Enkele punten uit de Landbouwbegroting 1990
Landbouwattachés bezoeken
terrein Floriade 1992
Rijks Middelbare Agrarische
School Schoondijke sluit
met gedenkboek
PVV maakt wensenlijst
voor nieuw regeerakkoord
Volgens Natuurbeschermingsraad
zorgt Struktuurnota
voor trendbreuk
In de Landbouwbegroting 1990
wordt de verwachting uitgesproken
dat de wereldmarkt voor granen dit
produktiejaar relatief gunstig zal
zijn, waardoor de prijsvorming in de
EG mogelijk boven het interventie-
nivo uitkomt. De Minister zet zich
hiertoe in Brussel in voor een aktief
restitutiebeleid. Dit najaar wordt
besloten of op de regeling direkte in
komenssteun voor de akkerbouw
wordt toegepast.
Deze wordt gericht op perspektief
biedende akkerbouwbedrijven die in
liquiditeitsproblemen zijn gekomen
door daling van de solvabiliteit.
Hierbij wordt rekening gehouden
met een minimale solvabiliteitseis
voor akkerbouwbedrijven.
Wat betreft de 1% verhoging van de
melkkwota, wordt opgemerkt dat de
Raad waarschijnlijk zal besluiten dé
ze ruimte te benutten voor nog aan
wezige probleemgevallen, dan wel
voor het deels schrappen van ekstra
kortingen op individuele kwota, die
dienden voor oplossing van pro
bleemsituaties. Nederland heeft in
het verleden hiertoe 6,5% ekstra ge
kort. De Minister zegt zeker van de
tweede regeling gebruik te zullen
maken. Er komt spoedig een evalua
tie kwoteringsregeling t.b.v. een dis-
kussie met het oog op '1992' en de
perspektieven van de volgende gene
ratie boeren.
Ontwikkeling en sanering: een aan
gepaste stru ktuurverbeter ingsmaat-
tregel en een nieuwe nationale kom-
plementaire regeling moeten in 1990
investeringssteun mogelijk maken
voor investeringen op het vlak van
milieu en kwaliteitsverbetering.
De innovatieregelingen worden geë
valueerd. Er wordt gekeken naar de
mogelijkheid van nieuwe bedrijfs
beëindigingsregelingen ter verster
king van de struktuur van de akker-
bouwsektor. De vestigingspremiere
geling jonge boeren wordt meer aan
de praktijk aangepast.
De komst van de interne markt zal
enkele veranderingen met zich mee
brengen voor de kontroles op
planten- en dierziektenkundig ge
bied. Grotendeels voor verantwoor
delijkheid van de producerende Eu
ropese lidstaat. Op korte termijn
lukt het niet een EG-
toelatingsrichtlijn inzake bestrij
dingsmiddelen tot stand te brengen.
De Minister merkt hierbij op dat
harmonisatie niet ten koste mag
gaan van het nationaal na te streven
beschermingsnivo. Nederland kan
ekstra eisen stellen aan produktie-
wijzen, als bijzondere omstandighe
den dit noodzaken.
De komende jaren wordt onderzoek,
ontwikkeling en marktintroduktie
op het gebied van agrifikatie verder
gestimuleerd. Gedacht wordt aan
een stimuleringsregeling voor onder
zoek bij het bedrijfsleven. Agrifika
tie moet vooral milieuvriendelijk
zijn. Er komt een Platform Biotech
nologie, waarin overleg met maat
schappelijke organisaties kan plaats
vinden over aspekten van biotechno
logie, die belangrijk zijn voor de be
leidsvelden van het Ministerie. Ui
terlijk 1 januari 1990 zal de Kommis
sie van advies ethiek en biotechnolo
gie bij dieren voorstellen doen over
de toepassing van biotechnologie bij
o.m. landbouwhuisdieren.
Met het oog op de tweede fase mest
wetgeving, vindt een evaluatie van
het mestbeleid plaats. Er wordt
gestreefd naar invoering per 1 janua
ri 1990 van het Mineralen Aanvoer
Registratiesysteem (MARS) voor de
intensieve veehouderij. Dit kan lei
den tot verlaging fosfaatgehalte en
efficiëntere voerverstrekking én zal
worden gehonoreerd met een ver
laagde overschottenheffing en -
eventueel - vermindering mestafzet-
kosten. In 1990 zal de mineralen-
boekhouding verder bekend worden
gemaakt. Op zeer korte termijn is
het kabinetsstandpunt te verwachten
over het rapport van de Kommissie
Realisatie Mestverwerking.
In het nieuwe struktuurschema LNO
zal worden aangegeven dat meer land
inrichting nodig is om te kunnen
voldoen aan de wensen in het NBP
en de SNL. De door de RARO geop
perde gedachte van een nationale
10
grondbank wijst de regering af. BBL
kan met de bestaande instrumenten
en waar nodig met aanvullende aan-
kooptitels voor natuurontwikke
lingsgebieden en ruimer begrensde
aankoopgebieden, voldoende uit de
voeten.
SEV: na overleg met het bedrijfsle
ven is de nieuwe bijdrageregeling
SEV tot stand gekomen. De begro
ting 1990 bevat een subsidiebedrag
van 12 min (struktureel), d.w.z.
bezuiniging van 1 min is hiermee
niet meer opgenomen.
KNLC-kommentaar
Ondanks de demissionaire status
van het kabinet, klinkt het te voeren
milieubeleid zeer nadrukkelijk door
in de Landbouwbegroting 1990. De
Struktuurnota Landbouw zou het
antwoord moeten bevatten op de
vraag hoe de landbouw struktureel
kan inspelen op toenemende
milieu-eisen.
De financiering van de Struktuurno
ta is echter nog niet geregeld. Dit be
hoort in de komende kabinetsforma
tie afdoende te worden geregeld.
Het streven naar meer marktgericht
beleid wordt weliswaar onderschre
ven, maar onder zeer strikte voor
waarden. Deze voorwaarden zijn
echter niet of nauwelijks ingevuld,
hetgeen met name in de akkerbouw
tot uiting is gekomen. De opmerking
van de minister over de ontoereiken
de werking van de stabilisatoren, be
vestigt de noodzaak voor aanvullend
beleid en een pas op de plaats tijdens
de overgangsperiode, zoals uitge
werkt in de sektorvisie akkerbouw.
De uitgesproken verwachting over
de wereldgraanmarktprijs is in dit
verband niet interessant. Het gaat
erom op welke wijze en in welke ma
te de minister bereid is oplossingen
Er komt spoedig en evaluatie quoteringsregeling ten behoeve een diskussie,
met het oog op het wegvallen van de Europese binnengrenzen.
aan te dragen voor de problemen in
de Nederlandse akkerbouw.
Het KNLC kiest m.b.t. de
1%-verhoging van melkkwota voor
het (deels) ongedaan maken van
ekstra kortingen op individuele kwo
ta. Deze ruimte moet dan procen
tueel worden verdeeld.
De 100 min uit de motie Voorhoe
ve/De Vries (BTW/WIR) is opgeno
men in de post Ontwikkeling en Sa
nering. Dit bedrag dient blijvend
herkenbaar op de begroting te wor
den geplaatst en jaarlijks moet in
overleg met het agrarisch bedrijfsle
ven worden gesproken over de be
stemming van het bedrag.
Gewasbescherming: ernstig bezwaar
wordt gemaakt tegen de opmerking
van de minister dat hij in Nederland
strengere eisen wil kunnen stellen
aan de toelating van gewasbescher
mingsmiddelen, dan de EG-richtlijn
aan kriteria vermeldt. De aangekon
digde herstrukturering van de toela
tingsprocedure en de Kommissie
Toelating bestrijdingsmiddelen
wordt onderschreven. De opmerking
over verschuiving van verantwoor
delijkheden m.b.t. voedselkwaliteit
mag geen voorzet zijn tot een verla
ging van keuringskosten.
Agrifikatie: onderzoek naar agrifi-
katiemogelijkheden krijgt terecht
veel aandacht. Het aangekondigde
advies van een NRLO-stuurgroep
moet spoedig beschikbaar zijn, om
goed te kunnen beoordelen welke za
ken voldoende reëel zijn.
Mest: het is zeer de vraag of invoe
ring van het MARS per 1 januari
a.s. voor de intensieve veehouderij
wel praktisch uitvoerbaar is. Dit
moet niet leiden tot ekstra admi
nistratieve verplichtingen en zou zo
mogelijk moeten worden gekombi-
Studie duur
landinrichtingsprojekten
Er komt een interdepartementale
evaluatiestudie naar de
voorbereidings- en uitvoerings
duur van landinrichtingsprojek
ten in samenhang met de doelma
tigheid en effektiviteit van de in
gezette overheidsmiddelen. De
gemiddelde voorbereidings- plus
uitvoeringsduur van landinrich
tingsprojekten is opgelopen tot
ca. 27 jaar. Gekeken wordt of
het instrumentarium op andere
wijze kan worden ingezet. Ge
dacht wordt aan de volgende op
ties: meer eenvoudige snel uit te
voeren projekten of meer op één
probleem in de landbouw of na
tuur toegesneden projekten. Het
KNLC ziet de evaluatienota met
grote belangstelling tegemoet.
Een verkorting van de duur van
landinrichting is dringend ge
wenst maar mag niet leiden tot
verdere bezuiniging op landin
richting.
neerd met de mestboekhouding.
Landinrichting: terecht wordt
gesteld dat er meer landinrichting
nodig is om te kunnen voldoen aan
de wensen in de SNL en het NBP,
overigens niet alleen t.b.v. natuur en
milieu, maar ook en vooral ten be
hoeve van het realiseren van een
duurzame landbouw.
Terecht wijst de minister de ge
dachte van een nationale grond
bank af. Het gaat op dit moment
echter te ver om vooruit te lopen op
de uitkomst van het NBP door te
spreken over aankooptitels voor na
tuurontwikkelingsgebieden en rui
mere aankoopgebieden. Beseft moet
worden dat het BBL nu al voor ca.
1 min. ha aan aankoopgebieden
bestrijkt (ongeveer de helft van de
oppervlakte kultuurgrond).
Als programma-onderdeel van een tweejaarlijkse bijeenkomst brachten de
Nederlandse landbouwraden en landbouwattachés met standplaatsen in zo'n
32 landen een werkbezoek aan het terrein van de Floriade Den Haag-
Zoeter meer 1992. De landbouwattachés spelen een zeer belangrijke rol bij
het leggen van kontakten in hun ambtsgebieden om buitenlandse inzendin
gen op de Floriade te bewerkstelligen.
De Rijks Middelbare Agrarische
School te Schoondijke draait
voor het laatste jaar. De school
die gestart werd in 1943 zal in
1990 haar poorten sluiten. Bij de
ze gelegenheid wil een commis
sie, bestaande uit oud-personeel,
huidig personeel en commissie
van advies, uitkomen met een ge
denkboek. De kosten voor dit
boek zullen maximaal 25,
bedragen.
Oud-leerlingen en andere oud
gedienden hebben reeds enige
tijd geleden een brief ontvangen
met de mogelijkheid in te schrij
ven voor dit gedenkboek. On
danks het grote aantal reacties is
het aantal nog niet voldoende om
uit de kosten te komen. Daarom ver
zoeken wij ieder die belangstel
ling heeft voor dit boek en geen
antwoordstrookje heeft in
gestuurd of geen brief heeft ont
vangen zo spoedig mogelijk hier
op in te schrijven.
Intekenen kan schriftelijk met
vermelding van naam, adres en
woonplaats onder vermelding
van gedenkboek bij de RMAS,
Dr. Huizingastraat 28, 4507 AB
Schoondijke. Indien U meer in
formatie wenst, kunt U contact
opnemen met de heer R. v.d.
Meijden op de R.M.A.S., tel.
01173-1313.
Het bestuur van het Produktschap
voor Vee en Vlees (PVV) heeft vori
ge week besloten een brief te sturen
aan de toekomstige kabinetsinfor
mateur met daarin een aantal wen
sen van de vee- en vleessektor voor
de komende jaren. In de brief wordt
opgemerkt, dat in de bedrijfstak
wordt gewerkt met uiterst smalle
marges (hooguit enkele procenten).
Mede in dat licht acht het schap het
gewenst, dat de overheidsbijdrage
aan de keuringskosten zo spoedig
mogelijk op 50% wordt gebracht.
Die lasten bedragen ongeveer 1/6
deel van de totale kosten, die ge
moeid zijn met het slachten van die
ren. Het PVV vindt, dat de keu
ringskosten in Nederland in ieder ge
val niet hoger mogen zijn, dan in an
dere EG landen.
Het PVV dringt in de brief aan de
(informateur tevens aan op o.a. het,
stimuleren van het kwaliteitsbeleid,
het aanmoedigen van het bedrijfsle
ven om innovatie toe te passen, het
maken van voorschriften omtrent de
gezondheids- en welzijnsaspekten
van dieren in Europees verband en
het in de hele EG op uniforme wijze
toepassen van bepalingen aangaande
inrichtingseisen van vleesverwerken
de bedrijven en slachterijen.
Tenslotte wijst het PVV op de wen
selijkheid om bedrijfstakorganisa
ties een rol te laten spelen in het toe
komstige arbeidsvoorzieningen-
beleid.
De Natüurbeschermingsraad
konstateert in zijn advies aan minis
ter Braks over de Struktuurnota
Landbouw dat deze nota een trend
breuk betekent met voorgaande be
leidsnota's over de landbouw. De
raad is verheugd dat geprobeerd is
de milieu-aspekten van de landbouw
te integreren in het landbouwbeleid
als geheel. In de nota zelf wordt dit
ook erkend, aldus de Natuurbe
schermingsraad, want er wordt
gesproken van 'gewenste heroriënta
tie van de landbouw'.
De raad mist 'verdroging van het mi
lieu' als centraal thema in de nota,
omdat 'daar zonder geen volledig
beeld van de milieuproblematiek in
de landbouw gekregen kan worden'.
Aan een belangrijke funktie van de
landbouw, beheer van natuur en
landschap, wordt in de nota nauwe
lijks aandacht geschonken. Mede als
gevolg daarvan kan volgens de raad
geen goed geïntegreerd beleid voor
het landelijk gebied (landbouw, na
tuur en landschap, openluchtrekrea-
tie) worden gevoerd.
Vrijdag 22 september 1989