De regering wil voor de akkerbouw in de jaren 1990 t/m 1994 een bedrag van 90 miljoen gulden extra beschikbaar stellen. Nederland (tekortgebied) beïnvloed wordt door de marktprijs in Frank rijk (overschotgebied), kan dit enig positief effect hebben op de Neder landse marktprijs. Of en in welke mate dit effect optreedt is echter onzeker. Produktiebeheersing De Commissie van Goede Diensten stelt dat het doorvoeren van prijsbe leid als enig instrument van produk tiebeheersing in haar ogen onaan vaardbaar is. Prijsbeleid kan niet los gezien worden van een breder functi oneren beleid van produktiebeheer sing. Bij de gewenste maatregelen voor produktiebeheersing gaat de voorkeur van de Commissie van Goede Diensten uit naar een verde ling van taakstellende hoeveelheden graan per lidstaat. De lidstaten moet een zekere ruimte gelaten worden om tot een flexibele invulling van de ze taakstelling te komen. Volgens de Commissie van Goede Diensten zou overwogen kunnen worden in de EG-bijdrage aan de premie stimu lansen of straffen in te bouwen voor de lidstaten, ten einde er ook langs deze weg voor te zorgen dat de taakstelling gerealiseerd wordt. Om te voorkomen dat in ons land in be paalde regio's een onevenredig deel van de braaklegging terecht komt, moet een regionale verdeling van de nationale taakstelling worden uitge werkt. De huidige degressieve com munautaire bijdrage dient volgens de Commissie tenminste te worden gewijzigd in een evenredige bijdrage. Op zich kan onderschreven worden dat het aspect produktiebeheersing in EG-verband tot nog toe onvol doende gestalte krijgt. Reeds vorig jaar is dit onderwerp nadrukkelijk door de Bondsrepubliek en Neder land aan de orde gesteld. In de Landbouwraad is de laatste maan den met name door Nederland we derom de aandacht gevraagd voor het feit dat de Europese Raad van begin 1988 tevens besloten heeft tot een vorm van produktiebeheersing via het uit produktie nemen van ak kerbouwland (set-aside). Dit omdat het stabilisatorenmechanisme zelf vooral een budgettaire achtergrond heeft, maar de omvang van de pro duktie op korte termijn weinig beïn vloedt. Door Nederland en de Bondsrepubliek is gesteld dat in de praktijk deze set-aside echter niet goed van de grond komt. In de meeste lidstaten is de premie op een zodanig niveau vastgesteld dat er on voldoende belangstelling voor bestaat. In dit verband is er tijdens de afgelo pen Landbouwraad door Nederland in de eerste plaats voor gepleit dat de Europese Commssie alle noodzake lijke maatregelen dient te treffen om een daadwerkelijke en evenwichtige uitvoering van de set-asideregeling in de lidstaten voor het seizoen 1990/91 te waarborgen. Daarnaast is de Europese Commissie door Ne derland verzocht om op korte ter mijn een studie te verrichten naar andere mogelijke modaliteiten van set-aside. Daarbij zijn genoemd re gelingen met een minder vrijblijvend karakter en bijvoorbeeld een koppe ling met de medeverantwoordelijk heidsheffing. In dit kader is er voor gepleit om de huidige degressieve communautaire bijdrage te wijzigen in een evenredi ge. Dit laatste wordt overigens ook aanbevolen door de Commissie van Goede Diensten. Tevens zou bezien moeten worden of en in hoeverre men de communautaire bijdrage meer zou kunnen afstemmen op de besparingen voor de Gemeenschap als gevolg van set-aside. Tenslotte zou in deze studie aandacht moeten worden besteed aan vormen van set- aside, die leiden tot een meer struc tureel onttrekken van cultuurgrond aan de landbouw (bosbouw, natuur ontwikkeling). In dit kader is door een aantal andere lidstaten aandacht gevraagd voor andere maatregelen, die genoemd zijn in de conclusies en de verklaring van de Top van begin 1988, maar nog niet ten uitvoer zijn gelegd (bevorderen bijmenging van granen in diervoeders, omschakeling naar andere teelten). In het laatste compromisvoorstel over de landbouwprijzen 1990/91 was als reactie op dit alles een pas- Vrijdag 20 april 1990 sage opgenomen, die tegemoet kwam aan het Nederlandse verzoek inzake de effectievere toepassing van de huidige set-aside in het seizoen 1990/91. Verder werd hierin gesteld dat de Europese Commissie zich zou bezinnen op de wenselijkheid de mo daliteiten van de regeling te verbete ren en zo nodig passende voorstellen te doen. Tevens zou de Europese Commissie nagaan hoe de reeks maatregelen, die genoemd zijn in de conclusies van de Top van begin 1988, ten uitvoer zijn gelegd. Zij zal over een en ander tijdig een verslag en passende voorstellen indienen, zodat hierover tijdig voor het ver koopseizoen 1991/92 kan worden besloten. Verwijderd van de realiteit In zijn algemeenheid zij er op gewe zen dat voor de meeste lidstaten pro duktiebeheersing een minder grote prioriteit heeft. Men accepteert de prijseffecten van de stabilisator en is, wanneer de Europese Commissie daarop aandringt, waarschijnlijk wel bereid tot hogere premies in het kader van de set-asideregeling. Taakstellingen per lidstaat lijken echter vooralsnog in Europees ver band niet bespreekbaar. De sug gestie van de Commissie van Goede Diensten om binnen ons land tot een regionale verdeling van de nationale taakstelling te komen, lijkt tegen die achtergrond op dit moment vrij ver verwijderd van de realiteit van de Europese besluitvorming. Verder wordt er op gewezen dat taakstellingen per lidstaat, waarbij de lidstaat ruimte heeft wat betreft de invulling daarvan, niet goed pas sen in de interne marktgedachte. De Europese Commissie is van mening dat als er sprake is van taakstellin gen, dit de vorm moet hebben van taakstellingen per individuele produ cent of onderneming. Dit laatste is bijvoorbeeld het geval bij de quota regelingen voor melk en suiker. De Commissie van Goede Diensten constateert overigens terecht dat een dergelijke quotering voor granen niet mogelijk is. Tenslotte zij er op gewezen dat in het rapport van de Commissie van Goe de Diensten gesproken wordt over taakstellende hoeveelheden graan per lidstaat. Dit lijkt een voor Ne derland bedreigende formulering. Aangenomen wordt dat hier gedoeld wordt op een taakstelling betreffen de de vermindering van het graan areaal. Eén en ander zou kunnen be tekenen dat deze taakstelling mede bereikt zou kunnen worden door omschakeling van granen op bij voorbeeld aardappelen. Dit zou voor de Nederlandse akkerbouw, die sterk afhankelijk is van aardappe len, desastreuze gevolgen kunnen hebben voor de prijsvorming. In de ze sector is er namelijk sprake van een labiel marktevenwicht dat ge makkelijk verstoord wordt door uit breiding van de teelt. In de standpuntbepaling van de Eu ropese overkoepelende organisatie van (nationale) landbouworganisa ties (COPA) heeft produktiebeheer sing tot nog toe weinig prioriteit. In dien het COPA hierop nadruk zou leggen, zou dit de besluitvorming in de Landbouwraad zeker beïnvloe den. Het verdient dan ook aanbeve ling dat het Nederlandse landbouw bedrijfsleven het belang van produk tiebeheersing in COPA-verband sterk bepleit en een conceptie ont wikkelt, die nationaal en in COPA- verband, voldoende weerklank vindt. Geconcludeerd kan worden dat de Regering van mening is dat tot nog toe bij de uitvoering van de besluiten van de Europese Raad van begin 1988, de produktiebeheersing onvol doende gestalte heeft gekregen. De Regering zal zich ervoor inzetten dat de produktiebeheersing meer effec tief wordt. Nationaal beleid De Regering zal in de Structuurnota Landbouw een aantal specifieke maatregelen voor de akkerbouw aankondigen. Hierbij spelen de ad viezen van de Commissie van Goede Diensten t.a..v. noodzakelijke her structurering een belangrijke rol. De hoofdlijnen van het nationale beleid zijn, mede op basis van het rapport van de Commissie van Goede Dien sten, als volgt te formuleren: - herstructurering van het perspec tief biedende deel van de akkerbouw en in samenhang daarmee een krach tige stimulering van agrificatie en geïntegreerde plantaardige pro duktie; - bedrijfsbeëindiging als mogelijk heid voor akkerbouwers, die onvol doende toekomstmogelijkheden zien; - tijdelijke bedrijfssteun en braak legging, gedurende het proces van voorbereiding en uitvoering van de herstructurering. Centraal staat de noodzakelijke her structurering. De beoogde bedrijfs- aanpassing zal moeten gebeuren in samenhang met de op te stellen regi onale herstructureringsplannen voor de akkerbouwsector, omdat de pro blematiek regionaal verschillend is. Ook naar de mening van de Rege ring zal herstrukturering van de ak kerbouw in de verschillende gebie den, in de regio's zelf, vorm moeten krijgen. Dit niet alleen in het licht van gewijzigde marktomstandighe den, maar ook in het licht van het aan het einde van dit jaar verschij nende Meerjarenplan Gewasbe scherming. De provinciale raden voor de bedrijfsontwikkeling dienen daartoe een herstruktureringscom- missie per regio in te stellen. De di recteuren Landbouw, Natuur- en Openluchtrecreatie hebben opdracht dit zo snel mogelijk in de raden aan de orde te stellen. Deze commissies dienen de moge lijkheden tot herstrukturering per re gio in kaart te brengen en ook op welke wijze dit proces van herstruk turering, rekening houdend met markt en milieu het beste kan plaats vinden. De inzet van instrumenten is mede afhankelijk van de plannen die uit de regio's komen. Het generieke instrumentarium van land- bouwstruktuurbeleid dient de moge lijkheid voor de akkerbouwbedrijven een toegesneden regeling te maken. Daarnaast zal ook de mogelijkheid worden opengehouden dat specifieke projecten in de diverse regio's on dersteund zullen worden. Bedrijfsbeëindiging is van belang voor akkerbouwers, die onvoldoende toekonstmogelijkheden zien. De gronden, die schikbaar komen door de regeling bedrijfsbeëindiging, die nen te worden toegevoegd aan de na- bijgelegen akkerbouwbedrijven. Daarmee heeft de regeling een duide lijk structuurverbeterend karakter. Nationale maatregelen De Commissie van Goede Diensten stelt terecht dat het Europese Land bouwbeleid het kader vormt van het Nationale Landbouwbeleid. In het rapport wordt bij het toekomstig EG-prijsbeleid gesteld dat "naar de mate waarin onverhoopt van boven genoemde (prijs)maatregelen niet realiseerbaar blijken te zijn, de Ne derlandse Regering zal moeten be zien of, en zo ja, op welke wijze na tionale maatregelen, die binnen het EG-kader passen, compensatie kun nen bieden". De intensivering van het nationale beleid, gericht op her structurering, is volgens de Regering op zichzelf noodzakelijk en niet een compensatie voor het niet realiseren van een prijsherstel van granen in EG-verband. Een dergelijke benade ring zou haaks staan op de doelstel lingen van de EG en het Gemeen schappelijke Landbouwbeleid. Door de Commissie van Goede Diensten wordt als uitgangspunt ge formuleerd dat nationale inkomens ondersteuning in redelijke verhou ding moet staan tot steunverlening aan andere bevolkingsgroepen. Te vens wordt gesteld dat inkomenson dersteunende maatregelen ook moe ten passen in het kader van de nood zakelijke herstructurering. De Rege ring is van mening dat de Europese regeling voor tijdelijke inko menssteun het geëigende kader is. Voor de in deze notitie geschetste maatregelen voor de akkerbouw worden in de begroting van LNV de volgende bedragen voorzien: Zie tabel 2 Dit budget zal worden verhoogd met 10 min. in 1990 en jaarlijks 20 min. in de jaren 1991 t/m 1994, zo dat totaal voor de periode t/m 1994 ruim 450 miljoen voor deze maat regelen beschikbaar is. Dit is globaal het budgettaire kader waarbinnen het beleid tot herstruk turering van de akkerbouw gestalte zal moeten krijgen voor de komende vijf jaar. De onderverdeling van de bedragen is indicatief. In het kader van de verdere beleidsontwikkeling ligt het in het voornemen - om nadat duidelijk geworden is welke ruimte nodig is voor de inkomenssteun - in de beginjaren vooral het accent te leggen op de bedrijfsbeëindigingsre geling. Daartoe ligt het in het voor nemen de toegankelijkheid van de re geling te vergroten in de door de Commissie van Goede Diensten be oogde richting en het accent vooral te leggen op het structuurverbete rend effect. Momenteel ligt er een restrictieve beëindigingsregeling ter toetsing bij de Europese Commissie. Mede aan de hand van het oordeel van de Europese Commissie daar over zal de invulling van de gewijzig de beëindigingsregeling plaatsvin den. In dat kader ligt het ook in het voornemen van de Regering om met spoed een wetsontwerp in te dienen om éénmalige verpachtingen van 6 tot 12 jaar mogelijk te maken zonder dat de bepalingen van de pachtwet daarop van toepassing zijn. Accent verleggen Nadat via planvorming in de diverse regio's en aan de hand van een door lichting van de individuele bedrijven een concreter beeld is ontstaan over de benodigde herstructurereingsmaatre- gelen kan halverwege de vijfjarige pe riode het accent verlegd worden naar ondersteuning van de herstructurering. In de herstructureringsperiode kunnen de braakregeling en de tijdelijke, de gressieve regeling inkomenssteun voor de noodzakelijke overbrugging zorgen. T.a.v. de invulling van de EG- inkomenssteunregeling dient een afwe ging plaats te vinden tussen' het EG- kader en datgene dat binnen Nederland aan steunverlening aan andere bevol kingsgroepen mogelijk is. Gegegeven het specifieke karakter van de akker- bouwsektor kan de Regering er nu mee instemmen dat het EG- inkomenscriterium ingevuld wordt via het fiscaal onzuiver inkomen waarin de vermogenspositie verdisconteerd is. Een apart - in de nationale verhoudin gen voor de hand liggend vermogensc riterium - is daardoor niet nodig. 7 tabel 1 Consequentie stabilisator Afbraak monetair verschil Verkorting betalingstermijn Verhoging staffel Totaal Dit is het effect op de interventie prijs aan het einde van het seizoen. Interventie aan het einde van het sei- Voorstel van de Europese Commissie -3,0 -0,9 n.v.t. n.v.t. -3,9 Voorzitters compromis -3,0 n.v.t. 1,5 0,85* -0,65 zoen is de laatste jaren in Nederland de praktijk. Bij interventie eerder in het seizoen is dit effect geringer. tabel 2 1990 1991 1992 1993 1994 Totaal Braakregeling 30 30 30 30 30 150 Landinrichting 5 5 5 5 - 20 Beëindiging 9 9 9 9 - 36 Inkomenssteun 15 12 9 6 3 45 Investeringssteun 10 40 -milieu-investeringen 7 7 8 8 -kwaliteit en innovatie 5 5 5 5 5 25 Agrificatie, Onderzoek en Ont wikkeling 7,75 8,5 8,8 5,7 5 35,75 Onderzoek en voorlichting geïn 10 tegreerde teelten 2 2 2 2 2 Totaal 80,75 78,5 76,8 70,7 55 361,75

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1990 | | pagina 7