Natuurbeschermers
de boer op...
KNLC-afdeling tuinbouw besprak privatisering
Nog enkele gastgezinnen gevraagd
Opkomst- of aanslagproblemen
vollegrondsgroentegewassen
Voor vele ondernemers zet dit
groeiseizoen niet mooi in
Nog geen oplossing gelegenheidsarbeid
Ekskursie Poolse fruittelers:
Erg veel moeite kost het om in
WEST-BRABANT de knolselderij
aan de gang te krijgen. Degenen die
zelf over een regeninstallatie be
schikken hebben vrijwel allemaal ge
plant en over het algemeen zijn deze
planten goed aangeslagen al zal wel
met een verlies van 10% rekening
gehouden moeten worden. Een per
ceel laten beregenen kost ƒ100,
ƒ125,per uur, wat neerkomt op
ƒ500,ƒ700,per ha. Dit weer
houdt er veel knolselderijtelers nog
van om te planten.
In tegenstelling tot zaden kan met
planten niet te veel worden uit
gesteld. Om de groei van de knolsel-
derijplanten in de kas af te remmen
worden ze gemaaid maar dit komt
de kwaliteit niet ten goede. Zoals het
zich nu laat aanzien komt er een
areaalsuitbreiding, maar gezien de
huidige start hoeft dit qua prijsvor
ming nu direkt geen problemen te
geven. Het verkoopseizoen van de
knollen van 1988 is afgelopen en dit
gaf geen beeld te zien om maar uit te
breiden. Begin dit jaar liepen de prij
zen op tot 70 cent, maar dit duurde
slechts even. De laatste knollen zijn
bijna allemaal aan de industrie gele
verd voor ƒ0,25. Het op peil houden
van de kwaliteit valt niet altijd mee.
Deze ontwikkelingen heeft verschil
lende telers er niet van weerhouden
om voor 18-20 cent per kg te kon
trakteren. Een verandering ten gun
ste kan natuurlijk snel komen doch
een goed financieel resultaat zit er
voor deze telers bijna niet meer in.
Veel opkomstproblemen bij de wat
later gezaaide was- en winterpeen.
Zelfs op de zandgronden komen
lang niet alle zaden op. Waar bere
gend kan worden moet dit met be
leid gebeuren, omdat bij al te veel
water de grond dichtslaat en de fijne
peenzaden dan nog meer problemen
hebben. Het zaad kiemt dan wel
maar de wortel droogt uit doordat
een harde korst groei onmogelijk
maakt. Met een fijne druppel bere
genen en dan 2 of 3 maal achter el
kaar laat bij deze teelten het beste re
sultaat zien.
Hetzelfde is te zeggen van witlof.
Ook hier problemen. Zijn er bij deze
teelten prijsafspraken gemaakt dan
gaan de kosten voor beregening
ekstra van het saldo af, wat geen
goede vooruitzichten geeft.
Zelfs aspergevelden worden nat ge
maakt en dit komt in mei haast nooit
voor. Doordat het bed uitdroogt
bestaat de mogelijkheid dat de
asperge wat taaier wordt. Ondanks
wat meer aanvoer blijven de prijzen
zich goed handhaven. De konsu-
ment weet de asperges de laatste ja
ren wat meer te waarderen wat zich
laat vertalen in een hoger gebruik
per hoofd van de bevolking. Als de
aanvoer en afname beide blijven toe
nemen, zijn er voorlopig geen pro
blemen te verwachten. Alleen Span
je begint met asperges flink aan de
markt te komen. Het areaal is daar
drastisch toegenomen. Dit jaar is het
met ruim 1000 ha vermeerderd tot
20.000 ha. Vergeleken met 5 jaar te
rug is dit areaalsuitbreiding van
35%. Doordat in Spanje een ver
schuiving plaatsvindt naar de betere
gronden betekent dit dat de eksport
van 12.500 ton vorig jaar tot 20.000
ton kan toenemen.
In Nederland zie je steeds meer dat
privé wat aspergebedden worden
aangelegd. Plaatselijk geeft dit geen
afzetproblemen maar vele kleintjes
kunnen de spoeling dun maken.
Het droge zomerweer van de laatste
weken zal naar het zich laat aanzien
op THOLEN heel wat schade ver
oorzaken. Het hangt er wel vanaf
hoe lang dit nog gaat duren, want de
grootste zorg ligt bij het laatgezaai-
de. Vooral bij de bloemzaden en de
witlof is de situatie droevig. Het me
rendeel der zaden hiervan ligt droog
en de tijd gaat door, het moet echt
niet lang meer duren of men kan di
verse percelen wel afschrijven.
Voor sommige bloemsoorten die een
behoorlijke lange groei- en bloeipe
riode nodig hebben is het eigenlijk al
te laat om nog een redelijke oogst te
verwachten. Ook het uitplanten zon
der beregening is nu met dit weer ze
ker een hachelijke onderneming.
Dit laat weer eens zien hoe beperkt
men hier is met de mogelijkheden en
dat men meer risiko loopt zonder be
schikbaar zoetwater. Er worden
steeds meer pogingen gedaan om
water aan te voeren met tankwagens
uit o.a. het Zoommeer om hiermee
te beregenen. Dit brengt dan uiter
aard grote kosten met zich mee en
zal alleen in incidentele gevallen
haalbaar zijn. Het beregenen met
brak water uit de sloot is vragen om
nog meer moeilijkheden, het is ech
ter in bepaalde gevallen wel goed
mogelijk om hiermee te regenen b.v.
vlak voor het rooien van vroege
aardappelen om zodoende het rooi
en te vergemakkelijken.
Wanneer men echter gaat beregenen
om de groei te bevorderen mag het
zoutgehalte niet te hoog zijn. Dit is
vrij eenvoudig te meten met b.v. een
EC meter. Er zijn toch ook enkele
plaatsen waar dat zoutgehalte aan
vaardbaar laag is. Het ene gewas is
wat zoutgevoeliger dan het andere;
er zijn hiervoor bepaalde normen
maar bij een hoog gehalte wordt het
middel soms nog erger dan de
kwaal. Het water verdampt, het zout
blijft achter, zodat men flink moet
blijven beregenen indien het droog
blijft om hiermee wat te bereiken.
De ekstreem vroege aardappeloogst
is hier al een paar weken aan de
gang, zowel de kilogram als de fi
nanciële opbrengst zal bij de
meesten tot nog toe niet tegengeval
len zijn. De prijzen en de aanvoer
zijn vrij stabiel, de aanvoer zal in
dien het droog blijft, nog geen spek-
takulaire stijgingen ondervinden. Er
zijn veel vroege percelen waar de
groei totaal uitgaat, daar waar be
hoorlijk wat vorstschade aan is ge
weest zullen zeker niet meevallen.
Iedere dag worden de weerberichten
met een zekere spanning afgewacht,
'of er nog geen verandering op
komst is'. Een buitenstaander heeft
hiervoor soms weinig begrip, maar
wanneer je portemonnee buiten ligt
dan ziet men het toch wel even
anders.
De afgelopen winter hebben ca.
15 natuurliefhebbers tijdens 6
kursusavonden nader kennis
kunnen maken met de praktijk
van de agrarische bedrijfsvoe
ring. Een initiatief van het Con
sulentschap voor Natuur en Mi-
lieu-edukatie te Goes. Consulent
Martin Wiersma beschouwt deze
kursus "Landbouw en Milieu"
als een soort bijscholing van ka
dermensen bij natuur- en milieu
organisaties. Wiersma: "Wan
neer natuur en milieubescher
mers succesvol een dialoog met
de landbouw aan willen gaan dan
moet men ook goed op de hoogte
zijn van wat er in die sektor aan
de hand is. Vandaar". Hij
konstateert dat de relatie tussen
natuur-, landschap- en milieube
scherming enerzijds en de agrari
sche sektor anderzijds gespannen
was en is en dat het gebruik van
de ruimte en de invloed van de
landbouw op de milieukwaliteit
voor de nodige konfliktpunten
en diskussies zorgen. Maar er
zijn ook gezamenlijke belangen
bijvoorbeeld een schoon produk-
tiemilieu. Hij meent dan ook dat
de mogelijkheden tot gesprek en
samenwerking tussen landbouw
en natuur- en milieubescherming
recent toenemen. "Ik zie de kur
sus landbouw en milieu als een
hulpmiddel om die toenemende
samenwerking te bevorderen".
In de kursus, die verzorgd werd
door vakdocenten van de Rijks
Middelbare Agrarische School te
Goes kwamen o.m. aan de orde:
de historische achtergronden in
de verhouding tussen landbouw
en natuur, de vormen van landin
richting en landschapsontwikke
ling en het probleem van de be
mesting en van bestrijdingsmid
delen. Voorts zijn de fruitteelt,
de veehouderij en de akkerbouw
als bedrijfstypen bekeken.
Daarbij was uitgangspunt de re
latie tussen natuur en bedrijfs
voering. De kursus is afgesloten
met een 3-tal exkursies naar het
veehouderijbedrijf van de familie
P. Janse te Arnemuiden en naar
het fruitteeltbedrijf van de
Gebrs. Slabbekoorn te Eversdijk
(Kapelle). Er volgt nog een be
zoek aan het akkerbouwbedrijf
van de heer G. Mol te Kattendij-
ke. Op de foto zijn de Zeeuwse
bestuurders van natuur- en mi
lieuorganisaties 'op bezoek bij
fruitteler G. Slabbekoorn te
Kapelle.
J.W.
G. Slabbekoorn (I.) geeft de kursisten tekst en uitleg over de
vruchtzetting en over de mogelijke bedreiging van een goede
vruchtvorming door schadelijke insekten.
Rechts kursusleider Martin Wiersma.
Een van de belangrijkste onderwer
pen op de vergadering van de
KNLC-afdeling tuinbouw van 18
mei was de gelegenheidsarbeid. Er is
nog steeds geen oplossing gevonden
voor de problemen die er zijn. Ande
re belangrijke onderwerpen waren
de privatisering van de voorlichting
en de structuur van het KNLC.
Zoals ook al in het KNLC-bestuur is
geconstateerd zijn de voedingsbon
den tegenstander van de zogenaamde
kruimelvariant. Dit is een van de op
ties om de problemen bij de gelegen
heidsarbeid op te lossen. Op
donderdag 1 juni vindt er een extra
vergadering plaats van het bestuur van
het ASF over deze zaak.
Privé
Uit de vergadering bleek dat de voe
dingsbonden zich tegen de privatise
ring van de voorlichting hebben ver
klaard, omdat het in hun ogen alleen
maar een bezuinigingsmaatregel is.
Binnen KNLC-verband voelen de
meesten wel voor de zogenaamde
Varekamp-variant. Hierbij worden
de IKC's (informatie en kenniscen
tra) versterkt. De 35 miljoen gulden
die de overheid bestemd heeft voor
de Privo kan dan op een andere ma
nier toevloeien naar de land- en
tuinbouw.
De afdeling Tuinbouw vindt een te
negatieve benadering van de voor
lichting niet helemaal op zijn plaats
omdat het bedrijfsleven toch wel
veel profijt heeft gehad van de land
bouwvoorlichting.
Wel vindt deze afdeling, met het
KNLC-bestuur, dat de voorlich
tingsbehoefte goed moet worden
geïnventariseerd. Belangrijk is ver
der dat de kwaliteit van de voorlich
ting op een voldoende hoog niveau
staat. Ook zullen de diverse kennis
bronnen voldoende toegankelijk
moeten zijn.
De afdeling Tuinbouw vindt dat het
eigenlijk al te laat is om een andere
weg in te gaan. Bijsturen is noodza
kelijk. De zeggenschap van het be
drijfsleven moet bijvoorbeeld goed
geregeld worden. Daarnaast is er
duidelijkheid nodig over de finan
ciering.
Structuur KNLC
De afdeling Tuinbouw kan zich, in
een eerste reactie, niet zo goed vin
den in de voorgestelde structuurwij
ziging van het KNLC. Een afslan
king van de afdeling Tuinbouw en
de vijf onderliggende commissies is
bespreekbaar. Een verzwakking van
de positie van de afdeling Tuinbouw
in het Hoofdbestuur van het KNLC
is niet aanvaardbaar. Gezien de om
vang en de betekenis van de sector
Tuinbouw zou eerder aan een ver
sterking gedacht moeten worden.
Wordt de positie van de Tuinbouw
in het Hoofdbestuur van het KNLC
verzwakt, dan zou mogelijk de NTS
zich ontwikkelen tot een soort stands
organisatie.
Van 6 augustus tot 12 augustus 1989
zullen ca. 40 Poolse fruittelers een
bezoek brengen aan het Zeeuwse
fruitteeltgebied. Voor hen wordt een
programma opgezet dat zal bestaan
uit bezoeken aan fruitteeltbedrijven,
veilingen, onderzoeksinstituten en
uiteraard een aantal algemene zuid
westelijke bezienswaardigheden
w.o. de Deltawerken.
Een wezenlijk probleem voor men
sen van achter het ijzeren gordijn is
het nagenoeg ontbreken van Wester
se valuta. Overnachtingen in hotels
is een kostenpost, die de begroting
van het Poolse gezelschap te boven
gaat. Wij hebben via de Tuinbouw-
kommissie van de ZLM een beroep
gedaan op fruittelers op Zuid-
Beveland om twee Polen gastvrij in
hun gezin op te nemen. Gelukkig
kunnen we konstateren dat de
oproep niet zonder resultaat is geble
ven, maar dat nog niet alle gasten
onderdak zijn.
Bij dezen doen wij daarom een be
roep op de gastvrijheid van een aan
tal fruittelers die qua huisvesting de
mogelijkheid hebben om gedurende
de eerder genoemde periode 2 Pool
se fruittelers logies te verschaffen. In
het algemeen kan daarover het vol
gende worden meegedeeld:
- het gaat over logies met ontbijt,
overdag wordt aan een programma
elders deelgenomen
- het gaat over twee logé's per gezin,
waarbij getracht zal worden te berei
ken, dat één van hen zich in het En
gels of Duits verstaanbaar kan
maken
- de Poolse fruitteelt is een florissan
te bedrijfstak en de beoefenaars be
horen tot de betere inkomensgroep
in Polen
Voor deze medewerking zal geen fi
nanciële vergoeding worden betaald.
Gastvrijheid is dus een belangrijk
uitgangspunt. Wel kan door deelna
me aan een tegenbezoek aan Polen
in 1990 gerekend worden op een
minstens even goede ontvangst als
wij de Polen willen bereiden. Daarin
kan een gedeeltelijke kompensatie
worden gevonden. Gastgezinnen
14
hebben voor deelname aan een te
genbezoek voorrang.
Mocht u uw woning voor een gast
vrij onderdak open willen stellen,
dan kunt u dat melden bij het sekre-
tariaat van de ZLM (01100-21010).
Daar kunt u ook nadere informatie
verkrijgen. Carla Cijsouw zal u dan
graag te woord staan.
R. Hoiting
Vroege aanvoer op CVZ
van bramen uit de kas
Dinsdag 30 mei zijn op de veiling
CVZ te Kapelle de eerste bramen uit
de kas aangevoerd. Telers J.B. en
C.M. Zuydwegt uit Yerseke zorgden
voor deze primeur. De bramen uit de
kas zijn een week vroeger dan vorig
jaar. De eeste koper van deze pri
meur was de Firma Vroegop uit Am
sterdam. De klasse I bracht 7,70 per
doosje van 150 gram op.
Vrijdag 2 juni 1989