Uien uitbetaling naar kwaliteit blijkt
stimulans voor kwaliteitsverbetering
Rassenkeuze erwten 1989
Landelijk overzicht keuringsresultaten in (af land)
In het begin van 1988 verscheen een
herziene versie van de Algemene
voorwaarden voor de kontraktteelt,
in- en verkoop van zaaiuien. In deze
voorwaarden, die werden vast
gesteld door het Landbouwschap en
de Nederlandse Bond van Verzend-
handelaren in Groenten en Fruit,
werden richtlijnen opgenomen die
het mogelijk maken de hoogte van
de uitbetaling te laten afhangen van
de kwaliteit van het produkt. Ten
behoeve van de uitvoering werd, met
inachtname van de voorwaarden,
een keuringsreglement vastgesteld.
Voor de uitvoering van de keuring,
met andere woorden de toepassing
van het keuringsreglement, werden
twee mogelijkheden geboden, te we
ten de centrale en de decentrale
vorm.
Bij de centrale vorm wordt de keu
ring uitgevoerd door de SNUiF.
Hiervoor werden twee keuringsstati
ons gerealiseerd namelijk te Co
lijnsplaat en Biddinghuizen.
De decentrale vorm biedt aan bedrij
ven de mogelijkheid de keuring in ei
gen beheer uit te voeren. Voorwaar
de hierbij is dat van dezelfde appara
tuur als bij de centrale vorm gebruik
wordt gemaakt en de keurmeesters
door de SNUiF worden opgeleid.
Terwille van de uniformiteit van bei
de systemen staat het decentrale
systeem onder toezicht van de
SNUiF.
Uitvoering
De ter keuring aangeboden monsters
dienen door handel en teler geza
menlijk te worden genomen. In prin
cipe worden de monsters genomen
op het bedrijf van de teler tijdens het
verladen van de partij.
De grootte van het monster dient
0,1% van de verhandelde partij te
zijn, met dien verstande dat per
vracht 1 monster wordt verzameld
dat bestaat uit twee submonsters van
20 kg.
Monsters die betrekking hebben op
partijen afgeleverd af land worden
gedurende 5 dagen gedroogd en
daarna in een periode van 24 uur ge-
konditioneerd. Bij monsters verza
meld bij aflevering na bewaring
wordt volstaan met konditionering.
Alleen van de monsters van partijen
die direkt van het veld worden afge
leverd wordt het percentage vocht
verlies vastgesteld. Vervolgens wor
den de volgende percentages vast
gesteld:
a. grond en andere uienvreemdë
bestanddelen
b. ondermaat kleiner dan 35 mm
doorsnee
c. uientarra
d. kale uien
Daarnaast vindt beoordeling plaats
van de hardheid van de uien en de
mate waarin verwering voorkomt.
De uitslag van de keuring die binnen
10 dagen na aflevering wordt ver
zonden geeft informatie over:
I omrekeningsfaktor voor het uit te
betalen gewicht (dit wordt berekend
aan de hand van het gewicht van het
getarreerde monster)
11 het percentage tarra voor het be
palen van toeslag of korting (dit is
Datum binnen- Aantal Tarra Kwaliteit
komst monsters monsters
toeslag neutraal korting weigeren AAA
A
B
C
1 september
67 81
18
1
26
69
5
8 september
109 79
15
6
19
74
7
12 september
116 92
5
3
10
87
3
20 september
78 91
9
5
90
1
4
23 september
202 59
17
21
3
0,5
95
1
3
30 september
51 23
25
49
3
2
84
8
6
3 oktober
196 15
22
55
8
47
22
31
13 oktober
13 54
31
15
15
85
18 oktober
120 13
23
58
6
24
1
75
31 oktober
29 7
14
59
20
35
17
48
de uientarra inklusief kale uien in
van het bruto droog gewicht)
III waardering huidvastheid (maks.
3 punten afhankelijk van het kale
uien)
waardering hardheid (maks. 6 pun
ten afhankelijk van de uitslag van de
hardheidsmeting)
De afgelopen maanden is de SNUiF in Colijnsplaat herhaaldelijk bezocht door telers van uien. Zij wilden wel eens
zien hoe de kwaliteitsbepaling in z'n werk gaat. Op de foto enkele leden van de uienstudieklub op Walcheren
waardering kleur (maks. 9 punten
afhankelijk van de mate van ver
wering).
Afhankelijk van het puntentotaal en
het aantal punten per onderdeel
wordt de partij ingedeeld in een van
de kategorie AAA, AA, A, B of C
waarmee wordt aangegeven of de
partij in aanmerking komt voor
toeslag of korting op de overeenge
komen basisprijs.
Resultaten
Eind augustus werd met de oogst
van zaaiuien begonnen en werd tot
12 september regelmatig onderbro
ken door enkele buien.
Op 12 september trad een weers-
verslechtering in waardoor vanaf die
datum de oogst moeizaam verliep.
Uit de in de tabel opgenomen resul
taten blijkt dan ook duidelijk dat
vanaf 12 september de kwaliteit ver
slechterde en het percentage tarra
toenam.
Konklusies
Gezien de resultaten van 1988 en er
varingen in het verleden zal blijvend
de nadruk moeten worden gelegd
om indien mogelijk de oogst van ui
en voor half september te realiseren.
Hierbij is van doorslaggevend be
lang dat de uien tijdig afrijpen.
Naast de keuze van een geschikt ras
of selektie verdienen ook diverse
teeltmaatregelen de nodige aan
dacht. In dit kader moeten o.a. aan
dachtspunten zijn standdichtheid,
bemesting, gewasbescherming en
juiste rooitijdstip (50% afgestorven
loof). Tenslotte dient de velddroog-
periode beperkt te blijven tot slechts
enkele uren.
D. Hoek, SNUiF
De teelt van droog te oogsten erwten
heeft zich de laatste jaren, maar
vooral in 1987 steeds uitgebreid. In
1988 echter is het areaal sterk inge
krompen. Landelijk van 36.000 ha
naar 28.200 ha, dat is ruim 20%.
Ook in het Zuidwestelijk kleigebied
is de teelt ingekrompen van 9500 ha
naar 8700 ha. Dit is krap 10%. Deze
inkrimping is het gevolg van een be
langrijke daling van de gegarandeer
de minimumprijs van de voererwten.
Deze prijsdaling heeft ook invloed
op de prijs van de erwten voor de
zaaizaadteelt die in het Zuidwesten
veel voorkomt.
De erwten zijn overwegend in de eer
ste helft van april gezaaid. Plaatse
lijk is er tengevolge van sterk dro
gend weer na het zaaien de opkomst
onregelmatig geweest en is er schade
ontstaan door tweewassigheid. We
gens de natte weersomstandigheden
tijdens de zomerperiode is er een
sterke loofontwikkeling geweest. In
het algemeen zijn de erwten onder
gunstige omstandigheden geoogst.
De gemiddelde kg-opbrengst bleef
echter onder het vijfjarig ge
middelde.
De rassenproef op "Rusthoeve" is
op 13 april gezaaid. Er was een vlot
te opkomst, goede gewasontwikke
ling, en een goede opbrengst.
Korte beschrijving van de
rassen
Ronde groene erwten
Solara is een semi-bladloos ras dat
goede tot zeer goede opbrengsten
geeft. Vormt een stevig open gewas
met een hoge peulaanzetting. Bloeit
nogal lang door. Laat zich vrij goed
machinaal oogsten, zowel bij zwad-
maaien als bij van stam dorsen.
Rijpt middenvroeg. De erwt is vrij
groot met een goede konsumptie-
kwaliteit. Is een goede dekvrucht.
Finale is een ras dat een goede op
brengst geeft. Kort en middelmatig
stevig stro. Hoge peulaanzetting.
Reageert weinig op ongunstige bodem
omstandigheden. Rijpt vroeg. De
erwt is mooi, vrij groot tot groot en
heeft een goede konsumptiekwali-
teit. De zaadhuid is iets gevoelig
voor barsten.
Maxi geeft een vrij goede tot goede
opbrengst. Stro is vrij kort tot kort
en is middelmatig tot vrij stevig. Ho
ge peulaanzetting. Rijpt vrij vroeg
tot vroeg. Mooie, grote erwt met een
goede konsumptiekwaliteit. De
zaadhuid is soms geneigd tot
barsten.
Calypso heeft goede opbrengsten ge
geven. Heeft vrij kort, middelmatig
tot vrij stevig stro en een hoge peul
aanzetting. Resistent tegen Ameri
kaanse vaatziekte, weinig vatbaar
voor topvergeling en weinig gevoelig
voor kwade harten. Heeft een vrij
korte tot korte bloeitijd. Rijpt vrij
vroeg. Mooie grote tot zeer grote erwt
met een goede konsumptiekwali
teit. De zaadhuid is soms nogal ge
neigd tot barsten.
Ascona is een semi-bladloos ras met
een zeer goede kg-opbrengst. Vormt
een vrij stevig tot stevig gewas, dat
zich vrij goed machinaal laat
oogsten. Hoge peulaanzetting. Is
een goede dekvrucht. Onvatbaar
voor Amerikaanse vaatziekte en wei
nig gevoelig voor kwade harten. De
erwt is vrij klein en rijpt midden-
vroeg af.
Gele erwten
Belinda is een ras dat goede op
brengsten heeft gegeven. Heeft vrij
kort tot kort, vrij stevig stro. Hoge
peulaanzetting. Rijpt vrij vroeg tot
vroeg. De erwt is middengroot.
Miranda geeft een vrij goede op
brengst. Stro is vrij kort en middel
matig tot vrij stevig. Hoge peulaan
zetting. De bloeitijd is vrij kort.
Rijpt vroeg af. De erwt is groot.
Aanvullende informatie is te vinden
in de 64e beschrijvende Rassenlijst
voor Landbouwgewassen 1989.
In de tabel zijn ook gegevens ver
meld van Imposant, het enige ras bij
de Kapucijners. De teelt van kapu
Opbrengsten in verhoudingsgetallen
cijners nam tot 1987 jaarlijks af in
het zuidwestelijk kleigebied, doch
heeft zich in 1988 sterk uitgebreid
tot 900 ha ten opzichte van 470 ha in
1987.
Het opbrengstniveau ligt ongeveer
10% lager dan dat van de ronde
groene of gele erwten. Het zaad is
groot en heeft een goede tot zeer
goede smaak en kookkwaliteit. Voor
de rentabiliteit zal een hogere prijs
de lagere kg-opbrengst moeten kun
nen kompenseren voor behoud van
dit raS' \X1 M
W. Maljaars,
CAT - Goes
Rassen
Rusthoeve
Gemiddelde
Gemiddelde
1988
Nederland
Nederland
1988
1983-1988
a. ronde groene erwten
Solara
105
104
102
Finale
105
102
99
Maxi
104
97
98
Calypso
100
100
100
Ascona
103
103
106
b. gele erwten
Belinda
95
100
100
Miranda
101
94
95
6260
5220
5270
kg/ha
kg/ha
kg/ha
(de opbrengsten (onderaan) zijn op 100 procent gesteld, de getallen in de ko
lom daarboven zijn percentages daarvan)
resistentie
tegen
eigen
stro
hoogte
topver
Ascochyta
kwade
geschikt
geschikt
schap
lengte
peul-
geling
vlekken-
harten
heid
heid
aan
ziekte
machinale
dekvrucht
zetting
oogst
Solara
6
8
9
-
8
7
8
Finale
4
8
8
8
8
6
7
Maxi
4,5
8
8
8
7
6
7
Calypso
5
8
8
-
8
6,5
7
Ascona
6
8
-
-
9
7
8
Belinda
4,5
8
7
-
8,5
6
7
Miranda
5
8
7
7
7,5
6
7
Imposant
8
7
9
6
5,5
6
5
Enkele raseigenschappen volgens de 64e Rassenlijst 1989
De opbrengst van de erwten bleef vorig jaar onder het vijfjarig gemiddelde,
zij het slechts weinig. De oogst kon onder vrij gunstige omstandigheden
plaatsvinden
rassenbijlage 1989