Vertrouwensrelatie is niet hersteld
Grensoverschrijdend...
vanuit de Z.L.M. gezien
Landbouwschap: behandeling
Milieucriterianota uitstellen
Brussel
land- en
tuinbouwblad
VRIJDAG 27 APRIL 1990
78e JAARGANG NO. 4019
.\oo
Deprotestakties van de akkerbouwers zijn afgelopen woensdag tot een voorlopige afsluiting
gekomen. Aan diverse grensovergangen kwamen de boeren in het geweerdit keer met name
om de EG-ministers te laten blijken hoe onrechtvaardig het beleid voor de akkerbouwers
uitpakt. In Zeeuws-Vlaanderen kwamen ongeveer 80 trekkers naar de grensovergang (zie fo
to) en bij de grensovergang onder Nispen verzamelde zich een aantal Zeeuwse akkerbouwers
om het Groninger konvooi met diepladers op weg naar Brussel een - letterlijk - warme ont
vangst te bereiden. Daar werd een combine in brand gestoken. "Als het zo doorgaat, hebben
we onze machines toch niet meer nodig," lichtte Klaas Dijkstra toe. Meer nieuws over de
akties in de afgelopen week vindt u op pagina 5.
Het Landbouwschap heeft de Tweede Kamer gevraagd
om de zogenaamde Milieucriterianota pas te behandelen
als het Meerjarenplan Gewasbescherming en het unifor
me beoordelingssysteem voor stoffen beschikbaar zijn.
In de Milieucriterianota worden aan het gebruik van che
mische gewasbeschermingsmiddelen zulke zware eisen
gesteld dat er landbouwkundig gezien een onaanvaard
bare situatie dreigt te ontstaan.
Het Landbouwschap verwijt de overheid dat er in de be
leidsplannen van de verschillende ministeries op het ge
bied van bestrijdingsmiddelen de meest uiteenlopende
uitgangspunten worden gehanteerd. Van een samenhan
gend beleid is geen sprake. Naar de mening van het
schap moet het milieu- en arbeidsveiligheidsbeleid voor
bestrijdingsmiddelen in samenhang met het gewasbe-
schermingsbeleid worden uitgevoerd. Dat kan alleen als
de Milieucriterianota tegelijk wordt behandeld met het
Meerjarenplan Gewasbescherming, dat later dit jaar ver
schijnt.
In antwoord op kamervragen over de Milieucriterianota
schrijft minister Braks dat "de gevolgen van de toepas
sing van de milieucriteria voor de concurrentiepositie
van de Nederland land- en tuinbouw vergaand kunnen
zijn". Het Landbouwschap acht dit niet in overeenstem
ming met de doelstelling van de Structuurnota Land
bouw, namelijk het ontwikkelen van een duurzame, vei
lige en concurrerende land- en tuinbouw.
Investeringen
Het Landbouwschap raamt de extra investeringen die
straks met de uitvoering van het Meerjarenplan Gewas
bescherming zijn gemoeid op ruim 2 miljard gulden voor
de periode tot 1995. Boven de normale bedrijfsinveste
ringen komt hier voor de periode tot het jaar 2000 nog
eens een bedrag van 750 miljoen gulden bij. De produk-
tiekosten zullen in de sector akkerbouw tot 1995 met cir
ca 400 gulden per hectare extra stijgen.
Voor de sectoren groenteteelt en bloementeelt onder glas
worden deze jaarkosten door het Landbouwschap op
50.000 respectievelijk 80.000 gulden per hectare ge
raamd. Deze kostenstijgingen zullen voor slechts een ge
ring deel goedgemaakt kunnen worden door besparingen
op het gebruik van bestrijdingsmiddelen. Wanneer de
milieucriteria en de daarmee samenhangende sanering
van middelen hier nog bij komen, is het Meerjarenplan
Gewasbescherming niet uitvoerbaar, aldus het Land
bouwschap.
Drie weken lang is er dit voorjaar door Nederlandse ak
kerbouwers op een grimmige, nog nooit vertoonde wij
ze, aktie gevoerd. De inzet was de reeds vorig jaar ge
presenteerde wensenlijst uit de "akkerbouwsectorvi-
sie" van het Landbouwschap. Niet meer dan dat! De
door Lubbers en Braks ingestelde bemiddelaars (Com
missie van Goede Diensten) hebben terecht die wen
senlijst middels hun adviezen nagenoeg letterlijk be
vestigd.
Met (op z'n zachtst gezegd) zeer gemengde gevoelens
heb ik vorige week in Den Haag kennis genomen van
de reakties en de besluitvorming van regering en parle
ment met betrekking tot die adviezen.
Het is zeer teleurstellend te moeten constateren dat de
Tweede Kamer ook nu nog steeds géén goede wil
heeft willen tonen om een in een crisissituatie verke
rende sector daadwerkelijk meer tijd en adem te gun
nen voor overleving en aanpassing. Ondanks "begrip
voor de ernst van de situatie" blijft akkerbouw op het
parlementaire prioriteitenlijstje klaarblijkelijk onderaan
staan. Wij ervaren dat als een klap in het gezicht. De
overheid gedraagt zich naar ons toe wederom als een
'bandiet met een hoge hoed'. Aan de belangrijkste en
allesomvattende aanbeveling van de heren De Koning,
Meyer en Wiegel, "het herstel van de vertrouwensre
latie tussen overheid en akkerbouwsector", is dan ook
absoluut niet voldaan. Integendeel zelfs.
Nationaal. Ten behoeve van (reeds bestaande en nog
komende) EG-regelingen die nationaal uitgevoerd kun
nen en mogen worden is voor een periode van 5 jaar
in totaal 90 plus 50 miljoen gulden extra beschikbaar
gesteld. Voor het merendeel is dat Brussels geld, dat
middels een financiële goocheltruc boven tafel gehaald
moet worden.
Gemiddeld per akkerbouwer slechts ongeveer 2.000
gulden per jaar. Niet in de vorm van (de door ons zo ge
wenste) directe lastenverlichting en steun voor alle be-
drijfsgenoten, maar te besteden aan indirecte en flan
kerende maatregelen waar slechts sommigen gebruik
van kunnen maken. Maatregelen bovendien, die wei
nig echt perspektief bieden. Dat is voorlopig de enige
"winst".
Honderdveertig miljoen gulden voor 5 jaar staat in
géén verhouding tot de besomming van de akker-
bouwsectorvisie, die uitkomt op ongeveer tweehon
derd miljoen per jaar. Het zou echter wel een begin
kunnen zijn. Een begin in die zin dat we nu die extra
gelden zo snel mogelijk en zo nuttig mogelijk moeteh
gaan "versleutelen", om daarna (met het oog op de
nationale begroting voor 1991) het ons toekomende
meerdere deel wederom en met kracht van argumen
ten op te kunnen eisen.
Als ik echter de schimmige besluitvorming van Braks
en het parlement met betrekking tot de voorwaarden
en uitvoering van de diverse regelingen goed interpre
teer, dan heb ik gerede twijfels over de mogelijkheden
voor een snelle en nuttige besteding. Uit een op erva
ring gestoeld wantrouwen heb ik vooralsnog weinig
geloof in de door de minister toegezegde "flexibele"
verdeling van de financiën over de verschillende rege
lingen. Ook mijn vertrouwen in een grotere en bredere
deelnamemogelijkheid aan die regelingen is nog niet
hersteld. (Behoudens dan wellicht voor de beëindi
gingsregeling, maar "euthanasie", zoals een parle
mentariër het noemde, vermag ik niet als perspectief
vol voor de akkerbouw te zien!)
Ik verdenk de overheid daarom ook nu weer van een
zwarte Pieten-spel. Eén en ander met de bedoeling om
straks te kunnen zeggen: "Nu hebben we extra geld
uitgegeven, en jullie gebruiken het niet! Met. als uit
gangspunt "het voordeel van de twijfel" zullen we ons
vanuit de ZLM uiteraard (laat daarover geen mis
verstand ontstaan) blijven inspannen, om binnen het
gegeven kader van akkerbouwherstructurering, het
beschikbare geld wél op een nuttige manier te kunnen
besteden. Over enkele maanden zullen we weten of
ons dat mogelijk gemaakt wordt.
Volgende week zal ook wellicht meer bekend zijn over
de definitieve prijsbesluiten in Brussel; alsmede over
de (door ons parlement geëiste) "inspanning" die de
heer Braks geleverd heeft om tot de gewenste positie
vere resultaten te komen. We komen daar nog op te
rug. Zo ook op de "inspanningsverlichting" van Lub
bers en Braks om in EG-verband fundamentele wijzi
ging van het huidige negatieve graanbeleid te be
werkstelligen.
van der Maas