Enzylin en Suiker Unie samen in produktie linnenvezels Bepaling van het oogsttijdstip van graszaad Hoechst Kort geding om vlasprocédé breedwerkend insekticide met extra dimensie! Provincie Friesland geeft 75.000,voor bedrijfshygiëne en aardappelteelt Enzylin Vlastechnologie CV te Veenendaal voert samen met de Sui ker Unie en de Brabantse Ontwikkelings Maatschappij een haalbaar heidsonderzoek uit naar een nieuw door Enzylin ontwikkeld procédé bij de produktie van linnenvezels. Mede dankzij de financiële on dersteuning van de S.U. en de BOM kan dit onderzoek begin volgend jaar worden afgerond. Bij Enzylin werken momenteel 8 personen aan het onderzoek terwijl van Suiker Uniezijde een zwaar bezette stuur groep is ingesteld die alle aspekten van het onderzoek volgt en bespreekt. Daarbij gaat het om de teelt, het enzymproces, de verkre gen vezelkwaliteit, de spintesten, de vezelmarkt en de ekonomische haalbaarheid. Enzylin is al in 1982 begonnen met investeren in de ontwikkeling van in dustriële processen. Volgens direk- teur ir. Dick van der Sar is zijn En zylin proces daardoor op dit speci fieke terrein het verst gevorderd. De inspanning van Suiker Unie heeft daarbij overigens een flinke rol gespeeld. Enzylin gaat zich volgend jaar in West-Brabant vestigen. De definitieve vestigingsplaats is nog niet bekend. Mogelijk zal de pilot- plant worden ondergebracht in een leegstaande suikerfabriek van de Suiker Unie. Garanties De linnenvezel begint zoals bekend de laatste jaren weer deel uit te ma ken van het winkelassortiment. Meestal gaat het daarbij om hoogstaande kwaliteitsprodukten. Volgens het Internationale Vlas en Hennepverbond (CILC) kan in West-Europa de afzet van de linnen vezel tot het jaar 2000 zeker verdub belen. Maar om dat te realiseren is een vereiste dat de produktietechnie- ken verbeterd worden. De verwer kende industrie verlangt garanties voor de kwaliteit en de aan te voeren hoeveelheid vezels. Op het niveau van linnenvezelpro- duktie ontwikkelt Enzylin uit Vee nendaal een procédé dat aan die ei sen tegemoet komt. Het Enzylin- procédé maakt het mogelijk een ge garandeerde kwaliteit te leveren, en bovendien de onbeheersbare verlie zen van vlasstro te voorkomen. Om de vlasvezels los te maken uit de rest van de .vlasplant is het nodig om de pectines, waarmee deze vezels vast zitten, op te lossen. Traditioneel wordt daarbij gebruik gemaakt van schimmels of bakteriën, die enzy men afscheiden waarmee een ont sluiting bereikt kan worden. Bij het zogenaamde "waterroten" gebeurt dit in zekere zin fabrieksmatig. Meer gebruikelijk is thans het zogenaam de "dauwroten". Hierbij laat men het vlas enige tijd op het land liggen, waar dan vervolgens schimmels zorg dragen voor het rootproces. Deze methode is goedkoper, maar aan de andere kant is ze niet in de hand te houden: het resultaat is afhankelijk van de weersomstandigheden, en vaak treedt kwaliteitsverlies op om dat het rootproces niet ver genoeg gaat of juist te ver. Daarbij gaat re gelmatig een belangrijk deel van de vlasoogst verloren. Enzylin Een logische oplossing voor dit pro bleem is direkt gebruik te maken van de benodigde enzymen. Enzylin heeft onderzocht of zo'n methode haalbaar is. Met een beperkte hoe veelheid enzymen blijkt een zeer snel rotingsproces bereikt te kunnen wor den, terwijl de vezelkwaliteit gega randeerd wordt. Waar het warm waterroten een dag of vijf vergt, blijkt het Enzylin- procédé vier uur nodig te hebben. Niet alleen kost dit kontinu uit te voeren proces minder arbeid, maar ook minder energie en water, terwijl er geen problemen met het afvalwa ter zijn. Daarmee is de basis gelegd voor een rendabeler verwer kingstechniek. Kwaliteit Het Enzylin-procédé kan borg staan voor een gelijkmatige vlasvezel van betrouwbare kwaliteit. De vezel blijkt bovendien sterker, soepeler, Vrijdag 16 juni 1989 en blanker. De sterkte wordt ver klaard uit de hoge kristallisatiegraad van de cellulose die in het Enzylin- procédé minder wordt aangetast, de blankheid valt terug te voeren op het simpele feit dat kleurstoffen tijdens het korte enzymproces veel minder kans krijgen om zich aan de vezel te hechten. In het huidige stadium wordt de sa menhang onderzocht tussen enzym proces, resultaten van de vezelme ting en resultaten van spinproeven. Tegelijkertijd wordt aandacht be steed aan faktoren in de teelt zelf, die de kwaliteit van het vlasstro en de vezel beïnvloeden. Hiermee ont staat een breed zicht op de produktie van linnenvezel: Een regelbare tech nologie waarbij de hoeveelheid en de kwaliteit van het eindprodukt beter gegarandeerd kunnen worden. Deze voorwaarden zijn van belang om de markt te verbreden en de teelt van vlas tot een aantrekkelijk agrarisch alternatief te maken. Condor Enige tijd geleden maakte Flax- Technology International (FTI) bekend een vlasfabriek te vesti gen in Zevenbergen. De oprichter van FTI, ir. M. van Hoorn, is bij zijn uittreding als vennoot van Enzylin een non- konkurrentiebeding overeenge komen. Mede m.a.v. de publika- tie in het ZLM-blad op 31 maart jl. heeft Enzylin Van Hoorn een kort geding aangespannen. Alle eisen van Enzylin zijn door de rechter toegekend. Het is ir. M. van Hoorn tot september 1992 niet toegestaan de haalbaar heid van het proces in de praktijk te toetsen en het proces commer cieel te eksploiteren. Tevens is het hem verboden steun te zoe ken voor zijn plannen bij de overheid en bedrijven. Buiten zijn studeerkamer mag hij zich niet met de enzymatische ontslui ting van vlas bezig houden. Ook zal de door hem aangevraagde subsidie moeten worden inge trokken. (Dit is inmiddels ge beurd. Red.). De rechter heeft hem veroordeeld tot de kosten van het kort geding en een dwangsom van f1.000,— voor elke dag dat het vonnis wordt overtreden. Aktiefoto van de "Vlashaas". De vlashaas transporteert de vezel door het enzymbad, en funktioneert goed. Op het moment wordt bezien of dit systeem ook in een grotere opstelling toegepast kan worden. Gedeputeerde Staten van Friesland hebben voor de inrichting van spoel- plaatsen in Friese akkerbouwgebie- De graszaadteelt is in verschillen de gebieden van ons land een be langrijke teelt. Vaak blijkt dat de uiteindelijke opbrengst tegenvalt door verliezen bij de oogst. Ook de in rekening gebrachte kosten voor het drogen en de verwerking van graszaad na de oogst vallen vaak tegen. Veel hangt af van het tijdstip waarop men de oogst van het graszaad begint. Huidige methode van bepaling van het oogsttijdstip Bij de graszaadgewassen is het vast stellen van het juiste oogsttijdstip erg belangrijk, omdat de afrijping onregelmatig verloopt en rijp zaad snel uitvalt. In de periode van de af rijping bestaan er nog duidelijke ver schillen tussen de bloeihalmen. De verschillen tussen vroegere en latere bloeihalmen worden naarmate de oogsttijd nadert kleiner. Zaden van laat schietende halmen houden lan ger een hoog vochtgehalte en de zaadvulling en kiemkracht blijven achter bij vroege halmen. Zelfs bin nen een pluim of aar zijn er verschil len in afrijping. Uit deze grote varia tie tussen de zaden volgen twee bronnen van verliezen, namelijk: te lichte en onvolgroeide zaden. Deze ontstaan bij te vroeg maaien en zullen worden uitgeschoond. uitval van vroegrijpe zaden. Er zullen dus bij het oogsten altijd verliezen optreden, die niet zijn te vermijden. De grootste verliezen tre den echter op bij de rijpere percelen. Bij de gebruikelijke methoden om de rijpheid te bepalen wordt gekeken naar: 1. de verkleuring van de halmen en de bloeiwijzen. Deze moeten bij de rijping geel tot geelbruin zijn, ook onderin het gewas. 2. Het los gaan zitten van de zaden. Te kontroleren door een bosje hal men zacht op de hand te kloppen. Bij rijpheid moeten dan enkele ge vulde zaden op de hand liggen. 3. De rijpheid van het zaad bepalen door middel van de nagelproef. Dit doet men door middel van het stuk- drukken van het zaad tussen de na gels. Over het algemeen is het de tijd voor in het zwad maaien als de in houd van het zaad nog taai maar vrij droog (deegrijp) tot geheel droog en hard (volrijp) is. Het werken met deze subjektieve be palingen vereist veel ervaring en een intensief volgen van de afrijping. Objektieve methode Een objektieve methode om het juiste maaitijdstip van graszaad te bepalen is zoeken naar een optimaal vochtgehalte van het graszaad. Daarvoor neemt men een represen tatief monster, op 10 plaatsen 10 halmen per plaats. Het monster moet genomen worden als het gewas winddroog is, minstens één dag na de laatste regen. In het algemeen moeten hoofdzakelijk de bovenste halmen genomen worden. Deze ge ven in een vochtige periode de mate van afrijping weer. Gebleken is dat er weinig verschil in vochtgehalte is tussen bovenliggende halmen en een doorsnee van alle aanwezige halmen. Het zaad van de verzamelde halmen moet worden afgerist. Hiervan kan dan het vochtgehalte bepaald wor den. Omdat het vochtgehalte van dergelijke monsters hoog is, zijn di verse elektronische apparaten niet betrouwbaar. Uit jarenlange proeven zijn voor verschillende grassoorten optimale vochtgehalten vastgesteld, waarbij het gewas gemaaid kan worden. De ze zullen hieronder per soort behan deld worden. Engels raaigras Het optimaliseren van de oogsttijd bij Engels raaigras is belangrijk: ge schat wordt dat 10 a 20% van het zaad bij de oogst verloren gaat. Het vochtgehalte neemt gemiddeld per dag ongeveer 2% af. De kiem- kracht en het duizendkorrelgewicht zijn al vroeg op nivo. Als men Engels raaigras wil zwad- maaien is daarom het optimale vochtgehalte 45 tot 50%. Wil men echter van stam dorsen dan is een vochtgehalte van 38% optimaal. Roodzwenk Roodzwenkgras heeft een geheel an dere gewassstruktuur dan Engels raaigras. De verliezen van zaad zijn aanzienlijk minder tijdens het afrij pen en maaien in het zwad. Bij deze grassoort is de juiste maaitijd moei lijk vast te stellen. Het vochtgehalte neemt gemiddeld met ongeveer 4% per dag af. Bij roodzwenk komt de kiemkracht pas laat op peil. Te vroeg maaien is dus schadelijk. Het optimale vochtgehalte voor zwad- maaien ligt op 37 tot 42%. Wil men echter van stam dorsen, dan ligt het optimale vochtgehalte op 30%. Veldbeemd Veldbeemd is bij de oogst soms gele gerd maar er komen ook staande percelen voor, welke windgevoelig zijn. den en voor de versnelde introduktie van aardappelmoeheidsresistente pootaardappelen een tweetal subsi dies van ieder ƒ37.500,toegekend, voortkomend uit de regeling grond- ontsmetting. Er is hierbij geadvi seerd door de Gewestelijke Raad van het Landbouwschap. In eerste instantie zal de subsidie voor spoelplaatsen gebruikt worden om bij één loonbedrijf een grote spoelplaats in te richten, die als demonstratie-objekt voor de akker bouwers dienst kan doen. Deze zal naar alle waarschijnlijkheid nog voor dit najaar worden gebouwd. De kosten van een komplete spoel plaats worden op tussen de ƒ60.000,en ƒ80.000,geraamd. Aardappelkweekbedrijf Ropta ZPC zal de andere subdidie gebruiken voor de versnelde ontwikkeling van een aantal nieuwe nummers AM- rassen met een hoge resistentie voor de fysio's A, D en E. Voorhoeve: 'Schaalvergroting voor akkerbouw geen alternatief' Volgens fraktievoorzitter Joris Voorhoeve van de VVD biedt schaalvergroting voor de akker bouw geen uitkomst voor de pro blemen. Hij ziet geen verband tussen de omvang van het bedrijf en het behaalde saldo. Bovendien spoort bedrijfsvergroting niet met de toenemende zorg voor het milieu, aldus de liberaal, tijdens een zitting van de Tweede Kamer. Optimaal vochtgehalte en oogsttijdstip bij verschillende graszaadsoorten soort graszaad Engels raaigras Roodzwenk Veldbeemd afname vochtgehalde per dag 2% 4% 1% optimale vochtgehalte voor zwadmaaien van stam dorsen 45-50% 37-42% 20-30% 38% 30% n.v.t. Er mag niet gewacht worden tot alle pluimen verkleurd zijn in verband met uitval van de topzaden. Het vochtgehalte neemt gemiddeld met 1 a 1,25% per dag af. De kiem kracht is bij veldbeemd al vroeg op nivo. Het optimale zwadmaaitijdstip bij veldbeemd ligt gemiddeld van 20 tot 30%. Een opvallend breed trajekt dus, waarbij de opbrengst weinig door het tijdstip van oogsten wordt beïnvloed. Ing. N. Kerckhaert 7

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1989 | | pagina 7