Graszaad in perspektief; stabiel areaal verwacht
"Het beste boek voor
boer en gebruiker"
Lelyterra 300-22
Beschrijvende Rassenlijst voor
Landbouwgewassen 1989:
In Denemarken is een regeling
van kracht geworden die aangeeft
dat een boer minimaal 'A van
zijn land 's winters groen moet
hebben, onder andere in verband
met de uitspoeling van stikstof
In de loop van de tijd zal dit aan
deel oplopen tot 2A. Deze regeling
stimuleert de vraag naar graszaad
maar kan ook direct de graszaad-
produktie ter plekke entameren,
daar de meeste grassoorten over
jarige gewassen zijn. Of er wer
kelijke een oorzakelijk verband
is, is onduidelijk, vast staat ech
ter dat de produktie van graszaad
in Denemarken de laatste jaren
sterk is gestegen.
rassen die ook onder minder optima
le omstandigheden een goede pro
duktie geven.
Ten aanzien van het niet-agrarisch
gebruik lijkt het standpunt gerecht
vaardigd dat de inlandse vraag zich
ongeveer heeft gestabiliseerd. Wel
licht kan de buitenlandse vraag nog
toenemen bij een groeiende econo
mie. Hierbij zal het deels om verdrin
ging gaan van voor deze doeleinden
minder geschikte rassen door goede
Nederlandse. Gedacht kan worden
aan het toenemend aantal golfterrei
nen dat aangelegd wordt.
Van groot belang voor de vraag op
langere termijn zijn het melkquota
systeem, de braakregeling en het na
tionale milieubeleid. Vooralsnog
lijkt het onwaarschijnlijk dat de to
tale vraag naar graszaad sterk zal da
len. Daar het grootste deel van de
produktie over de grens wordt afge
zet, zal het milieubeleid in Neder
land van minder invloed zijn dan de
beide EG-regelingen.
Daar de teelt van graszaad ten op
zichte van wintertarwe de laatste ja
ren steeds interessanter is geworden,
is de vraag van telerszijde om gras-
'.aad te produceren steeds groter ge
worden. Ook voor dit produkt geldt
dat bij een overvloedig aanbod de
marktprijs zakt. Dus is enige terug
houdendheid bij het contracteren ge
boden. Dit vergt van de graszaad1
firma's de nodige discipline.
De afgelopen jaren is het areaal gras
zaad in Nederland sterk gegroeid. In
1988 bedroeg het bijna 25.000 ha.
Ook voor 1989 zit er weer een forse
stijging in van ongeveer 2.000 ha.
Deze uitbreiding vindt plaats on
danks de matige afzet in 1988 en de
enigszins gestegen voorraden.
De uitbreiding van het areaal wordt
mede veroorzaakt door het overwe
gend meerjarige karakter van de
teelt. Een groot deel van oogst 1989
is in het voorjaar van 1988 of zelfs al
in het najaar van 1987 ingezaaid. Dit
geeft de problematiek van een goede
inschatting van de benodigde pro
duktie.
Niet alleen de uitbreiding van het
Nederlandse graszaad-areaal maar
ook de grote uitbreiding in Dene
marken leidt tot enige bezorgdheid
(het Deense areaal is ruim 2 x zo
groot als het Nederlandse).
Wat het weer ons de komende maan
den zal brengen, dat is koffiedik kij
ken. Duidelijk is dat het van grote
invloed kan zijn op de marktsituatie
op korte termijn.
Voor de langere termijn is te ver
wachten dat het areaal in Nederland
rond de 25.000 ha zal schommelen
met voor de be trokken vermeerde
raars gemiddeld genomen een rede
lijk saldo, wat mede te danken is aan
het Nederlandse contractteelt-
systeem.
Ir. P. van der Zweep
Produktschap Akkerbouw,
Den Haag.
Het feit dat vorig jaar graszaad met
een grote foto de voorpagina van de
ZLM-Rassenbijlage haalde, sugge
reert een positief perspectief. Ik heb
de handschoen opgepakt om daar
over het een en ander op papier te
zetten voor de jaren 1989 en later.
Alvorens het perspectief op korte en
lange termijn onder de loep te ne
men, is het goed vraag en aanbod
wat nader te bekijken.
De inlandse vraag (10.000-13.000
ton) wordt grotendeels gevormd
door de noodzaak grasland opnieuw
in te zaaien of door te zaaien. Het
gras wordt vervoederd in verse vorm,
als kuilvoer of gedroogd (hooi en
brok). Naast het gebruik in de vee
houderijsector wordt graszaad ook
in andere sectoren gebruikt. In de
akkerbouw als groenmester en in de
fruitteelt bij de aanleg van rijpaden
in boomgaarden.
Ook in de recreatieve sector wordt
veel graszaad gebruikt. Hierbij kun
nen wij denken aan gazons, sportvel
den, golfterreinen en openbaar
groen. Ook voor het vastleggen van
bermen en taluds e.d. wordt graszaad
gebruikt.
De buitenlandse afzet betreft even
eens afzet voor zowel agrarische als
recreatieve doeleinden en is 22.000-
24.000 ton groot.
Het aanbod van graszaad bestaat uit
de produktie van jaarlijks 23.000-
25.000 ton, de import van 10.000-
13.000 ton en de bestaande voorraad.
5 Grassoorten
In Nederland wordt van ruim 100
rassen van ongeveer 13 grassoorten
zaaizaad geproduceerd. De in 1988
door de keuringsdiensten goedge
keurde oppervlakte van 24.700 ha
bestond voor meer dan de helft uit
Engels raaigras. De belangrijkste 5
soorten, te weten Engels raaigras,
veldbeemdgras, Italiaans en Wester-
wolde raaigras, roodzwenkgras en
rietzwenkgras namen 98 procent van
het areaal in beslag.
De zeer gedifferentieerde vraag naar
graszaad, waarbij elke toepassing
zijn specifieke eisen heeft, en de gro
te erfelijke variatie die aanwezig is,
geeft deels een verklaring voor het
groot aantal rassen dat door de kwe
kers is gemaakt.
Na vraag en aanbod kort de revue te
hebben laten passeren, wil ik ingaan
op een aantal ontwikkelingen die op
korte en langere termijn de vraag
kunnen beïnvloeden.
Het is vooral het weer dat op korte
termijn de vraag naar graszaad kan
beïnvloeden. Vorst, wateroverlast en
droogte spelen hierbij een een be
langrijke rol, maar ook de weersom
standigheden gedurende de
zaaiperioden. Zo is er in het voorjaar
van 1988 weinig vraag geweest door
P. van der Zweep.
Voor de langere termijn is te verwachten dat het graszaadareaal in ons land rond de 25.000 ha zal schommelen.
de zachte winter en het vroege
voorjaar.
Het weer heeft ook grote invloed op
de totale beweidingsperiode en de
grasproduktie en daarmee op de
voorraden ruwvoeder voor de stalpe-
riode. Hoge voorraden ruwvoeder
(o.a. gras en maiskuilen) beïnvloeden
in negatieve zin de vraag. Gezien het
grote exportbelang speelt het weer in
geheel NW-Europa, waar het meeste
zaad naar toe gaat, een rol van be
tekenis.
Braakregeling
De EG-braakregeling geeft aan dat
de percelen die voor de regeling zijn
aangemeld met een groenbemester,
bijvoorbeeld gras, ingezaaid moeten
worden. De deelname aan deze rege
ling is vooralsnog echter zeer be
perkt. Hoe de Europese Commissie
op deze ontwikkeling zal inspelen is
nog onduidelijk. Vast staat dat als ie
dere ha met graszaad wordt inge
zaaid, er per 1.000 ha 25 ton zaad
nodig is. Een groter aantal deelne
mers aan de regeling zal de vraag
doen stijgen.
De hoeveelheid geproduceerde melk
per koe zal de komende jaren blijven
stijgen. Dit betekent bij handhaving
van de melkquota dat de veestapel
zal inkrimpen. Het aantal dieren per
ha grasland zal afnemen waardoor
de schade door betreding vermin
dert. De vraag naar graszaad voor
doorzaai of herinzaai zal daarom
afnemen.
Niet alleen wat er met de melkquota
gaat gebeuren - de heren Andriessen
en Braks hebben in het kader van
1992 gezegd dat zij deze liever kwijt
dan rijk zijn - maar óók het toe
komstig milieubeleid in Nederland
kan van grote invloed zijn op de om
vang van de inlandse veestapel.
Beperking van het gebruik van
stikstof kan leiden tot een extensiever
beweidingssysteem en daarmee een
geringe vraag naar graszaad. Ook
kan er een verschuivingssysteem in
de vraag optreden in de richtine van
Zoals gebruikelijk verscheen kort
voor Kerstmis voor de 64e keer de
Beschrijvende Rassenlijst voor
Landbouwgewassen. De laatste
jaren was de totale oplage uitver
kocht, hetgeen ook de verwach
ting is voor de 23.000 exemplaren
die nu van de pers komen. Een
dergelijke oplage geeft reeds aan
dat de rassenkeuze als een be
langrijke zaak wordt gezien.
De rassenkeuze speelt een grote
rol bij de bedrijfsvoering in de
landbouw. Rasverschillen in o.a.
produktiviteit, vroegheid, winter-
vastheid en resistentie tegen ziek
ten kunnen van grote invloed zijn
op de bedrijfsresultaten. Daar
naast komt de laatste jaren steeds
meer nadruk te liggen op aspec
ten als kwaliteit en zorg voor het
milieu. Ook voor een adequaat
kwaliteits- en milieubeleid is het
ter beschikking hebben van de
juiste rassen onontbeerlijk. Goe
de rassen vormen mede de basis
voor een efficiënte en milieu
vriendelijke plantaardige produk
tie en voor kwalitatief
verantwoorde eindprodukten.
U kunt de 64e Beschrijvende Ras
senlijst voor Landbouwgewassen
1989 bestellen door storting van
12,25 op gironr. 1037754 t.n.v.
Lei ter - Nypels B.V., Postbus 831,
6200 AV Maastricht.
Voor bestellingen van meer dan
drie exemplaren gelden geredu
ceerde prijzen.
diepte van de rol kan worden in
gesteld. De Lelyterra kan zich enigs
zins vrij van de rol uit het erk tillen,
wanneer een obstakel in de grond
wordt geraakt. Vernieuwde doelma-
Lely Industries N.V. heeft haar ver
koopprogramma uitgebreid met de
Lelyterra 300-22. De eerste machine
uit de 22-serie. Ook deze serie maakt
deel uit van de nieuwe Lelyterra ge
neratie, die met de komst van de
33-serie haar intrede deed.
In vergelijking met de vertrouwde
20-serie heeft de Lelyterra 300-22
een groot aantal modifikaties onder
gaan, zowel op hoofdpunten als
details.
De opvallendste kenmerken van de
22-serie zijn:
Robuuste portaal-driepuntsbok met
een zeer korte aanspanning, ideaal
voor kombinatie met een pneumati
sche zaaimachine zoals de Lely Poly-
mat of de geïntegreerde hydraulische
aanbouwhefinrichting. Aandrijfpot
met middenaandrijving en door
gaande aandrijfas. Ekstra koelrib-
ben voor een goede warmte afvoer
onder zware belasting. Voorzien van
wisseltandwielen voor het aanpassen
van het rotortoerental aan het be
schikbare motor vermogen. Diepte
regeling met een 'floating' systeem,
waarmee zeer eenvoudig de werk-
tige grondgeleiders, voor een vlakke
aansluiting van de werkgangen. De
ze grondgeleiders zijn in hoogte- en
lengterichting verstelbaar en opklap
baar voor transport. Standaard zijn
de uitvoerig geteste Lely tanden ge
monteerd. De tandvorm is uitermate
belangrijk voor een juiste zaadbed-
bereiding en voor een minimale ver
mogensbehoefte
rassenbijlage 1989