mogelijk zijn. Verder wenst men meer
en betere borden langs de weg zodat veevervoerders tijdig
een andere route kunnen kiezen. Ook wil de Kring dat de be
trokken instanties beter gaan samenwerken. De ZLM heeft
aan de minister laten weten deze conclusies volledig te on
derschrijven.
Verder heeft de ZLM adhesie betuigd aan een brief van vier
varkenshouders uit Zeeuws-Vlaanderen aan minister Braks,
waarin zij dringend verzoeken het vervoersverbod in hun ge
bied op te heffen. De varkenshouders schrijven dat zij ernsti
ge schade lijden van het vervoersverbod, terwijl er in
Zeeuws-Vlaanderen geen varkenspest is geconstateerd. Zij
dienen slechts als buffer om de varkenspest uit België tegen
te houden. Een wekelijks biggenoverschot van ruim 300 ver
oorzaakt een sterke prijsdaling. "Omdat na drie maanden de
situatie voor ons nog steeds volstrekt uitzichtloos is, zijn wij
van mening dat het onrechtvaardig is om deze financiële of
fers op een kleine groep af te wentelen. Wij zijn van mening
dat wij na drie maanden waakzaamheid en extra moeite in
eerste instantie eindelijk recht hebben op een opheffing van
het vervoersverbod. Indien u hierop niet wenst in te gaan,
hebben we minstens recht op een evenredige opbrengst als
in andere gebieden van ons land. Wij varkenshouders, die
ook akkerbouwers zijn, zien nu ook onze tweede poot van
onder ons bedrijf weggezaagd. Het getuigt van onbehoorlijk
bestuur deze situatie te laten voortbestaan", aldus de var
kenshouders uit Zeeuws-Vlaanderen in hun brief aan de mi
nister.
De ZLM is het ook met deze brief volledig eens en heeft dat
aan de minister laten weten. Het gaat in Zeeuws-Vlaanderen
met name om 40 a 50 kleinere zeugenhouders, die zwaar
worden getroffen door het nog steeds van kracht zijnde ver
voersverbod.
De brief aan minister Braks is een van de vele akties die de
ZLM heeft ondernomen naar aanleiding van uitbraken van
varkenspest en de daaropvolgende overheidsmaatregelen. In
gesprekken en brieven aan de verantwoordelijke instanties is
herhaaldelijk begrip en steun gevraagd voor de veehouders,
die gedupeerd worden door het vervoersverbod. Zo heeft de
ZLM op 2 april jl. het KNLC per brief gevraagd de minister te
bewegen tot financiële tegemoetkomingen aan de getroffen
varkenshouders in Zeeuws-Vlaanderen en een betere be
richtgeving aan de veehouders in Midden Noord-Brabant. Op
25 april jl. heeft de ZLM een brief geschreven aan de direc
teur van de Veterinaire Dienst van het ministerie waarin de
problemen als gevolg van het vervoersverbod in het gebied
rond De Moer nog eens nadrukkelijk onder de aandacht zijn
gebracht. Op 11 mei jl. heeft de ZLM opnieuw per brief om
begrip en steun gevraagd voor de moeilijke situatie van de
varkenshouders in Zeeuws-Vlaanderen.
Het hoofdbestuur van de ZLM heeft in zijn vergadering van
1 juni jl. de kritiek vanuit de Kring Langstraat op de onduide
lijke regelgeving nadrukkelijk onderschreven. Vooral het ont
breken van een duidelijk aanspreekpunt in Brabant werd aan
de kaak gesteld. Het hoofdbestuur heeft er begrip voor dat
ingrijpende maatregelen noodzakelijk zijn, maar meent dat
ontheffingen onder strenge controle in ruimere mate mogelijk
moeten zijn. Anders zal het aantal illegale transporten alleen
maar toenemen.