Boeren EG hebben al veel ingeleverd'
EG heeft het moeilijk met
veterinaire regelgeving
KNLC
kommentaar
A rbeidsvoorziening
Landbouwschap tot staatssekretaris Bukman over GA TT:
Britten ongerust over
'gekke koeienziekte'
Werkgroep voor Oost-
Europa
Interesse in Rusland
voor Nederlandse
landbouw
Bij de onderhandelingen over een
vrijere wereldhandel in de GATT
moet meegewogen worden dat de
EG de steun aan boeren al sterk
heeft verlaagd. De graanprijs is
drastisch gedaald en de uitgaven
voor het zuivelbeleid zijn terugge
drongen. Voorzitter drs. Jef Mares
van het Landbouwschap zei dit op
22 mei in een gesprek met staatsse
kretaris Bukman van ekonomische
zaken over de GATT-
onderhandelingen.
Volgens de staatssekretaris herinnert
de delegatie van de EG de onderhan
delingspartners voortdurend aan de
aanpassingen die al in het markt- en
prijsbeleid zijn gedaan. Maar dit
maakt weinig indruk zolang de Ge
meenschap haar markten niet verder
openstelt voor produkten van bui
tenaf, zo zei de heer Bukman.
Hij betoogde verder dat de GATT-
onderhandelingen, de beraadslagin
gen over een vrijere wereldhandel,
dit jaar een succes moeten worden.
Het is nu of nooit. De omstandighe
den zijn gunstiger dan ooit, zowel
politiek als ekonomisch. Toch zijn
er volgens de heer Bukman nog de
nodige verschillen van inzicht tussen
de handelsblokken over de mate
waarin invoerbelemmeringen en ex
portsteun verminderd moeten
worden.
Het Landbouwschap is het eens met
het streven naar een vrijere handel.
De EG moet echter niet te ver gaan
bij het afbreken van de bescherming
voor de boer. Het voorstel van de
VS voor vaste tarieven wijst het
schap af. De prijs voor de boer moet
kunnen worden aangepast aan
koersschommelingen en ontwikke
lingen in de markt. Ook vond het
schap dat het toegankelijker maken
van de markten van de verschillende
handelspartners gepaard moet gaan
met een strengere veterinaire en fy
tosanitaire kontrole aan de grenzen.
Het Landbouwschap sprak zijn zorg
uit over de versterkte Amerikaanse
steun voor de eigen exportproduk-
ten. Concessies moeten niet van een
kant komen, zei voorzitter Mares.
Bij de onderhandelingen over een vrijere wereldhandel moet volgens het Landbouwschap worden meegewogen dat
de Europese boeren al veel hebben ingeleverd. Op de foto: stro-oogst in Frankrijk.
Harmonisatie van de veterinaire re
gelgeving is een van de grootste pro
blemen bij de vorming van de inter
ne EG-markt in 1992. Daarnaast
vormt de invulling van Europese re
gels voor groeibevorderaars en bio-
technologische produkten een groot
probleem. Dit verkondigde EG-
Commissaris Mc Sharry onlangs.
Na de vorming van de interne markt
in 1992 worden bij de handel in vee
en vlees grenskontroles vervangen
door kontroles op de plaats van ver
zending. Hiervoor is het nodig dat
de verschillende lidstaten in de EG
vertrouwen hebben in eikaars kon-
trolemethodes en -procedures. Re
gelmatig en persoonlijk kontakt kan
hierbij het eventueel bestaande wan
trouwen wegnemen, aldus Mc Shar
ry. Verder zal bij de verzending van
bijvoorbeeld vlees uit Nederland
naar Italië meer en meer gebruik
moeten worden gemaakt van moder
ne communicatiemiddelen.
De Commissaris gaf ook aan meer
aandacht te willen geven aan de kon
trole op ziekten die kunnen leiden
tot voedselinfekties zoals salmonel-
las. De Commissie staat momenteel
voor de moeilijke opgave om een
Europese definitie te geven van
groeibevorderaars en biotechnologi-
Het milde weer in maart heeft de
Franse oogst van bloemkool bespoe
digd. Het grote aanbod kon niet ge
heel op de versmarkt en aan de in
dustrie afgezet worden, zodat 6%
van de oogst onverkocht bleef. De
raming voor de oogst van bloemkool
in de maand mei is bijgesteld tot
42.250 ton, toch altijd nog 11%
meer dan vorig jaar.
Vrijdag 1 juni 1990
sche produkten. Voor wat betreft de
groeibevorderaars merkte Mc Shar
ry op dat er geen twijfel over mag
bestaan dat het bestaande verbod op
het gebruik van hormonen blijft
bestaan. Met betrekking tot residuen
is er in Brussel een algemeen streven
naar meer stringentere normen en
strakkere kontroles.
De Britse minister van landbouw,
John Gummer, heeft zijn deskundi
gen gevraagd de maatregelen nog
eens te bestuderen ter bestrijding
van de 'gekke koeienziekte' (Bovine
Spongiform Encephalopathy; BSE).
Gummer is ervan overtuigd dat er
geen enkel gevaar bestaat voor de
volksgezondheid, maar gezien de
toenemende onrust onder de bevol
king, zet hij de deskundigen toch
aan het werk.
BSE is een hersenziekte, met als een
van de kenmerken dat de besmette
dieren gek gaan lopen. In het Vere
nigd Koninkrijk zijn al 13.000 koei
en afgemaakt vanwege deze ziekte.
Aangenomen wordt dat de koeien
besmet zijn door het toedienen van
krachtvoer waarin vlees is verwerkt
van schapen die de 'trillende scha
penziekte' hadden, een hersenaan-
doening die lijkt op de 'gekke koei
enziekte'.
Sommige deskundigen vragen zich
af of ook kalveren van besmette die
ren de ziekte onder de leden hebben.
Als dat nodig is, moeten ook de kal
veren worden afgemaakt, aldus mi
nister Gummer.
Britse runderen die geboren zijn
voor 18 juli 1988, mogen in tal van
landen, waaronder de EG-landen,
niet meer worden ingevoerd.
De Nederlandse landbouw heeft een
werkgroep opgericht die de Oosteu-
ropese landen wil helpen bij de agra
rische ontwikkeling. Zo zijn er plan
nen'voor een uitwisselingsprogram
ma voor jonge agrariërs, bestuur
ders en managers. Oost-Europa
moet hulp krijgen bij het opzetten
van landbouworganisaties, vakbon
den en coöperaties.
In een gesprek met staatssekretaris
Bukman van Ekonomische Zaken
deed de voorzitter van het Land
bouwschap Jef Mares voor de
kosten hiervan een beroep op hulp
fondsen van het ministerie van Eko
nomische Zaken. Bukman zei de on
dersteuning van een nieuwe organi-
satiestruktuur belangrijk te vinden.
Subsidie-aanvragen voor agrarische
projekten kunnen via het ministerie
van Landbouw ingediend worden,
aldus de bewindsman.
Ruim 1.500 mensen zijn aanwezig
geweest op een door het ministerie
van Landbouw, Natuurbeheer en
Visserij georganiseerde handelskon-
taktbijeenkomst in Leningrad. De
bijeenkomst vond plaats op 15 en 16
mei jl. Meer dan 35 Nederlandse be
drijven uit de agro-industrie namen
deel met als doel het leggen van nieu
we kontakten met potentiële afne
mers voor hun produkten. De
Sovjet-vertegenwoordigers kwamen
van Sovchozen, Kolchozen, institu
ten en partikuliere bedrijven uit re
publieken als Siberië, Armenië, Uz
bekistan, Georgië, de Oekraïne en
de Baltische Republieken.
Ongeveer 90% van de boeren en
tuindersbedrijven functioneert
zonder arbeid van buiten af.
Voor sommige takken in de agra
rische sector en voor de schakels
in de omringende keten zoals toe
levering, commercialisering en
verwerking is de arbeidsvoorzie
ning echter van groot belang.
Vaak functioneren deze 'scha
kels' onder de coöperatieve
structuur, dat wil zeggen het zijn
in feite verlengstukken van het
boeren- en tuindersbedrijf. En
als zodanig hebben in feite alle
boeren en tuinders direct en in
direct met arbeidsvoorziening te
maken. De arbeidsvoorziening in
en rond de land- en tuinbouw is
daarbij bijzonder door het speci
fieke karakter van de sector. De
jaargetijden worden nog echt be
leefd. Naast de structurele jaar-
rondarbeid is er dan ook veel be
hoefte aan seizoens- en piekar-
beid. Want de ondernemer kan
met zijn gezin niet alles in dezen
opvangen. Nog afgezien van de
vraag hoe en in welke mate dit
sociaal verantwoord is.
Personeelstekort
De laatste tijd wordt er in Neder
land weer druk gediscussieerd
over werkeloosheid en werkgele
genheid. Enkele feiten vallen me
daarin op. Er zijn sectoren,
waaronder ook delen van de
agrarische sector, denk maar aan
de tuinbouw, waar een latent
personeelstekort aanwezig is.
Anderzijds is er bijvoorbeeld in
de grote steden een hoog werke
loosheidspercentage. Daarbij
blinkt Nederland uit met zo on
geveer het hoogste ziekteverzuim
ter wereld. In de discussie wordt
dan ook bezien hoe er ten opzich
te van overschot en tekort tot een
betere afstemming kan worden
gekomen. Ondanks de vele po
gingen, ook recent weer vanuit
de tuinbouwgebieden, met zeer
positieve stimulansen voor alle
partijen lukt het slecht 'vraagen
'aanbod' bij elkaar te brengen.
Er lijken wel waterdichte schot
ten te bestaan tussen beide
'marktpartijenEn daarnaast
schijnen we in een zodanige so
ciale systematiek te zijn geraakt
dat in ieder geval officiële arbeid
nauwelijks een financiële prikkel
met zich meebrengt. En nu alle
scholingsprojecten en stimule
ringsregelingen onvoldoende re
sultaat opleveren, ontstaat in
sommige politieke kringen de ge
dachte aan nadere regelgeving.
Door middel van het opleggen
van zogenaamde kwantitatieve
verplichtingen bij het bedrijfsle
ven moeten zodoende minderhe
den, langdurig werkloze en vast
lopende jongeren aan een werk
kring geholpen worden.
Schijnoplossingen
Voor mij zijn dit schijnoplossin
gen, die misschien optisch er toe
zouden kunnen leiden dat de
werkeloosheid daalt, maar in
houdelijk voorbij gaan aan de
oorzaken daarvan. Voor de land
en tuinbouw is het daarbij van
belang te blijven werken aan een
goed imago en aan goede ar
beidsomstandigheden. Hoewel ik
direct de opmerking wil maken
dat onze sector naar mijn mening
op arbeidsniveau de vergelijking
met andere sectoren goed kan
doorstaan en niet altijd als boos
doener moet worden gebruikt.
Werken in natuurlijke milieus en
in veelal kleinschalige structuren
heeft zijn aantrekkelijkheden.
Alleen er wordt wel verwacht dat
men de handen uit de mouwen
steekt. Wat seizoens- en piekar-
beid betreft zal via ruimhartig
beleid hier invulling aan gegeven
moeten worden. Gelegenheidsar
beid bijvoorbeeld moet mogelijk
zijn tegen voor alle partijen aan
trekkelijke voorwaarden. In ver
gelijking met het buitenland is
hier in Nederland op dat gebied
nog best het een en ander te ver
beteren. Daarnaast moet het mo
gelijk zijn om piekbehoeften op te
vullen met tijdelijke arbeid uit
het buitenland. Immers zoals de
praktijk ervaart (bollenteelt) is
dat vaak de enige werkelijk prak
tische manier van invulling van
de arbeidsbehoefte. Juist een
land- en tuinbouw waar bedrijfs-
vergroting en toevoeging van
waarde het devies voor de toe
komst lijkt te zijn zal op een
praktische manier in zijn arbeids
behoefte moeten kunnen
voorzien.
Marius Varekamp
Voorzitter KNLC
"Ze zeggen dat de Vlaamse boer de Japanner van Europa is. Dat is zo. Hij
werkt heel hard en kijkt niet op een uurtje".
Ir. G. Belgraver, landbouwraad Nederlandse ambassade in
Brussel (Boerderij, 29 mei 1990).
"Het is goed iemand op een zeer hoge post bij de overheid te hebben. Wij
zijn de enige economische sector die daar nog over beschikt. Ik heb ir. D.
Luteijn in Nederland die zegt, dat het ministerie van Landbouw moet ver
dwijnen, niet begrepen. Nergens grijpt de politiek zo diep in de daadwerkelij
ke bedrijfsvoering in als in de landbouw. Ik vind dat wij als boeren niet de
tak moeten doorzagen, waar we zelf op zitten. Dat doen we, als we ons eigen
departement afschaffen".
Voorzitter J. Hinnekens van de 100-jarige Belgische Boeren
bond (Boerderij 29 mei 1990).
"Waarom tien bedrijven verplichten vijf hectare uit de produktie te nemen
als bij een verbetering van de vrijwillige regeling een boer met vijftig hectare
beslist zijn hele bedrijf aan te melden?"
Jans Leeuwma, voorzitter hoofdafdeling Akkerbouw van het
Landbouwschap (Agrarisch Dagblad 26 mei 1990).
"Het tegenstribbelen van lobby's (auto, bedrijfsleven, boeren) is in de prak
tijk nog veel te succesvol. De milieugezindheid van de politici begint gaande
weg wel erg hol te klinken. Er moet eindelijk eens doorgebeten worden. Wat
eind 1988 "morgen" was, is nu gisteren".
Commentaarschrijver De Volkskrant (25 mei 1990).
"Als wij strategisch vooruit proberen te kijken, dan zoeken we naar produk
ten, waarin je als landbouw een zekere exclusiviteit kunt opbouwen. Planten
kunnen zeer ingewikkelde moleculen bevatten, die chemisch niet zo gemak
kelijk zijn na te maken. In zo'n richting moeten we denken. Specialities:
hoogwaardige produkten met specifieke toepassingen".
Dr.ir. A. Eenink, directeur Instituut voor Agrotechnologisch
Onderzoek (ATO) te Wageningen (Volkskrant 26 mei 1990).