GESCHOOND MET
DUPLOSAN MCPP.
Fagoed goed in de Markt
Sterke toename aantal
schapen in Nederland
Alternatieve brandstoffen
in Oostenrijk
Bio-ethanol
boekt winst
Raad Schijndel
wil geen
mestfabriek
li#
BASF
Referentiehoeveelheid mest
voor jongveeopfokkers
Mobile mestscheider
Onkruid belemmert graangewassen in hun
groei naar volwassenheid. Gelukkig is er
Duplosan® MCPP van BASF met de nieuwe
mecoprop-p. Als effectieve groeistof heeft
Duplosan MCPP een vertrouwde werking
tegen kleefkruid en muur. Uw leverancier
weet precies hoe u met BASF een hogere
opbrengst kunt realiseren.
Boeren betalen 200 miljoen aan heffingen
Stuurgroep mestproblematiek met presentatie
eindrapport opgeheven
De direktie konstateert in haar jaar
verslag dat Fagoed in het eerste volle
jaar van zijn bestaan een duidelijk
bredere bekendheid verkregen als
een solide mogelijkheid beleggen in
onroerend goed.
Fagoed kent de bijzonderheid dat de
beleggingen worden verworven voor
niet meer dan 70% van de door Fa
goed getaxeerde waarde in het vrije
verkeer. "Ook in landbouwkringen
is Fagoed ruim bekend geworden.
Berekeningen van onafhankelijke
accountants- en boekhoudbureaus
leren dat in veel gevallen Fagoed-
erfpacht een uitstekend alternatief is
voor financiering van landbouw
grond. Doorrekening over de volle
contractperiode heeft als resultaat
dat in de meeste gevallen Fagoed-
erfpacht beter uitkomt dan financie
ring door middel van een hypothe
caire lening.
Resultaten
Het Fagoed fonds ontwikkelt zich
voorspoedig. Er is sprake van een
toenemend aanbod van objecten van
goede kwaliteit; het totale van het
belegde vermogen ultimo 1988 lag
dan ook boven de verwachting. Het
netto resultaat over 1988 bedraagt
ƒ2.018.146,Rekening houdende
met de valuta-data van de in 1988
uitgegeven participaties betekent dit
saldo een netto-resultaat van ruim
4,72% van het participerend vermo
gen. Er komt een slotuitkering van
113,70 per participatie. De verde
ling over de provincies in 1988 in
naar belegde bedragen is als volgt:
Provincie: Groningen 10.137.000
17,9.; Friesland 3.628.000 6,4;
Drenthe 4.926.000 8,7. Overijssel
I.112.000 2,0; Flevoland 2.640.000
4,7. Gelderland 1.363.000 2,4.
Utrecht 660.000 1,2. Noord-Holland
6.055.000 10,7. Zuid-Holland
16.232.000 28,7. Zeeland 6.613.500
II,7. Noord-Brabant 2.949.000 5,2.
Limburg 290.000 0,4. 56.605.500
100,0.
Campina betaalt in België
hogere melkprijs
Campina betaalt Belgische melkvee
houders gemiddeld vier cent meer
per kilo melk dan de Nederlandse le
den. Zo probeert Campina de melk-
aanvoer op peil te houden. Dat zeg
gen de Belgische zuivelkoöperaties
Inco en Inex. Ze hebben een klacht
ingediend bij de EG-kommissie in
Brussel wegens konkurrentieverval-
sing. Campina wijst de beschuldi
ging van de hand.
Volgens Campina woordvoerder J.
Thijssen is dat 'apert onwaar'. Cam
pina betaalt aan de Belgische melk
veehouders wel meer dan ze bij de
Belgische bedrijven ontvangen.
'Maar de gemiddelde prijs die we in
België uitkeren ligt beslist niet hoger
dan die we onze Nederlandse boeren
geven', aldus Thijssen.
Shell Chemie volledig eigenaar
Woldijk landbouwcentrum
Shell Nederland Chemie BV heeft
met ingang van 10 april jongstleden
haar belang in Woldijk Landbouw
Centrum BV (WLC), te Westerbork
(Drente), uitgebreid tot 100% door
overname van het aandelenpakket
van FK Woldijk, de grootste aan
deelhouder van het Landbouwcen
trum. Sinds 1978 was Shell Chemie
reeds in het bezit van een derde deel
van de aandelen van WLC. WLC
houdt zich bezig met de verkoop en
distributie van gewasbec ;her-
mingsmiddelen. Het bedrijf heeft 22
werknemers en een jaaromzet van
circa 25 miljoen gulden.
De invoering van de superheffing en
de uitbetaling van de ooipremie
(sinds 1982) hebben een belangrijke
rol gespeeld bij de toename van het
aantal schapen in Noord-Brabant in
de laatste jaren. Vorig jaar stonden
in Nederland 534.000 fokooien gere
gistreerd, wat een toename betekent
ten opzichte van 1985 met 49 pro
cent. In het werkgebied van de NCB
steeg het aantal ooien met 43 pro
cent tot 66.700.
Dit blijkt uit een onderzoek dat in
opdracht van de Brabantse Vereni-
Onlangs is in het Oostenrijkse
Asbach de bouw gestart van een
installatie waar raapolie tot bio
diesel verwerkt zal worden. De
installatie is geschikt voor 10.000
ha koolzaad en moet vanaf
maart 1990 bedrijfsklaar zijn.
Een koolzaadopbrengst van
30.000 ton moet zo'n 10.000 ton
biodiesel opleveren. Deze
brandstof ontstaat in een vrij
eenvoudig chemisch proces door
toevoeging van methanol en ka
talysators aan raapolie. Het ne-
venprodukt van deze verestering
is glycerine.
Een proef met 32 trekkers van
verschillende merken geeft reden
tot optimisme. Het brandstofver
bruik is nauwelijks hoger, er
wordt minder roet geproduceerd
en de uitstoot van zwaveloxide is
nihil. Biodiesel heeft echter ook
nadelen. Het gebruik van deze
brandstof onder winterse om
standigheden is onbekend. Men
moet voorzichtig zijn met bijvul
len van brandstoftanks: biodiesel
lost lakken, asfalt en schoenzo
len op.
Onveresterde raapolie is geschikt
voor gebruik in graandroog-
installaties. Raapolie veroor
zaakt minder luchtverontreini
ging dan de gebruikelijke lichte
stookolie. Het is zwavelarm en
de uitstoot van stikstofoxiden
(NO en NOx) is laag. De beperk
te houdbaarheid van de olie is
een nadeel. Na enige tijd wordt
ze stroperiger en de ontbran-
dingstemperatuur wordt hoger.
De brandbaarheid gaat echter
niet achteruit. De resultaten van
een proef wijzen uit dat branders
niet aangepast behoeven te
worden.
In 1988 verenigden 293 Oosten
rijkse boeren zich in een koöpe-
ratie voor alternatieve brandstof
fen Gezamenlijk verbouwen zij
zo'n 600 ha zonnebloemen. De
bouw van een verwerkingsinstal
latie moet voor de oogst van 1989
gereed zijn.
Bron; Die Landwirtschaft
G.C. v.d. Berg
Ieder jaar in februari vindt in het
Noordfranse plaatsje Le Tou-
quet aan zee een beroemde ter
reinrace op motoren plaats. Meer
dan 1.200 deelnemers racen uren
lang over de duinen en het
strand. Eén van hen reed dit jaar
een 250 cc Honda-motor met als
brandstof een mengsel van benzi
ne en Bio-ethanol. Hij werd
gesponsord door Moreau, een
Franse fabriek van bietenrooiers.
Bio-ethanol is direkt onttrokken
aan ruw materiaal, geproduceerd
door onze landbouw (bijvoor
beeld suikerbieten, koren, maïs).
Het kan in verschillende in
dustrieën gebruikt worden (che
mie en voeding). Maar de groot
ste afzet geeft toch de mogelijk
heid tot mengen, Bio-ethanol (5
tot 10 procent) met benzine, voor
verbrandingsmotoren. Benzine
gemengd met Bio-ethanol is mi
lieuvriendelijker en geeft een
goed rendement aan motoren.
Moreau hecht grote waarde aan
uitbreiding van de toepas
singsmogelijkheden van Bio-
ethanol. Ook voor de landbouw.
ging van Schapenhouders is uitge
voerd door Johan van Cuyck, stu
dent aan de Agrarische Hogeschool
in Nederland.
Ook het aantal bedrijven waar scha
pen worden gehouden, neemt toe.
Zowel in heel Nederland als in
Noord-Brabant steeg het aantal be
drijven met schapen de afgelopen
vier jaar met 10 procent. In Neder
land zijn nu 21.663 bedrijven die
wolvee fokken. De meeste bedrijven
hebben tussen 20 en 50 schapen; in
Noord-Brabant komen echter vooral
bedrijven voor met 1 tot 10 schapen.
Südstall/voor Stall und Gülletech-
nik brengt in West-Duitsland een
mobile mestscheidingssinstallatie op
de markt. Mest kan nu op het erf in
een vast deel en gier gesplitst wor
den. Hierdoor zijn er geen proble
men met ontmenging van de mest of
met drijflagen. Bij het uitrijden
wordt het gras niet vervuild en er is
een gelijkmatiger verdeling moge
lijk. De vaste mest kan eventueel el
ders aangewend worden, bijvoor
beeld in akkerbouwgebieden. De
mestscheider wordt geleverd op een
aanhanger die geschikt is voor snel
verkeer. Gezien de aanschafprijs is
het een loonwerkersmachine. Gege
vens: Merk: Südstall. Prijs: 90.000
DM. Capaciteit: 20 m3 per uur (rin-
derdrijfmest). Kosten op jaarbasis
(runderdrijfmest): 800 draaiuen,
28,50 DM/draaiuur, 1.43 DM/m'
drijfmest. 1200 draaiuren, 22,63
DM/draaiuur, 1.13 DM/m3 drijf
mest, 1600 draaiuren 19,69
DM/draaiuur, 0.98 DM/m3
drijfmest.
Er komt in het Oostbrabantse
Schijndel geen mestfabriek. Even
min is er belangstelling voor slibver-
branders, puinbrekers en andere
'vervuilende' bedrijven. Althans niet
op het industrieterrein Duin-Zuid,
dat het paradepaardje van de ge
meente op het gebied van bedrijvig
heid en werkgelegenheid moet wor
den. De gemeenteraad heeft besloten
om bij de verdere ontwikkeling van
Duin-Zuid milieuhinderlijke bedrij
ven te weren.
Unaniem was de Schijndelse raad
overigens niet. Een minderheid oor
deelde eind vorige week wat genuan
ceerder over de eventuele komst van
een mestfabriek. Wethouder P.
Kemps van ekonomische zaken:
HOU DE GROEI ERIN. MET BASF.
De Nederlandse boeren en tuinders
brengen per jaar voor een bedrag
van 200 miljoen gulden aan heffin
gen bijeen voor het Landbouwschap
en de produktschappen, dat blijkt
uit een overzicht dat het landbouw
weekblad Boerderij dinsdag publi
ceerde.
Gemiddeld betalen de ruim 120.000
boeren en tuinders in ons land jaar
lijks bijna 1700 gulden aan verplich
te schapsheffingen aan de publiek
rechtelijke organen. Hoeveel een
boer of tuinder moet betalen hangt
af van de grootte van zijn bedrijf.
Het gaat niet alleen om rechtstreekse
heffingen, maar ook om inhoudin
gen bij de levering van melk, vee,
akker- en tuinbouwprodukten.
De publiekrechtelijke organen die
het meeste geld innen zijn het Land
bouwschap (44 miljoen), het Pro-
duktschap voor Zuivel (42 miljoen),
het Produktschap voor Vee en Vlees
(42 miljoen) en het Produktschap
voor Pluimvee en Eieren (10
miljoen).
Jongveeopfokkers krijgen tot 1 mei
a.s. de mogelijkheid een referentie
hoeveelheid mest te registreren. De
'Sommigen vonden een mestfabriek
niet persé nadelig, mits de mestver
werking onder bepaalde voorwaar
den gebeurt'. Gesteund door de
raadsuitspraak zal de wethouder
zich echter sterk verzetten tegen ver
vuilende industrieën.
mestoverschotten ontwikkeld. De
stuurgroep heeft een belangrijke im
puls geleverd aan het bewustwor
dingsproces van de mestproblematiek
eb heeft voorts een basis gelegd voor
een goede aanpak.
Op dit punt heeft de provincie
Noord-Brabant duidelijk nationaal
en internationaal vooropgelopen en
loopt dit nu nog. Daar staat tegen
over dat het mestprobleem met na
me in Oost- en Midden-Brabant van
De Stuurgroep Mestproblematiek
Noord-Brabant, die in 1984 werd in
gesteld, heeft met het uitbrengen van
een eindrapport haar werkzaamhe
den beëindigd. De stuurgroep die
werd voorgezeten door Jr. A. La
tijnhouwers, voorzitter van de
Noordbrabantse Christelijke Boe
renbond, heeft in de afgelopen vijf
jaar veel aktiviteiten in het kader van
de aanpak van het probleem van de
grote omvang is
16
regeling is uitsluitend van toepassing
op jongveeopfokkers, die in 1986
jongvee ter opfok van andere eige
naren hebben aangenomen.
Per 1 mei dient het jongvee, dat ter
opfok op het bedrijf van een jong-
veeopfokker staat, te worden ver
antwoord in de mestboekhouding
van de jongveeopfokker. Het jong
vee dient per gelijke datum niet meer
te worden geteld in de mestboekhou
ding van de eigenaar van het jong
vee. De regeling heeft geen gevolgen
voor de referentiehoeveelheid mest
van de eigenaar van het jongvee.
Jongveeopfokkers, die gebruik wil
len maken van de regeling, dienen
dit schriftelijk te melden bij het Bu
reau Heffingen, Postbus 322, 9400
AH Assen (een briefkaart met de
vermelding "jongvee-opfok" is vol
doende). Het Bureau Heffingen zal
vervolgens een registratieformulier
toezenden, dat vóór 1 mei a.s inge
vuld en ondertekend teruggestuurd
moet worden naar het Bureau Hef
fingen.
Vrijdag 21 april 1989