VOO It m:
Vit OII w
Klokken
P-j. zuid
geluid
"Goed gebekt in
je eigen dialect"
redaktie Henk Tegels
P.J.Z.-agenda
onder redaktie van de Redaktiekommis-
sie Bond van Plattelandsvrouwen voor
Zeeland en Brabant.
Redaktieadres:
Mevr. P. J. de Rooy-Janse M.A.
Postbus 42, 4424 ZG Wemeldinge.
Ons perskommissielid mevrouw Vleugel kwam op vakantie in het
Zwarte Woud in aanraking met de geschiedenis van de 'Schwarzwal-
der Uhren'. Een oude huisindustrie van de bergboeren, die zich voor
al in de winter met houtsnijwerk bezig hielden en via dat houtsnij
werk op het idee kwamen om houten klokken te maken met dat
prachtige houtsnijwerk (reeds uit 1667). Het groeide uit tot een echte
industrie in boerderijen waar kleine werkplaatsen werden ingericht.
Op den duur kan je als klokkenmaker veel meer verdienen dan als
boer. In de winter trok men steeds verder weg, vaak te voet, om de
klokken te verkopen. Naar België-Nederland-Engeland-Frankrijk en
Hongarije met een special draagstoel op de rug, waar de verschillen
de klokken op vast gebonden waren.
Deze klok ken verkopers hadden een
heel zwaar leven vol ontberingen en
vol risiko's. Ze werden vaak over
vallen door rovers, want men wist
dat deze klokkenverkopers veel geld
op zak hadden. Velen keerden nooit
meer naar huis terug
De produktie van klokken breidde
zich in het Zwarte Woud steeds meer
uit en het Zwarte Woud werd steeds
bekender in de wereld om zrn
klokken.
De uurwerkmakers in
Nederland
De bloei van de uurwerkmakerij in
Nederland duurde ongeveer 200
jaar, van het laatste kwart van de
17e eeuw tot aan het eind van de 19e
eeuw. Omstreeks 1680 werden in de
Zaanstreek de eerste klokken ge
maakt, die bestemd waren voor het
platteland. Zo'n twee eeuwen later
gingen in Joure de laatste Friese
klokken de werkplaatsen uit.
In 1656 vond Christiaan Huygens
het slingeruurwerk uit. Ongeveer 20
jaar later kwamen in de Zaanstreek
de eerste wandklokken tot ontwik
keling, die horen tot de familie van
de 'stoelklokken'. Ook in Twente en
in de Achterhoek ging men in die
tijd volop stoelklokken maken. Van
zeer grote omvang is de stoelklok-
makerij in Friesland geweest, en ook
van zeer lange duur: bijna twee eeu
wen lang zijn de beroemde Friese
stoelklokken gemaakt. De Friese
stoelklok is veel eenvoudiger van uit
voering dan de Zaanse klok, en door
zijn bonte beschilderingen en glim
mende versiersels veel meer afge
stemd op de smaak van de platte
landsbevolking.
De uurwerkmakers op het platteland
waren gespecialiseerd in het maken
van wandklokken. De woonruimte
in de plattelandswoningen was im
mers klein, waardoor er geen plaats
was voor omvangrijke klokken. De
prijs speelde ook een rol: de klok
mocht niet te duur zijn. Daarom zijn
de kasten van plattelandsklokken
dikwijls eenvoudig, en ontbreken
aantrekkelijke snufjes als speelwerk
en beweegbare Figuren.
Staande klokken, de trots van de ste
delijke uurwerkmakers in de 18e
eeuw, zijn op het platteland maar
weinig gemaakt.
Van oudsher was de uurwerkmakers
vrijer in de uitoefening van zijn be
roep dan de meeste andere am
bachtslieden. Hij was ook niet ver
plicht lid te zijn van een gilde. Men
leerde het ambacht vaak bij de eigen
vader: het vak ging van vader op
zoon. Streng toezicht op de uur
werkmakerij werd vroeger overbo
dig gevonden, om dat klokken een
eigen 'ingebouwde' kontrole bezit
ten. Een klok die slecht loopt, is im
mers een anti-reklame voor zijn
maker!!
Opvallend is, dat de uurwerkmake
rijen zich bevonden in streken waar
veel houtbewerking was (net zoals in
het Zwarte Woud dus). Toch is dit
geen toeval, omdat voor de vervaar
diging van klokkekasten veel hout
nodig was. Deze houten klokke
kasten werden gemaakt door zoge
naamde 'schrijnwerkers'. Aan de
klokken werkten trouwens nog meer
ambachtslieden: metaalbewerkers
maakten onderdelen van het uur
werk, gewichten, slingerbollen, me
talen versiersels, wijzers en wijzer
platen. Schilders voorzagen de klok
kekasten en de wijzerplaten van
kleurige voorstellingen en versierin
gen. De uurwerkmaker deed de
bestellingen bij de schrijnwerker, de
schilder en de metaalbewerker. Hij
voegde alle delen samen tot één ge
heel: de klok. Hij was verantwoor
delijk voor het eindprodukt, en het
is dan ook zijn naam die op de ach
terkant van de wijzerplaat staat.
Jammer genoeg ontbreekt de naam
"Ik bidde oew, jonge volk van noew:
Hoaldt d'eigen sproake in eer'n,
Oew beste doon de-j hollands könt,
Mar.'t eigne neet verleer'n..."
De dichteres Johanna van Buren
(1881-1962) heeft veel gedichten in
de streektaal gemaakt, maar het bo
venstaande rijm, is wel zeer tref
fend. Ook, of zeker, nu nog.
Een aantal jaren terug was het nog
zeer vanzelfsprekend dat kinderen
als ze leerden praten, van hun
ouders het dialect meekregen wat
thuis werd gesproken. Maar dat lijkt
veranderd: er zijn maar weinig
ouders meer die hun kinderen dialect
leren.
Het heeft zeker te maken met het ge
voel dat een ieder heeft bij het horen
van dialect. Vaak wordt het be
schouwd alsof het minder is. Het
klinkt wel gezellig, maar ook veel
minder intelligent. Dialect spreken
wordt vaak geassocieerd met lager
geschoold, maatschappelijk lager
geplaatst, en van het platteland.
In dit licht gezicht is het dus heel be
grijpelijk dat ouders zichzelf geweld
aandoen om hun kinderen goed Ne
derlands te leren. Terwijl diezelfde
ouders zichzelf vaak beter kunnen
uitdrukken in hun streektaal. Zeg
nou zelf, soms is er in het Neder
lands geen goede uitdrukking voor
een uitspraak die in de streektaal
Vrijdag 20 oktober 1989
precies vertelt wat je bedoelt.
Taal leeft, woorden verdwijnen en
nieuwe woorden ontstaan. Dit ge
beurt in de standaard- en in de
streektaal. Dat komt omdat leven en
techniek veranderen. Het woord
'kousje' bijvoorbeeld (de lont bij pe
troleumlampen) is nu niet meer van
nut. Terwijl 'bejaardenwoningen'
een betrekkelijk nieuw begrip is,
waar vroeger niet over gedacht
werd.
Zo is het niet alleen taal die leeft,
maar mensen ook, en ook hun den
ken, waarden en normen.
Het spreken van dialect wordt lang
zamerhand weer wat meer gewaar
deerd. Het spreken van meer talen -
of dit nu Nederlands, Engels, streek
taal of dialect is - blijkt zelfs ook
nog voordelen te hebben. Door het
spreken van meer talen wordt de
woordenschat vergroot en men kan
gemakkelijker innerlijke gevoelens
uiten. Kortom het taalinzicht wordt
verbreed.
Zo bezien, is het zo gek nog niet dat
meer mensen zich bekommeren om
dialect. Er zijn verscheidene dialect
kringen in het land, er worden ver-
halenwedstrijden gehouden en zo
nog meer aktiviteiten ontplooid.
Streektaal of dialect wordt het meest
gesproken op het platteland. Het is
daarom niet zo vreemd, dat de men
sen juist daar zich er ook meer van
bewust worden.
Plattelandsjongerenorganisatie s
Hoe zit het met de plattelandsjonge
renorganisaties. Wij zijn aktief op
het platteland, en velen van ons
spreken streektaal. Om wat leuks te
doen met je eigen streektaal, heeft
het APJW een quiz met dialectvra-
gen en een themaboekje "Prat op
plat" gemaakt. In het boekje staan
veel wetenswaardigheden over taal,
maar ook ideeën voor een program
ma waar je bijv. over streekgewoon-
tes en streektaal kunt verhalen.
Streekgewoontes en -taal hebben
veel met elkaar van doen. Over een
'avond' dialect kun je wat uit het
boekje halen of bij je provinciaal se-
kretariaat inlichtingen vragen. Je
kunt ook het APJW rechtstreeks
bellen (030-730830 en vragen naar
Margreet Rijgersbergen) of gewoon
een T-shirt aantrekken met de tekst
"goed gebekt in je eigen dialect".
Die shirtjes zijn ook te krijgen bij
het APJW.
Het onderwerp kan veel stof tot pra
ten geven, in het Nederlands of in je
eigen streektaal.
Tineke Grijsen
Koekoeksklok, afkomstig uit het
Zwarte Woud
van de maker toch nog dikwijls,
vooral op klokken uit het oosten en
het zuiden van ons land. In dat geval
moet je gaan gissen naar plaats en
periode waarin de klok gemaakt is.
In de loop van de 19e eeuw maakte
de stoelklok plaats voor de staart
klok, die naast een moderner uiter
lijk ook een beter uurwerk bezat.
Vanwege zijn afmetingen en over
eenkomsten met de staande klok
wordt de staartklok ook wel 'halve
staande' of 'halve kast' genoemd.
De staartklok is namelijk een kleine
re, handzamere en veelal goedkope
re versie van de staande klok. De
staartklok is van oorsprong Amster
dams. In de eerste helft van de 18e
eeuw werden hier de zogenaamde
'Amsterdammertjes' vervaardigd,
staartklokken die wat hun vorm be
treft sterk overeenkomen met de la
tere Friese eksemplaren. 'Amster
dammertjes' zijn niet veel gemaakt
en zijn daardoor erg zeldzaam. Met
de opmars van de staartklok kwam
de uurwerkerij op het platteland bij
na geheel in Friese handen. Hier
door kwam een eind aan de uur
werkmakerij in Twente, de Achter
hoek en het zuiden van ons land.
Ook in de Zaanstreek stopte men
met uurwerken maken.
Friese staartklokken
De Friese uurwerkmakerij was voor
al in Joure gevestigd. Daar waren
erg veel werkplaatsen van klokke-
makers gevestigd. Ook waren er in
Joure veel schrijnwerkers, schilders
en metaalbewerkers die leefden van
de klokkenmakerij. Maar men kreeg
zeer zware en oneerlijke konkurren-
tie vanuit het Zwarte Woud, dat ik
al eerder in dit artikel noemde.
Klokken uit het Zwarte Woud waren
voorzien van betere uurwerken en
kosten minder dan de staartklokken,
zo veroverden de Duitsers in de loop
van de 19e eeuw steeds meer de Ne
derlandse markt. De Duitsers maak
ten bij het vervaardigen van hun
Afd. Fijnaart: 27 oktober, ekskursie
naar Terra Pak Moerdijk BV van
19.30 tot ca. 22.00 uur. Vertrek om
19.00 uur vanaf het postkantoor
(aan de Voorstraat) te Fijnaart.
Afd. Walcheren: 27 oktober, eks
kursie naar het centrale schonings-
bedrijf van Cebeco Zuidwest, Silo-
weg 2 te Middelburg, in samenwer
king met de RAK en de CPJ. Opga
ve voor 20 oktober bij Leo van Ee-
nennaam (01182-2985) of bij Anne-
marie Wisse (01180-26001).
Afd. Tholen/St. Philipsland: 21 ok
tober: dames voetbalwedstrijd in de
Meulvliet van 18.00 tot 19.00 uur.
Opgave bij Titia.
27 oktober: Algemene ledenvergade
ring in café 'Havenzicht' te St. An-
naland. Aanvang: 20.30 uur.
9 november: konsert Paul McCart
ney in Ahoy te Rotterdam. Kaartjes
te bestellen op 25 oktober om 20.00
uur bij Frans.
Afd. Schouwen-Duiveland: 19 novem
ber: volleybaltoernooi in sporthal
'Onderdak' te Zierikzee van 12.45 tot
20.00 uur. Kosten per team: 50,
Opgeven vóór 3 november bij Rene
Manni (01110-12542) of Jos van Felius
(01114-1514).
Provinciale aktiviteiten: 30 oktober:
DB-vergadering; 19 november: vol
leybaltoernooi (zie Schouwen-
Duiveland); 20 november: HB-
vergadering.
Staande klok met prachtig houtsnij
werk, afkomstig uit Noorwegen.
Het uurwerk komt uit Duitsland
klokken gebruik van modernere fa-
brikagetechnieken als in ons land.
Voor de verkoop van de Duitse
klokken gebruikte men weinig fijn
zinnige methoden: bij aankoop van
een Duitse klok kon men een Friese
klok inleveren, en dat gaf zo'n 10
procent korting. Het gevolg hiervan
was dat de Duitse uurwerkwinkels
werden overstroomd met staartklok
ken. Men hakte de uurwerkkasten in
stukken; uurwerken en koperen on
derdelen werden omgesmolten. Zo
kwam de Friese staartklok aan zijn
einde, en zo zijn er dus ook heel wat
Friese staartklokken vernietigd en
verdwenen, wat erg zonde is. En dan
te bedenken dat er omstreeks 1857 in
Joure en omgeving 4000 van deze
klokken per jaar werden gemaakt!!
De Friese staartklokken zijn ook
heel veel geëksporteerd: zelfs in Tur
kije en de landen rondom de Middel
landse Zee had men belangstelling
voor deze wandklok. Je kunt ze nu
nog in musea bewonderen en er zul
len ook best mensen zijn die zo'n
klok nog in bezit hebben.
Aan het einde van de 19e eeuw
kwam er een definitief einde aan de
uurwerkmakerij in ons land. Goed
kope, uit het buitenland geïmpor
teerde klokken veroverden toen
voorgoed de Nederlandse markt.
In ons land worden dus geen klok
ken meer gemaakt, maar in het
Zwarte Woud nog wel. We zijn in
een winkel geweest met de naam:
'Das Haus der 1000 uhren'. Je kon
in deze winkel inderdaad wel 1000
klokken aantreffen. De koekoeks
klok is het beroemdst en het meest
gewild. Vanuit die grote zaak in Tri-
berg worden koekoeksklokken ver
zonden over de hele wereld. Ameri
kanen en Japanners kopen en bestel
len deze klokken ook veel. Wij zelf
hebben in deze zaak ook een koe
koeksklok gekocht. U kunt deze
klok zien op bijgaande foto. Hij is
mooi versierd met een hertekop, een
vlaamse gaai en een haas.
De kinderen vinden deze aanwinst
een groot sukses en kijken graag
naar het vogeltje dat ieder half uur
naar buiten komt en 'koekoek'
roept. Dat 'koekoekgeluid' wordt
gemaakt met blaasbalgjes. Dat heb
ben we kunnen zien op een 4e-
monstratiewanjd in het klokkenmu
seum in Kurt wangen.
Uiteraard worden de koekoeksklok
ken in het Zwarte Woud voor een
deel machinaal in fabrieken ge
maakt, maar er komt toch nog
steeds veel handwerk bij te pas. Er
zijn ook vele andere soorten klokken
te koop in het Zwarte Woud, wie
weet komt u er ook nog eens en dan
zal het ook u vast wel opvallen dat
het Zwarte Woud nog steeds een be
langrijke klokkenindustrie heeft!!
M.T. Vleugel-Mandemaker
17