Hoofdbestuur ZLM: Milieubeleid
overheid brengt concurrentiepositie
Nederlandse landbouw in
Frambozen in
oktober
zuidelijke landbouw maatschappij
V?
Premieplicht boeren hulp
uitgesloten
ZLM ernstig bezorgd
over beleid ASF
Onvrede
Fusie
2>0
ffÏÏD
VRIJDAG 6 OKTOBER 1*.
77e JAARGANG NO. 3991
land- en
tuinbouwblad
Groot was de verrassing van de familie Mieras uit Kapelle toen hun frambozen - van het ras Glen Clova
- na een normale vruchtdracht in juli in het najaar opnieuw gingen bloeien en in oktober weer vruchten
gingen dragen. De frambozestruiken dragen normaal alleen vrucht op tweejarige scheuten (herfstrassen bui
ten beschouwing gelaten), maar aan de toppen van bijna alle scheuten die dit jaar zijn gegroeid vormden
zich dit jaar 'najaarsframbozen'. Mie ras, die de frambozen uit hobby kweekt, schrijft de late vruchtdracht
toe aan de uitzonderlijke zomer. De smaak van de late vruchten is uitstekend.
Op de foto: dochter des huizes, Laurette, eet een framboos.
Het hoofdbestuur van de ZLM maakt zich ernstig zorgen
over het beleid van het Agrarisch Sociaal Fonds (ASF). Na
de recente inperking van gelegenheidsarbeid waarvoor
geen premieplicht geldt, is uit een thans lopende be
roepsprocedure gebleken dat het ASF ook van mening is
dat boerenhulp in machinering-verband premieplichtig
is. Het hoofdbestuur is, gezien de slechte ervaringen met
de te vergaande toepassing van de letter in plaats van de
geest van de regels en voorschriften bevreesd dat het hier
niet bij zal blijven en dat ook gewone onderlinge boeren
hulp premieplichtig zou kunnen worden. Het hoofd
bestuur is hier fel op tegen.
Elkaar in de buurt helpen met werkzaamheden moet ge
woon mogelijk blijven zonder dat hierop de verplichting
tot het betalen van premies komt te rusten. Mocht het
bij het ASF toch zover komen dan zal bewerkstelligd
moeten worden dat de wetgeving op dit terrein wordt
aangepast, aldus het hoofdbestuur van de ZLM. Het be
leid van het ASF kwam aan de orde naar aanleiding van
een toelichting over de ontwikkelingen bij de gelegen
heidsarbeid door de voorzitter van de commissie
werkgevers- en sociale zaken, de heer M.C.J. Kosten. De
heer Kosten stelde na een korte uiteenzetting over de ont
wikkelingen rond de premieplicht bij gelegenheidsarbeid
vast dat de recent vastgestelde regeling het maximaal
haalbare is. "Helaas," zo zei hij, "moeten we constateren
dat enige sectoren tekort wordt gedaan zoals de bloem
bollenteelt, de boomkwekerijen, de vaste plantentelers en
de snijbloementeelt. Zij begrijpen er niets van: "Waarom
voor de fruitteelt en de aspergeteelt wel een uitzonde
ringspositie en wij niet."
Het hoofdbestuur heeft hiermee ook grote moeite, maar
realiseert zich dat de landbouw het hiermee zal moeten
doen. "We mogen blij zijn dat we er voor de fruitteelt en
de aspergeteelt nog iets uit hebben weten te halen." Het
hoofdbestuur zal de ontwikkelingen rond de premie-
plicht bij gelegenheidsarbeid en boerenhulp nauwlettend
blijven volgen.
De voorzitter van de Zuidelijke Landbouw Maatschap
pij, de heer H.C. van der Maas, heeft tijdens de verga
dering van het hoofdbestuur maandag 2 oktober
gewezen op het gevaar dat de Nederlandse overheid
met haar milieubeleid zover gaat dat de concurrentie
positie van de Nederlandse landbouw in de EG direct
gevaar gaat lopen. "Weliswaar is het kabinet demissio
nair, maar in het spoor van de recent verschenen no
ta's, zoals het Nationaal Milieubeleidsplan en de
Landbouwstructuurnota wordt in de nu gepresenteer
de landbouwbegroting de milieuprioriteit nog eens ex
tra geaccentueerd. De spankracht en economische
mogelijkheden van de agrarische sector worden daar
mee te ondergeschikt en te afhankelijk gemaakt van de
milieudoelstellingen. Uit concurrentie-overwegingen
dient de harmonisatie van de milieuwetten in de EG
meer accent te krijgen, maar Nederland moet niet
roomser willen zijn dan de paus." Van der Maas pleitte
voor meer duidelijkheid over de kosten die het milieu
beleid voor de primaire producenten met zich mee zal
gaan brengen.
De voorzitter sprak ook zijn bezorgdheid uit over een
halvering van de rijksbijdragen voor de landinrichting in
de laatste 20 jaar. De extra bijdragen voor landinrich
ting, waarvan in de landbouwbegroting voor 1990 ge
wag gemaakt wordt, geven daarom (bij een nadere
beschouwing) in feite een verkeerd beeld van de stand
van zaken. Zeker nu de verschillende sectoren steeds
meer te maken krijgen met noodzakelijke aanpassingen
is een goed voorwaardenscheppend beleid van de
overheid vah groot belang.
Het hoofdbestuur nam met instemming kennis van het
feit dat het Landbouwschap gedreigd heeft het maan
delijks overleg met minister Braks op te schorten, dit
omdat de bewindsman zijn beloften om de akkerbouw
te helpen niet nakomt. Het Landbouwschap wil dat
Braks de akkerbouwers compenseert voor de dalende
graanprijzen.
"Het is goed dat men op deze wijze naar de minister
toe zijn onvrede uit," aldus het hoofdbestuur. De voor
zitter beklemtoonde in dit verband nogmaals dat het
Landbouwschap juist nu en met name indringend naar
de politiek toe, duidelijkheid moet eisen of, en zo ja
"hoe", de akkerbouw in ons land op politieke steun kan
rekenen voor de noodzakelijke aanpassingen.
"Daar hebben we recht op. Tot nu toe worden onze
verlangens afgedaan met de opmerking dat Brussel en
de GATT-onderlingen ondersteuning van de akkerbouw
in de weg staan. Maar daar hebben we op z'n zachtst
gezegd onze twijfels over, temeer als we zien wat er in
andere EG-landen gebeurt," aldus Van der Maas.
Het hoofdbestuur heeft in beginsel positief gereageerd
op de voorgenomen fusiebesprekingen tussen de zui
velondernemingen DMV Campina en de Melkunie. De
internationale concurrentiepositie in het directe en indi
recte belang van de leden-melkveehouders kan daar
mee ook voor de langere termijn sterker gemaakt
worden. Wel beklemtoonde het hoofdbestuur dat de
coöperatieve structuur in principe en in de praktijk be
houden moet blijven. Dat lijkt overigens goed gewaar
borgd voorzover thans valt te overzien.