Landbouwschap wijs heffingen af
PAGV overweegt gangbaar bedrijf op 0BS
om te zetten in andere proefnemingen
regeling voor
Minister Braks stelt wijziging set-aside
Nijpels bereid nieuwe middelen
sneller toe te laten
Kommissie Akkerbouw KNLC
Verhoudingen kosten-opbrengsten zijn nu wel bekend
Milieuvreemde stoffen
Oppervlakte
Bijdrage
Minder varkens in
Duitsland
De Landbouwstruktuurnota mag
niet onevenredig veel aandacht krij
gen, vond de Kommissie Akker
bouw van het KNLC op de vergade
ring van 13 juli. Het Nationaal Mi
lieubeleidsplan bepaalt de doelstel
lingen en geeft de positie van de
landbouw binnen het totaal aan.
De akkerbouwkommissie vindt dat
het Landbouwschap de heffingen op
kunstmest en gewasbescher
mingsmiddelen duidelijk moet af
wijzen. De vermindering van het ge
bruik van gewasbeschermingsmidde
len, zoals de overheid in de struk-
tuurnota voorstelt, kost zo'n f 400
per ha. Nederlandse akkerbouwers
zullen nauwelijks gebruik kunnen
maken van de in de struktuurnota
genoemde (Europese) inko
menstoeslag. Om voor deze toeslag
in aanmerking te komen wordt de
vermogenstoets gehanteerd.
De kommisie pleit voor een breed-
werkende investeringsregeling. Ex
tensivering leidt door lagere op
brengsten en hogere vaste kosten
vaak tot inkomensverlies. Een be
drijf kan volgens de kommissie niet
alleen vergroot worden door meer
oppervlakte maar ook door intensi
vering (meer sbe's).
Braakregeling
De Friesche Maatschappij van
Landbouw heeft in een brief enkele
praktische voorstellen gedaan ter
verbetering van de nieuwe braakre
geling. De akkerbouwkommissie is
het met deze maatschappij eens dat
akkerbouwers die nu al grond braak
hebben liggen ook voor deze hogere
vergoeding in aanmerking moeten
komen. Het liefst met terugwerken
de kracht. De kommissie heeft geen
problemen met het gelijklopen van
het kontraktjaar met het kalen
derjaar.
De Friesche Maatschappij vraagt
zich af waarom na het eerste jaar de
oppervlakte grond alleen maar ver
groot kan worden. In het rekening
courant systeem staat volgens de
kommissie dat inklusief de voor
gaande jaren de gemiddelde uit pro-
duktie te nemen oppervlakte gelijk
moet zijn of groter dan de opper
vlakte waarvoor het kontrakt geldt.
De Friesche Maatschappij wees op
het einde van de brief op het belang
van het kiezen van de juiste datum
voor inzaai van groenbemester.
Pootaardappelenbeleid
Het eindsaldo van de STOPA-
regeling oogst 1988 wordt geschat op
negen miljoen gulden. Na aftrek van
de reserveringen van vijf miljoen
gulden voor de vaste kosten blijft er
vier miljoen gulden over, ongeveer
30% van de betaalde plombehef
fing. Het is gewenst over te gaan tot
terugbetaling van de via de
NAK/keuringsdiensten betaalde
plombeheffingsrekeningen ten bate
van de garantieregeling. De kommis
sie vindt deze 30% te laag. Een re
serve van vijf miljoen gulden is in de
ogen van de akkerbouwers niet
noodzakelijk. Bovendien wordt
voor de oogst van 1989 voorgesteld
te kiezen voor een betaling van 50%
van de basisareaalheffing.
Privo
De kommissie vindt het positief dat
de toekomstige privo 60% van de
tijd zal besteden aan individuele
voorlichting. Zij twijfelt echter aan
de haalbaarheid hiervan, gezien de
huidige praktijk. Er is geen bezwaar
tegen het nieuwe voorstel over de in
vulling van de sektorraad, waarin
namens het KNLC de voorzitter van
de akkerbouwkommissie zal plaats
nemen. De vergadering gaat tevens
akkoord met het lidmaatschap voor
de voorzitter van de SIVAK, mede
omdat de automatisering een be
langrijke rol speelt bij de voor
lichting.
Meer moeite heeft de kommissie met
de splitsing tussen de sektorraden
akkerbouw en vollegrondsgroente.
Oogst
De eerste percelen graszaad en win-
tergerst zijn geoogst. De graszaa
dopbrengsten lijken normaal. Er
zijn echter weinig afzetmogelijkhe
den. De vraag naar gras, en stro is
minimaal door de goede en uitge
breide ruwvoederwinning. De op
brengst van de wintergerst is afhan
kelijk van de struktuur van de bo
dem. De opbrengsten zijn hier en
daar goed. Dit geldt ook voor
karwij.
Alleen in een westelijke strook van
Zeeland wordt schade ondervonden
van de droogte. Door het ontbreken
van zoet water is daar sprake van
een kalamiteit voor individuele
boeren.
De wintertarwe staat er beter voor
dan de zomergranen. Wel is er een
grotere ziektedruk. Erwten en bonen
lijken goed. Voor de suikerbieten
worden over het algemeen goede op
brengsten verwacht.
De loofvernietigingsdata voor de
pootaardappelen zijn relatief vroeg.
Over de opbrengst is nog weinig te
zeggen. Er is een grote luizendruk
vanuit het oosten. De verwachting
voor de konsumptieaardappelen ver
schilt. De uien staan er goed voor.
Aktie
De kommissie vraagt zich af of er
aktie moet worden ondernomen om
de (extra) medeverantwoordelijk
heidsheffing niet te innen. Wat ge
beurt er als de koper de mvh weigert
in te houden?
Een andere vraag was wat er gebeurt
met de 100 miljoen gulden
BTW/WIR gelden die niet volledig
benut worden door de geringe deel
name aan de braakregeling. Het
Landbouwschap heeft voorstellen
gedaan voor een alternatieve be
stemming. Dit betekent een forse
verschuiving van de akkerbouw naar
andere sektoren. De kommissie is
het hier niet mee eens. Temeer daar
de voorstellen niet zijn besproken in
de hoofdafdeling Akkerbouw.
Door het PAGV wordt overwogen
volgend jaar op het OBS een andere
bedrijfsvoering in de plaats van het
gangbare bedrijf te gaan onderne
men. Volgens ir. A.J. Riemens, di-
rekteur van het PAGV, levert het
nog langer met elkaar vergelijken
van het gangbare en geïntegreerde
systeem voor de praktijk geen voor
delen op, en zijn na tien jaar onder
zoek de verhoudigen tussen de
kosten en opbrengsten van de beide
systemen wel bekend. Het is volgens
hem daarom zinvoller het onderzoek
in de geïntegreerde teelt verder te
verdiepen.
Op het proefbedrijf Ontwikkeling
Bedrijfssystemen (OBS) wordt sinds
1979 onderzoek gedaan naar die be
drijfssystemen: het biologisch-
dynamische, het gangbare en het
geïntegreerde. Per vijf jaar vindt er
een evaluatie plaats, nu dus voor de
tweede maal. Voor de komende vijf
jaar moeten nieuwe onderzoeks
doelstellingen geformuleerd worden.
"Als we het onderzoek meer gaan
richten op "verdieping" van de
geïntegreerde teelt, waardoor we de
Minister Nijpels (VROM) is bereid
om nieuwe bestrijdingsmiddelen
sneller binnen het bereik van boeren
en tuinders te brengen. Hij heeft dat
toegezegd in een gesprek met het da
gelijks bestuur van het Landbouw
schap. Door het trage werktempo
van de Kommissie Toelating Bestrij
dingsmiddelen duurt het tot nu toe
erg lang voor nieuwe middelen in
ons land kunnen worden gebruikt.
Dat geldt ook voor middelen die
minder schadelijk zijn dan de be
staande, al voldoen ze niet helemaal
aan de milieu-eisen. Deze zullen tij
delijk worden toegelaten.
Het Landbouwschap heeft ervoor
gepleit om de agrarische sector geen
milieu-normen op te leggen waarvan
nog niet vaststaat of ze technisch
haalbaar zijn. Zo moet, op straffe
van inkrimping van de veestapel, in
het jaar 2000 de verzuring door am
moniak met 70 procent zijn terugge
bracht. Volgens minister Nijpels valt
er over uitstel met een paar jaar wel
te praten, mits de landbouw zich tot
het uiterste heeft ingespannen. Wel
Vrijdag 21 juli 1989
verschijnselen beter kunnen verkla
ren, kun je in de praktijk tot een
grotere toepasbaarheid komen. Het
heeft daarom zin in plaats van het
gangbare bedrijf bijvoorbeeld een
aspect van de geïntegreerde bedrijfs
voering nader te onderzoeken, bij
voorbeeld de organische bemesting.
Je kunt je ook voorstellen dat er een
onderzoeksdoelstelling wordt gefor
muleerd die verder gaat dan de geïn
tegreerde", aldus de heer Riemens,
"maar wel met handhaving van de
ekonomische doelstelling". Een bij
komende reden om niet meer met
het gangbare bedrijf door te gaan is
de eeuwigdurende diskussie over de
definitie van "gangbaar bedrijf",
omdat de situatie van streek tot
streek en van bedrijf tot bedrijf kan
verschillen.
Behalve op het OBS vindt ook on
derzoek naar geïntegreerde bedrijfs
voering plaats op de proefboerderij-
en Borgerswold (Veenkoloniën) en
Vredepeel (Z.O. zandgebied). De
Westmaas zal een vollegrondsgroen-
teteeltproject van start laten gaan.
Omdat het weinig zinvol is alleen
maar onderzoek te doen en verder
moeten de normen uit het Nationaal
Milieubeleidsplan alsnog worden
gehaald.
Als blijkt dat de landbouw in het ge
heel niet aan die eisen kan voldoen
houdt de minister vast aan zijn voor
nemen om maatregelen af te kondi
gen die leiden tot direkte verminde
ring van de veestapel.
Het Landbouwschap en het ministe
rie van VROM zijn het eens gewor
den over de status van de zogenaam
de Milieukriterianota, al betekent dit
niet dat het schap het met de inhoud
van de nota helemaal eens is. De Mi
lieukriterianota bevat normen voor
bodem en grondwater die uit milieu
hygiënisch oogpunt noodzakelijk
zijn. De milieukriteria vormen de
milieuhygiënische inbreng bij het
opstellen van het Meerjarenplan Ge
wasbescherming. Ook aspekten als
landbouw, volksgezondheid en ar-
beidshygiëne worden hierbij inge
bracht. Het Meerjarenplan zal kon
sequenties hebben voor het toela
tingsbeleid van bestrij
dingsmiddelen.
niets, zijn bedrijven gezocht die
deels of geheel naar geïntegreerd wil
len overschakelen. Inmiddels heb
ben zich landelijk zo'n 300 akker
bouwbedrijven aangemeld, waarvan
er 25 a 40 volledig willen overscha
kelen op geïntegreerde teelten. In
groepen verdeeld zullen vijf voor
lichters de 300 bedrijven begeleiden.
Op de 25 a 40 bedrijven die volledig
overschakelen zal ook een stukje on
derzoek komen te liggen en zal de
bedrijfsekonomische boekhouding
worden bijgehouden. Zij zullen zich
bovendien open moeten stellen voor
exkursie's en dergelijke. Vanwege
deze "voorbeeldfunktie" en de extra
kosten die dit meebrengt krijgen de
bedrijven die volledig overschakelen
een wat grotere tegemoetkoming van
de overheid. "Voorkomen moet
worden dat door de deelname het in-
Minister Braks heeft de Europese-
Commissie een ontwerp beschikking
voorgelegd over de wijziging van de
set aside regeling. De bewindsman
heeft een aantal wijzigingen voor
gesteld die betrekking hebben op
technische aangelegenheden en op
de wijze van berekening van de
hoogte van de bijdrage voor de boe
ren, die hun bouwland uit de pro-
duktie nemen.
Iedereen die in het verkoopseizoen
1987/1988 een bedrijf exploiteerde
kon een bijdrage aanvragen. Als de
voorgestelde wijzigingen ingaan
kunnen ook diegenen die op een la
ter tijdstip een bedrijf hebben ge
kocht of gepacht of op een bedrijf
een zakelijk of persoonlijk recht
hebben verkregen een bijdrage aan
vragen.
Daarnaast kunnen ook verpachters
en eigenaren een bijdrage aanvragen
als zij hun bedrijf anders dan in
pacht aan derden in gebruik hebben
gegeven. In de huidige beschikking
is dit niet het geval. Voorwaarde
voor het aanvragen van een bijdrage
is dat zij het bedrijf in de periode
voorafgaande aan het verkoopsei
zoen van aanvraag zelf hebben geëx
ploiteerd.
Op braakliggende percelen moet van
minimaal 1 juli tot en met 30 sep
tember een groenbemester worden
Ir. A.J. Riemens
komen onder druk komt te staan,
maar het mag ook weer niet zo ver
gaan dat de overheidsbijdrage een fi
nancieel vangnet wordt", legt de
PAGV-direkteur uit.
Het naar de praktijk toe gaan met de
huidige resultaten zal, met name bij
de groep van 25 a 40, vragen opwer
pen waar vervolgens het onderzoek
kan trachten een antwoord op te vin
den. "De praktijk voedt het onder
zoek (althans: levert de problemen
aan voor), en daar kom je verder
mee", aldus de heer Riemens.
Gevraagd naar belang van geïnte
greerde landbouw, wijst de heer Rie-
geplant. Voor 1 juli kan de grond
bewerkt worden met gewasbescher-
mende middelen. Aan de lijst van
groenbemesters is de enkelvoudige
klaver toegevoegd.
Voor de aanvrager van de bijdrage
gold de verplichting om elk jaar een
oppervlakte van dezelfde omvang
(20% van het totale areaal) uit de
produktie te nemen. In de praktijk is
gebleken dat deze verplichting bij
rotatie van percelen op problemen
stuit omdat de gronden niet even
groot zijn. Met het oog hierop is
voorgesteld de aanvrager te laten
aangeven wat de gemiddelde om
vang is van de oppervlakte bouw
land die braak ligt. De bijdrage
wordt ieder jaar toegekend op basis
van dit gemiddelde.
Om meer duidelijkheid te verschaf
fen worden de bijdragen vanaf 17
augustus 1988 uitgedrukt in Neder
landse guldens in plaats van ECU's.
Dat betekent: 606 ECU is 1588,
voor bouwland dat braakgelegd/be-
bost wordt en 303 ECU is 794,—
voor bouwland dat voor niet-
agrarische doeleinden wordt aan
gewend.
De bewindsman heeft de Europese
Kommissie voorgesteld de bijdrage
mens op de spiraal van kostenstij
gingen gevolgd door hogere produk-
ties. "Een eindeloze weg, die boven
dien een steeds hogere input van mi
lieuvreemde en eindige grondstoffen
vraagt. Dit laatste nu is in verband
met risiko's voor het milieu, en dus
ook in maatschappelijk opzicht,
steeds minder gewenst. Met geïnte
greerde lapdbouw streef je juist naar
een vermindering van input van mi
lieuvreemde stoffen (kunstmest, ge
wasbeschermingsmiddelen), en pok
naar kostenverlaging, waardoor je
de spiraal van stijgende kosten en
opbrengsten tracht te doorbreken".
Hij wil overigens met deze stelling-
name geenszins een verwijt maken
aan het tot nu toe gevoerde land
bouwbeleid, maar wijst er op dat
met de huidige gegevens een andere
koers moet worden gevolgd.
Wat dat betreft geeft het onderzoek
het goede voorbeeld: op het PAGV
houdt al minstens 15 procent van al
le onderzoekers zich bezig met "deze
manier van kijken naar de land
bouw". Landelijk is er voor het on
derzoek naar geïntegreerde
landbouw de komende vijf jaar 30
miljoen beschikbaar, met de hoop
op nog wat extra.
voor braakligging/bebossing in de
toekomst te verhogen. Als de Kom
missie akkoord gaat met dit voorstel
wordt de bijdrage 1853,Deze
verhoging geldt ook voor reeds aan
gegane verbintenissen mits deze
gesloten zijn op een datum voor dat
de Kommissie accoord gaat.
Indien de uit de produktie genomen
grond langer dan vijf jaar wordt be
bost zal na die periode de bijdrage
berekend worden op basis van de
ontwikkeling van het gemiddelde
prijsindexcijfer voor akkerbouwpro
ducten, te beginnen in 1988. De
maximale bijdrage is 1853,— per
jaar per hektare.
De deelstaat Nedersaksen in de
Bondsrepubliek is de deelstaat met
het grootste varkensoverschot. Af
gaande op de uitkomsten van de tel
lingen in april blijkt dat de omvang
van de varkensstapel ten opzichte
van het jaar daarvoor met 6% is ge
daald tot ongeveer 7,1 miljoen
stuks, wat overeenkomt met ruim
31% van de varkensstapel in de
Bondsrepubliek. De uitkomsten van
de tellingen geven voor de Bondsre
publiek een daling aan van 5% tot
22,5 miljoen.
7