ZLM gaat vooraan bij aanpassing
landbouw aan gewijzigde
omstandigheden
zuidelijke landbouw maatschappij
77.C. van der Maas op Algemene Vergadering
Heffing Landbouwschap
met 4% omhoog
Boodschappenbriefjes
VRIJDAG 16 DECEMBER 1988
76e JAARGANG NO. 3955
land- en
tuinbouwblad
De zeer druk bezochte algemene vergadering van de
ZLM maandag 12 december jl. in de Prins van Oranje
te Goes werd geopend door algemeen voorzitter de
heer H.C. van der Maas. In zijn toespraak tot de verga
dering zei hij onder meer dat we helaas moeten vast
stellen dat het produktie-ontmoedigende internationale
en nationale landbouwbeleid zich het afgelopen jaar
versterkt heeft doorgezet. Het'instrumentarium van de
EG-marktondersteuning wordt versneld afgebroken. In
het wereldomvattende GATT-onderhandelingsverband
worden voorstellen voor totale liberalisering van de in
ternationale landbouwhandelsstroom aan de orde
gesteld.
De Europese Gemeenschap in het keurslijf van de
GATT-onderhandelingen; Brussel op weg naar een
"laissez-faire" landbouwbeleid. Een zich meer en meer
manifesterende werkelijkheid.
Een beleidsklimaat, waarin (meer dan ooit in de laatste
decennia) nu en in de komende jaren een keiharde con
currentieslag uit zal maken "waar" "wat" het meest
efficiënt geproduceerd kan worden; per sector en per
produkt; mondiaal zowel als binnen de EG-grenzen.
Een concurrentiestrijd, waarbij het voor de afzonderlij
ke Europese lidstaten van uitermate groot belang is om
nu hun onderlinge uitgangspositie zoveel mogelijk te
versterken. Versterking van de nationale landbouw-
produktie middels nationaal voorwaardenscheppend
beleid; met het oog gericht op 1992, (of welk jaar
daarna dan ook, waarin de Europese éenwordings-
doelstelling van dat magische jaar 1992 bereikt zal
zijn). In het gros van de 12 EG-lidstaten wordt deze uit
daging, deze laatste kans, uitermate goed begrepen en
opgepakt. Struktureel gerichte, extra financiële injec
ties worden (ter versterking van de produktie- en af-
zetstructuur), legaal zowel als illegaal, aanvullend uit
de nationale begroting gefourneerd. Het tegendeel is,
tot ons toenemend onbegrip, het geval in Nederland,
zo stelde de voorzitter vast.
Landbouw is in ons hedendaagse welvaartsland, voor
de massa, voor de publieke opinie, een overbodige
luxe geworden. Consumentenorganisaties rekenen uit
dat het landbouwbeleid f 35,— per week per gezin
kost. Afgezien van het feit, dat er nog al wat af te din
gen is op dat bedrag, wordt het klaarblijkelijk ondrage
lijker gevonden dan bijvoorbeeld de 75 gulden per
week die alleen al de rentelast over de Nederlandse
staatsschuld de belastingbetalende burger kost.
Veertien miljoen Nederlanders zien hun consumenten
belang niet langer bedreigd door agrarische tekortpro
ducties of handelsbelemmeringen.
Niemand trekt zich vooralsnog dan ook maar iets aan
van het feit dat de wereldgraanreserves dit jaar zullen
dalen met 1 50 miljoen ton (dat is bijna evenveel als
de totale EG-graanproductie) en dat dientengevolge de
strategische voorraden zullen interen tot het laagste
niveau sinds de 2e wereldoorlog, (slechts voor 52 da
gen wereldconsumptie).
Schaarste-angst heeft plaats gemaakt voor een eufo
risch vertrouwen in de veiligstelling van de
wereldvoedsel- en grondstoffenproduktie. De maat
schappelijke prioriteitsstelling op het gebied van mi
lieu, natuur, landschap en recreatie strookt volgens ve
len niet met het tegelijkertijd in de benen houden van
een economische doelgerichte land- en tuinbouwsec
tor. De budgettaire aandacht voor produktielandbouw
in Nederland dient daarom eerder verkleind dan ver
De algemene heffing van het Landbouwschap zal, zoals
het er naar uitziet, voor het eerst in drie jaar omhoog
gaan. Het bestuur beslist begin januari over een voorstel
om de heffing met 4 procent op te trekken. Het bedrag
dat boeren en tuinders gemiddeld betalen gaat daardoor
met 8,50 gulden omhoog naar 219,50 gulden per jaar. De
algemene heffing levert in 1989 in totaal 26,7 miljoen
gulden op.
Uit de toelichting op de begroting blijkt dat het Land
bouwschap volgend jaar twee miljoen gulden tekort
komt als de heffing niet wordt aangepast. Dat komt
doordat voor het derde opeenvolgende jaar de omvang
van de agrarische sector is teruggelopen. Met name is
door de superheffing het aantal koeien gedaald. Ook de
varkensstapel is afgenomen door de slechte prijzen.
Voor de rundveeverbetering zal in 1989 ruim dertien mil
joen gulden opgebracht worden, drie miljoen gulden
minder dan dit jaar. Dat komt door de verlaging van de
heffing van 14,5 naar 12,5 cent per 100 kilo melk. De hef
fing voor consumptie-aardappelen, die tijdelijk verlaagd
was, gaat omhoog van twintig naar dertig gulden per
hectare. Dit geld is voor het grootste deel bestemd voor
de exportbevordering.
Voor belangstellenden ligt de begroting, die op 4 januari
door het bestuur wordt behandeld, ter inzage op alle kan
toren van het Landbouwschap. Een exemplaar wordt toe
gezonden na overmaking van vijftien gulden op
girorekening 645299 van het Landbouwschap, Den Haag
onder vermelding van Begroting 1989.
groot te worden; dat is althans de politieke vertaling
van de maatschappelijke signalen door parlement en
overheid.
Een drastische inkrimping van het voorwaardenschep
pend beleid voor alle sectoren, alsmede de bijna abso
lute onwil om de in een economische crisissituatie te
rechtgekomen akkerbouwsector "structureel gericht"
financieel te ondersteunen, zijn het gevolg van die poli
tieke vertaling.
Zie hier, een feitelijke werkelijkheid waarmee we, in
onze collectieve belangenbehartiging èn onze indivi
duele bedrijfsvoering, keihard geconfronteerd worden.
"Marktgericht produceren" en "de landbouw moet
z'n eigen boontjes maar doppen", dat zijn (grofweg
gezegd) zowel doelstelling als uitgangspunt van de
Brusselse en Haagse besluiten. De gevolgen van voor
al de EG-besluitvorming manifesteren zich steeds dui
delijker in structureel slechte bedrijfsresultaten en toe
nemende continuïteitsproblemen in de Nederlandse
akkerbouwsector.
Kunnen en mogen we dat als belangenorganisatie zo
maar accepteren? Binnen de ZLM zijn we - als het gaat
om het Brusselse beleid - meer en meer tot de pragma
tische conclusie gekomen, dat we het wel zullen moe
ten accepteren!
De mogelijkheid tot beïnvloeding onzerzijds van de
besluiten van Tatcher, Mitterand en Kohl door ZLM,
KNLC of Landbouwschap is immers (gezien de onder
linge machtsverhoudingen binnen de EG) praktisch
gesproken nihil. Laat ik het zo zeggen: ook al zou de
heer Braks de laatste jaren de boodschappenbriefjes
van de ZLM letterlijk in Brussel vertolkt hebben, dan
nog zou de tarweprijs vandaag geen gulden per 100 kg
hoger geweest zijn.
Met betrekking tot het nationale regeringsbeleid en de
daaraan ten grondslag liggende parlementaire besluit
vorming, hebben we het touwtje daarentegen nog niet
in de boot gegooid. Onze aktiviteiten het afgelopen jaar
mogen daarvan mede getuigen.
Als één van de 23 regionale Nederlandse landbouwor
ganisaties heeft de ZLM haar maximale invloed aange
wend om indirect (via de reguliere organisatie kanalen),
maar ook direct (naar regering en parlement) de koers
en uitwerking van de binnenlandse landbouwpolitieke
besluitvorming te beïnvloeden. Onder andere de tot
standkoming van het akkerbouwaktieplan van het
Landbouwschap is in grote mate door ons geïnspireerd
en gestimuleerd. De overheidshonorering van dat aktie-
plan laat momenteel nog veel te wensen over.
VERVOLG OP PAG. 12
De algemene vergadering van de ZLM jl. maandag werd zeer druk bezocht, een deel van de bezoekers moest
zelfs op het podium plaats nemen. Op de foto ziet u v.l.n.r. achter de tafel mr. J. Oggel, algemeen secretaris
van de ZLM, de heer H.C. van der Maas, algemeen voorzitter van de ZLM en gastspreker dr. P. Winsemius.
Staande voorin de zaal (rechts) ziet u de heer J.C. Geluk, een van degenen die aan de heer Winsemius een vraag
stelde naar aanleiding van dienst inleiding. Zieookpag. 11,12 en 13.