De maand april op het zuidwestelijk veehouderijbedrijf
Uitgevreten beton,
wat doen we eraan?
Bedrijfsresultaten in de zeugenhouderij in
West-Brabant en Zeeland blijven achter
Verontrustende varkenspestsituatie in België
VARKENSHOUDERIJ
MELKVEEHOUDERIJ
Lagere tarieven KI
Sinds kort zijn de jaarcijfers van de
Technische Ekonomische Admi
nistratie van 1989 (TEA) bekend. In
dit artikel zal ingegaan worden op de
verschillen tussen de gemiddelde re
sultaten in de zeugenhouderij in Bra
bant en Zeeland en het werkgebied
van DLV Varkenshouderij team
Breda (globaal het gebied ten westen
van Tilburg).
Resultaten zeugenhouderij in
1989
In de tabel staan de resultaten van de
zeugenhouderij -administraties ver
meld, met daarnaast de gemiddelde
resultaten van het werkgebied
DLV-Breda.
Zie tabel 1.
Uit tabel 1 blijkt dat het verschil in
saldo bijna 100,per zeug be
draagt. Het saldo is de vergoeding
voor arbeid en huisvestingskosten.
Het lagere saldo is te verklaren door:
a) lagere biggenproduktie;
b) lagere biggenprijs.
In dit artikel zrl nader ingegaan
worden op de (mogelijke) oorzaken
van deze verschillen.
Lagere biggenproduktie
Uit de tabel blijkt dat de biggenpro
duktie in het werkgebied van DLV-
Breda 0.64 big/zeug/jaar lager ligt.
Dit wordt veroorzaakt door de lage
re worpindex (0.04) en een hoger
uitvals-% van de biggen (1.3%).
Beide verklaren de helft van het ver
schil. Deze verschillen geven aan dat
er in ons werkgebied nog duidelijke
verbeteringen mogelijk zijn.
Worpindex
Voor wat betreft verbetering van de
worpindex moet je denken aan ver
betering van vooral de aandacht
rond het dekken en de drachtig-
heidskontrole. Een goed beleid rond
het dekken van de zeugen begint met
het stimuleren van de berigheid. Uit
loop van de zeugen en kontakt met
de beer geeft de grootste stimulans.
Zeugen moeten minimaal tweemaal
daags gekontroleerd worden op be
righeid.
Nadat de zeug gedekt is moet ze rust
krijgen in verband met de kans op
embryonale sterfte.
De gedekte zeugen kontroleert u re
gelmatig op terugkomen. Dagelijks
gaat u met de beer voor de zeugen
langs. Daarnaast kan een drachtig-
heidstester goede diensten bewijzen.
Sterfte-% van de biggen
Het sterfte-% van de biggen moet
verlaagd kunnen worden door extra
zorg bij de geboorte en vlak na de
geboorte. Door de volgende zaken is
de uitval onder de pasgeborene te
beperken:
- zorg voor een goede omge
vingstemperatuur tijdens het werpen
in de kraamstal 22°C;
- zorg voor een extra verwarmings
bron (bijv. een lamp) achter en naast
de zeug;
- zorg voor een warm biggennest
30-34°C;
- kontroleer het geboortegewicht.
Dit moet gemiddeld 1500 gram be
dragen.
Door op deze zaken te letten zullen
de biggen vitaler zijn en zullen de
eerste dag meer biest opnemen.
Hierdoor zal de kans op uitval klei
ner worden.
de gerealiseerde biggenprijs (gekor-
rigeerd naar 23 kg) ruim 1,per
big lager is. Mogelijke oorzaken
hiervoor zijn:
afleveren van kleinere koppels
door een kleinere bedrijfsgrootte;
mogelijk wordt er minder onder
handeld over opbrengstprijzen van
de biggen.
Vergelijk uw eigen opbrengstprijs
met de gemiddelde biggenprijs en
eventueel met die van uw kollega-
varkenshouder. Hieruit moet dan
blijken of u voldoende toeslagen
ontvangt. (Uiteraard er van uitgaan
de dat u een kwalitatief goede big af
levert.)
In dit artikel is aangegeven dat de re
sultaten in het werkgebied van DLV
Breda achterblijven ten opzichte van
het gemiddelde. Dit betekent dat er
nog verbeteringen mogelijk zijn.
Vergelijk de resultaten van uw eigen
bedrijf met de gemiddelde resulta
ten. Deze vergelijking moet de zwak
ke punten van uw bedrijf zichtbaar
maken.
De bedrijfsdeskundige van de
D.L.V. varkenshouderij is graag be
reid met u uw bedrijfsresultaten te
bespreken.
Lagere biggenprijs
Uit de gegevens komt naar voren dat
Tabel 1 gemiddelde resultaten TEA zeugenhouderij 1989
Kees Ligthart
Bedrijfsdeskundige DLV
Varkenshouderij Breda
N.Brabant en
Zeeland
werkgebied
DLV Breda
biggen/zeug/jaar
20.31
19.67
worpindex
2.22
2.18
levend geboren/worp
10.50
10.60
sterfte
13.20
14.50
groei biggen
323
316
aflevergewicht
26
26
kg biggenvoer
31
31
kg zeugenvoer
1095
1106
gekor. biggenprijs
115.53
114.34
biggen voer prijs
79.45
79.72
zeugen voerprijs
47.74
47.58
perc. vervanging zeugen
47
45
saldo
1172
1075
In de periode van 1 februari - 21
maart j.l. zijn al 37 uitbraken van klas
sieke varkenspest vastgesteld in West-
Vlaanderen.
Stichting Gezondheidsdienst
voor dieren in Noord-Brabant
De bedrijven zijn gelegen in de ge
meenten Wingene, Oedelem, Ruise-
lede en Waarschoot op een afstand
van ca. 15 kilometer van de grens
met Zeeuws-Vlaanderen. Het betref
fende gebied is een van de meest var-
kensintensieve gebieden in België.
Het eerste bedrijf in Wingene is
hoogstwaarschijnlijk besmet geraakt
via vervoer van dieren vanuit de pro
vincie Antwerpen (Weelde). De
meeste besmette bedrijven liggen in
de gemeente Wingene, binnen een
straal van enkele kilometers rondom
de eerste haard. Op 21 maart is ech
ter ook in Waarschoot (Oost-
Vlaanderen), op een afstand van ca.
25 kilometer, varkenspest vast
gesteld. Hoe de besmetting zich in
het gebied zelf verplaatst heeft is niet
duidelijk. Naast verspreiding via on
gedierte, huisdieren, personen etc.
wordt ook gedacht aan verspreiding
van het virus via de lucht. Inmiddels
heeft men in België de beschermings
zone uitgebreid. Deze omvat nu het
gehele gebied tussen Gent, Tielt,
Brugge en Zeeuws-Vlaanderen. Om
Vrijdag 30 maart 1990
verspreiding naar Nederland te
voorkomen is door de Nederlandse
overheid op 13 maart j.l. al een ver-
voersverbod in West-Zeeuws-
Vlaanderen ingesteld. Door de ver
slechterende situatie in de week van
19 maart heeft het Ministerie van
Landbouw m.i.v. 23 maart een ver-
voersverbod ingesteld voor geheel
Zeeuws-Vlaanderen. Hopelijk slaagt
men er snel in de situatie de baas te
worden. Voor het behoud van de
officieel varkenspestvrije status is
het van belang dat alle Nederlandse
varkenshouders alert zijn. De vol
gende maatregelen zijn hierbij van
belang:
,rnm
- Koop alleen dieren van bekende
herkomst;
- Pas grondige hygiëne-maatregelen
toe;
- Raadpleeg bij verdenking op var
kenspest zo snel mogelijk uw dieren
arts en stuur sectiemateriaal in naar
de Gezondheidsdienst.
Tot slot: Ook vanuit Duitsland is het
besmettingsgevaar niet denkbeeldig.
Op 25 kilometer afstand van de Ne
derlandse grens, ter hoogte van Ven-
lo is nl. op enkele bedrijven var
kenspest vastgesteld. Daarnaast
wordt de ziekte in Duitsland ook re
gelmatig gevonden bij wilde
zwijnen.
De DLV krijgt dikwijls de vraag: "Hoe kan ik de betonvloer herstellen?"
Aantasting van betonvloeren,
vooral bij de opslag van kuil-
voer, komt op nagenoeg elk be-
drijf voor. Een verkeerde beton
samenstelling, maar vooral een
onjuiste verwerking en nabehan
deling van de betonmortel zijn
vaak de oorzaak. Als DLV krij
gen wij dan ook dikwijls de
vraag: "Hoe kan ik de beton
vloer herstellen?"
Enten tegen varkenspest (archieffoto).
Om een keuze te maken uit de vele
mogelijkheden moet duidelijk zijn
aan welke eisen de vloeren moeten
voldoen. Ze moeten mechanische
belastingen, zoals die van uitkuilap-
paratuur kunnen weerstaan. En in
de veehouderij moeten ze bovendien
zuurbestending zijn. Steeds geldt bij
renovatie dat de vloer goed schoon,
droog en vetvrij gemaakt wordt.
Gaat u een slechte flink gescheurde
vloer herstellen met een cement ge
bonden dek vloer van 6 8 cm, dan
bent u lange tijd uit de problemen.
Gebruik een hoge beton kwaliteit
B35, Milieuklasse 5C. Gebruik van
een bewapeningsnet is aan te beve
len. Ingevreten vloeren met nog vol
doende draagkracht en weinig
scheuren kunt u voorzien van een 2
cm dikke speciale toplaagspecie. De
samenstelling van de specie en het
aanbrengen vraagt veel aandacht.
Bij de DLV kunt u het "recept" op
vragen.
Een andere methode van renovatie is
het aanbrengen van asfalt. De be
staande vloer dient als fundering.
We kennen hierbij 2 methoden. Ten
eerste gietasfalt. Dit wordt op een
vilt aangebracht, de dikte is 2 a 3
cm. Mechanische verdichting is ge
zien de samenstelling niet nodig.
Mechanische beschadiging door uit-
kuilapparatuur is gering. In de zo
mer, onder warme omstandigheden
wel gemakkelijk beschadiging. Deze
zijn wel gemakkelijk te repareren.
Open asfalt beton 3 cm, met daarom
3 cm dicht asfaltbeton moet wel
goed verdicht worden. Deze sa
menstelling geeft praktisch geen me
chanische beschadigingen. Wel
voorzichtig zijn met lekolie. Open
asfaltbeton kunt u om de kosten te
drukken eventueel goed combineren
met erfverharding of samenwerking
met kollega's.
Kunststofdekvloeren bestaande uit
diverse kunststofharsen kunt u ge
bruiken op nieuwe matig aangetaste
betonvloeren. Voor kuilvoeropslag
nogal duur.
Laat u goed informeren door des
kundigen alvorens te beslissen.
Goedkoop is vooral bij kunststof
vloeren maar al te vaak duurkoop.
Door de grote variatie in kunststof
fen en samenstelling gaat het te ver
om in dit artikel kompleet te zijn.
Dit is een reden te meer om u van
deskundigheid te laten voorzien al
vorens u beslist. De DLV wil u daar
bij graag behulpzaam zijn.
Kopziekte gevaar
Bij de overgang Van stal naar weide
komt nogal eens kopziekte voor. De
ziekte wordt veroorzaakt door een
acute daling van het magnesiumge
halte in het bloed. We zien dan dik
wijls een verkramping van de spie
ren, aantasting van de hersenen en
tenslotte hartstilstand. Zorg daarom
voor een voldoende hoog magnesi
umgehalte in het gras door een juiste
bemesting.
Bekend is dat het magnesiumgehalte
van het gras bepaald wordt door de
magnesium- stikstof en kalibe
mesting en de magnesium en kali
toestand van de grond. Denk er om
dat bij een te hoge kali opname het
gras minder magnesium opneemt.
Bij toestand voldoende wordt voor
zandgrond 50 kg MGO geadviseerd.
Het advies geldt voor snel opneem
baar magnesium (bijvoorbeeld kie
zeriet). In kopziekte gevaarlijke pe
rioden, zoals het vroege voorjaar
kunnen aanvullende maatregelen
nodig zijn. Deze kunnen bestaan uit:
- Voeren van krachtvoer met extra
magnesium.
- Bestuiven van gras met 20 kg
(MGO) gebrande magnesiet per ha.
- Per koe per dag 75 gram magnesiet
over het voer strooien.
Op kleigronden heeft magnesium
bemesting nauwelijks invloed op het
magnesiumgehalte van het gras. De
magnesium behoefte zal hier alleen
via het voer kunnen worden gedekt.
Delar
Dit staat voor Deeladministratie
rundveehouderij. Met deze deel-
boekhouding krijgt u een helder in
zicht in het bedrijfsekonomisch- en
technische gebeuren van uw bedrijf.
Interessant is dat u naast een externe
bedrijfsvergelijking ook een interne
bedrijfsvergelijking krijgt. Uitgaan
de van uw bedrijfssituatie wordt een
optimaal plan berekend. Vergelij
king met de behaalde resultaten
geeft aan waar eventuele verbeterin
gen mogelijk zijn. Delar kost ca.
350,per jaar. Omdat het boek
jaar loopt van mei tot mei is snelle
aanmelding gewenst. Dit kan o.a.
via uw DL V-Team.
P.J. de Beer,
Bedrijfsdeskundige
DLV Rundveehouderij Breda
Het bestuur van KI Zuid-Nederland
heeft besloten om met ingang van 1
maart de inseminatietarieven aan te
passen. Het eerste-inseminatietarief
van 35,wordt teruggebracht
naar 33,voor de eerste 25 inse
minaties. Voor alle volgende 25 inse
minaties wordt het tarief telkens
ƒ1,lager. De aanpassingen zijn
een gevolg van het merkbaar worden
van de volledige voordelen van de
Zuidelijke KI-verenigingen.
21