Aanwijzing grote delen
N atuurbeschermingswet
Oosterschelde in kader
over geld
en goed
De verzuchting van
een praktijkschrijver
Accountantsunie ZLM gaat over tot
nieuwbouw in Bergen op Zoom
Beschikking Superheffing SLOM-deelnemers
Provincie Zeeland stelt milieufonds in
m
Vanaf 19 mei 1989 kunnen
SLOM-deelnemers een aanvraag
indienen voor de voorlopige toe
wijzing van een referentiehoe
veelheid melk. Aan welke eisen
moeten zij voldoen? Hoeveel
mogen zij melken? En mag er
kwotum geleasd of verkocht
worden? Lees dit artikeltje na
om hierop een antwoord te
vinden.
Eisen:
- er moet een SLOM-overeenkomst
zijn, die afliep na 31 december 1983;
- ook vindt er een toewijzing plaats
aan diegene waarbij de SLOM-
overeenkomst is afgelopen in 1983
en die een referentiehoeveelheid heb
ben gekregen op grond van artikel 5
van de Superheffing;
- de toewijzing is voorlopig en be
draagt 60% van de referentiehoe
veelheid die is geproduceerd 1 jaar
voorafgaande aan de maand van in
diening van de SLOM-
overeenkomst;
- de kwota verkregen op grond van
de BYZOP (bijzondere opvolgings
situaties) en BOSO (bedrijfsopvol
ging onderbezetting) worden van de
voorlopige toewijzing afgetrokken;
- de voorlopige toewijzing vindt
plaats tot uiterlijk 29 maart 1991,
definitieve toewijzing vindt plaats
indien gedurende 12 opeenvolgende
maanden 80% van de voorlopige
toewijzing is geleverd en dat is ge
schied uiterlijk 2 jaar na de voorlo
pige toewijzing.
Verdere eisen:
- men moet het bedrijf waarop de
SLOM-overeenkomst betrekking
heeft, nog in eigendom, pacht of erf
pacht hebben, dus nog in staat zijn
melk te produceren;
- heeft men volgens de landbouwtel
ling in 1988 nog 60% van de grond
in gebruik, dan is men zondermeer
in staat te produceren;
- beschikt men over een geringere
oppervlakte dan de SLOM-
overeenkomst dan kunnen de vol
gende zaken, ieder afzonderlijk, als
bewijs dienen:
a. levering van melk na afloop van
de SLOM-overeenkomst;
b. aanwezigheid van melkvee bij de
landbouwtelling 1988;
c. aanwezigheid van een oppervlakte
grasland of voedergewassen bij de
landbouwtelling 1988;
d. aanwezigheid van installaties of
stallen vóór 30 maart 1989 t.b.v.
melkveehouderij.
Bedrijfsoverdracht tijdens de duur
van de SLOM-overeenkomst
Is een geheel bedrijf overgedragen
tijdens de periode van niet-levering
of omschakeling, dan kan de opvol
ger een SLOM-kwotum claimen!
Echter alleen voorzover men op
grond van artikel 5 van de Superhef
fing nog geen kwotum heeft.
Bij een gedeeltelijke bedrijfsover
dracht ontvangt de oorspronkelijke
gebruiker naar rato van de grond die
resteert, kwotum. De opvolgende
gebruiker ontvangt een voorlopige
toewijzing ter grootte van het
restant. Uiteraard gelden de eerder
genoemde eisen.
Handel met SLOM-kwotum
Elke vorm van handel met het tijde
lijke kwotum wordt uitgesloten, zo
als verkoop en verhuur. Alleen bij
overgang krachtens erfrecht gaan de
rechten over op de rechthebbende.
De zoon-bedrijfsopvolger zal dus
met melken moeten wachten tot va
der overlijdt!
Tot slot
Is men al met melken begonnen, dan
hoeft er geen Superheffing over de
voorlopige toewijzing te worden be
taald. Betaalde Superheffing kan
men terugvragen, uiteraard nooit
meer dan de toewijzing.
Dien een aanvraag in bij de DBH
voor 30 juni 1989. De beslissing om
trent toewijzing valt voor 29 augus
tus 1989. Wijzigt de grondopper-
vlakte dan vervalt een gedeelte of het
gehele SLOM-kwotum naar rato van
het grondverlies. Houd daar reke
ning mee! Voorts dient men van een
voornemen tot oppervlakteverklei
ning de DBH, middels een daarvoor
bestemd formulier, in te lichten.
Wendt u zich met specifieke vragen
over de SLOM-regeling tot uw
SEV(st)-er of de DBH.
J.L. Mieras
Verleden week las ik in de rubriek
"Uit de praktijk" van een schrijver
die het niet meer wist. Veel had hij
geprobeerd, risiko's gelopen en toch
wilde het maar niet meer lukken.
Daarom klinkt het begrip geïnte
greerde landbouw als een tover
woord voor hem, waarbij hij hoopt
dat iemand het hem zal kunnen uit
leggen. Ik zal dat niet kunnen.
Wat schrijver terecht triest stemt is
dat op een bovengemiddeld bedrijf
met beneden gemiddelde kosten
moet worden ingeteerd. Hij meent
dan dat deze bedrijven niet geholpen
zijn met informatiesystemen, met
managementsystemen, met het
marktgericht produceren van bij
zondere gewassen maar dat er struc
tured iets moet veranderen. Ik wil
deze noodkreet van de schrijver van
harte ondersteunen omdat het uit
zicht op betere tijden maar niet wil
komen. Zeker indien zoals in dit ge
val getracht wordt zo modern moge
lijk het bedrijf te runnen. Hiermee
bedoel ik dan het gebruik maken van
huidige informatiesystemen om zo
goed mogelijk bij te zijn. Ook een
managementsysteem is dan een uit
stekend hulpmiddel daarbij. Alleen
vraag ik mij dan af hoeveel bedrij
ven dergelijke systemen gebruiken.
Voor alle duidelijkheid moet worden
gezegd dat deze moderne hulpmid
delen geen hogere kilogram op
brengsten garanderen en nog minder
een hogere prijs voor het geteelde
produkt. Waarom dan al die tijd
verknoeiende bezigheid om te trach
ten cijfermateriaal over het eigen be
drijf te krijgen. Op zich lijkt dit in
derdaad een vreemde zaak. Toch
moet ook maar gezegd worden dat
Vrijdag 2 juni 1989
de goede ondernemer niet zonder
kengetallen van zijn bedrijf kan
werken.
Hij moet deze richtgetallen hebben
om te kunnen vergelijken met zijn
cijfers uit voorgaande jaren, maar
ook te meer om te zien hoe hij staat
ten opzichte van de kollega-
bedrijven. In een periode als deze
met lage opbrengstprijzen is het
noodzakelijk de eigen kostprijs te
kennen. En nog liever de kostprijs
van de kollega als deze lager uitvalt.
Want dat kan een teken zijn voor
besparing. Deze signalen moeten
herkend worden en dat kan alleen
maar als je er voor openstaat.
Bedrijfsregistratie
Vandaar dat het mij nogal verwon
dert dat er betrekkelijk weinig ak
kerbouwbedrijven deelnemen aan
het bedrijfsregistratiesysteem van
Accountantsunie ZLM. Middels de
ze methode krijgen deelnemende be
drijven een schat aan gegevens over
het eigen bedrijf en ook de saldo-
opbouw van de kollega. En dat zon
der eigen investeringen maar tegen
een bescheiden jaarbedrag. Als dan
nadrukkelijk een groot aantal be
drijven worden benaderd om mee te
doen en ook met name de jongeren
in de RAC's worden uitgenodigd om
als groep deel te nemen, is de
respons gering. Heeft men dan zelf
dit cijfermateriaal toch voorhanden
of is men (nog) niet bereid zich voor
het verzamelen van bedrijfsgegevens
over het eigen bedrijf in te spannen?
De verzuchting van de praktijk
schrijver dat hij niet geholpen is met
deze systemen wil ik daarom niet
beamen, omdat het bitter nodig zal
blijken zijn bedrijf in cijfers te ken
nen. Hoe kan anders de koers ver
legd worden als dit nodig mocht
zijn. Natuurlijk zijn er cijfers be
kend als gemiddelden van elders
doch daarmee kunt u het eigen be
drijf niet voeren. Het zijn juist de af
wijkingen die u moet herkennen en
beoordelen. De kostprijs in uw be
drijf is bepalend voor de gewassen-
keus, zeker in de huidige periode
met dalende opbrengstprijzen.
Ook ik hoop op betere tijden doch
ook dan kunt u het niet zonder regi
stratie. Ik raad u, akkerbouwer
maar ook de veehouder, de tuinder
en de fruitteler aan te zorgen voor
goed cijfermateriaal over het eigen
bedrijf. In elke situatie is het van
grote waarde omdat het als stu
ringsmiddel kan worden gebruikt.
Uw voorlichter zal dit kunnen en
willen bevestigen.
B. Veerbeek
Minister Braks heeft 26 mei jl. de
procedure in gang gezet voor de aan
wijzing van grote delen van de
Oosterschelde (circa 23.000 ha) in
het kader van de Natuurbescher
mingswet. De bewindsman heeft
hiertoe besloten, aangezien de
Oosterschelde internationaal van
grote betekenis is. Het gebied is na
melijk voor trekvogels een belangrij
ke schakel in een samenhangend
systeem van waterrijke gebieden in
Europa, West-Afrika, arctisch
Noord-Azië en Noord-Oost Canada.
De gehele Oosterschelde (circa
38.000 ha) is al in 1987 aangewezen
als waterrijk gebied van internatio
nale betekenis (Wetland in het kader
van de Conventie van Ramsar).
Hoewel de Oosterschelde één samen
hangend natuurgebied is, wordt niet
het hele gebied onder de werking van
de Natuurbeschermingswet ge
bracht. Die delen, die een belangrij
ke funktie voor de scheepvaart of de
waterkering hebben, zijn uitgezon
derd van aanwijzing. Dit zijn de
hoofdvaargeulen, de dijken, de
dammen en de stormvloedkering in
de Oosterschelde. Naast het buiten
dijkse gedeelte van de Oosterschelde
zal ook een aantal binnendijks gele
gen natuurgebieden, die ecologisch
nauw samenhangen met de Ooster
schelde zelf, onder de Natuurbe
schermingswet worden gebracht.
De Oosterschelde zelf is één van de
belangrijkste getijdegebieden van
West-Europa en is daarom een inter
nationaal waardevol eco-systeem.
De Oosterschelde is een getijdege-
bied met een goede waterkwaliteit en
bestaat uit geulen, ondiepten, pla
ten, slikken en schorren. Het karak
ter van het gebied wordt bepaald
door de getijbeweging op de Noord
zee. Het water heeft een betrekkelijk
laag gehalte aan voedingsstoffen en
's zomers een betrekkelijk hoge tem
peratuur. De Oosterschelde is nog
het enige Nederlandse getijdegebied
met vrij uitgestrekte zeegrasvelden.
Rekreatie
De rekreatie-aktiviteiten in het
Oosterscheldegebied moeten gaan
aansluiten bij de kenmerken van het
grootschalige natuurgebied. Dit be
tekent, dat in het gebied slechts ex
tensieve vormen van rekreatie moge
lijk zijn. Rekreatievormen, die daar
op inspelen zijn watersport (met uit
zondering van het varen met snelle
motorboten), sportvisserij, sport-
duiken, strand- en oeverrekreatie en
natuurverkenning. Deze spelen zich
voor een deel af aan de rand van het
gebied vanaf dijken en dammen.
Lamsoor en zeekraal snijden
Om de plaatselijke bevolking in de
gelegenheid te stellen zeegroente
(lamsoor en zeekraal) voor eigen ge
bruik op de schorren te snijden, zal
verspreid over de Oosterschelde een
beperkt aantal vergunningen voor
het snijden voor eigen gebruik wor
den afgegeven. De vergunningen
worden onder voorwaarden en met
een beperkte duur afgegeven. Over
de wijze van afgifte zal nader met de
gemeentebesturen worden overlegd.
Het afgiftebeleid zal periodiek wor
den geëvalueerd. In de vrij toegan
kelijke gebieden kan het pierenste-
ken doorgaan. In de beperkt toegan
kelijke gebieden is hiervoor een ver
gunning nodig. Minister Braks zal in
overleg met de overkoepelende orga
nisaties op het gebied van de sport
visserij nader onderzoeken, hoe in
de toekomst voldaan kan worden
aan de vraag naar zee-aas voor het
vissen in de Oosterschelde.
GS van Zeeland stellen de Provincia
le Staten voor in te stemmen met het
instellen van een milieufonds. De be
stemming van het fonds is het subsi
diëren en stimuleren van veelbelo
vende milieuprojekten, voorlichting
en edukatie op milieugebied. GS
stellen voor het fonds in 1989 een
malig te voeden met een bedrag van
ƒ50.000,zijnde het restant van de
begrotingspost 'opruimen
olietanks'.
De vorm waarin en de mate van sti
mulering en subsidiëring zullen ad
hoe bepaald moeten worden. Pro-
jekten die in aanmerking komen
kunnen liggen op het gebied van
energiebesparing, kringloopwinkels
of bijvoorbeeld milieuprojekten in
de agrarische sektor. Ingediende
projekten dienen te zijn voorzien
van een nadere motivering, een be
groting en een toelichting. Op 23 ju
ni a.s. zullen de staten het voorstel in
behandeling nemen.
De huidige kantooroppervlakte aan
de Westersingel te Bergen op Zoom
wordt te klein. Voor een goede
werkvoortgang heeft elke medewer
ker een zekere hoeveelheid ruimte
nodig. Ook de opstart naar een vol
ledige kantoorautomatisering doet
een aanslag op de beschikbare ruim
te. Daarnaast zijn in de loop der tijd
ook de gedachten over een funktio-
nele kantooromgeving veranderd.
Allemaal redenen om de huidige ves
tiging aan een kritisch onderzoek te
onderwerpen. Per saldo heeft dit ge
resulteerd in de beslissing tot verhui
zing. Omdat huurpanden veelal in
het centrum zijn gelegen, waarbij de
bereikbaarheid niet altijd optimaal
is, is besloten tot nieuwbouw voor
eigen rekening op een goed bereik
bare plaats. Deze plek is gevonden
door aankoop van een bouwperceel
aan de Burg. Wittelaan/hoek Pomo-
nalaan gelegen in het noordelijk deel
van Bergen op Zoom. Derhalve goed
bereikbaar via de nieuw aangelegde
rondweg.
Nieuwbouw heeft daarnaast het bij
komende voordeel dat de ruimte kan
worden ingedeeld naar eigen wen
sen. De kosten zullen daarbij niet
verschillen met een kommercieel be
paalde huurprijs.
Met verlangen wordt uitgezien naar
de ingebruikname van dit fraaie
pand, naar verwachting begin 1990.
Wij hopen daar op een prettige en
efficiënte wijze onze taak voor de
klanten te kunnen uitvoeren. Een
goede werkruimte heeft gunstige ef-
fekten op de werksfeer binnen een
kantoor; zoals ook na de nieuw
bouw in Goes is gebleken.
Wij wensen de heer Zegers en zijn
mensen bij voorbaat van harte geluk
met dit fraaie gebouw dat nu in uit
voering komt.
algemeen direkteur
Accountantsunie ZLM b.v.
De architekt is klaar met zijn werk. Bijgaande tekening toont hoe de oost gevel van de nieuwbouw van Accountantsu
nie ZLM te Bergen op Zoom er uit komt te zien. Naar verwachting begin 1990 kan het gebouw in gebruik worden
genomen.
3