Hete hangijzers 2)ÜO zegge en schrijve zuidelijke landbouw maatschappij Korte pacht GLE Vlasteelt moet inspelen op nieuwe markten land- en tuinbouwblad V RIJDAG 18 MEI 1990 78e JAARGANG NO. 4022 Zaterdag 19 mei organiseert de stichting Het Werkend Trekpaard Zeeland wederom een open dag. Op zes bedrijven (zie pag. 2) zullen trekpaarden worden ingezet voor het verrichten van late voorjaarswerkzaamheden, zoals hooischudden en wieden. U bent welkom 's middags van 1 tot 3 uur. De varkenspest begint voor de praktijk een heet hang ijzer te worden. Na de (eerste) uitbraak eind maart in De Moer in Noord-Brabant werd prompt alle veevervoer in het omringende gebied - de Langstraat - verboden. Er ontstonden problemen voor niet-varkenshouder, om dat het vee naar buiten moest en men soms niet tijdig op de hoogte was van het totale vervoersverbod. In Zeeuws-Vlaanderen werd als preventieve maatregel een vervoersverbod voor varkens ingesteld om zo ver dere besmetting vanuit België te voorkomen, hoewel het gebied zelf varkenspestvrij is. De varkenshouders vroegen zich af of zij (alleen) op moesten draaien voor de lasten om Nederland varkenspestvrij te houden. Na eerst veel heen en weer gepraat en geschrijf losten de problemen in de Langstraat zich uiteindelijk op met het eind april/begin mei geleidelijk opheffen van de beper kende maatregelen en kon men zich in Zeeuws- Vlaanderen door versoepeling van de maatregelen tot voor kort nog wel redden. Eind vorige week kregen wij echter uit Zeeuws-Vlaanderen de signalen dat men nu "vol" zat en dat er iets moest gebeuren om ernstige schade te voorkomen. Vlak daarop kwam de melding van een nieuwe uitbraak in de Moer en begon alles opnieuw. Vanuit de ZLM hebben we onmiddellijk aangedrongen op duidelijke informatie naar alle betrokkenen. Met na me de niet-varkenshouders in de Langstraat zetten nu echter opnieuw grote vraagtekens bij het ook aan hen opgelegde vervoersverbod. Zij vinden de daarvoor aan gevoerde argumenten - namelijk controle en besmet tingsgevaar - niet zwaarwegend genoeg voor een totaal vervoersverbod en zij dringen er bij ons op aan om een tussenoplossing te bereiken. Wij hebben daar op het initiatief genomen om de mogelijkheden voor eventuele tussenoplossingen na te gaan. Of dat zal luk ken is nog even afwachten. Ook de signalen vanuit Zeeuws-Vlaanderen hebben wij onmiddellijk landelijk aan de orde gesteld. Ondertussen breidt de var kenspest in België zich nog steeds uit. De Belgische Staatssecretaris voor Landbouw heeft toestemming gevraagd om gebruik te mogen maken van het destruc tiebedrijf in Son. Ook het veterinair comité van de EG houdt zich intensief met de varkenspest in België bezig. Een ander heet hangijzer is de voortdurende diskussie over de invoering van zogenaamde korte pacht. Velen denken blijkbaar met korte pacht een aantal structurele knelpunten te kunnen oplossen. Tijdens onze ZLM- studiedag over pacht vorig jaar zijn wij echter tot heel andere conclusies gekomen. Kort samengevat: Met de introduktie van korte pacht wordt de hele pachtwetge ving op een hellend vlak gezet en worden de pachtprij zen sterk opgedreven. Daarom willen wij niet morrelen aan de pachtregelgeving, anders ga je dubbel nat. Blijk baar is het proces dat moet leiden tot de introduktie van korte pacht echter niet te stoppen. Als ik zo de landelijke vergaderstukken zie hou ik mijn hart vast en vraag ik mij af of iedereen zich wel reali seert wat de consequenties zijn voor de landbouw. De vraag stellen is haar beantwoorden. Vanuit de ZLM zul len we daarom een uiterste poging moeten doen om nogmaals duidelijk te maken dat korte pacht geen boe- renbelang is. Men moet tenslotte het ijzer smeden als het heet is. Min of meer onverwachts blijkt ook de concrete be grenzing van de zogenaamde Grote Landschappelijke De teelt van vlas kan nieuw perspektief bieden. Er zijn onder meer afzetmogelijkheden bij de fabricage van menggarens, plaatmaterialen en plastics. Als die moge lijkheden worden benut kan het vlasareaal in het jaar 2000 zijn verdubbeld tot rond 12.000 hektare. Deze kon- klusie wordt getrokken in het rapport "Vlas 2000" van het Landbouw Ekonomisch Instituut (LEI). Het rapport werd vorige week donderdag op een bijeenkomst met de Nederlandse vlassektor in Den Haag aangeboden aan minister Braks. Ook de "Zeeuwse vlassers" waren op deze bijeenkomst sterk vertegenwoordigd. Volgens dr. ir. Th.I.H.M. Hutten, samensteller van het rapport, zijn er goede perspektieven voor de afzet mits het aanbod in de pas blijft lopen met de vraag en mits de struktuur van de sektor zich mee ontwikkelt met de markt. Het onderzoek geeft aan dat er voor de Neder landse vlassektor kansen liggen op het gebied van bunde ling van het aanbod, ekonomische samenwerking en het benutten van nieuwe afzetmogelijkheden in de niet tex tiele toepassingen. Een bedreiging zouden nieuwe telers elders in Europa kunnen zijn die dezelfde markten willen bedienen. In het rapport worden voor de verschillende vlasproduk- ten een aantal afzetperspektieven aangegeven. Op het ge bied van zaailijnzaad zal Nederland zijn marktaandeel kunnen vergroten door het overnemen van het markt aandeel in Frankrijk, dat nu nog wordt ingenomen door zaailijnzaad van lagere kwaliteit. Ook zal men zich sterk moeten richten op "nieuwkomers" in de markt zoals Duitsland, Oostenrijk en eventueel het Oostblok. De af zet van vlasvezels voor textiele aanpassingen kan verder vergroot worden door deze meer te richten op de fabrica ge van menggarens en van een rechtstreekse levering van de betere kwaliteiten lange vlasvezel aan de kleinere Westeuropese natspinnerijen. Andere uitbreidingsmogelijkheden liggen in de sfeer van de alternatieve toepassingen zoals het gebruik van vlas vezels bij de fabricage van plaatmaterialen en plastics. Het gebruik van vlasvezel heeft voor deze produkten als voordeel een lager gewicht en/of de biologische afbreek baarheid. Het betreft hier groeimarkten met een groot afzetpotentieel. Handelsfunktie De belangrijkste vraag is nu op welke wijze de afzetmo gelijkheden optimaal benut kunnen worden. Dit is mede afhankelijk van de wijze waarop wordt ingespeeld op de markt. Het rapport geeft aan dat de marktpositie verbe terd kan worden door een gebundeld aanbod. De meest optimale struktuur zou zijn dat de vlasprodukten via een verwerkende industrie worden afgezet waarbij de vezels zodanig bewerkt worden dat ze toegesneden zijn op de eisen van de afnemers. Op deze wijze wordt er tevens een stuk toegevoegde waarde gegeven aan het produkt. Het is gewenst dat er op dit gebied initiatieven genomen gaan worden door partikulieren en/of (bestaande) koöpera- ties. Voor het welslagen van deze initiatieven zal het wel nodig zijn dat er maximale inspanningen worden ver richt op het gebied van onderzoek (veredeling, kwaliteit) en marketing. Tot dat laatste behoort een gerichte pro motie van vlasprodukten en eindprodukten. Eenheid (GLE) Zuid-Beveland een heet hangijzer te zijn. Het zag er naar uit dat de Zeeuwse Staten in ruime meerderheid tot een kleine GLE zouden besluiten. In de aanloop naar de Statenbehandeling kwam toch de dis kussie over een grote GLE op gang en inmiddels heeft één van de GS-leden zich ook daartoe bekeerd. Vanuit de landbouw is steeds voor een kleine GLE geopteerd - gewoon op basis van de inhoudelijke argumentatie. De diskussie over de GLE wordt overigens zwaar belast door de komende besluitvorming over de trajektkeuze voor een eventuele vaste oeververbinding over de Westerschelde (WOV) omdat een grote GLE bepaalde tracé's in principe onmogelijk maakt. Nu is er bekend dat veel boeren in met name de Zak van Zuid-Beveland bepaald niet op (de aansluitende wegen van) een WOV zitten te wachten. In het verleden heb ik ze daarom weieens de "tip" gegeven zich daarom sterk te maken voor een grote GLE. Dat deden ze niet omdat ze von den dat dat uit landbouwkundig oogpunt niet verant woord was. Daarom nu maar het advies aan de Zeeuwse Staten om ook gewoon het gezonde boeren verstand te gebruiken. Dat misstaat in Zeeland trou wens niet. Oggel

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1990 | | pagina 1