Sommige Virusziekten in erwten zijn nog niet te bestrijden Drie-nul raapzaad populair in Schotland Vlugschrift "Werktuigenberging, werkplaats en spoelplaats" Uitspraak paraquat: minister krijgt ongelijk Toenemende aanvoer primeur aardappelen in Frankrijk Zicht op PAGV-onderzoek met Werkplan 1989 PAGV publiceert 'Bouwplan en vruchtopvolging' Zomerraapzaad is een gewas met een korte groeiperiode, vier maanden na de zaaidatum kan er al geoogst wor den. Geen wonder dat het gewas po pulair is in koude streken, zoals Skandinavië en het noorden van Schotland. Bijkomend voordeel is de grotere zaadopbrengst en hoger oliegehalte dan bij zomerkoolzaad. Sumo is een in Zweden ontwikkeld zomer raapzaadras. De zaadop brengst op proefvelden in Noord- Schotland bedraagt ca. 2800 kg per ha. Dit is beduidend meer dan de proefveldopbrengsten bij zomer koolzaad (2000-2500 kg per ha). Het oliegehalte van raapzaad is 2 tot 3% hoger. Sumo is erucazuurvrij en vol doet aan de eis van een laag glucosi- nolaatgehalte. Het zaad bevat min der tanninen. Deze stoffen veroorza ken bij dieren groeiremming door een slechtere eiwit- en koolhydraat vertering en vermindering van enzym- aktiviteit. Vandaar de naam drie nul raapzaad. Behalve een laag tanninegehalte, dat te zien is aan de gele zaadhuid, bevat raapzaad weinig vezels. Het is dus beter voor vervoedering geschikt. Hoewel de Schotten Sumo voor het eerst in 1988 verbouwden, verwacht men dat de teelt van zomerraapzaad aan zal slaan. De teeltkosten zijn na melijk laag, het gewas is goed on- kruidonderdrukkend en vraagt min der stikstof dan zomerkoolzaad: slechts 125 kg per ha. Evenals in koolzaad moet in raapzaad de kool- zaadgl'anskever bestreden worden, maar verdere gewasbeschermings- kosten zijn er niet. Wel moet men at tent zijn op aantasting door Scleroti- nia (rattekeutelziekte). Het gehalte aan vrije vetzuren stijgt in zomerraapzaad vermoedelijk sneller dan in zomerkoolzaad. Het gewas doodspuiten of zwadmaaien en vanuit het zwad dorsen kunnen groene zaden voorkomen. Vochtig zaad gaat broeien en veroorzaakt hogere gehalten aan vrije vetzuren. Daarom is snel drogen van zaad noodzakelijk. Westduits instituut ontwikkelt verteerbare verpakkingsfolie uit erwten Het Batelle Instituut in Frank fort heeft een doorbraak bereikt bij de ontwikkeling van verteer bare kunststof. Met behulp van een speciaal zetmeel, dat in de toekomst mogelijk ook uit Euro pese erwten kan worden gewon nen, konden de chemici van het Batelle Instituut een doorzichtige folie ontwikkelen die onder an dere uitstekend geschikt is als verpakkingsmateriaal. De folie is even hittebestendig als papier, even stevig als cellofaan, luchtdoorlatend en zeer goed bestand tegen vet en olie. Onder invloed van water lost de folie echter nog binnen tien minuten vrijwel op. Daardoor is de stof nu niet bruikbaar voor bijvoor beeld toepassing in draagtassen. Voor de produktie worden amy- Ioserijke erwtensoorten gebruikt. Een kweker, die zich intensief be zighoudt met de ontwikkeling van de amyloserijke erwten, is Baron von Rotenhan. Zijn land goed ligt in het noorden van Beieren. 'Alles staat en valt met de prijs', aldus Von Rotenhan. 'Op zich zelf zouden wij in de akkerbouw verteerbare verpakkingsmateria len uitstekend kunnen produce ren, op een internationaal kon- kurrerende wijze', zegt hij. Maar de interesse ontbreekt. De regeringen jammeren onophou delijk over het teveel aan afval uit de verpakkingssektor. Ze doen echter niets om het gebruik van de niet-verteerbare verpak kingen duurder te maken en zo tevens de ontwikkeling van ver teerbare verpakkingen te stimule: ren, vindt Von Rotenhan. (Uit: Agr. Dagblad). Recentelijk is verschenen het vlug schrift: "Werktuigenberging, werk plaats en spoelplaats op landbouw- en loonwerkbedrijven". Hierin (CAD/BAT publikatie nr. 6) wordt ingegaan op de eisen die gesteld wor den aan de werktuigenberging zoals de vorm en indeling van het gebouw, de benodigde vloeroppervlakte en de toe te passen deuren. Daarnaast wordt aandacht besteed aan de werkplaats voor onderhoud en repa raties, die in eigen beheer worden uitgevoerd. In het laatste gedeelte van het 12 pagina's tellende vlug schrift wordt aandacht besteed aan Onkruidbestrijdingsmiddelen op ba sis van paraquat mogen niet worden verboden. Met deze uitspraak heeft het College van Beroep voor het Be drijfsleven op 2 mei jl. de minister van Landbouw in het ongelijk gesteld. Deze had besloten toelatin gen van middelen die paraquat be vatten na 1 december 1988 niet te verlengen. Tegen deze beslissing had ICI Holland BV - tezamen met Agri- chem en Luxan - een beroepsproce dure aangespannen. Eerder had de Voorzitter van het College al be paald dat paraquat - hangende de definitieve uitspraak in deze zaak - 10 De aanvoer van primeurs in Frank rijk neemt geleidelijk toe en ligt mo menteel rond de 1000 ton per dag en zal binnen enkele dagen tot 2000 ton oplopen. De belangrijkste gebieden van waaruit de primeurs op de markt gebracht worden zijn Bretag- ne, voorts de eilanden Noirmoutier en Ré. Daarnaast vindt doorgaand aanvoer plaats uit de landen rond de Middel landse Zee, vooral uit Marokko. Overigens is voorlopig de aanvoer uit Marokko een aflopende zaak. Van de Franse primeurs vindt reeds een vooralsnog bescheiden afzet plaats naar o.a. Engeland. De ko mende dagen/weken is in Frankrijk naast een toenemende aanvoer uit de genoemde gebieden, ook te rekenen met een grotere aanvoer uit de Sud- Est en Sud-Ouest. Aardappelen oogst 1988 Evenals in Nederland zijn de prijzen sterk gestegen. Men schrijft dit vooral toe aan de ruimere disposities van uit Groot-Brittannië in aardap pelen van het kontinent, vooral uit Nederland, dat daardoor minder uit voert naar de zuidelijke landen in de EG. De prijsstijging is ten dele toe te schrijven aan de transportmoeilijk heden in de gebroken werkweken. In de week tot 7 mei werden uit Frank rijk ruim 12.000 ton aardappelen uitgevoerd, met Italië en Spanje als de grootste afnemers. de eisen waaraan een spoelplaats voor het reinigen van werktuigen en spuitapparatuur moet voldoen. Het vlugschrift dat nuttige informa tie bevat voor loonwerkbedrijven, boer en tuinders is verkrijgbaar bij het: Konsulentschap in Algemene Dienst voor de Bedrijfsuitrusting in de Akker- en Tuinbouw te Wagenin- gen (tel.: 08370-94305) door over making van 4,00 per exemplaar op ABN bankrekening 53.90.77.771 (824184 giro) t.n.v. Technisch Publi katie Team onder vermelding van "WERKTUIGBERGING" èn met hervermelding van uw naam, adres en woonplaats. normaal mocht worden verkocht en gebruikt. Voor de toelatinghouders van para quat ging het in deze zaak om een principiële kwestie, namelijk de vraag of het simpele feit dat een middel persistent is, voldoende grond is om dat middel te verbieden. ICI heeft zich steeds op het stand punt gesteld, dat een dergelijke drastische maatregel alleen gerecht vaardigd is, indien de persistentie ge paard gaat met schadelijke nevenef- fekten. Daarvan is bij paraquat vol gens ICI geen sprake. Het College bevestigt de opvatting van ICI. Gewassen met een groot areaal ken nen een grotere ziektedruk dan klei nere gewassen; de ziekteverwekker heeft immers meer mogelijkheden om zich uit te breiden en tot een epi demie uit te groeien. Dit geldt ook voor erwten. In erwten komt een zestal virusziek ten voor. We kunnen onderscheid maken tussen persistente virusover dracht en non persistente virusover dracht. Persistente virussen moeten eerst enige tijd in het lichaam van de verspreider, de bladluis, aanwezig zijn voor zo'n luis een gezonde plant kan besmetten. Bladluizen die besmet raken met een persistent vi rus blijven vaak hun hele leven in- fektieus. Bladluizen die besmet ra ken met een non-persistent virus, kunnen het virus direkt overbrengen op een gezonde plant, zelfs tijdens korte proefboringen. Ze verliezen het infektievermogen echter weer snel. Een voor de hand liggende bestrijdingsmethode van door blad luizen verspreide virussen is blad- luisbestrijding. Het resultaat is vaak teleurstellend omdat vanuit aangren zende percelen besmette bladluizen blijven invliegen. Maar er zijn nog andere maatregelen mogelijk. Enatiemozaïek Het erwte-enatiemozaiek wordt door bladluizen op persistente wijze overgebracht. De ziekte komt vooral bij late teelten voor, dus bij rijp te oogsten erwten. Vaak is een gewas pleksgewijs aangetast. Het blad krijgt geelwitte vlekken, terwijl jon ge blaadjes donkergroene verdikkin gen langs de nerven hebben: enaties. De peulen zien er misvormd en ge bobbeld uit. Bestrijding is niet mo gelijk, de meeste rassen zijn min of meer vatbaar. Erwtemozaiek Ook deze ziekte komt vooral bij late teelten voor. Het mozaiek wordt veroorzaakt door stammen van het bonescherpmozaïekvirus of erwte- mozaïekvirusstammen. Bladeren vertonen groene of gele mozaïek, al naar gelang de veroorzakende stam. Erwtemozaïek wordt op non- persistente wijze door bladluizen overgebracht. Andere belangrijke waardgewassen van het virus zijn gladiolen, klavers, stamslabonen en veldbonen. Het virus kan in gladio len overwinteren, zaai daarom geen erwten naast dit gewas. Rolmozaïek De symptomen van deze ziekte zijn: spichtige en gedrongen toppen, bla deren vertonen soms een lichte bont heid, peulen hebben een slechte zaadzetting en zijn vaak onregelma tig gerimpeld. De verschijnselen zijn rasafhankelijk. Rolmozaïek is een quarantaineziek te. U moet, bij aantasting van uw ge was door het erwterolmozaïekvirus, de Plantenziektenkundige Dienst waarschuwen. Aangetaste planten moeten vernietigd worden. Het erw terolmozaïekvirus gaat met het zaad over en wordt op non- persistente wijze door bladluizen overgebracht. Er zijn geen resistente rassen. Gebruik virusvrij zaaizaad. Stengelsterfte Stengelsterfte wordt door een groot aantal virussen veroorzaakt, waar onder het komkommermoza'ïekvirus en de erwtenecrosestam van het bo nescherpmozaïekvirus. Deze virus sen worden op non-persistente wijze door bladluizen overgebracht. Sten gelsterfte komt vooral bij late ge wassen voor. Symptomen: afster vingsverschijnselen in stengels en peulen. Er zijn geen bestrijdingmo- gelijkheden. Topvergeling Vindt u in een erwtegewas planten met geel verkleurde toppen, dan kan dat op topvergeling duiden. Stengels van aangetaste planten zijn oranje rood. Dit geldt ook voor de wortels. Hierdoor werd deze ziekte aanvan kelijk voor een Fusarium gehouden, het verkleuren van stengels en wor telvoet kan op voetziekte wijzen. Bij topvergeling komt de verkleuring in het bastgedeelte voor, bij Fusarium in de houtvaten. Het erwtetopvergelingsvirus wordt door bladluizen op persistente wijze overgebracht. Bestrijding is moge lijk door gebruik te maken van re sistente rassen. Het virus overwin tert in luzerne, verbouw daarom geen vatbare erwterassen naast luzerne. Vroege verbruining Het vroege verbruiningsvirus kan overgebracht worden door aaltjes van de familie Trichodoridae en met het zaad. Er is verschil in vatbaar heid tussen erwterassen. U kunt het virus bestrijden door uit te gaan van virusvrij zaaizaad. Symptomen van vroege verbruining zijn: onregelma tige paarsbruine verkleuring van stengels, bladstelen, bladeren en peulen. De ziekte treedt meestal pleksgewijs op en is gebonden aan lichtere gronden. In het onlangs verschenen PAGV- Werkplan voor 1989 worden 329 on- derzoekprojekten in het kort om schreven. De projekten zijn thema tisch ingedeeld naar de speerpunten genoemd in de ontwikkelingsvisie voor het praktijkonderzoek in de ak kerbouw en de groenteteelt in de vol- legrond. Zo is er naast aktuele knelpunten aandacht voor kwaliteitsverbetering, de invloed van de kosten op de pro duktie en het bedrijfsresultaat, vruchtwisseling en bodempathoge- nen, bouwp!an-/assortimentsverbre- ding, bedrijfssystemen, invloed van produktie op milieu, de toepassing van informatica. Door deze meer thematische benadering is een aanzet gegeven de samenhang tussen de projekten te vergroten. Ook geeft het meer inzicht in de gestelde priori teiten binnen het praktijkonderzoek. Het betreft hier zowel het PAGV als de daarmee verbonden Regionale Onderzoek Centra. Het PAGV-Werkplan 1989 is te ver krijgen door 10,— te storten of over te maken op postrekening nr. 2249700 t.n.v. PAGV, postbus 430, 8200 AK Lelystad, onder vermelding van Werkplan 1989. PAGV- abonnees hebben deze publikatie in middels ontvangen. De onlangs verschenen PAGV- publikatie nr. 44 geeft een overzicht van de belangrijkste aspekten van bouwplan en vruchtopvolging. Daarbij worden de relevante onder zoeksresultaten van het PAGV ver meld. De publikatie besteedt onder andere aandacht aan ziekten en pla gen, wettelijke bepalingen, bedrijfs- hygiëne, grondontsmetting, geïnte greerde bedrijfssystemen, bouwplan in relatie tot het financiële bedrijfs resultaat. Deze 90 bladzijden tellen de en van kleurenfoto's voorziene PAGV-uitgave is tot stand gekomen door samenwerking rnet Onderwijs en Konsulentschappen in Algemene Dienst. De publikatie nr. 44 is verkrijgbaar door storting of overmaking van ƒ20,per eksemplaar op postreke ning nr. 2249700 t.n.v. PAGV, post bus 430, 8200 AK Lelystad, onder vermelding van 'Bouwplan en vruchtopvolging'. PAGV- praktijkabonnees hebben deze pu blikatie inmiddels toegestuurd ge kregen. Resultaten bosbedrijf weer negatief Het gemiddelde resultaat van het Nederlandse partikuliere bosbedrijf was in 1987 negatief. De kosten overtroffen de opbrengsten met 21 gulden per ha, ofwel 5%. Sinds het eind van de jaren zeventig was er sprake van een opgaande lijn in de bedrijfsuitkomsten, met in 1986 voor het eerst een positief ge middeld resultaat. De omslag in 1987 hangt vooral samen met een vermindering van de houtop brengsten. Dit blijkt uit een recent verschenen publikatie van het Landbouw-Ekonomisch Instituut. Vrijdag 19 mei 1989

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1989 | | pagina 10