"Luchtmacht kreeg na Tweede Wereldoorlog
niet de erkenning waar ze recht op had"
Buitendienst-medewerker Suiker Unie Adri Verswijveren uit Halsteren:
Opmerkelijke vrijetijds-besteding: het verifiëren van de lotgevallen van
bemanningen van vliegtuigen uit de Tweede Wereldoorlog
De heer Adrie Verswijveren uit Halsteren kennen de meeste landbou
wers in de Zuidwesthoek van Brabant, Tholen en St. Philipsland als
buitendienstmedewerker van Suiker Unie. Nog maar even want per
1 mei 1990 verlaat deze kleurrijke figuur de suikerindustrie wegens
vervroegde uittreding. Wat maar weinigen van hem weten is dat hij
zich in zijn vrije tijd bezighoudt met het verifiëren van omgekomen
vliegtuigbemanningen in de Tweede Wereldoorlog en het opsporen
van eventuele overlevenden. In de omgeving van Halsteren is toen
een aantal geallieerde vliegtuigen neergestort. Hoe komt iemand tot
zo'n interesse? Aan het woord de heer Adri Verswijveren:
"Bij mijn ouders thuis in Halsteren
waren met Kerstmis 1944, net na de
bevrijding, 4 militairen ingekwar-
tiert, 3 Schotten en 1 Engelsman.
Wij hadden veelvuldig een gesprek
met deze mensen en zo is bij mij wat
meer belangstelling ontstaan naar de
oorlogshandelingen. Je voelde je er
daardoor nauwer bij betrokken.
Over deze 4 bevrijders later meer.
Na de oorlog werden er op veel
plaatsen herdenkingstekens opge
richt ter nagedachtenis van omgeko
men militairen en verzetsstrijders.
Ook in Halsteren, waar 4 Canadese
landstrijdkrachten zijn omgekomen.
Van de 22 omgekomen luchtmacht
piloten en bemanningsleden is niets
bekend. De weinige overlevenden
van voornamelijk de Royal Air For
ce (RAF) hebben de overwinning
met daaraan de feestvreugde niet
mogen meemaken daar ze na te zijn
opgepakt, getransporteerd zijn naar
concentratiekampen. Heel de vliege
rij in de Tweede Wereldoorlog is een
onbeschreven boek. Automatisch
begon bij mij meer interesse te groei
en naar de lotgevallen van dit leger
onderdeel.
Kontakten leggen met eventuele
overlevenden van een neergestort
toestel was onmogelijk omdat de
Duitsers de omgeving hermetisch af
sloten. Mij echt verdiepen in deze
materie is begin jaren 80 ontstaan na
een bericht in de krant waar een
overlevende, die ten noorden van
Lepelstraat was neergestort, om in
lichtingen vroeg. Deze man was met
zijn parachute in het water terecht
gekomen en na omzwervingen bij
een oud boerderijtje gevangen geno
men. Via een briefwisseling heb ik
toen kontakt gehad met deze man,
vlieger Fred Stead uit York, Enge
land. Wij hebben de plaats bezocht
waar zijn vliegtuig is neergestort en
het Engels oorlogskerkhof te Bergen
op Zoom waar 5 medebeman
ningsleden begraven liggen.
Dat oude boerderijtje bleek achteraf
van Lowieke Heyboer te zijn en het
water waarin hij terechtgekomen
was de Eendracht. Bij zijn ondervra
ging in Tholen heeft hij nog 2 kolle
ga's ontmoet. Via Bergen op Zoom
en Venlo is hij in een kamp in de
buurt van Dresden beland. Tegen de
bevrijding moesten zij verder Duits
land in. Na o.a. een mars van 232
km kwamen zij aan bij kamp Bu-
chenwald, bij Berlijn. Hier is hij
door de Russen bevrijd. Na terug
keer in Engeland heeft hij zijn werk
als bankbediende hervat. Op de
plaats waar het vliegtuig, een
4-motorige Halifax, is neergeko
men, hebben we na graafwerk nog
enkele onderdelen gevonden. Als
opdracht hadden zij op 1 juni 1944
gekregen het droppen van goederen
voor het Belgische verzet. Bij de
RAF heb ik een vlieglijst aange
vraagd van het squadron. Zo heb ik
de namen van de bemanningsleden
onder ogen gekregen.
Strohalm
Op deze lijst stond eveneens dat een
ander vliegtuig van hetzelfde squa
dron bij Stavenisse was neergestort.
Zelf kon ik herinneren dat daar een
crash was geweest. Mijn belangstel
ling was gewekt toen in een artikeltje
stond dat onderzoek naar deze Hali
fax in een waas van geheimzinnig
heid hing. In 1971 kwam er na een
politioneel onderzoek een rapport
vrij waarmee ik geen vrede had. Het
leek mij te simpel. Op het Engels
oorlogskerkhof kijk ik in het bezoe-
kersboek en zie daar de naam van
een Waal staan, een zekere heer Fi-
een parachute in het water terecht en
werd opgepikt door 4 matrozen op
een platte boot. Hij hoort de matro
zen tegen elkaar zeggen dat ze een
goede vangst hebben en komt erach
ter dat het Duitsers zijn. Door zijn
opleiding aan de Patriotic School in
Engeland, tot agent, beheerst hij en
kele speciale vechttechnieken tot in
de perfectie. In een gevecht komen
de 4 matrozen om het leven.
De uitgeputte Masereel wordt door 3
Armeniërs in Duitse dienst gevangen
genomen en overgeleverd. Om niets
los te laten omtrent zijn opdracht en
opleidingen doet hij bij ondervra
ging door de Gestapo alsof hij zich
niets kan herinneren en valt zoge
naamd flauw. Masereel is in 1971 op
64-jarige leeftijd overleden.
Opmerkzaam lezer
Het 138e squadron dat dergelijke
droppingsvluchten uitvoerde was
gespecialiseerd in zeer laag vliegen
bij heldere maan. Twee andere vlieg
tuigen zijn later bij Gilze Rijen neer
geschoten tijdens het zoeken naar
hun droppingspunt. Een uitvoerige
versie heb ik gepubliceerd in de Een-
drachtbode. Via een opmerkzaam
lezer ben ik aan foto's gekomen van
een neergestort vliegtuig op de mo
lenplaat bij Tholen, nu Oesterdam.
De piloot heette volgens de lezer
Cormick, maar kon hem niet terug-
De bezoekersboeken op het Engels en
Canadees oorlogskerkhof te Bergen
op Zoom geven de heer A. Verswij
veren soms een aanknopingspunt.
fist die 45 jaar na de oorlog in zijn
eentje aan het zoeken was. Hij was
inzittende van een Engels stoorvlieg-
tuig, een Boeiing. Voor de oorlog
heeft de toen 16-jarige Bob Lloyd
Davies 2 jaar in Duitsland als back
carrier bij zijn broer gewerkt, een
professioneel golfspeler. Doordat
hij vloeiend Duits sprak met dialekt
moest hij berichten naar Duitse
nachtvliegers onderscheppen en ver
draaien. Zijn vliegtuig moest ten
lot met onduidelijk de plaatsnaam
Ougree. Dit was de strohalm die ik
moest hebben.
Na ontelbare telefoontjes eindelijk
gehoor. De heer Filot vertelde mij
weinig en verwees mij door naar zijn
broer in Rocourt bij Luik. Het ge
sprek vlotte niet best en heb toen een
brief gestuurd. Deze brief werd
doorgegeven naar een andere broer
in Aix la bain. Die man gaf de infor
matie door aan een studiegenoot in
Brussel die op zijn beurt weer een
studiegenoot in Bergen op Zoom in
schakelde. Via deze man kreeg ik al-
He informatie.
Het bleek dat een broer van de Filots
een Belgisch verzetsstrijder was die
nu in Bergen op Zoom begraven ligt.
De geheimzinnigheid omtrent het.
onderzoek lag in het feit dat de Hali
fax 3 verzetsstrijders aan boord had
die geen lid van de RAF waren. Zij
moesten gedropt worden in de buurt
van Gerardsbergen. Een van de 3
was geheim agent Masereel die de
ramp overleefde, zij het zwaar ge
wond. Verschillende rapporten en
vlieglijsten hadden niet dezelfde na
men daar voor verzetsstrijders
meestal schuilnamen werden opge
geven. Kapitein Masereel kwam met
De heer AVerswijveren bij de graven van de 2 Belgische verzetsstrijders H.
Filot en L. Stroobants die samen met Masereel gedropt moesten worden,
maar boven Stavenisse werden neergeschoten.
vinden op het Engels oorlogskerk
hof. Doordat ik eerder inzage heb
gehad in een dokument over een
aangespoelde rubberboot met En
gels opschrift kreeg ik al snel in de
gaten dat de vlieger Canadees was en
Cormack moest heten. Op het Cana
dees kerkhof te Bergen op Zoom
vond ik hem terug.
Raid
Cormack behoorde als een van de
1000 vliegers bij de raid in 1942 op
Keulen. De Engelsen wilden met
machtsvertoon de Duitsers een lesje
geven. Doordat ze zelf niet over ge
noeg vliegers beschikten zijn veel
Canadezen ingezet. Het neergestorte
vliegtuig was van het type Vickers
Wellington MK.lc., afkomstig van
de basis Alconbury in het graaf
schap Huntingshire.
Dit vliegtuig is op de heenweg om
0.35 uur neergeschoten. Om 2 uur is
op de terugtocht een vliegtuig van
dezelfde raid te Dinteloord neerge
schoten. Het doel van de raid was
om binnen een tijdsbestek van 2 uur
Keulen plat te gooien. De operatie
moest zo snel gebeuren om vliegtui
gen die geen kans zagen hum bom
men te lossen veilig naar Engeland
terug te krijgen. Tijdens de gehele
aktie zijn 42 van de 1000 toestellen
neergehaald door Duitse nachtjagers
die opstegen vanuit Gilze Rijen,
Venlo en Woensdrecht.
Ook heb ik geprobeerd om via de
logboeken van Duitse vliegers aan
informatie te komen. Dit is helaas
niet eenvoudig omdat je dan per
soonlijk naar Duitsland moet. Via
via is het mij gelukt de naam van de
piloot te pakken te krijgen die een
Stirling boven Tholen neerschoot.
De Stirling is brandend in de Ooster-
schelde gestort. De naam van de
Duitse vlieger was luitenant Kollar.
Een vergelijking van zijn logboek
met dat van de Engelse informatie
gaf slechts 1 minuut tijdsverschil
aan.
In Poortvliet heb ik mij in de nazo
mer ontfermd over een radio-telegra-
koste van alles neergehaald worden,
wat dan ook gebeurde. Per parachu
te landde hij bij Poortvliet alwaar
hij zich 2 dagen kon schuilhouden in
een onbewoonde boerderij. Hij werd
opgepakt en overgedragen aan de
Wehrmacht.
In zijn woonplaats Chester, Enge
land is hij politieman geweest. Het
toeval wil dat ik onlangs tijdens een
bezoek aan het Engels kerkhof een
Engelse jongen tegenkwam die gra
ven aan het verzorgen is. Na een
praatje blijkt dat hij ook uit Chester
komt en dat hij een paar dagen eer
der een gesprek heeft gehad met Bob
Davies. Bob Davies is zo'n man die
als eenling de tijd teruggaat en in
zichzelf alles opnieuw wil beleven.
Tegen mij had hij met geen woord
gerept over de verdere plannen die
hij had.
Cognac en oliebollen
De Engelsman en 3 Schotten die 45
jaar geleden met Kerstmis bij ons
waren ingekwartierd konden het met
elkaar niet vinden. Wij begrepen dat
niet. Iedereen verkeeide in een
feeststemming en dat juist met
Kerstmis. Al snel kwamen wij erach
ter dat karakter en mentaliteit van
Schotten, Engelsen en Welshmen to
taal verschillend is. De Schotse mili
tairen vertrokken kort na Kerstmis.
Zij moesten als versterking naar de
Ardennen. Het Duitse leger trof
daar maatregelen tot een van de laat
ste tegenoffensieven. Mijn vader gaf
hen ieder een halve fles cognac en
oliebollen mee.
De Engelsman bleef achter tot begin
januari toen hij plots moest vertrek
ken. Het enige wat hij achterliet was
een foto en zijn naam; Eric Cross.
Daarna heb ik ruim 40 jaar niets
meer van hem vernomen.
In 1987 heb ik pogingen onderno
men om hem, indien hij nog leefde,
op te sporen. De naam van de foto
graaf op de foto was een houvast
maar brieven bleven onbeantwoord.
Van de veteranenclub kreeg ik een
onleesbare brief terug. Een organi
satie die zulke dingen kan regelen
Kerstbijlage 1989
schreef mij dat er voor hen te weinig
geld was dit uit te zoeken. Uiteinde
lijk heb ik zijn adres via de comman
do association te pakken gekregen.
IJzeren discipline
Zij schreven mij verder dat hij de
jaarlijkse reünie, een erezaak, van
de club nooit bezocht. In de boeken
stond dat hij een goed vechter met ij
zeren discipline was. Op 1 november
1989 heb ik na een briefwisseling
met hem een gesprek gehad in een
hotel te Vlissingen. Hij vertelde mij
daar zijn levensverhaal over de pe
riode in bezet Europa.
In 1940 kon zijn onderdeel in
Noord-Frankrijk niet meer via
Duinkerken terug naar Engeland.
Na een grote omweg door Spanje en
Portugal is het hem alsnog gelukt
het vaderland te bereiken. Daarna
heeft hij zich aangemeld voor de
zware opleiding tot para comman
do. Na voltooiing hiervan is hij met
400 anderen gedropt in Noorwegen
om een zwaar waterfabriek van de
Duitsers te vernietigen. Deze op
dracht is tot een goed einde ge
bracht, ondanks zware verliezen.
Met een temperatuur van -20°C was
het er ontzettend koud. De nacht
werd buiten doorgebracht.
Kort nadien, na D-day, werd hij met
zijn eenheid op de Normandische
kust aan land gezet. Al vechtend in
Frankrijk, België en Zeeuws-
Vlaanderen was hij als kapitein op 1
november 1944 betrokken bij de her
overing van Vlissingen. Met Kerst
mis 1944 zat hij in Halsteren. Nadat
hij in januari 1945 bij ons vertrok
werd hij in de Biesbosch ingezet, dat
toen maar voor een gedeelte vrij
was. In Nieuwendijk is hij met een
Jeep op een landmijn gereden en van
daaruit vervoerd naar het hospitaal
te Vught, voormalig Duits concen
tratiekamp. Zijn rechterbeen was
verbrijzeld. Terug in Engeland kreeg
hij een baan bij een fabriek dat
gespecialiseerd was in kernenergie,
waar toen al kernkoppen werden ge
maakt. Tot aan zijn pensionering
heeft hij daar gewerkt.
Momenteel is hij landbouwer op een
64 ha groot bedrijf in Malmesbury,
graafschap Wildshire. Op het be
drijf dat hij alleen runt, verbouwt
hij tarwe, gerst, raapzaad en gras.
Verder zijn 50 stieren en 200 schapen
aanwezig. Ondanks zijn hoge leef
tijd is het nog steeds iedere morgen
om 6 uur reveille.
Weinig herdenkingstekens
Van de lotgevallen van vliegtuigbe
manningen is in West-Brabant en
Zeeland, wellicht ook elders in Ne
derland, weinig bekend. Deze men
sen worden bijna niet geëerd. Slechts
zeer weinig herdenkingstekens ver
wijzen naar de vele gesneuvelden
van de luchtmacht die zeer verant
woordelijk baanbrekend werk ver
richtte. In Zeeland ken ik maar en
kele monumenten, zoals te Waarde
en Krabbendijke. Te Krabbendijke
is op de dijk een gedenknaald ge
plaatst omdat een Engelse bommen
werper zich daar met bemanning ge
heel heeft ingeboord. Opgraven is
niet gebeurd, daar de dijk als zeewe
ring dient.
In Steenbergen herinneren de straat
namen Warwick en Gibson, als
roemruchte vliegers, aan de lucht
macht. Zij kregen vooral bekend
heid als dambusters. Na 45 jaar na
de oorlog merk je pas hoeveel men
sen daar nog mee bezig zijn. Vooral
onder de jongeren komt meer be
langstelling. Na het beëindigen van
mijn loopbaan bij Suiker Unie zal ik
er zeker meer tijd aan spenderen.
Het boeit mij. Belangrijk voor je ei
gen gemoedsrust is dat er geen
emotionele binding komt. Als dat
moment komt moet je stoppen. Vol
gend jaar ga ik 7 vliegers bezoekeiT
die na monnikenwerk boven water
zijn gekomen".
Jan van Tilburg
7